Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

KLEINE OORZAKEN, MAAR GROOTE GEVOLGEN

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

KLEINE OORZAKEN, MAAR GROOTE GEVOLGEN

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

“Een weinig zuurdeesem verzuurt het geheele deeg.” Gal. 5:9

SCHRIFT en ervaring leeren duidelijk, dat kleine oorzaken groote gevolgen kunnen hebben. Werd hiermede meer rekening gehouden, dan zou men niet zoo gering of lichtvaardig denken over zoogenaamde kleinigheden, als een kleine zonde, of een enkele dwaling. Ook zou men dan niet zoo gering denken van de middelen der genade, maar er meer een bied voor hebben en er met meer belangstelling gbruik van maken.

De grootste gruwelen hebben meestal hun oorsprong gevonden in wat men noemt een kleinigheid. En ook omgekeerd werden soms groote werken tot stand gebracht door geringe personen of middelen.

Dat kleine oorzaken groote gevolgen te voorschijn kunnen roepen, daarvan is ook het zuurdeeg, dat als zinnebeeld onderscheidene malen in Gods Woord voorkomt, een voorbeeld. In het Oude Testament gebood de Heere uitdrukkelijk, dat op het altaar geen spijsoffer mocht geofferd worden, dat men zuurdeeg gemengd was. En Israël moest het pascha eten met ongezuurde brooden. In het Nieuwe Testament komt het zuurdeeg voor als het zinnebeeld van een boos mensch, van geveinsdheid en van valsche leer.

Het is van algemeene bekendheid, wat we door zuurdeeg hebben te verstaan. Zuurdeeg is niet uit zijn eigen natuur zuur, gelijk het geval is met sommige vruchten, die zuur van smaak zijn; zuurdeeg is een deeg, dat gekneed is en zuur gemaakt, en dit zuurgemaakte deeg gebruikt men als gist om ander deeg, waarin het gemengd wordt, te doen rijzen waardoor het brood een beter en aangenamer voedsel wordt. Dus wat is dat zuurdeeg in zichzelf een kleine kracht, maar wat heeft het een groote uitwerking. Ook komt het zuurdeeg in de Heilige Schrift voor als een beeld van de doordringende werkzaamheid van het Evangelie. Matth. 13:33. Ook wordt hierdoor geleerd dat het Evangelie over de geheele wereld zal gepredikt worden tot het einde komen zal.

In onzen tekst komt het woord zuurdeeg voor (zooals uit het verband blijkt) in een oneigenlijken zin. Er waren in Galaties gemeente valsche apostelen, bedriegelijke leeraars, die een andere leer predikten dan door Paulus was verkondigd; dus hier hebben wij te doen met een afwijken van de gezonde leer, die tot zaligheid leidt. Het onkruid, onder de tarwe gezaaid had wortel geschoten, en het kwaad, dat gemeente en kerk nu dreigde, bestond hierin, dal men Wet en Evangelie tot één wilde maken, en daardoor in strijd kwam met de leer der vrije rechtvaardiging des zondaars voor God. Het zalig worden door de werken der Wet is immers onmogelijk. En, wie in Christus is, die is vrjigemaakt van de Wet, ook vrijgemaakt van de besnijdenis.

De Wet is een tuchtmeester tot Christus. De Wet is regel en richtsnoer van geloof en lever, maar grond voor de zaligheid kan alleen de gerechtigheid van Christus zijn, die den geloovigen uit genade toegerekend wordt. Afwijking van deze leer moet gevolgelijk tot diep treurige toestanden leiden. Afwijking, hoe gering ook op het oog, is zeer gevaarlijk, en zal, als het zuurdeeg, het geheele deeg zuurmaken.

Het is niet af te keuren, dat wij onberispelijk zoeken te leven, maar toch is er slechts een weg des behouds, een Naam onder den hemel den kinderen der menschen gegeven, door welken wij kunnen zalig worden. Afwijken is gevaarlijk; maar ook vermenging kan en mag niet geduld. Waarheid en leugen vereenigen nooit.

Slechts een weinig toegeven, een klein stukje leer loslaten, heeft als een zuurdeeg, zijn werking. De droeve bladzijden uit de geschiedenis der Christelijke Kerk kunnen het bewijzen, hoe een enkele dwaling werkte als een zuurdeeg.

Denk o.a. aan de Apostolische eeuw, toen men de Godheid van Christus loochende, waartegen de Apostelen reeds te velde trokken en waarschuwden. Hoe dreigde in het begin der vierde eeuw, tijdens Arius, deze ketterij de geheele kerk te verwoesten. Wat trachtte Pelagius met zijn leer van den vrijen wil, de zaligheid afhankelijk te stellen van den wil des menschen. Wat een tegenstand ondervond Augustinus, in het verkondigen en handhaven van de leer der verkiezing. Telkens werd de leer, die naar de godzaligheid is met dwaling vermengd. Klein in begin, maar groot in gevolgen.

Geen wonder, dat de Apostel, van zijn roeping bewust en in liefde en algeheele overgave arbeidende tot het heil van Sion, zoo aangrijpend ernstig de Galaten wijst op het gevaar dat hen dreigde, en hun dure roeping in deze. Leer en leven staan in nauw verband met elkander. Daarom blijft het zuurdeeg eener valsche leer nooit zonder gevolgen met betrekking tot de practijk in het leven. Ongeloof is de moederzonde, waaruit alle andere voortkomen. Ongeloof leidt in de practijk tot het ontkennen van God; tot verloochening van den Christus; en tot verwerping en minachting van Gods geboden.

Wat deed Achans diefstal toch veel kwaad; —Mozes moest om een zonde buiten het land der belofte blijven;—een leugen deed Ananias en zijn vrouw dood nedervallen aan de voeten van Petrus. De gevolgen van zonde en dwaling, die als een zuurdeeg werken, worden in het algemeen zoo weinig opgemerkt, en door velen helaas, te baat ingezien.

Een mensch kan in het gezelschap, of in een vergadering (als God het toelaat) den vrede verstoren, en een geest van bitterheid verwekken. Een Alexander, de smid, deed Paulus veel kwaad; een booze zondaar verderft veel goeds; een Bileam bracht geheel Israël in den strik.

Doch tegenover de kracht van de zonde, en de macht van het kwaad, staan de mogendheden Gods en de werking van Zijn genade. Als de vijandelijke macht opkomt als een stroom, en het behaagt die Wachter Israëls door Zijn Geest de banier op te richten, dan zijn die gevolgen ook groot en doen des Heeren volk uitroepen: “De rechterhand des Heeren doet krachtige daden.”

O, mocht in onze dagen van diep verval en inzinking van de kerk in het algemeen, van verslapping in het waken, vermindering van den ijver, verkoeling van de liefde bij velen, zelfs van Gods kinderen, zoodat het fijne goud is verdonkerd, eens worden opgemerkt, dat er een zuurdeeg is dat werkt, hetgeen zeer groote gevolgen zal hebben. Kinderen Gods, en allen, die kermen geleerd hebben; zij onze bede met den dichter:

Herdenk de trouw, aan ons voorheen betoond,
Denk aan Uw volk, door U van ouds verkregen;
Denk aan Uw erf, het voorwerp van Uw zegen,
Aan Sions berg, waar G’ eertijds hebt gewoond.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 juli 1936

The Banner of Truth | 6 Pagina's

KLEINE OORZAKEN, MAAR GROOTE GEVOLGEN

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 juli 1936

The Banner of Truth | 6 Pagina's