Een wonderlijke vrede

Omdat uw hart week geworden is. 2 Kror)ieken 34: 27a

DAAR STAAN HILKIA DE HOGEPRIESTER, SAFAN DE SCHRIJVER EN ENKELE ANDE­REN VOOR DE PROFETES HULDA. ZO-EVEN WAREN ZE NOG IN HET PALEIS VANKONING JosiA. DAAR IS IETS INGRIJPENDS GEBEURD. DE NOG JONGEKONINGHEEFT ZIJN KLEDEREN GESCHEURD. WAAROM? HET WETBOEK DES HEERENWAS AAN HEM VOORGELEZEN. ToEN HIJ HOORDE VAN DE EIS VAN GODS HEILIGGEBOD EN DE STRAF OP HET OVERTREDEN VAN DE WET, WAS ZIJN HART INEEN-GEKROMPEN. HIJ GEVOELDE DE TOORN GoDS IN ZIJN ZIEL.

Zult u, lezer, daar niet licht over denken. Het wil wat zeggen, de toorn Gods. Dat is Gods volkomen afl< eer van de zonde. God kan de zonde niet verdragen! Wij, o ontzettende werkelijkheid, wel. Het was niet de eerste keer dat de jonge koning mocht buigen onder het Woord. Toen Josla zestien jaar oud was, kwam de Heere in zijn leven. Niet alleen met roepstemmen - die kennen we allemaal - maar met de zaligmakende werking van de Heilige Geest. Kennen we die ook? Dan zal er een wonder moeten zijn gebeurd, waardoor we uit onze doodstaat tot het leven zijn opgewekt.

Zuiveren

Toen Josia twintig jaar oud was, begon hij het land te zuiveren van de bossen, de gesneden en de gegoten beelden. We zouden zeggen: dat is toch onbegonnen werk, heel het volk is gehecht aan die afgodsbeelden. Maar zo redeneerde de Godsvreze in het hart van koning Josia niet. Hij kon de zonde niet langer verdragen. Zijn er nog zulke SGP'ers? Leden, bestuurders? Tijdens de reformatie onder Josia werd ook de tempel hersteld.Toen werd het wetboek gevonden, waar lange tijd niemand naar had gevraagd. Safan, de persoonlijke secretaris van de koning, had uit het wetboek gelezen, voor het aangezicht van de koning.Toen was het gebeurd. De koning scheurde zijn klederen. Hij weende over de breuk van het volk, die zijn breuk was. Echt wenen over de breuk van het volk gaat immers nooit buiten de persoonlijke schuldbeleving om. Zonder die beleving blijft het hoogstens steken bij een klagen over wat er allemaal mis is. Maar dat is iets wezenlijks anders dan schuldbeleving.

Hulda

"Vraagt den HEERE voor mij", zo riep Josia uit. En zo ging Hilkia met vier anderen naar de profetes Hulda. Hulda. Laat niemand Hulda een 'politiek adviseur' noemen.Wie aan een dergelijke inlegkunde doet, laadt de schijn op zich de Schrift naar zijn hand te willen zetten, misschien wel om eigen, door de tijdgeest gestempelde ideeën aan de Schrift te willen opdringen.

Hulda was een moeder in Israël die, door genade, Gods Woord mocht verstaan. Diep inzicht had ze ontvangen in de wegen des HEEREN. Maar ze heeft de genade die God haar schonk niet misbruikt om invloed aan het hof te krijgen. Zijn er binnen de SGP vrouwen als Hulda? Weten onze raadsleden nog vrouwen te vinden, bedeeld met de tere vreze des HEE­ REN, aan wie ze raad kunnen vragen? Het antwoord dat Hulda gaf was opvallend.We zouden verwachten dat ze een troostboodschap uitsprak tot de bevende Josia. Dat gebeurde ook, maar eerst moest ze spreken over Gods oordelen. "Zo zegt de HEERE", klonk het plechtig uit haar mond. "Zie, Ik zal kwaad over deze plaats en over haar inwoners brengen; al de vloeken, die geschreven zijn in het boek, dat men voor het aangezicht des konings van Juda gelezen heeft." Al de vloeken.Wat moet dat een boodschap zijn geweest voor de tere ziel van Josia. Al de vloeken. Dat betekent de totale ondergang van het volk, de stad, ja ook van Josia zelf. Hij stond immers niet buiten de schuld van zijn volk? Wat moet de jonge koning ineen zijn gekrompen onder zo'n boodschap. Zal hij gebogen hebben? Als genade in beoefening mag zijn, leert de mens buigen: Gij zijt volmaakt, Gij zijt rechtvaardig, HEERE; Uw oordeel rust op d' allerbeste wetten.

Week hart

Hulda sprak verder "Omdat uw hart week geworden is (...) zo heb Ik u ook verhoord." "Uw hart werd week", zegt de Heere bij monde van Hulda.We lezen dit alleen van Josia. Het is een strikt persoonlijke boodschap en een persoonlijke belofte. Hilkia de hogepriester kan er zich niet mee vertroosten, Safan ook niet. Josia's hart werd week. De Heere benoemt zijn zielsgestalte. Hoe troostrijk. Josia, uw hart werd week, u had berouw. En nu heeft de Heere u verhoord."Zie, Ik zal u verzamelen tot uw vaderen en gij zult met vrede in uw graf verzameld worden..." Vrede? Over dertien jaar zal Josia sterven in de strijd! Ja, toch vrede.Als de Heere Zijn volk vrede belooft, dan schenkt Hij ook vrede. Straks zullen de pijlen rond Josia snorren. Maar dan wordt zijn ziel vervuld met een wonderlijke vrede, een zielenvrede. Dan mag Josia blikken op de grote Vredevorst, Die zonder zonde toch de grimmigheid des Heeren droeg. Josia zal vrede ontvangen uit Hem Die plaatsbekledend al de vloeken uit Gods wet wilde dragen voor de uitverkorenen. Josia zal weggeraapt worden voor de dag des kwaads, om Zijnentwil Die niet weggeraapt werd, maar Borgtochtelijk moest uitroepen: Wat hitte doet mij branden. Kom, kennen we iets van deze wonderlijke vrede? Zie eens, wat er te verkrijgen is. In één woord: vrede. Achter de dood ligt het leven. En dat alles is om niet te verkrijgen.

ds.J.M.D. de Heer

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen