Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Cort van der Linden en premier Rutte

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Cort van der Linden en premier Rutte

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

De VVD is de grootste partij van het land geworden. Dat is een unicum. De liberalen waren jarenlang in zetelaantal de derde of in het gunstigste geval de tweede partij. Het is dus altijd wel een partij geweest waar rekening mee moest worden gehouden. Sinds vorig jaar is er een VV Der minister-president. Drs. M. Rutte is in dit opzicht de opvolger van dr. mr. P.W.A. Cort van der Linden. Deze liberaal was van 1913 tot 1918 regeringsleider. Hij loodste ons land door de moeilijke periode van de Eerste Wereldoorlog heen.

Geen parlementaire meerderheid

Het tot stand komen van het kabinet- Cort van der Linden verliep moeizaam. De christelijke partijen, te weten de rooms-katholieke RKSP en de protestantse ARP en CHU hadden een gevoelige nederlaag geleden. Zij konden geen meerderheidskabinet vormen. De niet-christelijke partijen konden dit evenmin, omdat de socialistische SDAP geen regeringsverantwoordelijkheid wilde dragen. Er was een patstelling ontstaan. Er was noch voor links noch voor rechts een meerderheid te vinden.

Cort van der Linden kreeg in die moeilijke situatie de opdracht van koningin Wilhelmina om een kabinet te formeren. Hij ging daarmee aan de slag en presenteerde ongeveer een maand later zijn extraparlementaire kabinet. Dit kabinet, de benaming geeft het al aan, had geen officiële binding met een meerderheid in de Tweede Kamer. Cort van der Linden en zijn ministersploeg moesten het hebben van wisselende meerderheden. Dit politieke feit bracht hij op een originele manier onder woorden: “Ik heb de kiezers niet alleen geteld, ik heb ze ook gewogen. Ik heb het parlement niet uitgeschakeld. Wat ik heb uitgeschakeld zijn de partijen in het parlement en ik steun op een meerderheid in het land, maar ik steun niet op enige fractie of op enige partij. Dat is iets anders.” Op deze manier werd het probleem dat er geen meerderheid was te vinden, opgelost. Met dit gegeven als vertrekpunt was het overigens onzeker hoe lang dit kabinet zou kunnen blijven zitten.

Eensgezindheid

In augustus 1914 stonden grote delen van Europa in vlammen. Het ene na het andere land werd in de oorlog betrokken. Het was een sneeuwbaleffect. Op een paar honderd meter van de Nederlandse grens in Limburg trokken Duitse soldaten België binnen. Meer dan eens hing de neutraliteit van ons land aan een zijden draadje. Velen ervoeren het als een wonder dat de oorlog Nederland voorbijging. Er zijn in die jaren heel wat gebeden tot God in de hemel opgezonden.

De ministers realiseerden zich dat ze in deze moeilijke tijd alles op alles moesten zetten om het land regeerbaar te houden. Een kabinetscrisis zou zeker in deze omstandigheden niet verantwoord zijn. Gelukkig was de Tweede Kamer dat in meerderheid met het kabinet eens. De Tweede Kamervoorzitter verklaarde: “In dagen als wij thans beleven is de plicht van elke volksvertegenwoordiger om met terzijdestelling van alles wat maar enigszins op partijstrijd lijkt, onverdeeld en eendrachtig samen te werken en al het mogelijke te doen wat strekken kan om de veiligheid en de zelfstandigheid van ons volk te verdedigen en te beschermen.” Deze woorden van Goeman Borgesius hebben het politieke klimaat in die jaren gestempeld. Er was sprake van een grote eensgezindheid. Het ging om het zelfstandig voortbestaan van ons land. Ieder wilde voorkomen dat Nederland meegezogen zou worden in de golf van de oorlog.

Het kabinet moest spitsroeden lopen. Een al te sympathieke houding in de richting van Engeland zou Duitsland onwelgevallig zijn en te veel begrip voor de Duitsers zou spanning opleveren met de geallieerden. De voorzichtige politiek van evenwicht werd vanuit Berlijn en Londen met argusogen gevolgd.

Gods wil

Al lezend over de kabinetsperiode van Cort van der Linden valt op dat het culturele christendom een stempel drukte op het taalgebruik. Vrijwel iedereen ervoer in mindere of meerdere mate dat het laatste woord niet bij de mensen lag. Ook de liberaal Cort van der Linden gaf aan dat geloof in Gods leiding uiting. Godsdienst was geen privézaak, nee, de belijdenis van God als Regeerder van de wereld werd uitgesproken door de minister-president in zijn antwoord op de toespraak van Goeman Borgesius. Cort van der Linden zei toen onder meer: “Wij zijn gereed en vastbesloten om onze onzijdigheid en, moet het, ons volksbestaan te handhaven met al onze krachten.” Deze woorden, waaruit daadkracht spreekt, werden gevolgd door de zin: “Ons voegend naar Gods wil wachten wij vastberaden en koelbloedig af wat de toekomst brengt.”

“Ons voegend naar Gods wil.” Die woorden heb ik premier Rutte nog niet horen uitspreken. Een wereld van verschil tussen Cort van der Linden en zijn geestverwant Rutte. Niet alleen ten aanzien van de tijdsomstandigheden, maar vooral wat betreft het geestelijk klimaat.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 januari 2011

De Banier | 24 Pagina's

Cort van der Linden en premier Rutte

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 januari 2011

De Banier | 24 Pagina's