Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Statuten en de statenkringverenigingen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Statuten en de statenkringverenigingen

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

In de Huishoudelijke Vergadering van zaterdag 27 september 1997 v/erden de herziene Statuten en het herziene Algemene Reglement vastgesteld. Onderdeel van die be­ sluitvorming v^as het feitelijk beëindigen van de statenkringverenigingen als functioneel onderdeel van onze partijorganisatie. Nadat alle (wijzigings)voorstellen vaaren behandeld en over het totaal van statuten en algemeen reglement een beslissing was genomen, werd als ingangsdatum vast gesteld 1 september 1998. Met ingang van die datum bestaan er dus geen statenkringverenigingen meer, althans niet in de 'oude' betekenis van het v/oord.

In De Banier van 30 mei 1996 is vrij uitvoerig ingegaan op de ontstaansgeschiedenis en het functioneren van deze verenigingen. Krachtens artikel 1 8 van het oude Algemeen Reglement v/as er voor de statenkringverenigingen een wezenlijke taak weggelegd bij het opstellen van de kandidatenlijst voor de verkiezingen van de Provinciale Staten; artikel 1 9 gaf de statenkringvereniging nog een plaats in de goedkeuringsprocedure rond de gemeenteraadsverkiezingen en artikel 20 bepaalde dat zij niet gepasseerd konden worden bij het behandelen van geschillen binnen een van de aangesloten kiesverenigingen.

Die functies vinden we ook terug in het huishoudelijk reglement van alle statenkringverenigingen, zoals die in het partijarchief te vinden zijn. Naast deze taken wordt in grote lijnen als doel van deze verenigingen vermeld het tot meerdere erkenning brengen van de beginselen van Gods Woord op staatkundig terrein en het versterken van de onderlinge band tussen de kiesverenigingen. Niet iedere vereniging zal het op dezelfde wijze omschreven hebben, maar in hoofdzaken is daarin overeenstemming.

INVENTARISATIE TAKEN

fHet functioneren in de praktijk van deze verenigingen stond de laatste jaren met enige regelmaat ter discussie. Daarvoor is een aantal redenen denkbaar. Gewijzigde procedures bijvoorbeeld; maar ook de algemeen verminderende belangstelling voor (politieke) vergaderingen. Maar ook het eenvoudige gegeven dat niet alle provincies statenkringverenigingen kenden, deed de vraag naar de noodzaak en het werkelijke nut ervan, bij herhaling opkomen. Immers, in provincies waar ze niet zijn, worden de genoemde taken probleemloos waargenomen door de provinciale vereniging.

Dat is er mede de oorzaak van geweestdat voorafgaande aan decommissiebehandeling voor de herziene statuten en algemeen reglement, een inventarisatie is gehouden onder de statenkringverenigingen. Daarin werd gevraagd hoe zij aankeken tegen het eigen functioneren, nu en in de toekomst.

De uitslag daarvan was heel verschillend. Dat had mede te maken met de invulling die men zelf in de loop der jaren aan de eigen vereniging had gegeven. Maar het kwam er wel op neer dat verreweg de meerderheid van deze verenigingen te kennen gaf, weinig heil te zien in voortzetting van het, dikwijls noodlijdend, bestaan.

Waarbij het goed is, te vermelden dat -met name in het Zeeuwse- als gevolg van gemeentelijke herindelingen de grenzen van de 'statenkring' in sommige gevallen samenvielen met de grenzen van de nieuw gevormde Gemeentelijke KiesVereniging. Ook dat ontnam in die gevallen aan de statenkringvereniging vrijwel alle noodzaak van voortbestaan. (Let wel! We spreken hier over de noodzoalc, niet over het nut!]

GEEN OPHEFFINGSPLICHT

Dat alles heeft er toe geleid dat in de nieuwe Statuten de statenkringvereniging niet meer als functioneel verband wordt genoemd. Daarmee was niet iedereen even gelukkig, maar er was geen twijfel mogelijk over de grote meerderheid waarmee dit besluit werd genomen.

Dat stelt vervolgens de bestaande verenigingen voor de vraag hoe daar mee om te gaan. Want het opheffen van de statenkringvereniging als functioneel verband in de partijorganisatie betekent niet dat er een verplichting aan verbonden is tot opheffing van vereniging op zich. Wél is de consequentie van het genomen besluit dat bij voortzetting van de vereniging nadere bezinning is vereist op het herformuleren van het doei van de vereniging. En dat levert weinig moeite op in die gevallen waarin in het verleden daarin reeds was voorzien door de bestaande doelstelling uit te breiden met activiteiten, bijvoorbeeld in samenwerking met studieverenigingen en/of raadsleden uit het desbetreffende gebied.

Artikel 1 8 van de nieuwe Statuten laat de mogelijkheid open dat er, onder verantwoordelijkheid van de provinciale vereniging, één of meerdere kringen per provincie een plaats hebben in het portijleven. fHet doel, de organisatie en de werkwijze van een dergelijke kring behoeven de goedkeuring van de provinciale vereniging.

IN OVERLEG MET

Voor meerdere stotenkringverenigingen was het moment van statutenwijziging voldoende aanleiding om het besluit te nemen de vereniging op te heffen. Sommigen zijn daartoe ook al daadwerkelijk overgegaan, vooruitlopend op het in werking treden van de nieuwe statuten/algemeen reglement. Daar willen we graag een enkele kanttekening bij plaatsen. Wij gaan er daarbij van uit dat men met de opheffing anticipeert op het in werking treden van de nieuwe statuten. Maar als dot zo is, lijkt het mij ook gewenst het nieuwe artikel 1 8 daarbij te betrekken. En daarin wordt met zoveel woorden aangegeven dat de provinciale verenigingen beslissen over net instellen en opheffen van kringen binnen hun werkgebied.

Daarom lijkt het mij verstandig het bestuur van uw provinciale vereniging van meet af aan te betrekken bij een eventueel voornemen uw statenkringvereniging op te heffen, hiet

Vermeldensv/aard

Van de statenkringvereniging Noord-Gelderland is de heer W. Kroon ongetwijfeld het bestuurslid met de meeste dienstjaren. Volgens de opgave van de secretaris werd hij (waarschijnlijk) in 1952, 46 jaar geleden dus!, in het bestuur gekozen. Van 1956 tot 1971 was hij secretaris en van 1980 tot aan de opheffing vervulde hij de functie van algemeen adjunct.

is bijvoorbeeld niet onmogelijk dat het bestuur van de provinciale vereniging van een of meerdere statenkringverenigingen een verzoek heeft ontvangen om initiatieven te ontplooien om te komen tot een andere invulling van de vereniging. Of, met andere woorden gezegd, de vereniging te laten voortbestaan als kring. Is een vereniging eenmaal opgeheven, dan valt het niet mee om dat weer ongedaan te maken. Laat er, indien mogelijk, in elk geval overleg zijn met het bestuur van uw provinciale vereniging en met de andere stotenkringverenigingen in uw provincie.

NOORD-GELDERLAND

In haar vergadering van 25 november 1 997 besloot de statenkringvereniging Noord-Gelderland, zichzelf per 1 maart 1998 op te heffen. In de uitnodiging voor deze laatste vergadering werd bij de argumentatie bij het opheffingsvoorstel gewezen op de nieuwe statuten, waardoor eigenlijk alleen de ontmoetingsfunctie overbleef. En dat achtte men onvoldoende om als basis te dienen voor een voortzetting van het bestaan.

HULST/SLUIS EN GOES

hietzelfde kan gezegd worden van de statenkringvereniging Hulst/Sluis. Ook daar werd unaniem besloten tot opheffing. En terwijl dit artikel werd geschreven, be­ zorgde de post een uitgebreid schrijven van de statenkringvereniging Goes. Daar werd weliswaar verschillend gedacht over de vraag of tot opheffing moest worden overgegaan, maar uiteindelijk werd daartoe toch met meerderheid van stemmen besloten.

Gemengde gevoelens

fHet opheffen van stotenkringverenigingen hoeft niet bepaald bestempeld te worden als een mijlpaal van formaat in de partijhistorie. Toch wordt er wel een hoofdstuk afgesloten. We geven iets prijs wat zo goed als zeker niet weer terug zal komen. Ik kon me voorstellen dot er partijgenoten zijn die dat toch als een verlies zullen ervaren. En daarvan moeten we ook niet al te snel zeggen dat de tijd waarin wij leven dergelijke nostalgische gedachten niet meer toelaat en dot de (harde) praktijk toch heeft uitgewezen dat er aan bijeenkomsten in dot verband geen behoefte meer is. Dat laatste zal waar zijn, maar door zit don tegelijk ook de pijn! Er zijn nog SGP-ers die goede herinneringen hebben aan deze vergaderingen en die het hebben ervaren dat de minst geachte taak van de vereniging, het versterken van de onderlinge band, hen juist de meeste vreugde verschafte. In dat opzicht is ook dit alles, hoe begrijpelijk, hoe onomkeerbaar ook, toch bepaald geen winst.

EEN DRINGEND VERZOEK

In verband met het bovenstaande, hebben wij een dringend verzoek aan de besturen van opgeheven of op te heffen stotenkringverenigingen. En dat betreft hun archief, biet bestuur von 'Noord-Gelderland' deelde mee de archivalia aan te bieden aan het Kerstenhuis. Vanzelfsprekend wordt dat door ons in dank aanvaard.

Niemand is uiteraard verplicht dat voorbeeld te volgen, maar wel doen we een dringend op de betrokken bestuurders om er in ieder geval voor te zorgen dat het archief na opheffing een veilige bestemming krijgt. Dat kan het partijbureau zijn, maar er is wat mij betreft geen bezwaar tegen als de provinciale vereniging zich daarover ontfermt. Als er maar duidelijke afspraken over gemaakt worden.

DN

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 februari 1998

De Banier | 20 Pagina's

Statuten en de statenkringverenigingen

Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 februari 1998

De Banier | 20 Pagina's