Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Christus predikt Christus (1)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Christus predikt Christus (1)

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

We hebben het paasfeest gevierd. Met heel de kerk hebben we weer herdacht het heilsfeit van Pasen, dat ons spreekt van de overwinning van het leven (of beter: van de Levende !) op de dood. En het zou mij niet verwonderen, wanneer verschillenden onder ons een preek hebben gehoord over de verschijning van de Levensvorst aan de Emmaüsgangers. Ikzelf heb er ook over gepreekt en ook vanmorgen zou ik iets willen zeggen over deze rijke geschiedenis. En dan zou ik het onderwijs van de opgestane Christus aan de Emmaüsgangers willen zien als het onderwijs van de grote Bedienaar van het goddelijk Woord om van daaruit enkele opmerkingen te maken over de bediening des Woords, over de prediking waartoe de Heere Zijn knechten roept en opdracht geeft.

De geschiedenis van de Emmaüsgangers is ons wel bekend. Op de dag van Jezus’ opstanding zijn Kleopas en zijn metgezel, twee volgelingen van de Heere Jezus, op weg naar Emmaüs, een dorp, enkele uren gaans van Jeruzalem verwijderd. Ze zijn bedroefd en moedeloos. Ze zijn diep teleurgesteld in hun verwachting betreffende Jezus de Nazarener, Welke een Profeet was, krachtig in werken en woorden voor God en het volk. En ze hadden zo gehoopt, dat Hij was Degene, Die Israël verlossen zou. Maar die hoop was de bodem ingeslagen door het gebeuren op Golgotha, waar dat veelbelovende leven was afgesneden.

Maar nu zijn ze ontsteld door de tijding van sommige vrouwen, die bij het graf van Jezus een gezicht van engelen gezien hebben, die zeggen, dat Hij, dat Jezus leeft !

En terwijl ze daar samen mee bezig zijn, bezig met de dingen, die heel hun ziel vervullen, met de dingen aangaande Jezus de Nazarener (zoals ze het straks zelf uitdrukken), dan is daar zomaar die Vreemdeling bij hen, Die hun zo rustig en vriendelijk vraagt, waarom ze zo bedroefd zijn.

En als dan Kleopas in eenvoudige duidelijke woorden Hem de oorzaak van hun droefheid en verwarring heeft meegedeeld, dan neemt de Vreemdeling het woord: „O, onverstandigen en tragen van hart, om te geloven al hetgeen de profeten gesproken hebben !” En met beschaming en steeds meer gespannen aandacht luisteren de twee mannen naar het onderwijs van deze Onbekende uit de Schriften. Totdat zij aan het einde van de weg zien, dat de Onbekende, Die hun de Schriften opende niemand minder was dan hun Heere en Meester Zelf: de grote Bedienaar van het goddelijk Woord !

Dat is Hij toch, nietwaar ? Van Hem belijdt toch de kerk, dat Hij is „Onze grote Profeet en Leeraar, Die de verborgen raad en wil Gods aangaande onze verlossing volkomen heeft geopenbaard!” Hij is „de Gezant, de Uitlegger, de Eén uit duizend, om de mens zijn rechte plicht te verkondigen.”

De profeten van de oude bedeling werden bekwaamd, gezalfd, geleid door Zijn Geest. En in hun prediking hebben zij het steeds weer beklemtoond: „Alzo spreekt de Heere !” Tijdens Zijn omwandeling op aarde heeft Hij in eigen persoon geleerd, en de schare, die aan Zijn lippen hing, heeft het gevoeld: Hij leert als Machthebbende en niet als de schriftgeleerden.

Daar zit een Maria aan Zijn voeten; daar drinkt de Samaritaanse vrouw Zijn woorden in met een ziel, die door Hemzelf dorstig gemaakt is; daar ligt een Johannes aan Zijn borst! En in onze tekstgeschiedenis geeft Hij de Emmaüsgangers Zijn hemels onderwijs. En als de verheerlijkte Christus vervult Hij Zijn profetische bediening door Zijn Woord en Geest. En nu behaagt het Hem Zich daarbij te bedienen van mensen. Kleine, nietige, gebrekkige, zondige mensen, die de schat dragen in een aarden vat, en die geen andere opdracht hebben dan het Woord van de grote Profeet in getrouwheid door te geven.

De door Hem geroepen dienaar vraagt en luistert dan ook naar de Mond des Heeren, wenst niet anders te zijn dan boodschapper en getuige van Zijn Woord. Afhankelijk van Zijn Geest, gebonden aan Zijn Woord, zo wil hij de gemeente dienen. Als een getrouwe vertolker van het Woord ! Verbi divini minister ! Dienaar van het Woord Gods. En dan het volle Woord; verkondigende al de raad Gods ! Zoals Paulus het uitdrukt in Handelingen 20, waar hij afscheid neemt van de ouderlingen van de gemeente van Efeze. Dan zegt hij in vers 24: „maar ik acht op geen ding, noch houd mijn leven dierbaar voor mijzelf, opdat ik mijn loop met blijdschap mag volbrengen, en de dienst, welke ik van de Heere Jezus ontvangen heb, om te betuigen het evangelie der genade Gods”. En in vs. 27: „want ik neb niets achtergehouden, dat ik u niet zou verkondigd hebben al de raad Gods.”

En daarom durft en mag hij zeggen in vers 26, dat hij rein is van het bloed van hen allen. Zie, dat kan en mag alleen de dienaar zeggen, die al de raad Gods heeft verkondigd.

Wat een verantwoordelijkheid voor de prediker.

Wat heeft hij te waken voor zichzelf, om waarlijk dienaar des Woords te zijn. Om zich niet te laten leiden door de geest van de tijd en evenmin door de theologie van de gemeente, door bepaalde opvattingen binnen de gemeente, maar die niet genormeerd zijn aan het Woord van God.

Uitgesproken op de Ontmoetingsdag te Kampen op 12 april 1980.

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 15 mei 1980

Bewaar het pand | 4 Pagina's

Christus predikt Christus (1)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 15 mei 1980

Bewaar het pand | 4 Pagina's