CHRISTUS AAN HET KRUIS BESPOT

1. De bespotters.”

Eindelijk is het dan zover gekomen, dat Pilatus Jezus overgegeven heeft om gekruisigd te worden. Hoewel hij overtuigd was van Jezus’ onschuld, veroordeelde hij Hem toch ter dood.”

Hij verdraaide het recht, om daardoor de gunst van de Joden te verwerven. Neen, nooit is Pilatus vrij te pleiten. En toch, zo moest het gaan, naar de bepaalde raad en voorkennis Gods. Onschuldig moest Hij ter dood veroordeeld worden door de aardse rechter, om zo de Zijnen van het strenge oordeel Gods, dat over hen gaan zou, te bevrijden.”

Zo wordt Christus dan, als ware Hij een misdadiger, door de heidense krijgsknechten meegevoerd om gekruisigd te worden.”

O, wat diepe versmaadheid voor de Zoon Gods. De Hoop Israëls, de Verwachting der vaderen, naar Wiens komst de gelovigen van ouds hadden uitgezien, wordt verbannen uit het midden Zijns volks; wordt overgegeven in de handen van ruwe krijgsknechten, alsof Hij een berucht boosdoener ware Neen, Hij vindt bij hen geen deernis. Integendeel, spot en hoon, wreedheid en boosaardigheid zijn het deel van de Zoon des mensen. Zo wordt de Schrift vervuld: En Hij is met de misdadigers gerekend. Weggevoerd wordt Hij buiten de gemeenschap der mensen, uit het midden van hen weggedaan, als één, die het leven verbeurd had. Buiten Jeruzalem met Hem, naar de plaats der executie. Alzo heeft Christus buiten de poort geleden, dragend de smaadheid Zijns volks.”

Ja, daar buiten de poort, op Golgotha, is het schriftwoord vervuld: „Ik heb gewacht naar medelijden, maar daar is geen; en naar vertroosters, maar heb ze niet gevonden”.”

Ja, ze hebben Mij gal tot Mijn spijs gegeven en in Mijn dorst hebben ze Mij edik te drinken gegeven. Wij lezen immers in vers 33 en 34: „En gekomen zijnde tot de plaats genaamd Golgotha, welke is gezegd: Hoofdschedelplaats, gaven ze Hem te drinken edik met gal gemengd; en als Hij die geproefd had, wilde Hij niet drinken”.”

En om de versmading vol te maken, wordt de lijdende Borg beroofd van het weinige, dat Hij nog bezat om Zijn heilig lichaam te bedekken. Het is immers uit met Hem. Hij is een misdadiger. Hij zal straks sterven, Hij zal dat kleed niet meer dragen. Zo delen zij Zijn klederen, en werpen het lot over Zijn gewaad. ”

Vervolgens worden Zijn handen en voeten aan het hout geklonken en de kruispaal opgericht O ziet, daar hangt nu de gezegende Christus aan het vloekhout En nog is de haat der vijanden niet voldaan. Nog is het niet genoeg. Kan men Hem lichamelijk niet meer martelen, men zal Hem geselen met woorden, Hem het hart doorsteken met de tong.”

Met gebalde vuisten gaat men Hem voorbij. In diepe verachting schudt men het hoofd, ja de lip wordt Hem toegestoken. En hun woorden zijn als scherpe zwaarden, om de ziel van de lijdende Borg te treffen. Neen, niet de twee moordenaars moeten het ontgelden; die laat men met rust De Zoon des mensen is het voorwerp van hun haat en verachting.”

O, tot wat donkere diepten van vernedering moet Christus aan het kruis afdalen.”

Allereerst is hier dat ondragelijke lichaamslijden. Handen en voeten zijn doornageld aan het kruis, waardoor Zijn laatste levenskrachten wegvloeien, na een nacht vol van verschrikking. Maar wat is alle lichaamspijn bij deze marteling Zijner ziel?”

Neen, er zijn geen woorden voor om uit te drukken hoe Christus’ rechtvaardige ziel is gekweld en wat Hij geleden heeft.”

Het woord van de psalmist wordt vervuld: „Zij hebben hun mond tegen Mij opgesperd als een verscheurende en brullende leeuw. Allen, die Mij zien bespotten Mij, zij steken de lip uit, zij schudden de kop, zeggende: Hij heeft het op de Heere gewenteld, dat Hij Hem nu uithelpe en redde, dewijl Hij lust aan Hem heeft”.”

Zo wordt de dierbare Borg bespot, neen, niet slechts door het gewone volk, maar ook door de overpriesters, de schriftgeleerden, de ouderlingen en de farizeën.”

Ja, die deftige vrome Joden, die zich anders zo hoog boven de schare, die de wet niet weet, stelden, leggen nu voor een ogenblik al hun waardigheid af.”

Ach, als het maar tegen Jezus, Zijn werk en Zijn volk gaat, dan is alles geoorloofd. Zelfs de vromen en de gods-dienstigen doen mee, als het er om gaat Jezus, de Naza-rener, te smaden.”

En in die spot horen wij het gesis van de oude slang. Hij weet het, in deze uren wordt de strijd, in het paradijs aangekondigd, volstreden. Het gaat in deze worsteling om de eindbeslissing. Nu zal worden uitgemaakt, wie het gewonnen heeft Satan of Christus.”

Gewichtvolle ure, waarin beslist wordt over de verlossing van dat volk, dat de Vader Zich van eeuwigheid formeerde opdat het Zijn lof zou vertellen.”

Is het wonder dan, dat de satan al zijn krachten mobiliseert, dat hij al zijn troepen op Golgotha samenbrengt? Hij zal de laatste aanval op de Verlosser ondernemen, om Hem zo mogelijk van Zijn loopbaan afte voeren, en Zijn verlossingswerk ongedaan te maken.”

Satan zet alles op alles om zo mogelijk het Zaad der vrouw dodelijk te treffen. En in die strijd maakt satan gebruik niet slechts van de heidense Romeinen, maar ook van het Joodse volk.”

Die haat der Joden toch is aangestoken met het vuur der hel. Hun oog is verblind door vijandschap. Nijd heeft hun hart gepantserd, zodat zelfs natuurlijk medelijden hun nog vreemd is. Ze verlustigen zich in de smaad en smarten van de Gekruisigde 0, hoe laag is het volk des Verbonds gezonken.”

Dat volk, zo zeer door de Heere beweldadigd, waar de Heere onder hen heette te wonen en waar aan hen de woorden Gods waren toebetrouwd. Ja, zelfs de overpriesters, de ouderlingen, de schriftgeleerden en farizeën scha-ren zich aan satans zijde.”

Zij moesten het volk uit het Woord onderwijzen. Doch het waren blinde leidslieden der blinden Zij voerden het volk ten verderve. Zij mogen dan schriftgeleerden zijn, maar de Christus der Schriften kennen ze niet. Zij stoten Hem van zich. Zij ergerden zich aan Hem. Waarom? Omdat de Heere een streep trok door al hun gerechtigheden en deugden Ach, ze waren zo ingenomen met zichzelf. Zij meenden de bekering niet te behoeven. Zij waren toch Abrahams zaad en dus naar de beloftenis erfgenamen. Bovendien, hun leven was onberispelijk. Zij vastten twee maal per week, zij gaven tienden van al wat zij bezaten. Zou ooit iemand de zaligheid verkrijgen, dan waren zij het wel.”

En nu roept Christus hun toe, dat hun gerechtigheid overvloediger zou moeten zijn, wilden zij het koninkrijk Gods beërven Dat zonder wedergeboorte niemand God zien kan.”

Is het wonder dat hun hart ontbrandt van vijandschap? Neen, daar wil een mens van nature niet aan. Dat is hem te scherp. Ach, hoevelen zijn er in onze dagen, die menen, dat het wel met hen is. Zij zijn zeer godsdienstig, zij roemen in een Jezus, zij gaan ten avondmaal. Doch als ge ze vraagt, hoe zij aan die Jezus gekomen zijn, blijkt dat ze die maar hebben aangegrepen. Nimmer vielen zij als gans verlorenen aan Gods zijde Van Gods heilig recht zijn ze vreemdeling en willen daar ook niet van weten. Met Gods recht, zo zeggen ze, hebben wij niet te maken. Dat heeft Jezus voor ons voldaan. En als ge zulken er nu op wijst dat hun gronden niet houdbaar zijn voor de eeuwigheid, dat ze daar God niet mee kunnen ontmoeten, dan briesen zij van vijandschap. Dan noemen ze u een begrafenisdienaar in plaats van een evangeliedienaar. O, dan komt wel openbaar dat het bedenken des vieses vijandschap is tegen God, en dat het zich der wet Gods nooit onderwerpt Die briesende vijandschap heeft Christus ondervonden toen Hij hing aan het kruis.”

Maar als ze Hem zo bespot en gesmaad hebben, kunnen dan Gods kinderen op iets anders rekenen? Sprak Hij het niet: Ze hebben Mij gehaat, zij zullen ook u haten? Ja, waar zij Hem bespotten, daar zullen ook Gods kinderen te rekenen hebben op spot en hoon Zij zullen de voetstappen van Christus moeten drukken En wat een voorrecht als de mensen u smaden en vervolgen, en liegende alle kwaad tegen u spreken om Christus’ wil.”

Ja volk, verblijdt en verheugt u, want uw loon is groot in de hemelen; want alzo hebben zij vervolgd de profeten, die voor u geweest zijn. Doch letten wij in de tweede plaats op de bespotting.”

BOEKRECENSIE”

Aan het verzoek van de Bond van Jeugd Vereenigingen der Gereformeerde Gemeenten in Nederland, om de aandacht te vestigen op de uitgave, “Ds. G. H. Kersten, Facetten van Zijn Leven en Werk” wil ik gaarne voldoen. Tweemaal heeft wijlen Ds. Kersten een bezoek gebracht aan de gemeenten in de States. Het was in 1936 en 1939. Velen van de toen in leven zijnde ambtsdragers en leden zijn niet meer. Toch zijn er nog enkelen die zich herinneren wat een indruk zijn optreden gaf, vanwege de waarheid die hij mocht verkondigen, daartoe geroepen en gezalfd door de Heilige Geest. Nog steeds leeft hij voort in de harten. Dat is naar Gods Woord. “De gedachtenis des rechtvaardigen zal tot zegening zijn.” Spr. 10:7.”

Dat de schrijver dagen en nachten heeft besteed en opgeofferrd om dat boek samen te stellen is te begrijpen. Het boek telt 220 bladzijden, waaronder dan ook een Hemelvaartspreek is opgenomen, uitgesproken door Ds. Kersten in 1907. Ds. H. Rijksen, nu predikant in Zoetermeer schreef : Een Woord Vooraf.”

Er zijn 8 hoofdstukken in het boek die ons licht verschaffen over de persoon van Ds. Kersten, en die ons een indruk geven van het vele werk door hem verricht.”

1. Van onderwijzer tot predikant”

2. De vereeniging van 1907”

3. Een kerk met orde”

4. In de politiek”

5. Om het heil van de jeugd”

6. De strijd om de Theologische School”

7. De roede in Gods hand”

8. Dienaar des Woords”

De wijze waarop het boek geschreven is is zodanig dat het geen weken zal duren voordat ge er mee aan het einde zijt. Het is heel gemakkelijk te lezen, in eenvoudige taal, en zeer boeiend. Niemand die dat boek aanschaft zal er spijt van hebben.”

De Heere heeft aan wijlen Ds. Kersten genade en eere gegeven. Hij heeft met alles wat in hem was het welzijn van God’ s Kerk gezocht. Zijn waarschuwende stem heeft geklonken in de vergaderingen van de Tweede Kamer van de volksvertegenwoordiging. Ik zou er veel meer aan toe kunnen voegen om dit werk aan te bevelen, doch dat is niet nodig. Wij wensen dit boek in veler handen. “In veler handen,” dat is helaas betrekkelijk, omdat het boek niet in de Engelse taal is. Hollands wordt in de Engelse gemeenten bijna niet meer gelezen. Doch laten degenen die het Hollands nog kunnen lezen het dadelijk bestellen.”

De Heere make menigeen jaloers, heilig jaloers, op de genade die de Heere die leraar geschonken had. Hij heeft gepreekt en gedoceerd, ook onder de studenten, Christus Jezus en dien gekruisigd. I Kor. 2:2”

Alleen nog dit: wanneer ge die leraar persoonlijk gekend hebt, gelijk mij dat voorrecht was gegeven sinds ik 16 jaar oud was, dan is er zoveel meer dat verhaald kon worden. Het is ook terecht opgemerkt dat het geen volledige levensbeschrijving is. Bij het doorlezen van het boek, kwamen er vanzelf zovele herinneringen naar voren die waardig zijn om aan de vergetelheid te worden ontrukt, en bewaart te worden voor de volgende geslachten.”

Ook heb ik de onvergetelijke moeder van Ds. Kersten nog mogen ontmoeten in haar leven, en mogt haar begrafenis leiden in 1932, sprekende over Jesaja 35:10.”

Ten slotte, de Heere mocht in deze tijden van diep verval, van verloochening, vervalsing en verwatering van de zuivere beproefde waarheid, nog mannen verwekken, die in Gods kracht pal staan voor de waarheid, de waarheid verdedigend met zulk een kracht en klem, als hij mocht doen, bouwend op het enige fondament waarvan Jezus Christus is de uiterste Hoeksteen. Efez. 2:20”

De prijs van het boek is 6 dollars. Schrijf maar aan mijn adres, en zendt dan tegelijk het geld op, dan wordt het u wel toegezonden.”

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen