Gemeentepolitiek allerlei

WIJZIGING DRANK­ EN HORECAWET

In april vorig jaar is bij de Tweede Kamer een voorstel tot wijziging van de Dronk- en Horecawet ingediend (Tweede Kamer, vergaderjaar 1997-1998, 25 969). De verwochting is dat het wetsvoorstel over niet al te lange tijd behandeld wordt in de Tweede Kamer. In een ledenbrief van 24 februari 1999 heeft de VNG de gemeenten kort geïnformeerd over de inhoud van het wetsvoorstel en welke reactie zij daarop heeft geformuleerd.

Naast vereenvoudiging en actualisering van de Drank- en Horecawet kent het wetsvoorstel een aantal nieuwe punten die ook in de memorie van toelichting op een rij worden gezet (p 8):

* Toegangseis van 16 jaar voor grote dansgelegenheden, zoals discotheken.

* Een verbod op het verstrekken van alcoholhoudende drank in benzinestations en daaraan verbonden winkels, personeelskantines, bedrijfsrestaurants en niet-levensmiddelenzaken.

* Uitbreiding en herformulering van het verbod tot uitoefening van andere nering in een horeca-inrichting.

* Een ruimere bevoegdheid voor gemeenten om in aanvulling op wettelijke vergunningvoorwaarden bij gemeentelijke verordening het verstrekken van alcohol zo nodig in te perken.

* Introductie van een bestuursreglement omtrent sociale hygiëne in de niet-commerciële horeca.

* Een wettelijke grondslag voor een algemene maatregel van bestuur (AMvB) waarmee de leeftijdsgrens van 16 jaar voor personeel in de horeca en slijterijen zonodig kan worden verhoogd naar 1 8 jaar.

* Een wettelijke grondslag voor een AMvB ter beperking van de reclame voor het geval de zelfregulering naar het oordeel van de regering op enig moment niet meer voldoende functioneert.

* Een wettelijke grondslag voor een AMvB inzake een verbod op het verstrekken van alcohol in voetbalstadions en andere aan te wijzen categorieën van sportaccommodaties, alsmede instellingen van gezondheidszorg maatschappelijke dienstverlening, sociaal-cultureel werk en onderwijs.

Zodra de uitkomsten van het debat in de Tweede Kamer bekend zijn, zullen wij u daarover informeren en ook uitgebreider op bovengenoemde punten ingaan.

SCHUUR-EN TENTEEESTEN

In de al eerder genoemde ledenbrief van de VNG wordt ook ingegaan op de schuur- en tentfeesten. Regelmatig verschijnen er berichten in de kranten dat er ter gelegenheid van de jaarwisseling 1999/2000 schuur- en tentfeesten gehouden worden. Omdat niet duidelijk is wat de verplichtingen zijn van de organisatoren van dergelijke feesten en welke mogelijkheden gemeenten hebben om hierin te sturen, gaat de VNG in op de punten die in dit verband van belang zijn voor gemeenten. Het gaat hierbij om vooral een drietal zaken:

1. Voor een zgn. 'millenniumfeest' is een evenementenvergunning nodig op grond van de APV. Daarbij moeten met name aspecten van openbare orde en veiligheid in ogenschouw genomen worden.

2. Daarnaast is een gebruiksvergunning noodzakelijk, in verband met het treffen van brandpreventieve maatregelen, op basis van de bouv/verordening. Voor niet-bouwwerken (tenten bijvoorbeeld) is de brandbeveiligingsverordening van toepassing.

3. Ten slotte is de Drank- en Horecawet van belang in verband met het aanwezig hebben en schenken van alcoholhoudende dranken.

Bij dit punt is het van belang of er voor de consumpties betaald moet worden en of het feest voor het publiek toegankelijk is.

Bij betalen moet niet alleen gedacht worden aan het betalen van een bepaald bedrag per consumptie, maar ook aan het betalen met consump­ tiebonnen, het betalen van een toegangsprijs of het geven van een 'vrijwillige' bijdrage. Is er sprake van betaling, dan moet de orgonisa tor beschikken over ontheffing (art. 38, lid 2, Drank- en Horecawet) of Over een vergunning als bedoeld in art. 3, lid 1, onder c. Drank- en Horecawet.

Moet er niet betaald worden, dan is het van belang of het feest voor iedereen, voor het publiek, toegankelijk is (besloten of open). Is sprake van een open feest, dan is art. 23 van de wet van belang. Het is verboden een alcoholhoudende drank te hebben in een ruimte die voor he* publiek toegankelijk is, of er moet een vergunning op basis van art. 3 lid 1, onder o, worden verstrekt of een ontheffing zijn verleend op grond van art. 38, lid 2, van de wet.

V/anneer een ontheffing verleend wordt, is het ten slotte van belang aan wie de ontheffing verleend wordt. De ontheffing kan slechts ac een 'ondernemer' in de zin van de Drank- en Horecawet, verstrekt wo' den. Dot begrip 'ondernemer' moe heel strikt worden geïnterpreteerd volgens de Afdeling bestuursrechtspraak.

CONGRES GEMEENTELIJKE HERINDELING

In de vorige nummers van De Banic heeft een aankondiging gestaan van het congres over Gemeentelijke' herindeling dat op D.V. zaterdag 1 2 juni gehouden zal worden in he* Van Lodenstein-college in Amersfoort.

De sprekers op het congres zijn:

* drA. Peper, ministervan Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

* prof. dr M. Herweijer van de Rijksuniversiteit Groningen (Vakgroep Bestuursrecht en Bestuurskunde)

* mr dr J. T. van den Berg, Tweede- Kamerlid SGP

Na de lezingen zal een forumdiscussie plaatsvinden waaraan o.a. ook de drie sprekers zullen deelnemen.

Voor deelname aan het congres is slechts een kleine bijdrage verschuldigd van ƒ 10, - .

Niet alleen raadsleden en wethouders van de SGP, maar ook andere belangstellenden zijn van harte welkom. Heeft u interesse? Schroom dan niet en vul de antwoordbon in die u op pagina 12 aantreft. Stuur de bon vóór 2 juni in.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen