Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het onkruid en de tarwe

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het onkruid en de tarwe

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

TEKST & UITLEG

Op 7 november 1997 organiseerde de Guido de Brèsstichting een bijeenkomst over bet thema 'Het Schriftgebruik in de politiek'. Daarbij werden inleidingen gehouden door ds eden Boer, die dit thema besprak vanuit bijbelstheologisch oogpunt, en dr R.Bisschop, die dat deed vanuit de praktijk als gemeenteraadslid. Wie daarvan meer w// weten, wende zich tot het studiecentrum. In het studieblad 'Zicht' veerden beide lezingen integraal opgenomen. Van harte aanbevolen overigens!

In de daarop volgende discussie kwam de tolerantie ter sprake. Ook die discussie gaan we hier niet weergeven, we halen daaruit slechts één element naar voren. En dat is het deel van de discussie waarin de gelijkenis van het onkruid en de tarwe werd aangehaald om daarmee een zekere mate van tolerantie te bepleiten.

GELIJKENIS

In het kort weergegeven luidde de vraag: 'Hoe zit het met het punt van de tolerantie als v/oorde in de samenleving en in de politiek en hoe ga je daar vanuit de Heilige Schrift mee om? Want het heeft natuurlijk ook nogal enige consequentie voor het gebruik van de Schrift in openbare bijeenkomsten als zodanig, en de standpunten die je daar eventueel aan verbindt'.

De vraagsteller v/ees daarbij op het feit dat in de discussie over deze vraag dikwijls de gelijkenis van het onkruid en de tarwe wordt aangehaald. Wat doen we met deze gelijkenis ten aanzien van de waarde van de tolerantie en het betrachten van de tolerantie in de samenleving en de politiek?

Voor alle duidelijkheid geven we eerst in het kort de bedoelde gelijkenis weer, zoals we die vinden in Mattheüs 13: 24-30:

"Een andere gelijkenis heeft Hij hun voorgesteld zeggende: Het koninkrijk der hemelen is gelijk een mens, die goed zaad zaaide in zijn akker. En als de mensen sliepen, kwam zijn vijand en zaaide onkruid midden in de tarwe en ging weg. Toen het nu tot kruid opgeschoten was en vrucht voortbracht, toen openbaarde zich ook het onkruid.

En de dienstknechten zeiden ( j: Wilt gij dan, dat wij heengaan en datzelve (onkruid} vergaderen? Maar Hij zeide: Neen, opdat gij, het onkruid vergaderende, ook mogelijk met hetzelve de tarwe niet uittrekt. Laat ze beide tezamen opwassen tot de oogst en In de tijd van de oogst zal ik tot de maaiers zeggen: Vergadert eerst het onkruid en bindt het in busselen, om hetzelve te verbranden; maar brengt de tarwe tezamen in mijn schuur".

Het zal duidelijk zijn dot op het eerste gezicht de inhoud van deze gelijkenis op gespannen voet stoot met de geestelijke vrijheid zoals die onder ons beleden wordt. Hier wordt verboden het onkruid uit te trekken en de SGP handhaaft nog steeds het onverkorte artikel 36 NGB, waar juist sprake is van weren en uitroeien.

ANDERS DAN IN DE GEMEENTE

Op de bovenvermelde vraag werd door beide inleiders gereageerd. Ik zal proberen de essentie van de antwoorden kort weer te geven. Met de bedoeling ze daarin ook recht te doen.

Ds. eden Boer gaf als antwoord dat de SGP een partij is die de theocratie hoog in het vaandel heeft geschreven. Er moet goed over nagedacht worden, wat dat in een democratie betekent. Naar zijn mening is tolerantie dan in principe een zwart schaap. Alles wat niet in overeenstemming is met wat God in Zijn gebod zegt, is intolerabel. Anderzijds moet er oog voor zijn dat we ons in Nederland in een multi-culturele en multi-religieuze samenleving bevinden. Dan zijn er ook dingen die blijven zoals ze zijn. En die we dus zullen verdragen.

Jezus wil in deze gelijkenis zeggen: Wat je ook doet en hoezeer het koninkrijk Gods in deze wereld ook voortgaat, dat onkruid dat is er en denk nou vooral niet dat je dat er eens even uit kan trekken. Wees daar ook niet al te rigoureus in, want don trek je gelijk de tarwe eruit.

Wij moeten, aldus ds. Boer, bedenken dat onkruid op Gods akker, waar dan ook in de wereld en in de gemeente, geen plaats behoort te hebben. En tegelijkertijd moe ten we bedenken dat de tuchtoefening die we er in de kerkelijke gemeente op na houden er anders uit zou moeten zien dan die in de wereld; waarin wij uiteindelijk toch niet die bevoegdheden hebben zoals we die in de gemeente hebben.

BEGRENSD DOOR GODS WOORD

Naar de mening van de heer Bisschop gaat het hier om een kernvraag betreffende het functioneren van de SGP. Waarbij zich allereerst de vraag voordoet, wat dan die tolerantie is; hoe definieer je die? Betekent het een dulden, dat het kwaad niet uit te roeien is met de middelen die je ter beschikking staan?

Als je met voorstanders van tolerantie doorpraat, dan blijkt dat ook zij erkennen dat hun tolerantie is begrensd. En als dan aan ons wordt gevraagd waardoor onze tolerantie wordt begrensd, dan is het antwoord: door Gods Woord en de normen die daarin vast liggen. Volgens de heer Bisschop moet er nadrukkelijk onderscheid gemaakt worden tussen het dulden en het sanctioneren, als twee verschillende categorieën van tolereren'.

NIET NIEUW

De discussie over de betekenis van deze gelijkenis voor het politieke handelen is bepaald niet nieuw. Calvijn had er al mee te maken. Dr. A.Kuyper en de deputaten van de Synode der Gereformeerde Kerken van 1905, hebben zich o.a. op dit Schriftgedeelte beroepen bij het verminken van artikel 36 van onze Nederlandse Geloofsbelijdenis. Kuyper en zijn geestverwanten wilden met een beroep op deze gelijkenis aantonen dat de overheid tegenover de kerk geen roeping te vervullen heeft en daarom niet geroepen is om de ware godsdienst te handhaven en metterdaad te beschermen. En ook tegen onze partij is deze gelijkenis vanaf het begin gebruikt om de SGP-beginseien op het punt van de geestelijke vrijheid te bestrijden.

Deze lijn kunnen we doortrekken naar Kuypers politieke nazaten, het GPV en de RPF. In hun visie dient de geestelijke vrijheid voor alle burgers te voorden gegarandeerd en behoort dat tegelijk tot de grondslagen van de christelijke politiek.

Het is opvallend met v/elke regelmaat met name GPV-auteurs, zich bij de verdediging van dat standpunt bedienen van de gelijkenis van het onkruid en de tarv/e. Waarbij uit deze gelijkenis zonder meer de conclusie wordt getrokken dat de dwingende macht van de overheid er niet is om de islam of andere valse godsdiensten te weren of uit te roeien. Op het publieke terrein, het terrein van de overheid, is in de optiek van het GPV (en de RPF) geen plaats voor een publiek bevoorrechte godsdienst.

WAT IS HIER ONKRUID?

Maar hoe hebben we deze gelijkenis dan te verklaren? Is dit geen pleidooi voor tolerantie? Het onkruid mocht toch niet worden uitgetrokken? Mag de overheid dan wel valse godsdiensten 'weren en uitroeien'?

We zullen het met elkaar eens zijn dat in het luisteren naar Gods

Woord onmisbaar nodig is dat we de ware betekenis van de woorden ook begrijpen. Niet voor niets zijn er de kanttekeningen en de Bijbelverklaringen. Ze zijn Gods Woord niet, dat is waar, maar we mogen ze wel hoogachten en gebruiken. En ze zijn zeker bruikbaar als er vanuit de oorspronkelijke tekst nieuw licht geworpen kan worden op de betekenis van sommige woorden. En een nadere bestudering van de gelijkenis levert in dit geval de gewenste duidelijkheid op. In de kanttekeningen lezen we in aantekening nr 25:

"onkruid is het Griekse woord 'Zizania'; hetwelk sommigen menen dat een Arabisch woord is, betekenende voornamelijk een zeker soort van onkruid dat men brandkoren noemt, hetwelk zonder schade van de tarwe niet goed uitgewied kan worden."

En bij 'laat ze tezamen opwassen....'lezen we in de kanttekeningen:

"Hiermee wil Christus niet wegnemen het ambt der overheid in het straffen van de bozen, maar geeft te kennen dat men daarin voorzichtigheid moet gebruiken en dat de huichelaars en de bozen niet geheel geweerd kunnen worden overmits zij van de ware gelovigen soms niet goed onderscheiden kunnen worden, gelijk het brandkoren van het goede koren, als het pas opkomt. moeilijk onderscheiden kan worden."

En als het gaat om het onderscheid tussen de ware en de valse kerk, is het dan moeilijk dat onderscheid te maken? Wij belijden daarvan, met artikel 29 van onze NGB immers dat deze twee kerken lichtelijk te kennen en van elkaar te onderscheiden zijn!

HET PUBLIEKE LEVEN

Om alle misverstanden te voorkomen: het gaat hier dus om zaken die zich afspelen in het publieke leven; het raakt hier niet de vrijheid van het geweten.

Campegius Vitringa, hoogleraar in de Godgeleerdheid aan de 'Friesche Academie' te Franeker (begin 1 8® eeuw), haalt er een Tolmoedisch tractaat bij om dit woord te verklaren. Dat tractaat heette Kilaim, wat betekent: van de zaden van verschillende soorten. Daarin wordt uitgelegd dat Zizania het Griekse woord is voor het Hebreeuwse Zo- NIN. En daarvan staat vervolgens: "De tarwe en het Zonin worden niet gehouden voor zoden van verscheiden soorten. Het grondwoord is afkomstig van het woord hoereren.

Dat wijst er op dat de Zizania een soort bastaordtorwe is. Daarom geven deze eigenschappen en alle omstandigheden van deze gelijkenis te kennen dat door het onkruid niet moet worden verstaan al de kinderen des duivels, van allerlei soort. Maar het gaat hier om een zeker soort, dat gemeenschap heeft met de kerk, bastaardkinderen, die gepaard en vermengd zijn met de kinderen van het koninkrijk en daarmee veel gelijkenis vertonen in belijdenis en gedrag, zodat zij niet te onderscheiden zijn van het goede koren".

Met het bovenstaande is bepaald niet bedoeld het laatste woord te zeggen over de tolerantie en de grenzen daarvan. Maar wel moet het naar mijn mening duidelijk zijn dat de gelijkenis van het onkruid en de tarwe niet gebruikt mag worden om een geestelijke vrijheid te propageren die de aantasting van artikel 36 NGB legaliseert en de overheid ontlast van dat deel van haar roeping.

En als dit deel van Gods Woord daarvoor niet gebruikt mag worden, welk deel dan wel?

DN

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 22 januari 1998

De Banier | 20 Pagina's

Het onkruid en de tarwe

Bekijk de hele uitgave van donderdag 22 januari 1998

De Banier | 20 Pagina's