Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Naar de katechisatie

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Naar de katechisatie

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

104

DE ORDE DES HEILS

I) haar betekenis

Nadat we besproken hebben de leer der VERLOSSING als de VERWERVING van het door Christus’ Middelaarsbediening en werk, zijn we nu gekomen tot de leer van de TOEPASSING der heilsweldaden. Hierbij gaat het over het grote werk van de HEILIGE GEEST.

Er is immers een „huishoudelijke” orde in het bestaan en werk van de DRIEËNIGE GOD. Onze Heidelberger spreekt in Zondag 8 over de verdeling van de 12 artikelen in drie delen: Het eerste is van God de VADER en onze schepping. Het andere: van God de ZOON en onze verlossing. Het derde: van God de HEILIGE GEEST en onze heiligmaking.

Zo is er in het werk der verzoening een „orde”. De Vader treedt op als eisend RECHTER, de Zoon als betalende Borg en de Heilige Geest is het, Die de Zoon als Middelaar bekwaamde nl. in de toebereiding van Diens geboorte (ontvangen van de Heilige Geest) en de zalving van de Middelaar met de gaven van wijsheid, macht en heiligheid. Zo lezen we ook in Hebr. 9 : 14: „Die door de eeuwige Geest Zichzelven Gode onstraffelijk opgeofferd heeft.”

Zo blijft ook deze orde gehandhaafd in het zaligmaken van de zondaar.

Sommigen (o.a. H. Bavinck) spreken liever van de „gave des Heiligen Geestes” en van Zijn werk, omdat in het woord „orde” gevaar ligt, dat deze weldaden na elkaar komen, waardoor een verwarrende discussie kan ontstaan.

Vanzelf gaat het in de orde des heils over het werk van de Heilige Geest. Toch houden wij liever vast aan de benaming: orde des heils. Want er is toch in het werk Gods een heilige orde. We spraken zoéven al van een „huishoudelijke” orde in het bestaan van de Drieënige God.

Verder spreekt de Bijbel ook van een „orde” ten aanzien van de toepassing van de heilsweldaden. Rom. 8 : 30: „Die Hij te voren verordineerd heeft, dezen heeft Hij ook geroepen en die Hij geroepen heeft, dezen heeft Hij ook gerechtvaardigd; en die Hij gerechtvaardigd heeft, dezen heeft Hij ook verheerlijkt.” I Kor. 1 : 30: „Die ons geworden is wijsheid van God en rechtvaardigheid en heiligmaking en verlossing.”

De vraag is nu: wat hebben we te verstaan onder de „orde des heils”?

„De weg, waarlangs de uitverkoren zondaar in het bezit komt van de weldaden van Christus.” (Definitie van wijlen Ds. Jongeleen). We kunnen ze ook omschrijven als: „de weg, waarlangs de uitverkoren zondaar het eigendom Gods wordt en God het eigendom van de zondaar.”

Op deze weg worden zes weldaden gekend: drie weldaden in dit leven: 1. roeping (wedergeboorte en bekering) 2. rechtvaardigmaking en 3. de heiligmaking; en drie weldaden nà dit leven: 1. opstanding. 2. laatste oordeel en 3. eeuwige leven.

Of ook deze verdeling:


1. roeping,
2. wedergeboorte,
3. bekering,
4. geloof,
5. rechtvaardigmaking,
6. heiligmaking.


Deze orde des heils mogen wij niet losmaken van de VERWERVING van het heil door Christus. Dit wordt tegenwoordig veel gedaan, waardoor nauwelijks het werk van de Heilige Geest wordt gepredikt en geleerd. Dan lijkt het net alsof de deelachtigmaking van de weldaden van Christus al in de verwerving ligt opgesloten. Jezus is voor ons gestorven en dit geloven wij..... dus zijn we ook een kind van God, zo wordt geredeneerd of gedacht.

Maar de orde des heils, de toepassing van de weldaden is in die zin aan de verwerving verbonden, dat Christus Zijn werk der verlossing na Zijn hemelvaart BLIJFT voortzetten, namelijk door Zijn Woord en Geest de verworven weldaden DEELACHTIG TE MAKEN.

We lezen in Johannes 7 : 39: „En dit zeide Hij van de Geest, Dewelke ontvangen zouden, die in Hem geloven; want de Heilige Geest was nog niet, overmits Jezus nog niet verheerlijkt was.” En in Joh. 16 : 14: „Die zal Mij verheerlijken.”

Dit werk der deelachtigmaking van de weldaden door de Heilige Geest is noodzakelijk. Want nooit zal de zondaar uit zichzelf tot God gaan om behoudenis te zoeken of tot Christus gaan. Daartoe is de zaligmakende werking van de Heilige Geest nodig. Maar hierop willen we D.V. nader ingaan in onze les over de ROEPING.

Hebt U al iets leren kennen van dit werk der deelachtigmaking? Heilige daartoe de Heere het onderwijs aan onze harten, bij aanvang tot eeuwige zegen en bij voortgang tot verdieping van dit werk.

Urk.

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 4 november 1971

Bewaar het pand | 4 Pagina's

Naar de katechisatie

Bekijk de hele uitgave van donderdag 4 november 1971

Bewaar het pand | 4 Pagina's