HET WOORD „SLECHTEN” IN PSALM 19 : 8.
X. vraagt hoe in Psalm 19 : 8 de uitdrukking: „Den slechten wijsheid gevende”, moet worden opgevat in verband met de berijmden regel uit vs. 4: En slechten wijsheid leert. Ook heeft hij gehoord, dat de berijmde regel wil zeggen „goede wijsheid” leert.
Letten we op het verband dan zien we dat in de eerste verzen van de psalm gehandeld wordt over de kennis Gods uit de natuur, die op zichzelf niet zaligmakend is, terwijl het in dit vers en vervolgens gaat over de zaligmakende kennis Gods uit de Wet en de Getuigenis Gods. De Wet ziet op de vijf boeken van Mozes, die samen met de Profeten heel het Oude Testament vormen. Ook de Getuigenis heeft de bredere zin van Woord Gods. Zij zijn dus de middelen, die de Heere gebruikt om bekering, wederbrenging, oprichting, en wijsheid te verschaffen. En zoals de ware bekering een weer wijs worden is, waarbij het Woord Gods, dat wijs kan maken tot zaligheid, het middel is, zo kunnen ook de uitdrukkingen: „bekerende de ziel, en „den slechten wijsheid gevende”, van soortgelijken inhoud zijn. De vreeze des Heeren toch is het beginsel der wijsheid. Allen die ze doen hebben goed verstand, Ps. 111. De wijsheid is hier het rechte inzicht in het wezen van de in de Heilige Schrift geopenbaarde dingen Gods, met als middelpunt de genade Gods in Christus voor zijn uitverkoren volk. Die ware wijsheid, die alles doet zien in het licht van de openbaring Gods in Christus, strekt zich van daar uit over heel het menselijk leven, zodat zij de juiste levens- en wereldbe schouwing omspant. Voorwerpelijk in de Heilige Schrift geopenbaard, wordt zij als gave der wijsheid van boven in de wedergeboorte ingestort en vervol gens middlelijk door het Word als instrument in de hand des Heiligen Geestes medegedeeld en in de praktijk der godzaligheid in beoefening gebracht. In verband hiermede is dan de slechte de onervarene, de eenvoudige, die zelf de weg niet weet en zo licht te verlokken is. Hem geeft de Getuigenis Gods, die zeker en vast is, de nodige levenswijsheid om in de wegen des Heeren te wandelen. Slecht wil dus maar niet zeggen, dat hij onkundig of dom is in natuurlijke dingen, maar dat hij onervaren is in de dingen Gods en de Heere hem uitwendig door Zijn Woord en inwendig door Zijn Geest onderwijst.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 mei 1959
The Banner of Truth | 8 Pagina's