Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Waterschappen: nooit van gehoord?!

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Waterschappen: nooit van gehoord?!

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Waterschappen, sommige al ontstaan tussen de twaalfde en veertiende eeuw, zijn oude organisaties. Zij zijn voor een groot deel verantwoordelijk voor de waterstaatszorg. IHet aantal waterschappen is sterk verminderd, de waterstaatszorg is de laatste decennia sterk veranderd en het watermanagement staat ook in de nabije toekomst voor nieuwe wateropgaven.

Waterschappen

Waterschappen zijn decentrale overheden op het niveau van de gemeenten en zijn functionele doelcorporaties. Zij hebben namelijk een beperkt aantal taken.Van oudsher de zorg voor de waterkering en het kwantiteitsbeheer van het oppervlaktewater Sinds de invoering van de Wet verontreiniging oppervlaktewateren (Wvo) in 1970 is het waterkwaliteitsbeheer ook wettelijk verankerd. In zuidwest Nederland en in Noord-Holland hebben waterschappen ook een wegentaak.

Waterschappen houden zich dus bezig met: veiligheid, wateroverlast en watertekort, peilbeheer, de oppervlaktewaterkwaliteit, inclusief het zuiveren van afvalwater en de vergunningverlening en onderhoud van (vaar)wegen.

Waren er in 1850 ca. 3500, in 1950 nog ca. 2500 en in 2000 ca. 60 waterschappen; rond 2005 zullen er nog slechts 25 waterschappen over zijn.

Organisatie

Er zijn diverse redenen voor deze concentratie. In het algemeen geldt dat de taken complexer zijn geworden. Gold dat in 1970 voor de waterkwaliteitszorg, nu geldt dat voor het gehele watermanagement.

Met het van kracht worden van de Wvo in 1970 is in vele delen van Nederland het waterkwantiteitsbeheer gescheiden van het waterkwaliteitsbeheer georganiseerd. Het kwantiteitsbeheer moest dicht bij de gebruiker georganiseerd blijven, terwijl het kwaliteitsbeheer een aanpak op grotere schaal vereiste. De zuivering van afvalwater moest meer regionaal uitgevoerd worden. Ook voor de vergunningverlening en handhaving was een aanpak op afstand wenselijk. De Wvo legde de zorg voor de waterkwaliteitstaak neer bij de provincies. Een aantal provincies behield deze taak zelf (Groningen, Friesland en Utrecht), andere provincies delegeerden deze taak naar al bestaande, aloude waterschappen, weer andere provincies riepen organisaties in het leven speciaal voor deze taak: de zuiveringschappen. Ongeacht de wijze van organisatie is deze aanpak succesvol geweest. In kor­ te tijd is de kwaliteit van het oppervlaktewater verbeterd. Allereerst werden de grootste bronnen van vervuiling aangepakt. Deze zijn nu gesaneerd. Industrieën hebben hun lozingen sterk teruggedrongen en het door gemeenten ingezamelde rioolwater wordt gezuiverd in de ca. 450 afvalwaterzuiveringsinrichtingen van de waterschappen. Daarom zien we weer allerlei leven terugkomen in rivier, sloot en plas.

De veelal verspreid voorkomende bronnen van vervuiling: de zogenaamde diffuse bronnen, vormen nog steeds een probleem, dat een adequate aanpak vereist. Echter in de tachtiger jaren bleek dat het kwantiteits- en kwaliteitsbeheer toch sterker samenhingen: het integraal waterbeheer deed zijn intrede. De waterkwaliteit bleek ook sterk afhankelijk van de inrichting van watergangen. Het aanleggen van natuurvriendelijke oevers, het baggeren van watergangen en het aanleggen van ecologische verbindingszones bleek van belang. Gebiedsgerichte projecten in het landelijke gebied en later ook in de bewoonde wereld kregen steeds meer aandacht.

De gevolgen voor de organisaties bleven ook niet uit. Daar waar het beheer gescheiden was, moesten via reorganisatie all-in waterschappen ontstaan. Alle taken in één hand, onder één bestuurlijke paraplu. Dit heeft het laatste decennium tot een groot aantal fusies geleid. Vaak ingrijpende processen die echter nodig waren om het watermanagement in de 21e eeuw te kunnen uitvoeren.

Het laatste zuiveringsschap verdwijnt

Op I januari 2005 zal de organisatievorm zuiveringsschap verdwijnen. Het enige zuiveringsschap dat nog in Nederland bestaat, het zuiveringsschap Hollandse Eilanden en Waarden (ZHEW) houdt dan op te bestaan. Dit is een onderdeel van de reorganisatie van het waterbeheer in de provincie Zuid-Holland. Met deze reorganisatie wordt het traject van het vormen van all-in waterschappen in Nederland afgesloten. In

geheel Nederland kennen we dan all-in waterschappen. In Zuid-Holland zuid wordt het waterkwantiteitsbeheer op dit moment nog gevoerd door een zestal waterschappen: waterschap Goeree Overflakkee, waterschap De Brielse Dijkring, waterschap De Groote Waard, waterschap IJsselmonde, hoogheemraadschap van de Krimpenerwaard en het hoogheemraadschap van de Alblasserwaard en deVijfheerenlanden.

Dat fusies soms ook ingewikkeld kunnen zijn (gemaakt worden) geldt voor dit gebied. Provinciale Staten van Zuid- Holland heeft begin 2003 besloten om per I januari 2005: - het hoogheemraadschap van de Alblasserwaard en deVijfheerenlanden en dit deel van het zuiveringsschap te laten integreren met het waterschap Rivierenland (integratie omdat het waterschap Rivierenland recent via een fusieproces is ontstaan); - het hoogheemraadschap van de Krimpenerwaard en dit deel van het zuiveringsschap te laten fuseren met het hoogheemraadschap van Schieland tot een nieuw hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerv/aard; - de overige vier waterkwantiteitsbeheerders met het overige deel van het zuiveringsschap te laten fuseren tot een nieuw waterschap Hollandse Delta.

Het zuiveringsschap wordt dus opgesplitst in drie delen resp. 15%, 5% en 80% en integreert/ fuseert vervolgens.

Waterschap Hollandse Delta

Om een indruk te geven van de taak en omvang van een waterschap wordt kort ingegaan op het Waterschap Hollandse Delta.

Het Waterschap Hollandse Delta houdt zich bezig met het beheer en het onderhoud van de waterkeringen ter bescherming van het land tegen het water. Anderzijds zorgt het ervoor dat voldoende water in het gebied aanwezig is om te kunnen wonen, werken en recreëren. Het bewaakt ook de waterkwaliteit in sloten, plassen en singels en zuivert het afvalwater. Met uitzondering van de provinciale wegen en rijkswegen is het Waterschap Hollandse Delta ook verantwoordelijk voor (vaar)wegen en fietspaden buiten de bebouwde kom. Enkele gegevens van het nieuwe waterschap: • een oppervlakte van ongeveer 85.000hectare • ca. I miljoen inwoners • 21 gemeenten • 750 km waterkeringen • 1.250 km. wegen • 150 km. fietspaden • 300 gemalen • 25 afvalwaterzuiveringinrichtingen voorca. 1, 2 miljoen vervuilingseenheden • 500 peilgebieden • omzet ca. I 10 miljoen euro • ongeveer 525 medewerkers

Nieuwe ontwikkelingen/wateropgaven

Zoals reeds genoemd, komen er diverse ontwikkelingen op het waterbeheer af. Ontwikkelingen die ook vereisen dat de waterschappen goed toegerust zijn. De belangrijkste ontwikkelingen zi n wel het Waterbeleid 21e eeuw (WB2I) en de Europese Kaderrichdijn Water (KRW).

De aanleiding voor het instellen van een Commissie Waterbeheer 21e eeuw waren de bijna overstromingen aan het eind van de vorige eeuw. Ondanks veel inspanningen in het verleden, o.a. de Deltawerken, bleek het waterbeheer toch nog kwetsbaar. Met de klimatologische veranderingen die in deze eeuw worden verwacht: meer regenval in kortere perioden, moet ook rekening worden gehouden. Daarnaast krijgen we te maken met een stijging van de zeespiegel, de toename van de verstedelijking en de bodemdaling.

Het advies van de commissie heeft erin geresulteerd dat het waterbeheer een extra impuls heeft gekregen: water moet nu de ruimte krijgen, voordat het de ruimte straks zelf neemt. In plaats van het overtollige water zo snel mogelijk afvoeren, is voor de trits: meer vasthouden, meer bergen en minder afvoeren gekozen. De problemen in eigen gebied oplossen en niet afwentelen, dus nieuwe "wateropgaven". De afspraken die het Rijk, de provincies, de gemeenten en de waterschappen hebben gemaakt liggen vast in het Nationaal Bestuursakkoord Water (NBW).

Op basis van de deelstroomgebiedsvisies zal de stedelijke wateropgave geactualiseerd worden en opgenomen in stedelijke waterplannen.Voor de landelijke gebieden wordt de wateropgave vastgelegd in waterstructuurplannen. Water zal meer sturend moeten worden bij het opstellen van ruimtelijke plannen. Om hier concreet invulling aan te geven, is de watertoets ontwikkeld. Alle ruimtelijke plannen moeten getoetst worden op het aspect water Een en ander zal ertoe leiden dat ook in het stedelijk gebied extra oppervlaktewater zal worden ontwikkeld.

De Europese Kaderrichtlijn Water (KRW) is op 22 december 2000 officieel van kracht geworden.

De KRW geeft een Europees kader voor de duurzame bescherming van aquatische ecosystemen en grondwater Duurzaam betekent een balans tussen de bescherming van het ecosysteem en het gebruik van dat ecosysteem door de mens. De KRW is dus meer gericht op de kwaliteit van het oppervlaktewater. Het uitgangspunt van de KRW is de stroomgebiedbenadering. De grote watersystemen vormen van bron tot monding samen met al het land dat erop afwatert internationale stroonngebieddistricten.

De doelstellingen van de KRW moeten in 2015 zijn bereikt. Deze termijn kan onder bepaalde voorwaarden worden verlengd met maximaal twee periodes van zes jaar. De uiterste datum komt daarmee op 2027. De doelstellingen zijn verder uitgewerkt in doelstellingen voor grond- en oppervlaktewater, die elke lidstaat in 2015 moet hebben gerealiseerd. Het centrale instrument daarbij is coördinatie in internationale stroomgebieden. Het motto is: niet afwentelen.

De KRW vat de doelstellingen samen in het begrip 'een goede toestand'. Daarbij wordt onderscheid gemaakt in chemie en ecologie voor oppervlaktewater en chemie en kwantiteit voor grondwater. De KRW verplicht de EU-lidstaten tot een uniforme werkwijze voor het bereiken van de gestelde doelen.Voor elk (internationaal) stroomgebieddistrict moeten zij een stroomgebiedbeheerplan opstellen. Het zal duidelijk zijn dat de waterschappen hierin een belangrijke bijdrage moeten leveren.

Slotopmerkingen

In zeer kort bestek is een aantal onderwerpen aangegeven over de organisatie en de taken van waterschappen. Met name uit de nieuwe ontwikkelingen en wateropgaven zal duidelijk zijn dat samenwerking en een integrale aanpak internationaal en met Rijk, provincie en met name ook de gemeenten kritische succesfactoren zijn.Veel beleid is geformuleerd en veel plannen zijn opgesteld. Uiteindelijk komt het op de uitvoering aan. Uitvoering die om samenwerking en participatie vraagt maar ook veel financiële middelen vergt. Gezien de maatschappelijke belangen zou het gewenst zijn dat zo snel mogelijk met de uitvoering wordt begonnen. Het zou jammer zijn als verantwoordelijkheidsdiscussies de uitvoering zouden vertragen. In dit opzicht kan ook nog genoemd worden het Interdepartementale Beleids Onderzoek (IBO) naar de bekostiging van het waterbeheer De Bijbelse opdracht eist van ons in dit opzicht een goede waterrentmeester te zijn.

Dordrecht, 9 augustus 2004

irA.W.van der Vlies

De heer irA.W. van der Vlies is thans waarnemend directeur van het zuiveringsschap Hollandse Eilanden en Waarden en D.V. vanaf I januari 2005 zal hij de functie van directeur Beleid, Planvorming en Voorbereiding van het Waterschap Hollandse Delta gaan vervullen.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 augustus 2004

De Banier | 24 Pagina's

Waterschappen: nooit van gehoord?!

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 augustus 2004

De Banier | 24 Pagina's