Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Praktische beginselen (29)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Praktische beginselen (29)

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

“Hetgeen er geweest is, hetzelve zal er zijn; en hetgeen er gedaan is, hetzelve zal er gedaan worden; zodat er niets nieuws is ondEr de zon” (Pred. 1:9). Dat geldt ook voor het nadenken over de positie van de vrouw in de maatschappij.

Voetius liet Anna Maria van Schurman achter de coulissen zijn colleges volgen. Universitair onderwijs was in die tijd niet weggelegd voor vrouwen. 23 januari 1970 werd het instituut Nijenrode (nu: Nyenrode Business Universiteit) in Breukelen bezet, omdat vrouwelijke studenten niet werden toegelaten! De maatschappelijke context verandert, de onderwerpen zijn vaak dezelfde. Christenen, ook in de politiek, moeten vanuit het Woord (met een hoofdletter) antwoorden geven op die zich telkens wijzigende omgeving.

Geschiedenis artikel 10
De Staatkundig Gereformeerde Partij stelde in 1918 haar Program van Beginselen vast met een duidelijke visie op het vrouwenkiesrecht. “Vrouwenkiesrecht strijdt met de roeping der vrouw en stemdwang met de vrijheid der burgers” (artikel 13). De partij stelde in 1923 de formulering bij door ‘echter’ toe te voegen achter het woord ‘vrouwenkiesrecht’. De gedachte hierachter was waarschijnlijk de aansluiting met het slot van artikel 12 beter te markeren: “De SGP staat een organisch kiesrecht voor, dat rekening houdt met het gezin als de cel der samenleving” (artikel 12). “Vrouwenkiesrecht echter strijdt (…).” Mochten vrouwen die door droevige omstandigheden de taak van de man als hoofd van het gezin hadden overgenomen, niet stemmen? Bronnen zwijgen daarover. Door hernummering kwam artikel 13 in 1958 inhoudelijk ongewijzigd als artikel 12 in het Program van Beginselen terecht. De Algemene Vergadering stelde in 1989 het huidige artikel vast.

Ontwikkeling kiesrecht
Tot 1917 kende Nederland niet het algemeen kiesrecht. Onder het kabinet-Cort van der Linden kwam een grondwetsherziening tot stand. Zij bracht de volgende verandering: alle mannen boven de 23 jaar krijgen stemplicht (actief kiesrecht) en vrouwen kunnen in de tweede Kamer gekozen worden (passief kiesrecht). Het algemeen mannenkiesrecht was een overwinning voor de liberalen die in ruil daarvoor toe moesten geven op het punt van de overheidsbekostiging van het bijzonder onderwijs. een punt dat nu de politieke gemoederen bezighoudt. Het actief algemeen kiesrecht voor vrouwen werd in 1919 ingevoerd onder het kabinet-Ruijs de Beerenbrouck I. Na de grondwetsherziening van 1922 moesten ook vrouwen ter stembus.

De SGP en het kiesrecht
De overheid oefent haar ambt uit onder medewerking van het volk (artikel 8). Die medewerking krijgt gestalte door toekenning van het kiesrecht. De SGP heeft nooit bezwaar gemaakt tegen het kiesrecht als zodanig. Het revolutionaire gedachtegoed van de volkssoevereiniteit waaruit het kiesrecht voortkomt, stelt zij wel onder kritiek. De gekozen overheid en het volk dienen zich te onderwerpen aan het gezag van Gods Woord.

Vrouwenkiesrecht
Tijdens de Algemene Vergadering van 1919 namen de afgevaardigden een motie aan waaruit de opinie van de SGP bleek: “De St. Geref. Partij, van oordeel dat het vrouwenkiesrecht in strijd is met de roeping der vrouw, door God haar in Zijn Woord aangewezen, en dat het gebruik van de bevoegdheid in de politiek gevaar oplevert, straks ook voor de kerk, besluit niet mede te werken a/h opwekken en vergaderen der vrouw in kiesvereenigingen, doch integendeel, de vrouw aan te sporen zich te onthouden van het gebruik te maken van haar kiesrecht, ook al wordt ons stemmental in verhouding kleiner dan dat van andere partijen, wijl doch niet de overwinning ons hoogste doel is als wel de zuivere openbaring van ons beginsel.”

De kwestie van het vrouwenkiesrecht stond in de politieke schijnwerpers. Het Hoofdbestuur nam zich voor een brochure met het partijstandpunt voor te bereiden en te publiceren. Het bleef bij een voornemen. De voorbereidingscommissie, bestaande uit ds. G.H. Kersten, P.J. Lamoré, P. van der Meulen en ds. J. van der Vegt, heeft dat voornemen niet gerealiseerd. Waarom kwam er geen partijstandpunt in de vorm van een officiële brochure? De Algemene Vergadering kreeg in 1920 bij monde van ds. Kersten een uiteenzetting over het vrouwenkiesrecht. Hij achtte het passief én het actief vrouwenkiesrecht in strijd met de Bijbelse roeping van de vrouw. De afgevaardigden deelden unaniem zijn standpunt over het passief vrouwenkiesrecht. Genuanceerder waren de gedachten over het actief vrouwenkiesrecht. Onverdachte SGP’ers lieten het al dan niet stemmen liever over aan de vrijheid van het geweten. Ds. Kersten schreef in De Banier (1922) over “de invloed van die vrouwen, op wie anderen zagen vanwege de vreze Gods in haar, en die geloofden te moeten gaan”. Hij deelde niet de mening van een deel van de achterban om voorstanders van het actief vrouwenkiesrecht te royeren.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 22 januari 2010

De Banier | 24 Pagina's

Praktische beginselen (29)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 22 januari 2010

De Banier | 24 Pagina's