Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Jezus’ voorbede op het kruis

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Jezus’ voorbede op het kruis

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

„Vader, vergeef het hun, want zij weten niet wat zij doen."

Lucas 23: 34a.

Het is stil geworden op Golgotha, angstwekkend stil. . . . Aan de woede van het volk was eindelijk voldaan. „Kruist Hem, kruist Hem, " hadden ze geroepen. , , Zijn bloed kome over ons en over onze kinderen!"

Welnu, ze hadden hun zin gekregen. Jezus is nu gekruisigd. Daar hangt het onschuldig Godslam aan het vloekhout der schande, waaraan de soldaten Hem kort tevoren hadden vastgenageld.

Doch hoort! Nauwelijks zijn de laatste doffe klanken van de hamerslagen weggestorven in de ijle verte, of eensklaps wordt de stilte op de kruisheuvel verbroken:

„Als men Jezus' heil'ge handen aan d'onheilgen kruispaal sloeg. Was het heerlijk om 't aanschouwen, hoe Hij smari en smaad verdroeg; Bij het klinken van den hamer, die Hem hand en voet deed bloên. Sprak Hij: Vader, ach, vergeef 't hun, die niet weten wat zij doen."

„Vader, vergeef het hun . . . ."

Welk een ontroerende bede! Hier gaat in vervulling het woord van Jesaja 53, dat Hij gebeden heeft voor de overtreders! Dat wil zeggen: Jezus bidt hier zowel voor de Joden die Hem veroordeelden en overleverden, als óók voor de Romeinen die het vonnis bekrachtigden en uitvoerden. „Want in der waarheid zijn vergaderd tegen Uw heilig Kind Jezus, beiden Herodes en Pontius Pilatus, met de heidenen en de volken Israels."

Maar . . . komt Jezus hier niet in strijd met Zijn eigen woorden in het Hogepriesterlijk gebed: , , Ik bid niet voor de wereld" en smeekt Hij nu toch voor die vijandige wereld? Christus is toch alleen gestorven voor Zijn volk, voor de gegevenen des Vaders. Hoe kan Hij dan nu vergeving inroepen voor Zijn vijanden?

Dit wordt ons duidelijk als we ons nader rekenschap geven van het woord „vergeven" dat Jezus hier gebruikt. Dit woord kan betekenen: de zonde niet toerekenen en de straf kwijtschelden. Doch Jezus bezigt het hier in een andere zin: Hij bedoelt daarmee dat deze verschrikkelijke zonde nü nog niet ten volle gestraft zal worden. Met andere woorden: Jezus bidt hier tot de Vader om uitstel van het oordeel!

Denken we ons een ogenblik in, wat hier eigenlijk gebeurt op Golgotha: Hier vindt plaats de zonde aller zonden ... De revolutie tegen God in haar toppunt, zoals die reeds in het Paradijs was aangevangen. Hier vergrijpt zich de mensheid aan de eigen Zoon van God. Hier slaat de wereld haar handen aan de Geliefde des Vaders!

O, nu kan het oordeel niet langer uitblijven. Nu moet God wel onmiddellijk ingrijpen en met het verzengend vuur van Zijn gericht de ganse wereld verteren! Niemand ziet dit beter dan Jezus Zelf. Hij ziet de zwarte onweerswolken van het rechtvaardig oordeel Gods zich dreigend samenpakken! De Dag des Heeren is daar en wie zal bestaan?

Bij het zien van dat onafwendbare oordeel smeekt Jezus nu: „Vader, vergeef het hun!" Vader, stort Uw gramschap nog niet ten volle uit, houd nog Uw toorn in en betoon nog Uw lankmoedigheid, , , want zij weten niet wat zij doen." Zij hebben de verschrikkelijkheid van deze misdaad niet gepeild. Ze zijn er zich niet van bewust, dat zij de Heere der heerlijkheid aan het vloekhout hebben genageld!

Daarom: , , Vader, vergeef het hun . . . ."

Zo bidt Jezus hier voor de „overtreders"! Wie zijn dat? Neen, niet alleen de kinderen der wereld, maar óók de kinderen des Verbonds. Ja, wij allen van nature. Elke zonde is opnieuw een nagel in Zijn handen en voeten. Hebben wij dit doorleefd? Dat is nodig, zullen wij ooit deze Borg en Zaligmaker dierbaar leren achten. Hij heeft gebeden voor de overtreders. . . Ja, ik kost Hem die slagen, die smarten en die hoon. . . Ik, de grootste der overtreders! O, als wij als volk van Nederland, zo rijk gezegend met het erfgoed der Reformatie, nu nóg in de zonde en het ongeloof blijven volharden, dan moeten we inderdaad het ergste vrezen. Dan zal deze voorbede in haar tegendeel worden omgezet: , , Vader, vergeef het hun niet, want zij weten wèl wat zij doen. . ."

Dat is de ernst van deze bede!

Welgelukzalig de mens die door ontdekkende genade zich als een overtreder van al Gods geboden heeft leren kennen. Dan hebben we een Voorspraak bij de Vader, Die ook nu nog lééft om voor Zijn volk te bidden.

„Vader, vergeef het hun. . ."

Welk een Borgtochtelijke bede! Ook hier aan het kruis is genade op Zijn lippen uitgestort. Genade voor biddeloze bidders. Eér wij bidden, bidt Jezus voor ons!

De éérste zucht, die uit een verslagen hart oprijst naar de troon der genade, is vrucht van deze voorbede: , , Vader, vergeef het hun. . ." Dat is gadeloze ontferming. Dat is genade, rijk en vrij!

Bij hem of haar die dit doorleeft, kan de vrucht niet uitblijven. Dan zullen we ook vergevensgezind zijn tegenover onze naaste!

Dan kunnen we in waarheid bidden: , , Vergeef ons onze schulden, gelijk ook wij vergeven onze schuldenaren." Dan bevinden wij, zoals de oude Heidelberger het uitdrukt: „dit getuigenis van Gods genade in ons, dat ons ganse voornemen is, onze naaste van harte te vergeven"!

Katwijk

K. van den Belt

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 maart 1991

De Banier | 20 Pagina's

Jezus’ voorbede op het kruis

Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 maart 1991

De Banier | 20 Pagina's