Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Kunstenplan stuit op verzet

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Kunstenplan stuit op verzet

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Minister D'Ancona van WVC; heeft het zwaar te verduren. Zowel in de Tweede Kamer als in „het land" is er veel protest tegen haar beleid. Organisaties uit de wereld van de kunst en de cultuur lieten de afgelopen maanden duidelijk hun ongenoegen over de „afbraakpolitiek" van de minister blijken. Steen des aanstoots was natuurlijk haar Cultuurnota annex Kunstenplan, waarin, mede onder druk van de minister van Financiën, flink op bepaalde subsidies, met name op de podiumkunsten, werd gekort.

De SGP zong niet mee in dit protestkoor. Om tenminste drie redenen niet. Allereerst is daar het principiële bezwaar dat kleeft aan nogal wat kunstuitingen. Meer dan eens heeft de SCJP daar blijk van gegeven. Dan is er natuurlijk de positie van 's lands schatkist. Dat die tot op de bodem leeg is behoeft geen betoog. Het is dan ook hard nodig dat er in het woud van uitgaven gesnoeid wordt. En daarmee komen we op het derde punt: de SGP ziet als het gaat om kunst en cultuur slechts een beperkte taak weggelegd voor de overheid. De overheid dient zich wat betreft deze sector zeer terughoudend op te stellen. Sturing van bovenaf, de artistieke beoordeling van kunstuitingen ligt niet op haar weg. Wel echter, en dat is essentieel, dient de overheid krachtens haar opdracht en roeping te toetsen aan de normen van Gods Woord.

Onderbelicht punt

Ir Van der Vlies greep dit debat dan ook aan om meer in z'n algemeenheid in te gaan op de relatie tussen cultuur en overheid. In de SCiP is dit altijd een wat onderbelicht punt gebleven. De SGP-woordvoerder begon met twee principiële noties. Notie één: bij de schepping kreeg de mens van zijn Schepper de opdracht de aarde te bebouwen en bewaren. Notie twee: de normen en waarden die God in de Heilige Schrift geopenbaard heeft vormen de toetssteen \ an het handelen van ieder persoonlijk en de overheid als dienaresse Ciods. Daaruit \-olgt dat alle cultuurarbcid gericht behoort te zijn op de verheerlijking en lofprijzing van de Schepper. Pas dan, en alleen zo, kan deze arbeid wezenlijk dienstbaar zijn aan het welzijn van de medemens.

Ir. Van der Vlies vervolgde-. „De cultuurarbeid krijgt een bijzondere gestalte in de kunsten. In de bijbelse historie zijn vele voorbeelden te vinden van uitingen van kunst en cultuur, zoals bijvoorbeeld de bouw en instandhouding \i\n de tempel. Uit die voorbeelden wordt duidelijk dat kun.st er niet is om de kunst, en dus ook nimmer autonoom is. Kunst- en cultuuruitingen hebben ieder in hun soort eigen wetten en spelregels. Dat geldt voor de beeldende kunst, voor de muziek en voor de literatuur. Kunstenaars „verbeelden" de werkelijkheid zoals die op hen overkomt of een ideaal dat zij graag werkelijkheid zouden zien worden."

Culturele identiteit

Terugkomend op de taak van de overheid betoogde ir. Van der Vlies dat voor de regering een stimulerende en bewakende rol is weggelegd aangaande het voeren van een „cultuurpolitiek". Stimulering bijvoorbeeld in de vorm van overheidssteun voor beginnende kunstenaars, en bewaking in de zoeven bedoelde zin: erop toezien dat kunstuitingen blijven binnen bijbelse grenzen. Bewaking ook van de culturele identiteit, dat wil zeggen, het bijdragen van een grotere bewustwording van de culturele identiteit. Daarmee verzette de SCiP-afgevaardigde zich tegen de neiging de Nederlandse cultuur steeds meer in te bedden in een breder, Europees verband. Hij gaf te kennen niet veel fiducie te hebben in „internationaal cultuurbeleid" als zou dat tot verbroedering der volken kunnen bijdragen.

Een kamermeerderheid keerde zicR legen het voornemen van minister D' Ancona drastisch te bezuinigen op podiumkunsten. Zo niet de SGP. Ir. Van der Vlies rekende voor dat iedere voorstelling in deze tak van kunst gemiddeld met nota bene ƒ83, — per stoel wordt gesubsidieerd, variërend van ƒ 60, - tot ƒ163-. Dit alles komt in een nog vreemder daglicht te staan als we weten dat maar liefst de helft tot twee-derde van de stoelen onbezet blijft! Een minister die de vinger legt bij die zere plek verdient op dat punt steun. Jammer dat zij tegenover een Kamermeerderheid, bestaande uit o.a. de regeringspartijen C; DA en PvdA, moest zwichten.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 25 juni 1992

De Banier | 20 Pagina's

Kunstenplan stuit op verzet

Bekijk de hele uitgave van donderdag 25 juni 1992

De Banier | 20 Pagina's