Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Wie de jeugd heeft, heeft de  toekomst! - Verslag van het congres van 22 september 2000 (I)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Wie de jeugd heeft, heeft de toekomst! - Verslag van het congres van 22 september 2000 (I)

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Op 22 september jl. werd in het Driestar College te Gouda een SGPcongres gehouden onder de titel "Wie de jeugd heeft, heeft de toekomst". Dot congres, georganiseerd door het Hoofdbestuur, Voorlichting & Vorming, stond in het teken van het jaarprogramma "De hechte samenleving". Trouwe partijgangers weten dat dit thema gelanceerd is op de Partijdag van dit voorjaar en vanaf september 2000 tot en met voorjaar 2001 uitgewerkt wordt. Alle geledingen van de partij dragen aan die uitwerking bij. "De hechte samenleving" valt uiteen in drie deelthema's: jeugdbeleid, sociale cohesie en de multiculturele samenleving. Op genoemd congres kreeg het deelthema jeugdbeleid ruime aandacht.

De heer A. Waaijenberg, lid van het Hoofdbestuur, had de leiding over de dag. Hij merkte op dat er vanuit het Hoofdbestuur een aanzienlijke bijdrage geleverd werd aan het congres: maar liefst vijf HBleden hadden een rol in het geheel te vervullen. Het congres werd goed bezocht: rond 150 deelnemers waren present.

Ds. D.J. Budding opende het congres met een korte meditatie over Ps. 119: 9: "Waarmede zal de jongeling zijn pad zuiver houden? Als hij dat houdt naar Uw woord". Het zuiver houden van het pad is alleen mogelijk in de levende gemeenschap met Jezus Christus en in het leven achter Hem aan. Het pad naar Gods Woord houden, betekent: in alles consequent vastkleven aan Gods Woord, hoewel dat steeds moeilijker zal worden in deze donkere tijd. Dit is niet alleen van belang voor onze jeugd, maar voor ons allemaal. In het wandelen op dat pad, zal er ook steeds meer een gelovig verlangen zijn naar het einde van de tijden, zo stelde onze partijvoorzitter.

Referaat dr. Kinneging

Dr. A.A.M. Kinneging, hoofddocent rechtsfilosofie aan de faculteit rechten van de Universiteit Leiden, hield vervolgens de hoofdlezing van het congres. Zijn lezing was getiteld "De hechte samenleving". Hij be­

toogde dat twee zaken van wezenlijk belang zijn voor het welzijn van de mens hier op aarde: 1. de innerlijke zielsgesteldheid en 2. maatschappelijke instituties. Wat betreft die zielsgesteld­

heid, zijn volgens hem velen van mening dot d

gekoppeld is aan welvaa toenemende welvaart zou

den tot toenemend wel ter, ook in de grootste armoe en onderdrukking kun je een goed inner­

lijk welzijn hebben. Dat welzijn vereist "metanoia", een ommekeer, weg van onze natuurlijke, aangeboren ondeugd, en een wending tot deugden als nederigheid, vrijgevigheid, kuisheid, zelfbeheersing enz. Toch is een goede innerlijke gesteldheid ook niet alles: maatschappelijke instituties zijn ten zeerste nodig om ons welzijn te verhogen. De Leidse rechtsfilosoof ging vervolgens in op de vier volgens hem belangrijkste instituties. Allereerst noemde hij het gezin. Dot is de kiemcel van de samenleving, waarin goede zorg voor elkaar, bescherming en opvoeding van de kinderen centraal staan. Als het in het gezin fout gaat, dan valt er door de staat weinig meer te repareren. In het gezin moet de grondslag voor het verdere leven worden gelegd. Dat betekent onder meer dat de kinderen in een stabiele omgeving op moeten

groeien, waarin de ouders altijc voor hen klaar staan. Fenoment^ als het eenoudergezin, stiefoudcschap en echtscheiding zijn fnui kend voor het kind: het blijft on' idderd achter en belandt veel eer^ : , r in de criminaliteit. Geluk en we^" n zijn, zonder goed functioneren' hechte gezinnen, voor de meesmensen onbereikbaar, aldus de heer Kinneging. Hij pleitte er de ook voor om het gezin hoog op e agenda te plaatsen en van ech' scheiding een politiek issue te r ken.

De hveede institutie is het maatschappelijk middenveld, waar r, istenliefde, filantropie, wederzijd: hulp om niet enz. domineren. D' k aan verenigingen, vrijwilligersw 'l< , scholen en kerken. Het middenv_ d is een noodzakelijke aanvulling oo het gezin, als het ware de smee lie van de samenleving. Door de c s in de gezinnen, is ook het middenveld in verval geraakt. Ouders die sornen werken, hebben het te druk voor verenigingen. In eenoudergezinnen heeft de ouder zo veel werk aan opvoeding en arbeid, dat er ge-ïn tijd of interesse is voor schoolavonden en vrijwilligerswerk. Het ve'val is echter reeds in gang gezet door de opkomst van de verzorgingsstaat en de toenemende dominantie van het marktdenken. De markt is institutie nummer drie. H-f is een nuttig en noodzakelijk a g om welvaart te creëren, maar O' roepassing van marktwerking buiten de markt om, in het gezin en op het middenveld, is een regelrechte vloek en ondermijnt daar ons welzijn.

Tenslotte de staat. Deze institutie is een basisvoorwaarde voor de anderen: zonder de orde die de stoot sciept, kunnen vrijheid en welzijn niet bestaan. De staat heeft echter zo totalitair ingegrepen in gezin en n-.-ddenveld, dat die laatste twee niet meer hun natuurlijke functie in net maatschappelijk bestel kunnen vervullen.

Taak is nu, zo besloot de spreker, om het gezin weer te revitaliseren en wet- en regelgeving kritisch te

toetsen of zij afbreuk doet aan de positie die deze twee instituties (gezin en middenveld) in dienen te nemen. Alleen wanneer het gezin weer de plaats krijgt die fiet toekomt, is er perspectief op civilisatie en socialisatie. Alleen in het gezin leert de mens de bovengenoemde deugden. Alleen in een maatschappij met stabiele gezinnen is er basis voor een gezond middenveld.

Co-referaat ds. Heemskerk

Ds. D. Heemskerk uit Garderen, lid van het HB, verzorgde het co-referaat. De dominee merkte op dat een heiden als Plato, waardoor Kinneging zich zo liet inspireren, een veel dieper inzicht had in de wangestalten van de mens als de doorsnee mens in een land als Nederland, waar nota bene eeuwen lang Gods Woord een belangrijke plaats innam! Waar de eerste spreker echter voor zijn inzichten te rade ging bij Plato en Gregorius de Grote, ging de coreferent verder terug in de tijd. fHij zocht het begin in het paradijs, waar de mens goed geschapen, maar daarna gevallen was. Ds. Heemskerk wees op de ware vernieuwing die ons op God richt, waf in de Bijbel bekering genoemd wordt. Alleen vanuit die bekering, gebaseerd op de verzoening met God in Christus, is goede opvoeding van de jeugd mogelijk. Vanuit die ommekeer, en niet de "metanoia" waarover dr. Kinneging sprak, is het mogelijk om iets van die rechtvaardige eis uit het Doopformulier in de praktijk te brengen. Op die manier kunnen waarden en normen van wezenlijk belang worden meegegeven.

De predikant uit Garderen constateerde dat het gezin op de tocht staat en geofferd wordt op het altaar van het materialisme. Hij zag een parallel met de voormalige Oostbloklanden, waar onder communistisch regime beide ouders de hele dag werkten en de kinderen op staatsscholen verbleven. Daar werd toen vanuit het Westen met afschuw naar gekeken, terwijl we nu kritiekloos hetzelfde ideaal nastreven: zoveel mogelijk tweeverdieners, kinderen onderbrengen op school! Verder legde hij de vinger bij het grote aantal echtscheidingen en losse relatievormen, die verwoestend zijn voor de jeugd. Een jeugd zonder een hecht, stabiel gezinsleven heeft geen toekomst.

De nadruk werd door de coreferent ook gelegd op het feit dat alles hier op aarde "ten dele" is. Hij noemde, wat het gezinsleven betreft, onder meer de moord in het gezin van A- dam en Eva, de jaloezie en twist in het gezin van Elkana met zijn twee vrouwen, en de onenigheid tussen Jakob en Ezau in Izaks gezin. De lijn werd doorgetrokken naar de andere drie instituties. Zijn conclusie was dat alles "ten dele" blijft hier op aarde, zelfs als we de vier instituties op Bijbelse manier invullen.

Forumdiscussie 's middags

Onder leiding van drs. H. Dijkgraaf, bestuurslid van Voorlichting en Vorming, vond een forumdiscussie plaats, waaraan ook ons Kamerlid de heer Van der Staaij deelnam. De laatste beet de spits af met een waarderend woord richting dr. Kinneging: deze had zaken benoemd, die andere partijen in de Kamer niet eens meer willen of durven benoemen, zoals de aard van de mens en de waarde van de traditie! Hij miste echter aandacht voor het belang van godsdienst in het hoofdreferaat. De heer Kinneging antwoordde dat voor hem het belang van godsdienst, en dus van de kerken, voor het middenveld evident is. Hij had echter geen oplossing voor de diepe crisis waarin de kerken verkeren en waardoor hun bijdrage minimaal is.

Vanuit de zaal kwam de vraag wat dr. Kinneging vond van ds. Heemskerks co-referaat. Deze was van mening dat hij weliswaar een ander idioom hanteerde dan zijn coreferent, maar dat beider analyse en conclusies wel heel sterk overeenkwamen. Volgens hem moeten we daarmee tevreden zijn, want we hebben het over het 'hiernumaals'. Hier werd kritisch op gereageerd: Plato en Christus kun je toch niet verenigen? De referent hield echter vol dat de overeenkomsten van groter belang zijn.

Een bezoeker van het congres vond dat in de lezingen opvoeding en gewetensvorming te weinig aandacht

gekregen hebben. De heer Van Jer Staaij sprong hierop in met de stalling: Wie de toekomst heeft, heeft de jeugd! Hij vroeg zich af wat de meeste ouders hun kinderen nog te bieden hebben, of ze nog wel et^n visie op opvoeding hebben. Hij ervoer een zekere onmacht als SGF-er om voortdurend in de politiek het gezin te propageren, mede omdat anderen ook geen zicht meer hebben op welke waarden en normen nu don wel in het gezin overgec'agen moeten worden. Kinneging vond dat je niet in de val moet s oppen om te denken dat, als het in Nederland met het gezin fout gaat. : e dan alles kunt oplossen door he' zin op de politieke agenda te p' , atsen. De politiek kan immers niel .ia beleid, subsidies en allerlei maatregelen rechtstreeks het gezin revitjjiseren? Integendeel, de politiek tun hoogstens indirect een opvoedin.jsen gezinspolitiek voeren, onder meer door voor vitale en zelfstandige scholen te zorgen, maar ook - om iets heel anders te noemen - door in het eerste boek van het Burgerlijk Wetboek alles te herstelle i wat vanaf de jaren '70 aangepast en gemoderniseerd is. Niettemin zijn de mogelijkheden van de pciitiek beperkt: het zal er volgens CÏ Leidse docent op neer komen, dct - wanneer het in het gezin fout gaat - de politiek niet veel meer kan doen dan pappen en nathouden. Korv-m, je mag (en moet!) het gezin we! ; p de politieke agenda plaatsen - denk aan het voorstel van oud-C JAfractievoorzitter Heerma om eer oiinister voor gezinszaken' te intro J- ceren - , maar er zijn weinig ree'; streekse beïnvloedingsmogelijkheien.

E. J. Brouwer

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 12 oktober 2000

De Banier | 20 Pagina's

Wie de jeugd heeft, heeft de  toekomst! - Verslag van het congres van 22 september 2000 (I)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 12 oktober 2000

De Banier | 20 Pagina's