Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Meditatie · Een noodzakelijke bede

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Meditatie · Een noodzakelijke bede

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

HEERE, bekeer ons tot U (...)

Klaagliederen 5: 2 I a

Geliefde lezer, onze tekst is een gebed dat Jeremia mocht leren bidden door de Heilige Geest. jerenr}ia zit tijdens dat gebed bij de puinhopen van de verbrande tempel en de verwoeste stad Jeruzalem. En hij doorleeft er iets van in zijn hart, dat al die puinhopen eigen schuld zijn. Dat stad en tempel verwoest zijn, dat het volk weggevoerd is, dat is vanwege hun zonden. Dat is Gods rechtvaardige straf.

Puinhopen

Puinhopen, wat zijn die er veel. Misschien ook in uw leven, lezers. Puinhopen van verdriet, van zorg, van teleurstellingen, van onbegrepen wegen. Puinhopen als we zien op de verdeeldheid van Gods kerk. Puinhopen op zedelijk en maatschappelijk gebied in ons vaderland. Puinhopen; door onze diepe val is ons aller leven een puinhoop.We liggen dood in de misdaden en de zonden en we zijn van nature reizigers naar de eeuwige rampzaligheid. En al die puinhopen zijn ten diepste eigen schuld, omdat wij God verlaten hebben. Door onze zonden hebben wij ons Gods rechtvaardige toorn en straffen waardig gemaakt.

Bekering tot U

Bij die puinhopen gaat Jeremia ons door de Heilige Geest leren wat we bidden moeten.Wat bidt hij dan? Bekeer ons. Bekeren, daarin zit het woord "omkeren". Iemand die bekeerd wordt, wordt afgekeerd van het ene en leert zich toekeren tot het andere. Bekeer ons, dat gebeurde met de verloren zoon.

Hij leerde zich afkeren van de zonde en keerde terug naar zijn vader. Jeremia leert ons bidden: 'Bekeer ons tot U (...)'.Ons gebed moet niet zozeer zijn dat we ons afkeren van de wereld en ons toekeren tot de kerk. Het gaat niet om een ommekeer in mijn leven van onverschillig naar ernstig gedrag. Maar het gaat in dit gebed op de puinhopen van mijn verloren Adamsbestaan, om bekering tot God.

Dat ik - verloren liggend buiten God en Zijn gemeenschap en zo eeuwig zal omkomen - vernieuwd mag worden. Dat ik hersteld mag worden in Gods gunst en gemeenschap.

'Bekeer ons tot U (...)' Dat is: Wilt U, Heere, mij door het wonder van wedergeboorte aftrekken van de brede weg des verderfs en mij brengen op het smalle pad, dat ten leven leidt.'Bekeer ons tot U (..)'Volgens de kanttekenaren is dat "een recht berouw en leedwezen over onze lelijke en menigvuldige zonden waarmee we God vertoornd hebben."'Bekeer ons tot U (...)'. Dat is niet langer alleen te wenen over de gevolgen van de zonde, maar over de oorzaak van alle puinhopen in mijn leven, namelijk de zonde zelf. Heere, bekeer ons, ja leer mij in het hart door Uw Geest dat ik gezondigd heb tegen een heilig en rechtvaardig God, om in die weg voor die rechtvaardige God hartelijk te buigen en te belijden dat ik Zijn straffen dubbel waardig ben.'Bekeer ons tot U (...)'.

Om ook te bewenen dat ik die goeddoende God zo beledigd heb met mijn zonden en daarom om eigen schuld Zijn gunst en gemeenschap missen moet.

Bekeer ons

Jeremia, als Gods kind en knecht, bidt dit gebed niet alleen met de lippen, maar hij beleeft de noodzakelijkheid ervan ook in zijn hart. Want ook Gods kinderen en knechten hebben elke dag maar weer bekering nodig, anders vergeten ze de Heere dagen zonder getal en krijgt de zonde weer zo de overhand in hun leven. Maar let op wat Jeremia dan bidt. Niet: bekeer mij, maar: 'Bekeer ons tot U'. Bekeer ons! Dit gebed is niet alleen gepast om voor onszelf te bidden. Niet slechts: Heere bekeer mij. Maar zouden we dat ook niet mogen en moeten vragen voor hen die ons lief zijn? Mijn kinderen, mijn ouders, mijn vrienden, voor de gemeente die we dienen mogen, ja zelfs voor een in de zonde wegzinkend volk, vorstenhuis en vaderland.Als we persoonlijk door de Heilige Geest dit gebed met het hart leren bidden, dan zal bekeer mij, vanzelf ook worden bekeer ons. Want wie zijn eigen zielennood recht verstaat, zal deze ook gaan voelen voor zijn naaste!

HEERE

'Bekeer ons tot U (...)'. Jeremia heeft verhoring gekregen.Verhoring in zijn persoonlijk leven, maar ook verhoring wat betreft de puinhopen waar hij bij zat.Want de stad en de tempel mochten later weer opgebouwd worden.'Bekeer ons tot U (...)'. Kan de Heere dat gebed ook nu nog horen en verhoren zodat kerkmensen verkerend op de puinhopen van Adams val en hun zonden, in de weg van bekering, van treuren over hun zonden en buigen voor God, mogen ontvangen genade, ontferming, verlossing en zaligheid? Kan de Heere dat gebed nog verhoren, ook als het gaat over Nederlanders, een vorstenhuis en overheidspersonen, die aan het afrekenen zijn met Gods woord en wet? Ja, dat kan nog! Waarom? Om mijn bidden en smeken: Bekeer ons tot U? Om mijn roepen voor land, volk, overheid en vorstenhuis? Nee, dat niet. Maar dat kan nu

alleen nog vanwege het eerste woord waar het gebed mee begint: HEERE. HEERE, dat is Gods allergrootste Naam. Dat is de verbondsnaam. Die Naam wil zeggen dat de Drie-enige God van eeuwigheid een Kerk verkoren heeft tot de zaligheid. En die Kerk zal dwars door de diepte van Adams val, op grond van Christus' arbeid, in een weg van recht, tot Gods eer toch zalig worden en bekeerd worden.'HEERE, bekeer

ons tot U (...)'. Naar het welbehagen desVaders, om Jezus' wil, zal de Heilige Geest Adamskinderen die verkeren op de puinhopen, gaan bekeren tot God. Dan zal het vervolg van onze tekst waar worden: 'Zo zullen wij bekeerd zijn.' Uit louter genade, om Jezus' wil alleen! Dat mocht de HEERE, onder de laaghangende oordelen, nog willen schenken aan ons land, ons vorstenhuis, aan de overheid, in onze kerk, ja, in ons gezin en vooral in uw, jouw en mijn persoonlijk leven.

Geef ons Uw heil (HEERE), en redt door Uwe hand. Uit vrije gunst, het zuchtend vaderland. Psalm 85: 2

ds. A. Verschuure, Krabbendijke

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 28 september 2007

De Banier | 24 Pagina's

Meditatie · Een noodzakelijke bede

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 28 september 2007

De Banier | 24 Pagina's