Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

DE KRACHT VAN DE PINKSTERGEEST

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

DE KRACHT VAN DE PINKSTERGEEST

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Als Christus geprezen wordt in de kracht Zijner opstanding, met geest en leven, komen de priesters, naijverig en vijandig zijnde tegen Christus, de ware Priester en slaan de handen aan de discipelen. Zij zijn verwoed, omdat het aantal der gelovigen vermeerderde tot omtrent vijfduizend. Zeer ontevreden zijnde zetten zij Petrus en Johannes in de gevangenis, en des anderen daags geheel de Joodse Eaad vergaderd zijnde moeten zij antwoorden op de vraag: Door wat kracht of door wat naam hebt gijlieden dit gedaan? Petrus, vervuld zijnde met de Heilige Geest geeft met grote vrijmoedigheid getuigenis, zodat de Joden zich verwonderen, temeer omdat het maar ongeleerde mannen zijn. Zij weten niet beter te doen dan te zeggen, dat zij niet meer mogen spreken en leren in de naam van Jezus. Maar Petrus en Johannes kunnen dat niet beloven, dus dreigen zij ze nog meer.”

En losgelaten zijnde, vertellen de apostalen aan de hunnen wat hen wedervaren is, waarop een geza- menlijk krachtig gebed volgt. De plaats, in welke zij vergaderd zijn wordt bewogen en allen worden vervuld met de Heilige Geest en spreken met vrijmoedigheid het Woord Gods. En de menigte van degenen die geloven is een hart en een ziel. Welk een heerlijke toestand, ten spijt van de hoofdman, de zogenaamde beschermer van de tempel en van de Sadduceen, die ontkennen, dat de ziel van de mens onsterfelijk is, ten spijt ook van Annas en Kajafas, de bittere vijanden van Christus.”

Wat kostelijke lering voor de discipelen, dat zij niet behoeven te vrezen voor degenen, die wel het lichaam kunnen kwellen, zelfs kunnen doden, maar die het vuur van de liefde van Christus nooit kunnen uitdoven. Het is voor de discipelen maar een trapsgewijze voorbereiding tot het lijden voor de naam en de zaak des Heeren Jezus. De vijanden vragen naar de bekende weg, die ze weigeren te bewandelen, maar Petrus blijft het antwoord niet schuldig. Daar zijn alle vrienden het hartelijk mee eens, zwijgen is op zo een tijd grote zonde. De tegenstand tegen Christus is er al geweest, vanaf Adams val in het Paradijs. Daar is al sprake ven vrouwenzaad en slangenzaad. Ook David spreekt er van in de tweede psalm, als hij zegt: Waarom woeden de heidenen en hebben de volken ijdele dingen bedacht? De Koningen der aarde zijn tesamen opgestaan en de oversten zijn bijeenvergaderd tegen de Heere en tegen Zijn Gezalfde. En dat er tegenstand is tegen Hem is te begrijpen, want hoewel Christus alles is voor een vernederde zondaar is Hij niets voor de hoogmoedige, eigengerechtige mens met zijn hoge inbeelding.”

De ware profeten hebben altijd strijd onder het Oude Testament met de valse profeten omdat de ware Messias door de ware profeten geschilderd in de helderste kleuren door de valse profeten verworpen wordt, omdat zij geen behoefte hebben aan verlossing van de macht der zonde. Zo gaat het alle tijden door, ook in deze tegenwoordige tijd. Ook in ons hart bevindt zich de tegenstand tegen Christus, die alleen door de kracht van de Pinkstergeest te breken is. Als in de prediking scherp en zakelijk gezegd wordt, dat een mens alleen uit genade kan zalig worden door het geloof in Jezus Christus, zonder enige zijner verdienste, dan komt de tegenstand tegen Christus. De mens wil immers uit een verbroken werkverbond opklimmen tot God? Als het om Jezus gaat, worden Herodes met zijn godsdienst zonder God, en Pilatus met zijn eigen brute kracht dikke vrienden. Dan wordt alles saam geroepen om Gods werk te weren en af te breken.”

Ondanks verwondering en machteloos stilzwijgen toch vijandschap, en dreigingen, tenzij men door genade mag behoren bij de biddende gemeente. Ook in het familieleven openbaart zich het voor of tegen Christus. Als God werkt, dan werkt Satan ook, met medewerking van de kinderen der ongehoorzaamheid. Die te voren niets van elkaar willen weten, worden dan vrienden en samenspanners tegen Christus. Er worden soms banden der gevangenis om de ziel gelegd, er wordt geleden onder stille bedekte verdrukking, omdat men niet begrepen wordt. Maar de levende bidt en roept tot Hem, Die alleen helpen kan in de vele benauwdheden. Hoeveel bedekte vijandschap zich bevindt onder het mom van godsdienst is de Heere alleen bekend. Zelfs in de wedergeborene woont nog wortel van vijandschap tegen Christus. Als deze of gene door de kracht van Christus uit de ellende is verlost, en men woont zelf in het dorre, op een verre afstand van de Heere, dan is het ook nog wel, dat het oog boos is, omdat God goed is. Als velen eerbied en aandacht hebben voor iemand, die God weldaden schenkt, en men gaat ons voorbij zonder notitie van ons te nemen rijst dan niet vaak inwendig de vijandschap tegen Christus op? Immers ondanks een tegengestelde belijdenis heeft de mens nog zoveel vermeende rechten en vermeende godsdienst, die wij zo nog maar niet waardeloos kunnen verklaren voor God.”

Alleen de kracht van de Pinkstergeest kan ons daar maar brengen, gelijk Hij ons vervrijmoedigen kan, om de smaders wat te antwoorden. Dat zien wij in de Apostelen. Ondanks de dreigingen van het Sanhedrin geven zij met grote kracht getuingenis van de opstanding van de Heere Jezus. Zij zijn Gode meer gehoorzaam dan de mensen. De liefde voor Christus is sterker dan de vrees voor de vijanden en de opstanding van Christus is de grond van hun zaligheid, dat heeft de Heilige Geest hen verklaard op de Pinksterdag met buitengewone klaarheid. Die opstanding van Christus is de bron der levend-making en de grond van de rechtvaardigmaking en de kracht van de heiligmaking en de waarborg van de heerlijkmaking. Hoe zullen zij er dan van kunnen zwijgen? Zij spreken er zelfs van met grote kracht door de Heilige Geest, die getuigt met hun geest, dat zij kinderen Gods zijn. En indien zij kinderen zijn, dan zijn zij ook erfgenamen, erfgenamen Gods en mede-erfgenamen van Christus.”

Dus zijn zij ook bereid om met Hem en voor Hem te lijden, desnoods te sterven. Voorheen heeft Petrus het wel gezegd, dat hij met Christus wel wilde sterven, maar het liep op een drievoudige verloochening uit, omdat hij toen nog miste de kracht van de Pinkstergeest. Nu is het anders, nu zit hij er niet meer met zichzelf tussen, nu vertrouwt hij niet meer op eigen kracht en nu staat hij niet meer boven zijn mede-broeders. Nu is hij met bewustheid een gered en gezaligd mens door de dood en opstanding van Jezus Christus. Nu verwacht hij geen aards Mes-siasrijk meer, maar een geestelijk hemels Koninkrijk. Nu heerst niet meer de verdorvenheid en de eigenliefde, maar de liefde van Christus, uitgstort in zijn hart door de kracht van de Pinkstergeest, doet in hem ontbranden een wederliefde tot Christus, een liefde sterk als de dood, een ijver hard als het graf, haar kolen zijn vurige kolen, vlammen des Heeren. Vele wateren van verdrukking kunnen die liefde niet uitblussen. Eer zullen de stenen spreken, dan dat deze zwijgen zullen. Getuigenis geven is heilige vanzelfsheid en de Heere Zelf gordt de apostelen aan met grote kracht en indachtigmakende genade.”

De vrucht kan nu ook niet achterwege blijven, want waar God werkt, wie zal het dan keren? Vandaar dan ook dat we lezen in bovenstaande tekst-woorden: en daar was grote genade over allen. Niet alleen over de apostelen, doch over allen, die geloofden in de naam van de Heere Jezus. De milddadige gaven des Geestes werden rijkelijk op hen allen uitgegoten, en daarenboven werden zij bewaard en beschermd door de Heere tegen de woede der vijanden, en vonden zij gunst in de ogen van het volk.”

De apostelen met allen die geloofden, mochten door leer en leven zo veel eerbied en achting verwerven, en het was zo duidelijk, dat God met hen was, dat er zoveel van uit ging, dat de vijanden tijdelijk geen macht kregen om hen kwaad te doen. En dat te meer, daar de discipelen zoveel liefde voor elkaar betoonden, dat er onder hen niemand was, die gebrek leed, want zovelen als er bezitters waren van landen of huizen, die verkochten zij en brachten de prijs der verkochte goederen en legden die aan de voeten der apostelen. Welk een ideale toestand, om jaloers op te worden. Wat is de gemeente des Heeren in onze dagen daar ver vanaf en wat wordt van de bediening des Heiligen Geestes en haar rijke vruchten helaas weinig gevonden. En het is alles zo koud en liefdeloos onder elkander, dat men er soms bang van wordt. Niet alleen in de gemeente, zelfs in vele huisgezinnen wordt vaak de ware liefde gemist en daardoor ook de vrijmoedigheid om over God en Zijn dienst te spreken. Er mogen er nog wel veel mensen zijn, die bewaard worden voor het openbaar uitbreken in vijandschap en tegenstand tegen Christus, maar anderzijds blijkt bij velen ook niet, dat men het met Hem en de Zijnen wenst te houden, wat er ook van komen zal.”

En toch zal elk mens zijn houding moeten bepalen, het is toch voor of tegen Christus, een middenweg is er niet. Wil men met Gods volk in Christus vrede met God verwerven, dan zal men ook de strijd moeten aanvaarden, die dat volk heeft te strijden. Dan zal de Heilige Geest ook moeten bekrachtigen om in de strijd tegen wereld en zonde te volharden tot den einde toe, want anders zal niemand de kracht hebben om Christus’ wil vervolging, schade en ongelijk te verdragen.”

De Heere geve ieder mens ernstig te bedenken, dat er slechts twee wegen zijn, en dat we dus noodwendig op een van beide moeten wandelen. En als er beseft mocht worden, hoe belangrijk of de zaak is, zou er zeer zeker ernstig over nagedacht worden, of men wel op die weg is, die uitloopt op de zaligheid, want de weg die daar tegenover staat loopt uit op het eeuwig verderf.”

De Pinkstergeest mocht Zijn krachtige werking nog eens willen vertonen, in de waarachtige bekering van wat nog onbekeerd is en in de versterking van hetgeen Hij gewrocht heeft in de harten der oprechten van hart.”

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 juni 1967

The Banner of Truth | 20 Pagina's

DE KRACHT VAN DE PINKSTERGEEST

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 juni 1967

The Banner of Truth | 20 Pagina's