Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Doelwit • W&n-debat is maatwerk

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Doelwit • W&n-debat is maatwerk

14 minuten leestijd Arcering uitzetten

"Het waardendebat is voor de straat", aldus wijlen partijvoorzitter ds.Abma. Hij werd geciteerd tijdens de opening van het congres over Waarden en normen lokaal in debat door congresvoorzitter ing. E. Klein. De vraag waar het debat moet beginnen -in de politiek of onder de burgers- zou dit congres nog vaak naar voren komen. Op 27 juni kwamen ruim 50 gemeentebestuurders in de stad van de Gouden Stadsregels bijeen, om -niet op straat, maar in Hogeschool De Driestar- te discussiëren en ideeën uit te wisselen over de waarden en normen-discussie op lokaal niveau. Conclusie: het gaat om maatwerk.

Fatsoen te smal

Tijdens het middagprogramma wordt meer theoretisch over waarden en normen gesproken. Mevrouw dr. A. van Bruggen van het Forum voor Democratische Ontwikkeling (FDO) leidt het thema in.Tijdens het onderzoek dat het FDO in opdracht van de regering verrichtte naar sectorale, lokale en departementale initiatieven rondom waarden en normen, bleek dat het niet zozeer gaat om fatsoen. Het gaat meer om het zich niet meer'thuis' voelen in de samenleving, en zich daarom ook niet meer verantwoordelijk voelen voor die samenleving.

Bottom-up

Van Bruggen gaat ook in op de maatschappelijke aanleiding van het waarden en normen-debat en de potenties en verantwoordelijkheid van de overheid. Ze constateert dat het kabinet kiest voor de bottom-up werkwijze, dat wil zeggen het aansluiten bij en versterken van goede initiatieven vanuit de samenleving. Het FDO heeft eind 2002 en begin 2003 een inventarisatie uitgevoerd van bestaande initiatieven rond waarden en normen. In het onderzoek stuitte men op veel initiatieven van de burgers. De samenhang ontbreekt echter. Een van de taken van het FDO is om gegevens hierover uit te wisselen zodat niet iedereen opnieuw het wiel hoeft uit te vinden. Om de discussie over definiëring van waarden en normen te ontstijgen, is het FDO gekomen tot een begrippenkader over waarden en normen. Daaruit blijkt dat hoe minder consensus er bestaat over waarden en normen, des te groter het belang is van andere gedragsregulerende factoren, zoals prikkelstructuren, sociale controle en handhaving. Na de visie van enkele sociologen aan de orde te stellen, geeft Van Bruggen haar visie op de rol van de lokale overheid. Die moet allereerst het goede voorbeeld geven, vervolgens discussies initiëren en organiseren (dus niet: uitvoeren!) en met name faciliteren en inbedden.Tot slot plaatst ze enkele kanttekeningen vanuit de sociologische invalshoek van het FDO bij het gedachtegoed van de SGP in relatie tot het waarden en normen-debat.'

Postmodernisme

De heer mr. dr. J.T van den Berg reageert op het referaat van mevrouw Van Bruggen. Als lid van de stuurgroep van het Platform Waarden en normen en oud-Kamerlid constateert hij dat dit thema van groot belang is, zeker voor een partij die zich baseert op de Bijbel. Het thema komt regelmatig terug op de politieke agenda. Opvallend is dat de discussie telkens strandt op de vraag over welke waarden en normen we het dan hebben. Bolkestein bracht het destijds niet verder dan wat fatsoensnormen en artikel I van de Grondwet (gelijke behandeling). Het debat ontstaat echter telkens weer als gevolg van een algemeen besef dat de moraal wegebt.

Om het verval van waarden en normen te verklaren is het van belang om kenmerken van het postmodernisme te benoemen: individualisering, secularisatie, autonomie-denken.Van den Berg benadrukt dat wij als SGP ons niet rijk moeten rekenen dat de discussie over waarden en normen weer is opgeleefd, alsof men terugwil naar de Bijbelse geboden, want het ontstaan ligt puur in een gevoel van onveiligheid en eigenbelang.

Scheiding kerk en staat

In deze discussie speelt een grote rol wie waarden en normen overdraagt. Van den Berg ziet een taak weggelegd voor gezin, kerk, school én overheid. Het is treurig te moeten constateren dat het gezin is uitgehold en de kerk voor velen niet meer relevant is, waardoor de nadruk valt op het onderwijs. In de moderne maatschappij spelen ook de massamedia een belangrijke rol in de overdracht.

De overheid kan waarden en normen niet opleggen, ze moet dat ook niet willen in de visie van de SGP maar ze kan wel proberen die over te dragen en in ieder geval moet ze het goede voorbeeld geven. Het is niet erg'in' om dat te zeggen. De SGP krijgt vaak het verwijt zedenmeester te willen spelen. Maar uit de SGP-visie op de overheid (denk aan Romeinen 13 en artikel 36 van de Nederlandse Geloofsbelijdenis) vloeit voort dat de overheid een taak heeft de samenleving te corrigeren als zij uit zichzelf niet leeft naar de Bijbelse geboden.

Om op dit punt de scheiding van kerk en staat in de discussie te brengen, is niet van toepassing. Scheiding van kerk en staat betekent niet een scheiding van religie en politiek. Ideologische achtergronden mogen en moeten een rol spelen in de politiek.

Onbetrouwbare overheid

In de forumdiscussie onder leiding van ing.W van der Hoeven komt allereerst naar voren de vraag hoe de gemeente haar burgers moet faciliteren in het debat over waarden en normen. Zo blijkt de gemeente Den Haag het niet voor elkaar te kunnen krijgen om initiatieven van inwoners in te bedden in het beleid. Door inmenging van de gemeente, aan activiteiten juist kapot en krijgen burgers het idee van een onbetrouwbare overheid. Is het daarom niet beter om dat maar na te laten?

Van Bruggen antwoordt hierop dat faciliteren inhoudt dat de gemeente ruimte geeft aan de burgers en belemmeringen wegneemt, maar dat dat niet gelijk directe inmenging hoeft te betekenen. Anderzijds is het FDO voorstander van het financieel ondersteunen van activiteiten van burgers die gericht zijn op waarden en normen.Tenslotte benadrukt Van Bruggen dat waarden en normen in élke gemeentelijke beslissing een rol moeten spelen. Kan de overheid een structurele ge- dragsverandering bewerkstelligen, was de tweede vraag.Van den Berg vindt dat de overheid dit zeker moet stimuleren, maar waarden en normen opleggen is niet mogelijk. Een echte verandering vindt alleen plaats door Woord en Geest.

Initiatieven en burgers

Forumleden en deelnemers aan het congres zijn het erover eens dat initiatieven van onderop, dus uit de koker van de burgers, het meeste succes hebben. Ook in Geldermalsen deelt men die ervaring. De SGP-fractievoorzitter aldaar vindt dat we eerst moeten expliciteren waar het probleem ligt, namelijk in de samenleving, dus bij de burgers. Daarvandaan moet in zijn optiek dan ook het initiatief voor de oplossing van het probleem komen.

Een van de deelnemers stelt de fundamentele vraag hoe het debat over waarden en normen is ontstaan en wat de oorzaak ervan is.Als SGP zijn we immers geen voorstander van symptoombestrijding, maar van het aanpakken van de oorzaak van het probleem. Diagnose van de ontstane situatie in de publieke moraal helpt wellicht in het bepalen van de oplossingsrichting. Van den Berg kan zich helemaal vinden in deze suggestie, maar benadrukt dat we reëel moeten zijn als we spreken over een 'oplossing' van het probleem. In zijn lezing schetste hij reeds de ontwikkeling in de Nederlandse samenleving die gekenschetst wordt door secularisatie en individualisering. Deze postmoderne kenmerken van onze samenleving zijn oorzaken van het ontstane probleem. Het is een feit dat de sociale controle wordt hergewaardeerd, maar van historische argumenten voor een 'opwaardering' van waarden en normen wil niemand weten.

Respect

Onderwerp van discussie is ook hoever het respect voor andersdenkenden moet gaan, mede naar aanleiding van de kop boven het interview met mevrouw Van Bruggen in het Reformatorisch Dagblad van de dag vóór het congres: "lk mis bij SGP soms respect voor anderen". Volgens Van Bruggen eindigt het respect waar algemene normen (i.e. de Tien Geboden) aangetast worden. Dit leidt direct tot de vraag waarom we dan nog respect moeten betonen voor een overheid die het zesde gebod (denk aan legalisering abortus en euthanasie) overtreedt.Van den Berg meent dat we in het licht van Romeinen 13 en artikel 36 van de Nederlandse Geloofsbelijdenis toch respect moeten houden, ook voor déze overheid.Wanneer je geen respect kunt hebben voor iemands mening, moet je dat nog wel hebben voor de persoon als medemens.

Het is ook een kwestie van definitie. Als je 'respect' niet gedefinieerd hebt, kun je de ander altijd respectloosheid verwijten, aldus een van de deelnemers.Van Bruggen legt uit dat de SGP het imago heeft geen respect voor andersdenkenden te betonen.Voor de SGP als geheel geldt dit echter niet. Het is een karikatuurWel pleit zij ervoor om de Bijbelse boodschap niet met name te gebruiken om te oordelen, maar om juist meer het uitnodigende aspect van deze boodschap te gebruiken in het politieke debat.

Taak

Tot slot wordt gediscussieerd over de vraag voor wie er een taak ligt als het gaat over waarden en normen.Van Bruggen vindt dat de overheid met name moet faciliteren. De overheid moet ook normen vaststellen en opleggen. Met (religieus getinte) waarden moet ze terughoudend zijn. De overheid is namelijk wat de waarden betreft niet homogeen.Vanuit verschillende waarden kunnen echter wél eenduidige normen worden geformuleerd. Van den Berg vindt het onderscheid tussen normen en waarden minder scherp. Normen hebben immers altijd achterliggende waarden, zie bijvoorbeeld de zondagswetgeving. In de woorden van een deelnemer: we kunnen niet de bloemetjes (normen) plukken terwijl we steel met wortels (waarden) laten staan.

Rudi 6/emofid

Avondprogramma

Tijdens het avondgedeelte staat de praktijk van het lokale debat over waarden en normen centraal. Eerst is wethouder R van der Sluijs uit Gouda aan het woord."Ik ben niet de geestelijke vader van de Gouden Stadsregels", houdt hij zijn hoorders direct voor. De christelijke partijen in Gouda hebben in het verleden al verschillende keren geprobeerd om waarden en normen op de agenda te krijgen.Tevergeefs, de andere partijen zagen niet de relevantie om dit onderwerp in de politiek te bespreken.

Samenleving

Drie jaar geleden kwam echter het signaal vanuit de samenleving zelf.Van onderaf, niet vanuit de politiek."Handhaaf waarden en normen", werd volgens Van der Sluijs door de burgers geroepen. Het gevolg was dat de politiek de burgers zelf aan het woord wilde laten. Er kwam in een tijdsbestek van anderhalf tot twee jaar een overleg met allerlei organisaties, kerken, burgers enzovoort. Ook werd een enquête gehouden onder de burgers waarin zij uit 35 regels tien regels moesten kiezen die zij het belangrijkst vonden. De tien regels met de hoogste score vormden de Gouden Stadsregels.

Voorbeeldfunctie

"De overheid zelf moet wel zelf het goede voorbeeld geven", geeft Van der Sluijs de hoorders mee. Er kunnen ook afspraken gemaakt worden met justitie. Hij geeft aan dat het hele proces iets los maakt bij de burger: "ln de gezinnen is er ook discussie over de stadsregels, gewoon aan tafel." Ook in kerken wordt er aandacht aan geschonken, bijvoorbeeld tijdens de catechisaties. De wethouder ziet als positief gegeven dat de tien stadsregels vanuit verschillende invalshoeken benaderd kunnen worden. Christenen kunnen bijvoorbeeld vanuit de Tien Geboden het gesprek aangaan.

Proces en resultaat

Het proces heeft tijd nodig, aldus Van der Sluijs. Het initiatief krijgt overigens wel weerklank, zelfs de wereldpers berichtte er over Er wordt dan ook concreet iets gedaan in Gouda, het blijft niet bij een politiek-maatschappelijke discussie, er is'morele communicatie'. Zo heeft Gouda een ambtenaar vrijgesteld die zich alleen bezig houdt met de waarden en normendiscussie. Ook is er een debat met allochtonen geor- ganiseerd. Scholen zijn aan de slag gegaan met een lesbrlef over waarden en normen.^ Ook de burgers zelf gaan aan de slag. Zo worden er bijvoorbeeld regels in een flat vastgesteld die een bijdrage moeten leveren aan een veiliger omgang met elkaar Van der Sluijs ziet dat als een duidelijk gevolg van de stadsregels.'

Vloekverbod

Een tweede lokaal initiatief dat aandacht krijgt is de aanpak van de gemeente Ede. Fractievoorzitter L Kisteman doet er bevlogen verslag van. Binnen de SGP-fractle aldaar werd er al een tijd gesproken over het feit dat in Ede fysiek en verbaal ruw met elkaar wordt omgegaan op straat. De conclusie die door de Edese SGP-fractie getrokken werd, is volgens Kisteman: "De politiek moet de morele dimensie terugkrijgen". Dat kreeg zijn praktische vertaling in een voorstel om een vloekverbod in te stellen. Het voorstel werd geplaatst in het kader van waarden en normen. Helaas kreeg dit voorstel geen meerderheid.Toch werd er door de discussies iets losgemaakt bij de andere fracties. Het CDA kwam dan ook met een amendement (!) op het voorstel om tot een brede werkgroep te komen die een campagne gaat voorbereiden en ontwikkelen (dus niet: uitvoeren) over waarden en normen. Kerken, scholen en organisaties zoals de Bond tegen het Vloeken moesten daarin participeren. Dat amendement werd wel met een raadsmeerderheid aangenomen en er werd een werkgroep ingesteld.

Werkgroep

De werkgroep in Ede werd heel breed samengesteld, met vertegenwoordigers uit de horeca, kerken, scholen, politie, buurtbeheer, ouderenorganisaties, allochtonen, sportverenigingen enzovoort. Politici hebben geen zitting in de werkgroep, enkele zijn slechts aanwezig als waarnemer. Ook is een stuurgroep ingesteld die ervoor moet zorgen H^t de terugkoppeling naar de i aad plaatsvindt. Het Goudse moov.: diönt als voorbeeld, daarin is namelijk het proces belangrijker dan het resultaat en de discussie meer dan alleen een inventarisatie. Het vaststellen van de regeltjes is niet het einddoel.

Resultaat

De werkgroep is concreet aan het werk gegaan met het onderwerp. De problemen zijn benoemd, nu is de vraag wat er moet gebeuren. Er worden vooralsnog geen heldere, concrete zaken aangepakt. De burgers zijn moeilijk te activeren omdat er van onderuit niet voldoende draagvlak is. Eén van de oorzaken daarvan is dat de discussie de buitendorpen van Ede voorbij gaat. Ondanks dat de werkgroep hard aan de slag is gegaan en de eerste bevindingen inmiddels heeft gerapporteerd, blijft de vraag: hoe zijn de burgers te interesseren?

Forumdiscussie

Tijdens de forumdiscussie komen vanuit de zaal verschillende vragen en adviezen. Zo geeft een congresdeelnemer uitTerneuzen aan dat zijn fractie veel meer'projectgericht' en op wijkniveau wil gaan werken en niet zozeer de discussie in het algemeen wil voeren. De forumleden vinden dit een waardevolle aanpak.

Beide inleiders krijgen de vraag voorgelegd waarom het verhaal zo algemeen blijft en er niet doorgestoten wordt naar dé kern, de Tien Geboden. Van der Sluijs en Kisteman geven aan dat daar geen draagvlak voor is. Het is zeker zinvol afspraken te maken die "voor de samenleving goed zijn", ook al is het niet specifiek vanuit een christelijke invalshoek. Bovendien is het volgens Kisteman belangrijk dat de waarden die wij voorstaan zichtbaar moeten zijn voor anderen.

Een ander item dat stof tot discussiëren geeft is de 'brede school'. Forumvoorzitter Van der Hoeven vraagt de beide inleiders of dit verschijnsel een positieve stimulans kan zijn in de discussie rond waarden en normen. In de praktijk werken immers vaak beide ouders. Een brede school zou invloed kunnen uitoefenen op de kinderen om ze op die wijze waarden en normen bij te brengen. Wethouder Van der Sluijs reageert positief, er kunnen op zo'n manier "boodschappen aan elkaar" ge­ geven worden en er kan positieve invloed uitgeoefend worden door leerkrachten en hulpverleners op de kinderen, ook buiten schooltijden. Kisteman kan zich in die argumentatie niet vinden. Hij geeft de school weliswaar een belangrijke plaats als secundaire opvoeder, maar de belangrijkste opvoeding moet toch in het gezin blijven en daar moet de SGP op in blijven zetten. Tot slot wordt gevraagd wat een SGPfractie het beste kan doen. Zelf aan de slag gaan of wachten tot een andere partij waarden en normen op de agenda zet? "Laat het debat maar gebeuren!", vindt Van der Sluijs. Ook Kisteman is voor zo'n actieve benadering: "Als SGP moeten we het juist oppakken, want dan heb je meer mogelijkheden om bij te sturen in dat debat."

Terugblik

Gezien de discussie en de betrokkenheid van de deelnemers voorziet het congres over het waarden en normendebat op lokaal niveau in een behoefte. Veel fracties hebben plannen om in de raad deze discussie te gaan voeren of zijn al druk bezig. Er liggen kansen voor SGP-ers, niet zozeer om het resultaat, als wel om het proces. In het congres zijn lokale initiatieven voor het voetlicht gebracht en dat is een stimulans om ermee aan de slag te gaan: "Hoewel het bij ons een andere situatie is, is het zeer interessant om kennis te nemen van andere initiatieven", aldus een deelnemer. Het waarden en normen-debat blijft maatwerk!

Marco var) Eckeveld

' Sheets en uitgebreide toelichting daarop, behorend bij de lezing van mevrouw van Bruggen, zijn te bestellen via e-mail: voorlichting@sgp.nlof telefoon: 070-345 6226.' Een kopie van de lesbrlef is ook te bestellenbij Voorlichting & Vorming (zie e-mailadres oftelefoonnummer bij noot I).' Voor meer informatie over de stadsregels inGouda: www.goudenstadsregels.nl.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 11 juli 2003

De Banier | 20 Pagina's

Doelwit • W&n-debat is maatwerk

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 11 juli 2003

De Banier | 20 Pagina's