Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De belijdenis van Jakob

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De belijdenis van Jakob

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

En Jakob zeide tot Farao: De dag en der jaren mijner vreemdelingschappen zijn honderd en dertig jaren. Genesis 47:9a

Wat een bijzondere ontmoeting is het geweest tussen Jakob en Jozef in dat vreemde, verre land van Egypte. Jozef en Jakob hebben mogen ervaren dat God Zijn Waarheid nimmer krenken zal. Hoe menigmaal hebben zij aan Zijn Waarheid getwijfeld, namelijk aan de dromen die Jozef gedroomd en uitgesproken had, maar Gods Woord was waar geworden door alle beproeving en loutering heen.

De ontmoeting met de wereld
Bovenstaande tekstwoorden spreken van nog een bijzondere ontmoeting, namelijk de ontmoeting van de oude Jakob met Farao, de koning van egypte. een schaapherder was de egyptenaars een gruwel, maar Jozef schaamde zich zijn afkomst niet. Is hij hierin geen beeld van de meerdere Jozef, Die gezegd heeft dat Hij hen, die Hem belijden zullen voor de mensen, dan eveneens zal belijden voor Zijn Vader en de heilige engelen? Hij zal Zich niet schamen voor de tollenaars en de zondaars, die hier in de tijd door genade de rechte verootmoediging en schaamte leren kennen vanwege hun zonden. Daar staan twee mensen tegenover elkaar. enerzijds is er geen verschil. Ze zijn beiden van Adam. Ze zijn beiden zondaren. toch is er anderzijds wel een groot verschil. God heeft onderscheid gemaakt waar dit van nature niet was. Daarom staat hier de Kerk tegenover de wereld. Farao, de heiden, tegenover Jakob, de gekende. een werelds vorst tegenover de vorst Gods. Farao heeft wellicht veel strijd en overwinningen gekend, maar Jakob kende de goede strijd en deelde in de grote overwinning. Farao was beladen met rijkdom en eer van zijn jeugd af aan, maar Jakob heeft de hitte des daags en de koude des nachts gekend. Een paleisbewoner en een tentbewoner ontmoeten elkaar.

Het getuigenis over de wereld
Farao vraagt naar de leeftijd: “Hoe vele zijn de dagen der jaren uws levens?” Het antwoord is opmerkelijk, vooral als we bedenken welk een bijzonder hoge leeftijd Jakob toen al mocht hebben. Hij noemt zijn levenstijd van honderd en dertig jaar lang, weinig en kwaad. Dit antwoord heeft echter een duidelijk boodschap voor Farao, een man die opging in pracht en praal. Alles van deze wereld is maar zeer betrekkelijk en van korte duur. Deze belijdenis van Jakob moet u dan ook niet zien als zou hij ontevreden zijn over de levensduur, maar het is juist een blijk van de erkenning van de waarheid van Gods Woord. Immers, de Schrift vergelijkt ons leven met een damp, die maar voor een weinig tijds gezien wordt en daarna weer verdwijnt. Of met het gras dat ’s morgens bloeit en ’s avonds afgesneden en verdord is. Mozes beleed dit al in Psalm 90: “en wij vliegen daarheen.” Kwaad zijn ook zijn levensdagen geweest. De aartsvader Jakob heeft geen gemakkelijke levensgang gehad. Hij heeft ervaren wat Mozes later eveneens in Psalm 90 beleden heeft: “Het uitnemendste is moeite en verdriet.” De doodsvrees voor Ezau, het bedrog door Laban, de strijd rond Lea en Rachel, het sterven van Rachel, de ontering van Dina en de schanddaad te Sichem van Simeon en Levi zijn zo maar enkele gebeurtenissen uit zijn moeitevol leven. Kwaad zijn de dagen ook geweest als hij zag op zijn bedrog, zijn zonden en schuld, de meerdere vrouwen, etc. Nee Farao, deze wereld biedt niet de rechte vertroosting. Het is al ijdelheid en het gaat zeer ras voorbij. er staat hier voor Farao geen zelfgenoegzame man die zich ver verheven voelt boven deze heidense vorst. Zo moet ook ons getuigenis naar de wereld zijn. We zijn niet beter, we hebben ook geen enkele reden om ons beter te voelen. Hier staat een arme zondaar die geen goeds van de wereld en van zichzelf te vertellen heeft voor Farao.

Het onderscheid met de wereld
toch is er sprake van een groot onderscheid. Farao had gevraagd naar de jaren zijns levens, maar het antwoord van Jakob geeft het onderscheid weer. Hij noemt de levenstijd de dagen zijner vreemdelingschap. Dit is voor hem het leven niet. Hij is op aarde een vreemdeling. Hij had met David mee kunnen zingen: “Ik ben, o HEERE, een vreemdeling hier beneên. Laat Uw geboôn op reis mij niet ontbreken.” Jakob is een tentbewoner op deze aarde. Hij is wel op deze wereld, reist door deze wereld, vervult getrouw zijn plichten in deze wereld, maar is toch niet van deze wereld. Hij kent de geestelijke worsteling tegen de driekoppige vijand: de wereld, de duivel en zijn boos, verdorven vlees. Hij kent de gelovige worsteling: “Ik laat U niet los, tenzij dat Gij mij zegent.” Hij kent de doorleving van zonden en schuld, maar ook de verwondering over de genade en de trouw Gods. Wij reizen eveneens door de tijd naar de eeuwigheid. Is uw leven een vreemdelingschap? Kent u naast het kwade, de bittere gevolgen der zonden, ook tijden van een hartelijk berouw en leedwezen tegen de goedheid Gods gezondigd te hebben? Hoe groot als wij door genade getrouw en naarstig mogen zijn in de taak waartoe we ons geroepen weten. Dit is immers een duidelijke opdracht in het Woord. Getrouwheid, oprechtheid en ijver zijn eigenschappen die onlosmakelijk verbonden zijn aan de vreze Gods. De wereld let hier trouwens nauwkeurig op. telkens moeten wij ook weer leren hoe dit leven gekenmerkt is door vergankelijkheid. Als de HEERE zaligmakend in ons hart en leven werkt, dan beleven we juist ons onbekeerlijk bestaan en ons verdorven hart en hoewel we niet langer mee kunnen met de wereld, kunnen we er ook niet bovenuit komen. echter, er is dan ook sprake van de belijdenis in handel en wandel een vreemdeling te zijn, een vriend, een metgezel van allen, die de HEERE ootmoedig vrezen en leven naar Zijn Goddelijk bevel. Is dit ook uw hartelijk begeren?

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 17 september 2010

De Banier | 24 Pagina's

De belijdenis van Jakob

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 17 september 2010

De Banier | 24 Pagina's