Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Uit de provincie · Gelderland

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Uit de provincie · Gelderland

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

De afgelopen maanden vroegen tal van belangrijke onderwerpen de aandacht van Provinciale Staten van Gelderland. Een drietal onderwerpen willen wij nader toelichten.

Reconstructieplan Gelderse Vallei-Utrecht-Oost

Eind december heeft het Gelders Parlement het Reconstructieplan voor de Gelderse Vallei-Utrecht-Oost vastgesteld.Tijdens dit debat, maar ook in de voorafgaande commissievergaderingen, is de SGP erin geslaagd het conceptplan in onze richting bij te stellen.Voor ons duidelijke optreden (v^oordvoerder namens onze fractie was bij dit debat ing. B. van de Weerd) tijdens het Statendebat ondervonden wij van voor- en tegenstanders veel waardering.

Op 23 februari 2005 werd het reconstructieplan Veluwe en Achterhoek-Liemers behandeld.

De discussie spitste zich vooral toe op de zogenaamde Enclave. Uiteindelijk ging de discussie over het amendement dat de SGP samen met de WD had ingediend voor meer zekerheden ten behoeve van de toekomstige bedrijfsvoering van de agrariërs in het gebied rond Elspeet, Uddel, Garderen en Speuld. Echter, voor het CDA was het te vroeg om nu al met dit amendement in te stemmen. De finale beslissing over het reconstructieplan Veluwe werd daarom uitgesteld tot 30 maart 2005.

Daarna heeft de SGP-statenfractie besloten om een avond te organiseren om met alle betrokkenen uit de Enclave van gedachten te wisselen over het ontwerp reconstructieplan. Een ieder werd uitgenodigd tot het bijwonen van deze openbare vergadering op 7 maart 2005 in het Blanke Schot in Uddel. Onze fractievoorzitter ing. E. Klein heeft op deze avond de actuele stand van zaken toegelicht. En het is de SGP-statenfractie gelukt om de krachten te bundelen voor meer zekerheden ten behoeve van de toekomstige bedrijfsvoering van de agrariërs in dit gebied. Er werd diezelfde avond een werkgroep van "niet georganiseerde kalverhouders" gevormd, om samen met LTO-Noord, de gemeenten Nunspeet, Barneveld en Ermelo en de SGP-statenfractie met voorstellen te komen om de Enclave voor de agrariërs leefbaar te houden. Op I I maart zaten LTO-Noord, de "niet georganiseerde kalverhouders" de gemeenten Ermelo en Nunspeet en de Statenfracties van de SGP en WD samen om tafel. Na veel overleg tussen deze werkgroep, de overige convenantpartners, deVeluwecommissie en Gedeputeerde Keereweer stemden donderdagmiddag (24 maart) alle leden van de werkgroep in met het aangepaste convenant.

De voorzitter van deze werkgroep, ing. E. Klein, onze fractievoorzitter, was na afloop van deze vergadering erg dankbaar."De agrarische belangen in de Enclave worden door dit aangepaste convenant zo veel mogelijk veiliggesteld" Vervolgens hebben Provinciale Staten op 30 maart 2005 unaniem ingestemd met het aangepaste voorstel voor de Reconstructie van de Veluwe.

Daarna heeft onze Statenfractie op 2 mei 2005 opnieuw een vergadering belegd in Uddel over de voortgang van de uitwerking van de reconstructievoorstellen. Mede hierdoor zullen waarschijnlijk tijdig de juiste voorstellen uitgevoerd gaan worden.

Nieuw streekplan Gelderland

Mn G. Holdijk voerde namens onze fractie het woord en zei het volgende.

"Mijnheer de voorzitter. Voorzitter, het streekplan is een politieke wils- of visiedocument met betrekking tot de toekomstige ruimtelijke ontwikkeling van en in de Provincie. De I O-jaarlijkse vaststelling van het streekplan kan men gerust een kernactiviteit van het provinciaal bestuur noemen. Aan de opstelling van het ontwerp is een jarenlang traject voorafgegaan van voorbereiding, waarbij Provinciale Staten o.a. nauw betrokken zijn geweest. Het is een goed uitgangspunt dat Gedeputeerde Staten de regio's dan wel de gemeenten belangrijke bouwstenen hebben laten aanleveren.Vanuit het principe decentraal wat decentraal kan en centraal wat centraal moet, wordt er meer dan voorheen beleidsvrijheid voor de gemeenten gecreëerd en voor de regio's. Al zal dat er anderzijds zo mij doet voorkomen toe leiden dat de beleidsregeldruk op het niveau van de gemeenten zal toenemen t.o.v. de burgers, er vindt een verschuiving plaats.

Voorzitter, aan de aard en schaal van het streekplan is een tamelijk hoge graad van abstractie eigen en dat betekent altijd een zekere vaagheid, waar­ voor wat mij betreft in dit streekplan het begrip kwaliteit model staat, vaag omdat het multi-interpretabel is, dat is deels onvermijdelijk maar vaagheid schept altijd onzekerheid en dat wreekt zich wanneer burgers en organisaties willen weten waar ze aan toe zijn en met een loupe als het ware de kaarten bij het streekplan gaan bestuderen. Een streekplan mag dan in de eerste plaats betekenis hebben voor de gemeenten, burgers beseffen maar al te goed dat de gevolgen hen tenslotte zullen raken en dat blijkt wel uit het feit dat het ontwerp dit keer meer dan 1200 bedenkingen heeft opgeleverd.

Voorzitter, als kind klonk mij de term ruimtelijke ordening onschuldig in de oren, de mens had immers altijd al een zekere orde in de ruimte aangebracht, al ver voordat er wetten met die term waren, totdat ik de politieke lading van die term ontdekte en me realiseerde dat ruimtelijke ordening een machtig sturingsmiddel van de overheid was en is. En naarmate wij in ons land in tal en last toenemen en bovendien ieder mens meer ruimte voor zichzelf opeist, de wensen en verlangens zich opstapelen en botsen, neemt de overheidsverantwoordelijkheid voor het zorgvuldige gebruik van de ruimte toe. Dat leidt er in de praktijk toe dat telkens weer dieper wordt ingegrepen in bestaande min of meer natuurlijke gebruiksmogelijkheden van particuliere eigenaren van ruimte c.q. grond in naam van het politiek geformuleerd algemeen belang. Dat ingrijpen is deels onvermijdelijk vanwege het belang van de gemeenschap. Toch is het goed dat we ons voor ogen houden dat noch een particulier individu noch de overheid in absolute zin de beschikkingsmacht over de ruimte heeft. Ons is de aarde slechts in vruchtgebruik gegeven, van ons rentmeesterschap zullen wij, ook de overheid dus, rekenschap hebben af te leggen aan de Schepper, Onderhouder en Eigenaar van deze aarde.

Voorzitter, u vindt mijn beschouwing tot hiertoe misschien nog wel abstracter dan ik het streekplan genoemd heb en daarom zal ik proberen wat concreter te worden. Als ik het totale streekplan op me laat inwerken dan overheerst één gedachte nl. dat bestaand gebruik moet wijken voor nieuw gebruik. Het rode raamwerk maakt ruimte voor de z.g. hoogdynamische functies, woningbouw, bedrijfsterreinen, in- frastructuur en het groen/blauwe raamwerk beschermt de natuur en schept ruimte voor recreatie.Als ik mij niet vergis moet het landbouv/kundig gebruik het meeste inleveren, gegeven al die andere belangen en waarden die men wil dienen of beschermen. Dit ondanks het feit dat het ruimtelijk beleid zoals in het voorgestelde streekplan is verwoord, ik citeer nu: de bedrijfsontwikkeling in de landbouw wil faciliteren. Dat de landbouw zo onder druk staat heeft te maken met ingrijpende veranderingen in de sector zelf maar zeker niet minder met het feit dat de stapeling van omgevingsplannen en nota's z'n ruimtelijke vertaling vindt in het streekplan en vervolgens in bestemmingsplannen, reconstructieplannen, etc. Naarmate de sector krimpt, loopt ze het risico dat gerechtvaardigde belangen in de verdrukking komen en met het oog daarop voorzitter, hoop ik u straks een viertal amendementen aan te bieden die er op gericht zijn hier en daar, al is het gering, ik zeg dat maar bij voorbaat, wat meer mogelijkheden voor land- en tuinbouw open te houden.

Voorzitter, het is een gelukkige omstandigheid dat het voorgestelde streekplan in elk geval veel sterker en concreter dan het huidige streekplan aandacht heeft voor de gevolgen van de krimp die ik al noemde in de landbouwsector en die zich in het buitengebied op het platteland alom openbaart. De uitgangspunten voor het beleid inzake functieverandering van vrijgekomen en vrijkomende bebouwing in het buitengebied onderschrijven wij. Goede uitgangspunten kunnen echter van zoveel mitsen, maren en tenzij's dan wel voorwaarden worden voorzien, dat ze de uitgangspunten zelfs zodanig verzwakken dat ze, ik zou bijna zeggen als levenloos ter wereld gekomen moeten worden beschouwd. Ons ideaal is in elk geval geen leeg buitengebied en evenmin een grootschalig openluchtmuseum.

Het streekplan geeft voorrang aan wonen boven werken in het functieveranderingsbeleid. Het gaat dan, laten we dat wel beseffen, uitsluitend over de gebouwen die vrijkomen, maar hebben Gedeputeerde Staten en ook wijzelf ons de vraag al gesteld wat er met de vrijkomende grond moet gaan gebeuren, willen we niet met een deels verkommert platteland blijven zitten.We begrijpen de vrees voor grootschalige niet agrarische activiteiten in het buitengebied, maar het komt op ons toch wel erg mager over als Gedeputeerde Staten in het vervolgvoorstel schrijven dat werkfuncties incidenteel kunnen bijdragen aan de vitaliteit en leefbaarheid van het platteland. Van onze kant wensen wij wat meer ruimte maar geen ongelimiteerde ruimte voor niet agrarische functies. Daarbij gaat het er niet om zoals Gedeputeerde Staten terecht stellen dat burgers geen rechten kunnen ontlenen aan de regeling in het streekplan, maar het gaat er wel om dat de regeling perspectief biedt voor burgers, anders zal het beleid grotendeels een papieren aangelegenheid blijven.

Voorzitter ter afsluiting grijp ik terug naar het begin van mijn bijdrage, er is een langdurige en zorgvuldige procedure gevolgd met het gepresenteerde streekplan en ik hoop gehoord wat er vanochtend en vanmiddag gezegd is dat we dat tot het einde toe vol kunnen houden. Laten we alstublieft tot en met de finale besluitvorming zorgvuldigheid bewaren, opdat niet sommige of misschien wel vele van ons straks als de vaststelling heeft plaatsgevonden op onderdelen hier en daar verbaast staan te kijken over wat ze zelf hebben besloten. Voorzitter, er is tenslotte immers helaas geen Eerste Kamer in de Provincie."

Afscheid Kamminga

Ing. N. Zondag, de nestor van Provinciale Staten, sprak de heer J. Kamminga, Commissaris van de Koningin, bij het afscheid als volgt toe.

"In uw eerste toespraak tot de Gelderse Staten wees u ons op onze taak als provincie en ook als Staten van de toekomst: vanaf nu met de rug naar het Provinciehuis en met het gezicht naar de Gelderse samenleving. Deze woorden klinken nu zo vertrouwd en wij hebben ons op den duur eigenlijk als vanzelf deze houding aangemeten. Ambitieus en vaak met het juiste inzicht hebt u Gelderland op de kaart gezet. De risico's die hierbij genomen zijn, zijn binnen het bedrijfsleven heel normaal. In Brussel, Den Haag en ook in Zwolle weet men weer waar Gelderland ligt. Daarnaast weet men in alle 71 Gelderse gemeenten weer waar Arnhem ligt en wie de Commissaris van de Koningin is. Provinciale Staten van Gelderland vroegen toen u kwam: een boegbeeld voor Gelderland, voor de provincie op weg naar de toekomst.

Wij kregen een boegbeeld, een vernieuwer en bruggenbouwer tegelijk. Het was een aparte beleving om u als Commissaris te vergezellen bij een werkbezoek aan een van onze gemeenten. Een nieuwe opzet, waarin ook voldoende tijd werd ingeruimd om kennis te nemen van de plaatselijke samenleving. Plezierig was het dat hierbij PS heel nadrukkelijk een rol kreeg toebedeeld. Maar wat was de rol op uw lijf geschreven om ook verschillende gemeentebesturen wakker te schudden en hen op hun verantwoordelijkheden en ook vooral op hun mogelijkheden te wijzen en hen probeerde tot daadkracht aan te zetten. U hebt hiermee in veel gemeenten vaak aanzetten gegeven om daadwerkelijk tot zaken te komen. Als bestuurder trad u handelend en doortastend op. De crises binnen het kabinet Esmeijer-de Bondt-Scheerder was daar een duidelijk voorbeeld van. Wij gingen niet naar huis voordat u een nieuwe coalitie gesmeed had. Vele ontwikkelingen hebt u in gang gezet. Voor ons had u tot uw 65''^ door mogen gaan. Ambitie, ik heb het vanmiddag al enkele keren genoemd en een nieuwe uitdaging, spraken u waarschijnlijk meer aan dan voorzetting van uw huidige ambt. Ook wil ik in dit dankwoord heel nadrukkelijk mevrouw Kamminga betrekken.Altijd naast en achter haar man. En ook heel vaak bij de uitoefening van zijn ambt samen met uw man. Heel bijzonder. Daarnaast nog een enkele zin over de periode toen ik GS lid was. Bedankt voor de goede samenwerking en de vriendschap die daardoor ontstaan is. Tenslotte wens ik u in uw nieuwe baan heel veel goeds toe. En Gods zegen voor u, voor uw vrouw en verdere familie toegewenst.

Voor inlichtingen: secretaris Gelderse Statenfractie, H.Wobben. Telefoon 0341-258262 of e-mail: sgp@ps.gelderland.nl Website: sgpgelderland.nl

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 2 september 2005

De Banier | 24 Pagina's

Uit de provincie · Gelderland

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 2 september 2005

De Banier | 24 Pagina's