Vooroorlogse verkiezingen Provinciale Staten
Toen er in 1919 verkiezingen waren voor de Provinciale Staten bestond de SGP al een jaar. In 1918 had de partij al deelgenomen aan de Tweede Kamerverkiezingen. Mij zijn echter geen berichten bekend van deelname onder de naam van de SGP aan de statenverkiezingen van 1919. Mogelijk werden er in dat jaar (en reeds vroeger) mannen met een persoonlijk staatkundiggereformeerd beginsel in de provinciale staten gekozen, maar officieel verschenen de eerste SGP'ers in 1923 op het toneel. Dat waren:
Gelderland:
W. A. van Os te Wageningen
Zuid-Holland:
J. W. van Houdt te Herkingen A. J. Kersten te Rotterdam
Zeeland:
D. Joziasse te 's-Gravenpolder D. Kodde te Zoutelande C. Hartoog te Yerseke
Utrecht:
W. van de Vate te Rhenen
Overijssel; P. van der Meulen te Kampen
1927 De uitslagen van 1927 waren gunstig.
Kennelijk was de partij geconsolideerd. De volgende SGP'ers werden gekozen:
Gelderland:
H. Haanschoten te Arnhem
Zuid-Holland:
A. J. Kersten te Rotterdam J. W. van Houdt te Herkingen G. Bergshoeff te Alphen a/d Rijn J. P. Mast te Overschie
Zeeland:
D. Kodde te Zoutelande D. Joziasse te 's-Gravenpolder C. Boender te Tholen
Utrecht;
R. van Eist te Veenendaal W. van de Vate te Rhenen
Overijssel:
S. v.d. Weerd te Zwollerkerspel
1931
In 1931 kwam ook Zeeland op vier statenzetels:
Gelderland:
H. Haanschoten te Arnhem
Zuid-Holland:
A. J. Kersten te Rotterdam ds. P. Zandt te Delft J. W. van Houdt te Herkingen G. Bergshoeff te Alphen a/d Rijn
Zeeland:
D. Kodde te Zoutelande D. Joziasse te 's-Gravenpolder C. Boender te Tholen J. J. van Klinken te Nieuwerkerk
Utrecht:
R. van Eist te Veenendaal W. van de Vate te Rhenen
Overijssel:
S. van de Weerd te Zwollerkerspel
In het jaar 1933 ontviel de partij het Utrechtse statenlid Van Eist uit Veenendaal door de dood. Hij werd opgevolgd door de heer A. Hoogendijk te Zeist. Nog vóór de volgende statenverkiezingen, die zouden plaats vinden op 17 april 1935, verwisselde ook dit partijlid het tijdelijke met het eeuwige. Van de hand van de heer Hoogendijk, een bejaarde, kinderloze weduwnaar, verscheen in december 1931 een belangwekkende brochure, die thans is opgenomen in de paperback „Vooroorlogse SGP-geschriften", deel 2. In deze brochure kruist Hoogendijk de degen met drie vooraanstaande anti-revolutionairen uit die tijd: prof. J. van der Schuyt, prof. dr. P. A. Diepenhorst en ds. R. Bartlema.
1935
Het was bij de statenverkiezingen van 1935 dat de nieuwe fascistische partij, de NSB, in één klap 7, 9% van de stemmen en in het hele land 44 statenzetels verwierf. In de na-oorlogse jaren is over dit opmerkelijk verschijnsel veel, geschreven. Mannen van naam beweerden dat ook veel SGP'ers op de NSB hadden gestemd. Maar beter geïnformeerden konden het tegendeel bewijzen. Zie het artikel „Een gemiste kans" in DE BANIER 1989-3. De SGP won zelfs in 1935 nog een statenzetel, getuige de volgende uitslag:
Gelderland:
H. Haanschoten te Arnhem T. van der Pol te Herveld Zuid-Holland:
A. J. Kersten te Rotterdam ds. P. Zandt te Delft G. Bergshoeff te Alphen a/d Rijn H. van Rossum te Melissant
Zeeland:
D. Kodde te Zoutelande C. Boender te Tholen J. J. van Klinken te Nieuwerkerk J. A. Meertens te Hoek
Utrecht:
W. van de Vate te Rhenen J. van Bochove te Zeist
Overijssel:
P. van der Meulen te Kampen
1939
In 1939, bij de laatste verkiezingen voor het uitbreken van W.O. Il, verloor de SGP 3 van haar 13 statenzetels. Al was de tweede Gelderse statenzetel in '35 een ongedachte meevaller geweest, toch was dit een harde klap. De teruggang bij de Tweede Kamerverkiezingen in 1937 was overigens nog erger geweest. Ds. Zandt verguldt de pil van '39 met de volgende bewoordingen:
„De uitslag van de statenverkiezingen in 1939 leverde het bewijs, dat in 1937 slechts een tijdelijke inzinking had plaats gevonden; een inzinking welke, ais men de voor de SGP in 1937 uiterst ongunstige omstandigheden in aanmerking neemt, nog van geringe omvang was. Dit wilde men echter in sommige kringen, welke de SGP gram waren, niet inzien. In die kringen steeg de jubel over de uitslag van de kamerverkiezingen van '37 hoog op. Men hoopte en voorspelde dat de achteruitgang van de SGP een blijvende, steeds toenemende achteruitgang zou zijn.
De uitslag van de statenverkiezingen van 1939 sloeg die verwachtingen totaal de bodem in. Die verkiezingen werden een beslist succes voor de SGP. De aantallen stemmen, die op haar lijsten werden uitgebracht, bewogen zich weer aanmerkelijk in klimmende lijn. Dat was wel een bittere teleurstelling voor haar tegenstanders, die het zo gans anders voorspeld en gewenst hadden. Het was echter een oorzaak van grote blijdschap voor al degenen, die de SGP een goed hart toedragen. Het versterkte hun moed en verlevendigde hun krachten en deed hen voor de toekomst het beste hopen."
(DE BANIER 1947-34)
De in 1939 gekozen statenleden waren:
Gelderland:
H. Haanschoten te Arnhem
Zuid-Holland:
A. J. Kersten te Rotterdam ds. P. Zandt te Delft H. van Rossum te Melissant
Zeeland:
D. Kodde te Zoutelande C. Boender te Tholen J. J. van Klinken te Nieuwerkerk A. S. Wisse te Waarde
Utrecht:
W. van de Vate te Rhenen
Overijssel:
P. van der Meulen te Genemuiden
Voorlichtingssecretaris
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 6 september 1990
De Banier | 20 Pagina's