Tweede Kamer · Fractie krijgt bijstand

In de 'goeie ouwe tijd' stonden de liamerieden er helemaal alleen voor. De dominees Kersten, Zandt en 'de oude heer Van Dis' moesten alle debatten zelf voorbereiden, en ook al vergaderde de Kamer in het verleden minder vaak dan tegenv/oordig, dat was al met al best nog wel een heel karwei. Zeker voor de leden van de kleine(re) fracties in de Tweede Kamer. Een beetje wetsvoorstel met toelichting telt al gauw tientallen, soms zelfs honderden bladzijden. Gevoegd bij al het andere Kamerwerk is dat geen kleinigheid.

Assistentie

De toenemende werklast van kamerleden, die ook nog eens moeten opboksen tegen ministers die steunen op een enorm ambtenarenapparaat, versterkte in de jaren '60 van de vorige eeuw de roep om assistentie voor kamerleden. In 1964 was het zover.Voor het eerst kregen de Kamerfracties van het ministerie van Binnenlandse Zaken geld overgemaakt voor de aanstelling van fractiepersoneel. De verdeelsleutel die daarbij werd en wordt gehanteerd is; hoe groter de fractie, des te meer personeel.

Zo ook de SGP-fractie. De gangmaker van deze vernieuwing bij de SGP was ir. Van Rossum. Zelf afl< omstig uit een goed geoliede rijksdienst, bracht Van Rossum 'de oude heer Van Dis' voorzichtigjes onder ogen dat het toch wel z'n nut kon hebben een secretaresse

aan te trekken voor het tikken van brieven of stukken en zo. Ds. Abma, het derde SGP-kamerlid, vond het een prima voorstel. Na enig sjorren gaf vervolgens ook ir. Van Dis zich gewonnen, zij het dat hij de noodzaak van 'zo'n juffrouw' nog niet (later werd dat anders) vermocht in te zien. En zo trad in

1968 de eerste secretaresse in dienst van de fractie.

Intocht

Vrij spoedig na de intocht van de secretaresse werd in 1969 ook de eerste fractie-assistent aangetrokken, drie jaar later gevolgd door nummer twee. De SGP-fractie volgde op dit punt vrij aardig de ontwikkeling die zich ook bij de andere fracties aftekende. Ook daar deed zich onder invloed van de toename van de werkdruk en de ingewikkel­ der wordende vraagstukken, de noodzaak van meer deskundige ondersteuning gevoelen. Allengs namen de fracties dan ook steeds meer fractiemedewerkers in dienst.

In de SGP was trouwens al eerder op dit punt gehamerd. In 1964 al hadden drie kiesverenigingen aangedrongen op de benoeming van een vaste commissie van advies op zakelijk gebied voor de fractie in de Tweede Kamer. IrVan Dis achtte de aanstelling van een fractieadviseur op dat moment echter (nog) niet nodig.

Tot op heden waren er in 'SGP-loondienst' een kleine twintig fractiemedewerkers (ook wel beleidsmedewerkers genoemd) werkzaam. Sommigen parttime, anderen in een volledige dienstbetrekking. Hun werk bestond en bestaat in hoofdzaak uit het bestuderen

van de stukken die op de agenda van de Kamer staan. In samenspraak met de kamerleden verrichten ze de voornaamste voorbereidingen voor een debat. Dat kan zelfs zo ver gaan, dat de beleidsmedewerkers in feite de redevoeringen van de kamerleden schrijven en voor hen moties, amendementen of vragen ontwerpen en redigeren. Een motie-Van der Vlies kan op de keper beschouwd dan ook best wel eens een motie-Verweij zijn; of schriftelijke vragen van het lid Van der Staaij schrifte-lijke vragen van medewerker Van Dijk.

BIK-kracht

In 1974 verscheen er een geheel nieuwe figuur op het Binnenhof: de BIK-kracht. BIK staat voor: bewerktuiging individueel kamerlid. De werkgroep die een onderzoek instelde naar de wenselijkheid en mogelijkheden van zo'n persoonlijk medewerker stond onder voorzitterschap van niemand minder dan ir.Van Rossum. leder kamerlid kreeg in 1974 het recht om iemand aan te stellen om de meer administratieve karweitjes voor hem te klaren, zoals het verzorgen van de post, het bijhouden, sorteren en archiveren van de dikke stapels stukken, het opnemen van de telefoon en het bijhouden van de agenda. De eerste BIKkracht die voor de SGP op het Binnenhof kwam werken, werd in 1980 aangesteld door'de jonge heer Van Dis'. Na hem zouden er nog ettelijke persoonlijk medewerkers in dienst van een van de kamerleden benoemd worden. ^

Fractievoorlichter

In 1984 stelde de fractie bovendien nog een voorlichter aan. Zijn komst moet gezien worden tegen de achtergrond van de lichte teruggang van de

SGP bij de Kamerverkiezingen van 1981 en 1982. Omdat de SGPfractie geen gebruik maakte van radio en televisie, dacht men met een dergelijke functionaris in de richting van de schrijvende pers enige compensatie te kunnen bieden. Voorts kreeg hij tot taak de eigen achterban meer bij het SGP-gebeu-

ren op het Binnenhof te betrekken, onder andere door het ontvangen en begeleiden van groepsbezoeken. Als redacteur van De Banier kreeg de fractievoorlichter verder de taak om de bijdragen van de kamerleden voor de lezers van het partijorgaan 'te vertalen'.

Het huidige bestand medewerkers van de SGP-fractie bestaat uit in totaal zeven personen.

Menno de Bruyne

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen