EER AAN GOD VREDE OP AARDE WELBEHAGEN IN MENSEN

Hoe heerlijk en gezegend zijn de barmhartigheden Gods geopenbaard in Christus Jezus. Wonderlijk is Zijn komst in deze wereld. Niets in de geschiedenis der mensheid is er mee te vergelijken. God werd mens. Welk een diepe verborgenheid. Hij, de Schepper van het heelal, bleef wat Hij was (God) en werd wat Hij niet was (mens). De zon, de maan en de sterren gehoorzamen Zijn wil. Alles wat er in de hemel en op aarde gebeurt, vindt plaats onder Zijn heilige souvereine heerschappij. Toch heeft Hij zich zo diep willen vernederen. Als een kindeke werd Hij in de kribbe van Bethlehem gelegd. Wie kan zulk een heerlijkheid bevatten ?

Welk een grote zaligheid is er geopenbaard in de komst van Christus. Toen de mens van God afviel was er alleen maar plaats voor wanhoop. Toen Christus kwam was er weer zaligheid voor verloren, helwaardige zondaren. Hij kan de grootste zondaar zalig maken.

God zond Zijn Zoon op deze wereld. De grootste gave die God ooit had kunnen geven. Hij was de Enige die het grote werk kon doen. Geen engel zou het hebben kunnen doen. Zelfs de menigte van de hemelse heirlegers die zong in de velden van Bethlehem had de zonden der wereld niet kunnen weg nemen. God alleen kon dit werk verrichten.

De zaligheid in Christus is zo groot dat we het nooit ten volle kunnen bevatten. In Hem is vergeving voor zondaren. Die gezegende zaligheid is geheel in Christus. Wat is het wonder groot dat wij over Hem mogen horen.

Terwijl de herders de wacht hielden over hun kudde in de donkere nacht in de stille velden van Bethlehem, kwam er plotseling ’n engel uit de hemel tot hen. Dat was één van de redenen waarom de herders bevreesd waren. Doch er was nog een andere reden. Want ze waren zeer bevreesd. De heerlijkheid des Heeren omscheen hen. Toen de engel tot Zacharias kwam en ook tot Maria, waren zij bevreesd. Maar de herders in de velden van Bethelehem zagen niet alleen de de engel doch zij aanschouwden ook de heerlijkheid des Heeren. Dit maakte nog groter indruk op hen dan de engel. Dit was nieuw in de ervaring van de herders. Zij hadden de heerlijkheid des Heeren nog nooit gezien. Jesaja zag het. (Jesaja 6 en Johannes 12:41). Hij had in een gezicht de hemel binnen geblikt en de heerlijkheid des Heeren aanschouwd. Heilige engelen bedekten hun aangezichten in de tegenwoordigheid Gods en riepen uit: „Heilig, heilig, heilig, is de Heere der Heirscharen”.

Toen Jesaja de heerlijkheid des Heeren zag, was ook hij zeer bevreesd, net als de herders. Hij zei: „Wee mij want ik verga. Want mijn ogen hebben de Koning, de Heere der Heirscharen gezien”.

Toen kwam een engel om hem te vertroosten. Hij roerde zijn mond aan met een gloeiende kool van het altaar en zei: „Uw zonde is verzoend.” Dat was gelijk aan wat de herders ondervonden. De engel kwam tot hen als in de dagen van ouds, en zei: „Vreest niet.” O bevende herders ge zijt bevreesd omdat ge de heerlijkheid des Heeren aanschouwt. Dat openbaart u uw zondige verdorvenheid. Daarom zijt ge verschrikt. Maar er is goed nieuws voor u, een boodschap van grote blijdschap, want u is heden geboren de Zaligmaker, welke is Christus, de Heere.

Herders ge zijt bevreesd vanwege uw zonden nu ge de heerlijkheid des Heeren aanschouwt, maar hier is een balsem voor u. Er is een Zaligmaker van zonde, die Zaligmaker is Christus de Heere. En dit zal u een teken zijn: gij zult het Kindeke vinden in doeken gewonden, en liggende in de kribbe. Zo kwam de engel met de boodschap van zaligheid tot de herders.

En metéén was er met de engel een menigte van hemelse heirlegers prijzende God. Er waren niet slechts enkele engelen, maar een grote menigte. Er waren duizenden en duizenden engelen in de velden van Bethlehem. Welk een indrukwekkend gezicht moet dat voor de herders geweest zijn. De herders horen de engelen zingen. Wie zou dat niet hebben willen meemaken, om die zachte, liefelijke, hemelse muziek te horen. Wat de herders echter het meeste trof was niet de schoonheid van de muziek, maar de heerlijkheid van boodschap. Vandaag kunnen we de engelen niet horen zingen zoals de herders. Toch hebben we nog de zelfde heerlijke boodschap en dat is het voornaamste.

Die boodschap is vol van heerlijkheid en een grote oorzaak tot verheuging. De inhoud van de engelenzang is ons aller aandacht waard. Wat is meer belangrijk dan de engelenzang ? Het lied is kort. Slechts enkele woorden. Hoe gezegend is echter de betekenis ! De engelen zingen van drie heerlijke waarheden.

De eerste regel van de engelenzang spreekt van eer, de tweede van vrede, en de derde van welbehagen. De eer is aan God in de hemel. De vrede is op aarde. En het welbehagen is voor mensen, voor zondige mensen. Dat is het eeuwige welbehagen Gods.

Ere aan God in de hoogste hemelen. De engelen beginnen met Gods eer. In vele gevallen, als men tegenwoordig over de engelenzang spreekt, laat men de ere Gods er geheel uit. Toch is dit het belangrijkste. In de Hof van Eden gaf de eerste Adam in alles aan God de eer die hem toe kwam. Maar toen onze eerste ouders van God afvielen, onteerden ze hun Maker in plaats van dat ze Hem de eer toebrachten. Ze kozen de zijde van de Vorst der duisternis en onteerden God door hun gedachten woorden en werken. Daardoor rustte Gods gunst niet meer op hen. En kwamen ze onder het ongenoegen Gods.

Nu is dit de eerste keer in de geschiedenis der mensheid dat God weer in volmaaktheid de eer wordt toegebracht. Eer aan God in de hemel. Wie brengt deze eer aan God ? De Zaligmaker die in de nederige kribbe van Bethlehem wordt gelegd. Het is het Kind dat schreit in het donkere van de nacht. Het is het Kind geboren met een heilige reinheid, geboren zonder zonde. Wanneer onze kinderen in de wieg worden gelegd, dan moeten we zeggen dat ze ontvangen en geboren zijn in zonde. Zij brengen geen eer aan God. Nu zingen de engelen van Het Kind dat God volmaakt verheerlijkt.

Hij is de tweede Adam. Hij verheerlijkt God. Hij geeft Hem eer. Hierin ligt de overwinning voor de Heere. Toen Adam en Eva begonnen God te onteren scheen het een overwinning voor Satan. Hier is echter iemand van het zelfde menselijk geslacht die God verheerlijkt en Hem eer aanbrengt. Hij bracht God oneindige eer aan in Zijn gehele leven en bijzonderlijk toen Hij leed en stierf aan het Kruis. Toen Hij de zonde der wereld wegnam. In zijn Hogepriesterlijk gebed zei Hij: „Ik heb u verheerlijkt op de aarde.” Johannes 17:4.

God is verheerlijkt in dit Kind. Hij verhoogt de gezegende Naam van God. Hij verheerlijkt God met een heilige reinheid. Maar o wonder, Hij verheerlijkt God niet alleen omdat Hij Hem liefheeft, om wat Hij is in Zichzelf, Hij verheerlijkt God in de plaats van anderen. Hij verheerlijkt God als de tweede Adam, als de Vertegenwoordiger van het volk van Gods eeuwig welbehagen. Welk een zegen is dat voor hen die het geleerd hebben hunzelf te zien als degenen die hun doel gemist hebben, en die van harte erkennen dat zij de Heere de ere niet gegeven hebben die Hem toekomt.

O schuldige en verloren zondaar in u zelf.

God wordt verheerlijkt in deze Verlosser. Er is een weg ter ontkoming. Ge hebt alles verdorven en verzondigd, maar hier is Een die uw plaats inneemt. Een die vrede maakt voor zondaren. Toen God deze wereld schiep heeft Hij Zijn macht en wijsheid ten toon gesteld. Maar wanneer Hij door Zijn Zoon verlost, worden al Zijn deugden opgeluisterd. Zie hoe rijk en heerlijk, hoe volmaakt en volkomen deze zaligheid is. Want God wordt verheerlijkt in die zaligheid gewrocht door Christus. En daarom is er vrede op aarde. Hemel en aarde verenigd.

Waar is die vrede ? vraagt zo menig hart. Die vrede is te vinden in de kribbe van Bethlehem. Dat is een vrede voor het hart. De profeet Micha voorspelde betreffende de Zaligmaker, dat Hij vrede zou brengen. In de merkwaardige profetie in het vijfde hoofdstuk van Micha wordt Hij de Vrede genoemd. „En Deze zal Vrede zijn”. De apostel Paulus spreekt zo over Hem in Efeze 2:14, „Hij is onze Vrede”. Christus is de Vrede op aarde. Hij is de Vrede op aarde, omdat Hij hemel en aarde verzoent. Indien ge uitziet naar ware vrede, dan moet ge niet in deze wereld om vrede zoeken, maar in Christus. Het is alleen in die weg dat ware vrede in het hart kan komen.

Dan kunnen er oorlogen en geruchten van oorlogen in deze wereld zijn en allerlei moeiten en toch diepe vrede in de ziel. De psalmdichter zingt in Psalm 46: „De HEERE der heirscharen is met ons. Daarom zullen wij niet vrezen, al veranderde de aarde hare plaats, en al werden de bergen verzet in het hart van de zeeën”. O als uw hart als de verontruste zee is, als smart en verdriet uw deel zijn, en als de zonde u kwelt als een grote pijn en smart, er is vrede op aarde. Maar niet in u, het ligt in de kribbe van Bethlehem. Hij is de Vrede.

De herders rusten in de eer die Christus brengt aan God. Hij doet het voor hen. Zij begeren vrede met God. Zij kunnen het niet doen voor hun werken. Ze gaan naar de kribbe van Bethlehem. Daar is vrede, vreugde, rust en kalmte voor het bedroefde hart. Hij zegt tot de herders: Komt tot Mij. Ik zal u vrede geven. Ik sta tussen u en een heilig God. Buiten Mij is God een verterend vuur. Maar in Mij is God met u verzoend. Ik ben uw vrede, uw zaligheid en gerechtigheid. Komt tot Mij, leg uw moede hoofd op Mijn boezem. O als u naar vrede verlangt dan heeft u de boodschap van de engelenzang nodig. Dan is het nodig dat u doet wat de herders deden. Zij gingen naar Bethlehem. Zij gingen naar Het Kind om de Vrede te aanschouwen en te genieten.

Eer aan God - Vrede op aarde - Een welbehagen in mensen. Dat is het grote wonder, Gods eeuwig welbehagen voor schuldige zondaren is geopenbaard in Christus. Want alzo lief heeft God de wereld, dat is de zondige, gevallen wereld. gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft. Dat is Gods eeuwig welbehagen. Het behaagde de Heere in Zijn oneindige liefde en barmhartigheid om neer te zien op schuldige zondaren in Hem die in Bethlehem geboren werd.

Zo is er een oneindig heerlijk Licht in de kribbe van Bethlehem. God openbaart Zijn liefde voor schuldigen in Zijn Zoon. En wat hebben die zondaren nu van zich zelf ? Niets. Het is Gods vrije souvereine liefde en genade die zalig maakt, om Christus wil. Wat hebben zondaren verdiend ? Niets Gods liefde, niet Gods gunst. Ze hebben verdiend om voor eeuwig door de Heere verworpen te worden. In Zijn oneindige barmhartigneid openbaart God Zijn liefde voor schuldige zondaren in het Kind van Bethlehem.

Toen de herders deze blijde boodschap hoorden haastten ze zich om de Koning te zien en ze verheerlijkten God. Ze konden niet in de velden van Bethlehem blijven. Neen, dat kan het geloof niet. Velen trachten zich zelf in de hemel te redeneren en zeggen, Christus kwam en stierf voor zondaren. Halelujah. En toch zijn ze de herders nooit gevolgd. Ze haasten zich nooit naar de kribbe van Bethlehem. Ze willen niet tot Hem komen dat ze het leven mogen hebben. Maar het ware geloof verlangt om Hem te zien.

Geliefde lezer, de boodschap der engelen is ook vandaag van oneindige waarde. Kent ge reeds dat haasten met de herders naar Het Kind in de Kribbe ?

Alphen aan den Rijn

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen