Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

ZIJN VERBOND EN WOORDEN 2.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

ZIJN VERBOND EN WOORDEN 2.

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Alvorens Prof. de Bruin weer het woord te geven willen we er nog op wijzen, dat het boek van Prof. van ’t Spijker onder bovenstaande titel op een keurige wijze is uitgegeven door drukkerij-uitgeverij De Groot, postbus 1, 2977 ZG Goudriaan. Het kost ƒ 20,—.

Nu luisteren we weer naar Prof. de Bruin. Hij zegt in Hoofdstuk IV over de betekenis van de doop, o.a. het volgende: „Het formulier van de kinderdoop draagt tot opschrift: Formulier om de Heilige Doop te bedienen aan de kleine kinderen der gelovigen.” Hier worden dus de personen genoemd aan wie de doop zal bediend worden, n.1. de kleine kinderen der gelovigen. Met „gelovigen” worden hier niet bedoeld degenen in wier hart de Heilige Geest het zaligmakend geloof heeft gewrocht, dus gelovigen in de engere zin des woords, maar de leden der zichtbare Kerk, die het geloof der Kerk belijden en dus in de ruimere zin des woords gelovigen heten, tegenover de ongelovigen", die Gods Woord verwerpen en zich als openbare vijanden der Kerk gedragen.

Betekende het woord gelovigen hier wedergeborenen dan zouden alleen de kinderen van wedergeborenen gedoopt mogen worden; daarbij zou dan de kinderdoop rusten op de genadestaat der ouders en zou zelfs die doop aan de kinderen moeten verzegelen, dat hun ouders begenadigde mensen zijn. Welk belijder der Gereformeerde leer zou zulks durven beweren ? Immers de doop verzegelt Gods verbond en beloften en daarom moet aan de deelgenoten des verbonds, dit is, het zaad der Kerk, Gods verbond verzegeld worden, gelijk de Synode van Dordrecht 1578 bepaalde: „Het verbond Gods zal aan de kinderen der Christenen met de heilige doop bezegeld worden.”

Hierbij zij nog opgemerkt dat de Synode van Dordrecht 1574, die dit opschrift boven het formulier plaatste, tevens uitsprak dat de kinderen van afgesnedenen mogen gedoopt worden, zodat die Synode zichzelf zou tegengesproken hebben, indien zij met het woord gelovigen alleen wedergeborenen had bedoeld.

Verder schrijft Prof. de Bruin in dit hoofdstuk nog het volgende:

Deze twee zaken worden in de doop aanschouwelijk voorgesteld. Dat onderdompelen wijst zowel op de reiniging als op de afsterving onzer oude natuur. Zo vermaant dus de doop ons tot verootmoediging onder onze diepe schuld en onreinheid, tot afzien van ons zelven om door eigen kracht gered te worden en een redmiddel buiten ons zelven te zoeken. Immers die doop geeft een tekening, een voorstelling aan de Kerk. Zij laat zien hoe onrein zij is in haarzelve, zij ligt daar in haar verlorenheid voor God, zij is zo ellendig reeds uit kracht van haar val in Adam en daardoor is zij ook onbekwaam zichzelve hieruit te verlossen. Een andere geboorte is voor haar nodig en daarom moet zij een mishagen hebben aan haar verdorven natuur en uitzien naar een weg tot redding, waardoor zij komt tot een nieuw Gode welgevallig leven.

Welk een diepe betekenis heeft dan volgens ons formulier de doop. Ieder gedoopte mag dit wel eens ernstig overwegen. Als gij dan vraagt, wat betekent dit doopwater, dat eenmaal op mijn voorhoofd gesprenkeld werd, dan wordt u toegeroepen: Gij draagt op uw voorhoofd het teken uwer erfzonde, het teken, dat gij ligt onder de vloek en toorn, het teken dat gij, stervende zoals gij geboren zijt, voor eeuwig verloren gaat en dat uw oude natuur moet sterven in de wedergeboorte, zult gij niet zelf eenmaal de eeuwige dood sterven.

Mocht deze betekenis des doops toch door het zaad der Kerk verstaan worden. Wat zou dat een verootmoediging voor God geven, ja wat zou men zichzelven mishagen en voor Gods aangezicht uitroepen: „Heere, ik ben een walgelijk zondaar, ik heb gedaan wat kwaad is in Uw ogen, ja ik ben in zonde ontvangen en in ongerechtigheid geboren.” Terecht heeft iemand jaren geleden reeds gezegd: „Leer het zaad der Kerk zijn doop verstaan”, want als men een recht gezicht ontvangt in de betekenis des doops, dan wordt men in eigen oog een verloren zondaar, die ontbloot is van alle gerechtigheid en buiten zichzelven behoudenis gaat zoeken.

Bij het onderwijs der jeugd op catechisatie en christelijke school kan dus nooit ernstig genoeg op de betekenis des doops gewezen worden. Natuurlijk niet in verkeerde zin, om de kinderen een grond van zaligheid onder de voeten te geven, welke eenmaal blijken zal een zandgrond te zijn, maar in de zin van ons doopsformulier, door hen te wijzen op de noodzakelijkheid der wedergeboorte, welke reeds in de doop is afgetekend. Want de doop tekent niet alleen af de onreinheid onzer zielen, maar ook de doding onzer oude natuur, de noodzakelijkheid om te sterven aan ons zelven en het leven en behoud te zoeken buiten ons. Zo is dus de doop niet alleen een prediking onzer ellende, maar tevens van de weg des behouds. Bij al het duistere dat zij ons aanwijst in de mens, laat zij ook een lichtpunt gloren, door te wijzen op het zoeken van zaligheid buiten ons.

Die zaligheid is te verkrijgen, ja, in dezelfde doop vergezelt God de belofte van eeuwige redding aan Zijn Kerk. De doop toch is niet alleen een teken, maar ook een zegel, volgens de Calvinistische, meer nog, volgens de Bijbelse leer van ons formulier. Er ligt in de doop een verzegelende kracht, daar hij teken én zegel is van het verbond der genade.

Over de verzegelende kracht van de doop schrijft Prof. de Bruin in hoofdstuk V.

De doop heeft dus ook-aldus Prof. de Bruineen verzegelende kracht, dat wil zeggen, zij heeft de kracht van een zegel. Wanneer een notaris een koopakte geschreven heeft, hangt hij daaraan een zegel, als bewijs van de waarheid in de akte beschreven. Zo is de doop het zegel, gehecht aan de belofte van het verbond der genade. Want niet de innerlijke genadestaat wordt in de doop verzegeld, maar hetgeen God heeft beloofd aan Zijn Kerk. De sacramenten, zegt de Catechismus, dienen om de waarheid van de beloften des Evangelies te verzegelen. God beloofde aan Abraham: „Ik ben uw God en uws zaads God,” en die belofte wordt nu verzegeld door het sacrament der besnijdenis. Zowel in de besnijdenis van Ismaël als van Izak, van Ezau als van Jacob verzegelde de Heere de belofte des verbonds aan Abraham gedaan. De goddeloosheid toch van Ismaël en Ezau beroofde hen wel van de weldaden des verbonds en verhinderde hen de zegen des verbonds te zoeken, maar zij konden door hun goddeloos leven de waarheid van Gods belofte niet vernietigen. God had in hun besnijdenis niet verzegeld dat zij de genade des verbonds deelachtig waren, maar wel de belofte dat Hij in Abrahams nakroost Zijn verbond zou voortzetten. De waarheid dier belofte zal de Heere, volgens psalm 105, nimmer krenken want Hij gedenkt Zijn verbond tot in eeuwigheid.

Antwoord 66 van de Heidelbergse Catechismus leert hetzelfde. Op de vraag wat Sacramenten zijn, wordt geantwoord dat het tekenen en zegelen zijn, opdat de Heere door het gebruik derzelve, de beloften des Evangelies des te beter te verstaan geven en verzegelen zou, namelijk dat Hij ons, vanwege het enig slachtoffer van Christus, aan het kruis volbracht, vergeving der zonden en het eeuwige leven uit genade schenkt.

Het bloed van Jezus Cristus Gods Zoon reinigt van alle zonden, zo predikt Gods Woord, zo tekent God af in de doop en zo verzegelt Hij in dit sacrament. Buiten het offer des kruises geen behoud, dit verzegelt God in iedere doop, hetzij de dopeling een uitverkorene is of niet. De verzegeling is objectief, niet de staat des kinds, maar Gods belofte wordt verzegeld.

Prof. de Bruin zegt in dit vijfde hoofdstuk van zijn boekje nog meer, dat van groot belang is. Dat bewaren we voor een volgend nummer.

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 11 juni 1981

Bewaar het pand | 4 Pagina's

ZIJN VERBOND EN WOORDEN 2.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 11 juni 1981

Bewaar het pand | 4 Pagina's