Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Werkgroep Communicatie

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Werkgroep Communicatie

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

Een theorie maken voor kiesverenigingen is niet zo moeilijk. Het moet echter in de praktijk gebeuren. Er zijn kiesverenigingen waar je veel van kunt leren. In Geldermalsen bijvoorbeeld. Het bestuur heeft twee jaar geleden de werkgroep Communicatie in het leven geroepen. Met resultaat. Als wij op de oude manier waren doorgegaan, was het met onze kiesvereniging zeker niet bergopwaarts gegaan. Integendeel!

Ik heb een gesprek met Jan de Ruiter, secretaris van de kiesvereniging in Geldermalsen, en Dick Pors, voorzitter van de werkgroep Communicatie en voorzitter van de voormalige campagnecommissie. Twee bevlogen SGP’ers met een duidelijke visie waar het naartoe moet.

Waarom een werkgroep? Kon het bestuur niet alles zelf?

Jan de Ruiter: “Een aantal jaren geleden liepen we als bestuur vast. We hadden weinig jonge leden en van de 290 leden waren er maar 20 op de vergadering. We wilden toen een aantal commissies oprichten: voor ledenwerving, fondswerving en de verkiezingscampagne. Maar met uitzondering van de campagnecommissie zijn die commissies nooit van de grond gekomen. Na de gemeenteraadsverkiezingen van 2010 is de campagnecommissie omgezet in de werkgroep Communicatie.”

Dus de huidige werkgroep Communicatie is een soort veredelde campagnecommissie?

Dick Pors: “Nee. Tijdens de campagne had de commissie geconstateerd dat leden en achterban nauwelijks betrokken waren bij de plaatselijke kiesvereniging en de fractie. Gaandeweg de campagne veranderde dat. Het bestuur zag dat en kwam naar ons toe met de vraag dit door te zetten voor de lange termijn. Maar de meeste campagnecommissieleden stopten ermee. De samenstelling van de werkgroep is daarom heel anders. In de campagnecommissie miste ik dames in de groep. Ik ben ervan overtuigd dat dames een andere creativiteit aan de dag leggen dan mannen en hun eigen capaciteiten hebben. En voor de breedte van de achterban is het goed dit meer gezicht te geven.”

“Maar ik moet ‘ja’ antwoorden als je kijkt naar de taken. Dan hebben we een vervolg gegeven waar we aan begonnen zijn. We hadden een redelijke database opgebouwd van mensen die mogelijk tot onze achterban behoren. Daar zijn we mee verdergegaan. We hebben echt een paar honderd mensen gebeld. Mensen die we kenden uit de kerk, de familie, de buurt, enz. Daarmee is de database fors uitgebreid. Er staan naast de leden allemaal mensen in die geen lid zijn van de SGP, maar wel op de partij stemmen. Hoe je die verzamelt? Als je eerst maar adressen hebt. Dan kun je mensen ook benaderen!”

Wat doet de werkgroep Communicatie eigenlijk?

Dick Pors: “Als werkgroep kregen we van het bestuur de taak om de betrokkenheid van de achterban te vergroten. Hoe doe je dat? Door de uitstraling en het imago van de SGP te verbeteren en door in de genen van de omgeving terecht te komen. Je moet mensen meenemen. Daarom zijn we eerst onze eigen huisstijl – uiteraard in SGP-kleuren – gaan ontwikkelen. Niet alleen voor briefpapier en e-mail, maar ook voor de nieuwsbrief die we nu elk kwartaal, vooral per e-mail, versturen. Het is een A4 met nieuws van de fractie en het bestuur en een lezersvraag. En we zijn er in al onze uitingen op gaan letten jongeren aan te spreken.”

“Maar daarmee ben je er niet. Je komt pas in de genen van je omgeving door mensen enthousiast te maken. Na de najaarsvergadering in 2010 besloten we dat het anders moest. Er waren hooguit 25 mensen. We hebben toen gezegd dit binnen een jaar te willen verdubbelen. Dat is gelukt. Op onze laatste bijeenkomst waren 65 tot 70 mensen.”

Hoe red je dat?

Dick Pors: “Door een andere plaats van samenkomst te kiezen. Niet meer een lokaaltje in het schoolgebouw, maar in de raadzaal van het gemeentehuis. Door te zorgen voor gezelligheid en een hapje en een drankje. Door de uitnodigingen te verbeteren en naar de hele achterban te sturen. Door sprekers uit te nodigen die ook echt iets kunnen brengen. Het formele deel van de vergadering doen we in ongeveer een halfuur. Dat is meteen de inlooptijd voor de rest van de achterban die na het formele deel aanschuift. En we hebben het programma aantrekkelijk gemaakt. Niet alleen ‘wat heeft de SGP aan mij?’, maar ook ‘wat heb ik aan de SGP?’ Dat heeft gewerkt. We zien een verschuiving in de samenstelling van de aanwezigen. Was het vroeger alleen de oude garde, nu zien we daarnaast ook jongeren.”

“Je moet als werkgroep heel pragmatisch en wervend bezig zijn. Ik had de laatste bijeenkomst m’n zoon van twaalf meegenomen. Kom ik Jan de Ruiter tegen, zegt hij tegen me: ‘Als ik dat had geweten, had ik mijn kinderen ook meegevraagd.’ En als je bekenden tegenkomt, roep je ze op om te komen. Kortom: ook met de mond aan de slag.”

Nog even over de samenstelling van de werkgroep. De mensen die erin zitten waren natuurlijk vooraf al erg betrokken bij de SGP?

Dick Pors: “Helemaal niet. Toen ze mij vroegen als voorzitter van de campagnecommissie was ik hooguit één keer op een SGP-vergadering geweest. Ik moest me daarom helemaal inwerken in het functioneren van de kiesvereniging. Laatst, bij het zoeken van een nieuw werkgroeplid, hebben we bewust iemand van rond de twintig jaar opgezocht van wie we wisten dat zij vanuit de kerkelijke betrokkenheid tot de SGP-achterban zou behoren. Het mooie is dat vervolgens blijkt dat de betrokkenheid van de familie ook omhooggaat. Familie van een van de andere werkgroepleden was tot voor kort nog nooit op een SGP-bijeenkomst geweest. Maar na de laatste bijeenkomst stond hij in zijn bedrijf iedereen op te roepen om de volgende keer te komen. Hij vond het een geweldige avond. Nou, op die manier probeer je dat te doen.”

Hoe is de verhouding tussen bestuur en werkgroep?

Jan de Ruiter: “Het initiatief heeft vanaf het begin bij het bestuur gelegen. Als bestuur zijn en blijven we eindverantwoordelijk! Het mooie is wel dat je nu met een bredere club je mening kunt delen. Ook hebben we Dick vanaf het begin de vrijheid gegeven om zelf mensen om zich heen te zoeken.”

Dick Pors beaamt: “Wij hebben als werkgroep vanaf het begin het volle vertrouwen van het bestuur gevoeld. Op basis daarvan kun je ook een stevige discussie voeren. We zijn het niet altijd met elkaar eens, maar daardoor scherp je elkaar wel op. De werkgroep geeft gevraagd en ongevraagd advies, maar uiteindelijk draagt het bestuur de inhoudelijke verantwoordelijkheid. Wij zijn als werkgroep het transportmiddel dat de boodschap van bestuur en fractie draagt.”

Maar is zo’n werkgroep voor een bestuur wel aantrekkelijk?

Het lijkt veel tijd te kosten… Jan de Ruiter: “Nou, voor ons is het zeker aantrekkelijk. Het neemt mij als secretaris veel werk uit handen. De werkgroep is een welkome aanvulling.”

Dick Pors op zijn beurt: “Het bestuur is veel drukker dan wij als werkgroep. Als zij ons werk erbij moesten doen, dan hadden ze nog een aantal bestuursleden nodig. Maar nu is er een los vehikel. Het is heel makkelijk voor Jan dat hij zegt: ‘Werkgroep, 7 maart is de ledenvergadering. Regel het maar.’ Dat bedoel ik niet lelijk hè! En van de andere kant zegt de werkgroep tegen het bestuur: ‘9 januari gaat de nieuwsbrief eruit, 2 januari willen we de teksten hebben.’ Dan kom je samen tot een hogere productiviteit.”

Maar verenigen is toch uit? Het heeft toch geen zin meer om als SGP-kiesverenigingen bezig te gaan?

Jan de Ruiter: “Zo’n gedachte is funest hè! Dat is lijdelijkheid.” Dick Pors, fel: “Dat vind ik zo fout. Daar gaan m’n nekharen van overeind staan. Dat is een excuus om niet aan de gang te gaan. Dat is zo makkelijk, want de vraag is: heb je het geprobeerd? Als die lijdelijkheid ons leven doordrenkt, ga je inderdaad de mist in. Zo werkt het niet. Bid en werk. Het eerste niet vergeten. En het tweede echt doen.”

“Wat je ziet is dat ‘communities’ in zijn. Er is nog nooit zoveel geborreld als de afgelopen jaren. Zelfs de makelaarsbranche borrelt volop, terwijl makelaars geen reden tot feesten hebben. Maar wat doen ze? Elkaar opzoeken, want ze hebben wat te delen. Ook wij als SGP hebben het belang om mensen bij elkaar te brengen. We hebben een boodschap die we kwijt willen en we organiseren het met een hapje en een drankje eromheen. En of je dat een kiesvereniging wilt noemen of er een ander stempel op wilt drukken, het gaat om het bij elkaar brengen van de achterban.”

Jan de Ruiter: “Als wij als kiesvereniging door waren gegaan zoals drie jaar geleden, dan was het met onze kiesvereniging zeker niet bergopwaarts gegaan, integendeel! Door de heel nieuwe invulling van de bijeenkomsten met na afloop een gezellig samenzijn onder het genot van een hapje en drankje, slaat het aan. Je kunt wel zeggen dat het niets met de boodschap te maken heeft, maar het is wel belangrijk.”

Toch kunt u niet ontkennen dat alles in de SGP-achterban overgeorganiseerd is!

Dick Pors: “Dat baart me meer zorgen. Dat we te veel hebben. En dat mensen vanuit een bepaalde ‘automatiekcultuur’ (ik prop er een euro in en haal er een kroketje uit) hun keuzes maken. Er is altijd wat te doen in en rond de kerk, bij andere verenigingen. Dat is inderdaad een bedreiging voor bijeenkomsten.”

Jan de Ruiter: “Maar het mooie is dat wij door onze investeringen toch steeds meer mensen naar de SGP zien komen. Het is ook een ander publiek dat je trekt. Je moet aanspreken. Zoeken naar verbreding en verjonging. Bij ons werkt het! Maar bied niet te veel aan. Twee, hooguit drie bijeenkomsten per jaar is genoeg. Behalve bij verkiezingen.”

Zijn er al plannen voor de toekomst?

Dick Pors: “We hebben nog heel veel te doen. Maar we gaan eerst de lijn uitzetten. Maandag vergaderen we als werkgroep met het bestuur. Ik ga ervoor pleiten dat de kern van de boodschap op weg naar de verkiezingen in 2014 ‘Zorg voor elkaar’ wordt. Een onderwerp als de Wmo is heel actueel en kunnen we onder dat thema hangen. Maar ook financieel voor elkaar zorgen past binnen het thema. Dat thema is binnen en buiten de achterban de rode draad; dat is me op de laatste bijeenkomst wel duidelijk geworden. En natuurlijk wil je de ondernemers binnen de achterban aanspreken, dus we gaan nog veel meer zeggen.”

Jan de Ruiter: “Dat is één. Twee is dat we in taal en middelen een brug naar de jongeren moeten maken. Hoe benaderen we hen op onze eigen manier? We willen jongeren zien die nog nooit hebben overwogen te komen. Dan moet wel het grijze en stoffige imago van de SGP af.”

Dick Pors: “En de ledenwerving is drie. We staan al jaren op 290 leden. We moeten onze grote achterban in de database lid zien te maken.” Jan de Ruiter: “Daarom gaan we meedoen aan de ledenwerfcampagne in 2012. Maar ik verwacht niet een hele sprong voorwaarts. Met tien procent stijging hebben we het wel gehad.” Pors: “Jan, ik zou de uitdaging iets hoger willen leggen. Voor de verkiezingen op ten minste 350 leden uitkomen. Dat is dus twintig procent.”

Tot slot: nog tips voor andere kiesverenigingen?

Jan de Ruiter: “Ja. Een werkgroep Communicatie in het leven roepen.” Dick Pors: “En laat mensen doen waar ze goed in zijn. Dan excelleren ze in hun rol! Laat andere kiesverenigingen maar eens een keer op onze avond komen! Dan gaan ze zeker enthousiast naar huis.”

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 4 februari 2012

De Banier | 24 Pagina's

Werkgroep Communicatie

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 4 februari 2012

De Banier | 24 Pagina's