Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Tabernakel

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Tabernakel

„Het heilige”.

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Les 8.

Door het „Voorhof” van de tabernakel zijn we nu in onze gedachten genaderd tot de woning zelf, het „Heilige” en het „Heilige der heiligen”, doch van elkander gescheiden door het 2e Voorhangsel.

Het is geen groot gebouw, maar het is in feite een „klein houten huisje”, ja, met het „Voorhof” slechts een klein stipje in die grote woestijn.

Deze woning des Heeren is een duidelijke afbeelding van Gods KERK. Het „Heilige” van de strijdende Kerk hier op aarde en net „HEILIGE DER HEILIGEN” van de triomferende Kerk in de hemel, in wezen dus „het lichaam van Christus”, ,Gods gebouw”, want zo sprak Paulus in I Korinthe 3 : 9b, namelijk: „Gods akkerwerk, Gods gebouw zijt gij!” En hiermede bedoelde hij toch de „Levende kerk”, Gods kinderen.

Nu zijn in het „strijdende deel” van de Kerk niet allen wàre lidmaten, zoals ook in het „Voorhof” van de tabernakel niet al de offeraars wàre kinderen Gods waren; ook niet alle priesters.

Mogen we dus zo de tabernakel zien in wezen als Gods gebouw, dus „het Heilige” en het „Heilige der Heiligen”, ach, wat is dan Gods Kerk in het oog van de mens maar een klein stipje, nietwaar! Ja, als een „Nachthutje in de komkommerhof.” Bij de wereld .... een „verachte fakkel”.

Het „Heilige”, als eerste vertrek, ca. 10 bij 5 meter groot en het tweede: „het Heilige der heiligen” als een kubus-vorm 5 bij 5 meter. Beide gedeelten van het gebouwtje waren samengesteld met 48 „berderen” of planken. Dat waren de „stijlen”, waarvan we lezen, die rechtop, naast elkaar werden gezet, elke plank van 5 meter lengte en 75 cm. breedte, Zo was de hoogte van de woning dus 5 meter. De planken werden in twee zilveren voeten vastgelegd, zodat het Huis gevrijwaard zou blijven voor eventueel slingeren door windstoten.

Aan elke plank (zo blijven we dus déze „berderen” noemen) waren 3 ringen bevestigd, van boven drie, in ’t midden drie en aan de onderkant drie. Door deze ringen (ook van goud) werden de planken aan elkaar verbonden met , richels”. Dit waren dan de roeden, eveneens met goud overtrokken.

Het bijzonder-opmerkelijke was, dat die 48 planken van binnen met goud (we denken hier aan bladgoud) waren overtrokken.

En binnen deze wanden stonden dan aan de linkerkant de GOUDEN KANDELAAR, aan de rechterkant de TAFEL DER TOONBRODEN en daartussen, iets naar boven gesteld het REUKOFFER-ALTAAR.

Aldus het inwendige van het „Heilige” overziende, moet het alles toch wel voor de dienstdoende priesters een allerschoonst en indrukwekkendst gezicht geweest zijn bij het zachte schijnsel van de zeven lampen van de „gouden kandelaar”.

Lezen we niet in Gods Woord over de bouw van de tabernakel, dat alles gemaakt was van ’t „allerkunstigst” werk? En was niet de Heilige Geest Zelf de grote Onderwijzer van Bezaleël en Aholiab en anderen, die aan de tabernakelbouw hebben medegewerkt!

Schrijft de Hebreër-brief niet, dat zij was „een voorbeeld en schaduw der hemelse dingen”! (Hebreën 8 : 5).

En bezingt de dichter van psalm 84 die schoonheid niet in vers 2:

„Hoe lieflijk zijn Uwe woningen, o Heere der heirscharen!”

Welnu, zo wijst deze beschrijving van de tabernakel-bouw treffend heen naar de levende kerk als het lichaam van Christus met haar leden, afgebeeld door de 48 berderen of planken en elke plank weer als een deel van het geheel. En geldt dat ook niet van al de levende lidmaten der Kerk?

Maar nu komt het er dus ten zeerste op aan, ons te onderzoeken en zich af te vragen: mag ìk door genade ook een „levend lidmaat” van die Kerk zijn geworden? Zo niet, hoe word ik dat dan? Wel, dat gaat dan overeenkomstig de bewerking van die „planken”, waarmede de tabernakel, het Heilige de heiligen samengesteld was.

Daartoe moesten eerst bomen geveld worden, het hout gedroogd en gezaagd tot planken en dan geschaafd en bekleed worden met ’t bladgoud en zo réchtop in de koperen voetstukken gezet worden.

We mogen dèze en verdere bewerking van die planken niet vergeestelijken, d.w.z. dat zij als „geestelijk” moeten opgevat worden, wat als zeer „ònschriftuurlijk” zou zijn. Maar wel mogen wij „vergelijkingen” maken tot profijtelijk onderwijs in de bearbeiding van zondaren door de Heilige Geest tot „levende” lidmaten van Gods Kerk.

Zoals dan eerst bomen geveld moeten worden, zo wordt vergelijkenderwijze de zondaar van de hoogte zijner zelfvoldaanheid en eigengerechtigheid neergeworpen door de krachtdadige werking van de Heilige Geest en arm zondaar voor God gemaakt, zoals de „tollenaar in de tempel”, Paulus op de weg naar Damaskus en Manasse in de gevangenis van Babel.

Dan worden zulke gevelde bomen gezaagd tot planken; dat wijst op de „verbreking van het hart” en dat hart gewillig en bereid wordt gemaakt tot de dienst des Heeren.

Is dat òòk in ùw leven met ùw hart gebeurd, lezer(es)?

Die planken werden ook geschaafd, Want er moet ook nog zoveel van het „eigen ik” en van de aanklevende „eigengerechtigheid” afgeschaafd worden. Daaraan al meer ontdekt geworden, belijdt het: „Ik wist niet, dat mijn tere ziel nog zoveel van de aarde overhiel.” Nu wil dat niet zeggen, dat Gods kind als een „kluizenaar” moet leven en zich dus hele maal uit de dagelijkse bezigheden moet terugtrekken, zoals de „Dopersen” leren met hun „Doperse mijding”. De Heere wil juist, dat Zijn volk zal betrachten, wat we vinden in de bede van de „Morgenzang” vers 3:


„Dat uhj ons ambt en plicht, o Heer’,
Getrouw verrichten, tot Uw eer;
Dat Uwe gunst ons werk bekroon’,
Uw Geest ons leid’, en in ons woon’.


Vervolgens werden de planken aan de binnenzijde met goud overtrokken. Dat wijst schaduwachtig op de „genade-weldaden” des Heeren. We zouden hier de vergelijking kunnen maken met het „bekleed worden met de klederen des heils en de mantel der gerechtigheid van Christus”, naar Jesaja 61 : 10, een zeer schone belijdenis van Gods Sion! O, wat een kostelijke geloofs-wetenschap! Deze komt ook zo rijk uit, wanneer Gods kind door verdere geloofsoefening mag komen tot hetgeen afgebeeld is in de samenstelling van het Heilige met het Heilige der heiligen, namelijk het „ingezetworden” van de bewerkte planken in de zilveren „voetstukken” (de houvasten genoemd) en alzo dus rechtop staan vastgesteld.

Wijst dat niet kostelijk op het „gegrond-zijn” op het „vaste fundament Gods”? (II Tim. 2 : 19).

En dat „gegrond-zijn” wordt door het geloof gekend in de weg van ’t verliezen van alle zogenaamde vastigheden in zich zelf.

Tenslotte moeten we nog bezien het „Eerste voorhangsel” vòòr het „Heilige”, de deur. Het „eerste”, omdat er ook vòòr het „Heilige der heiligen” een voorhangsel was, het „grote voorhangsel”.

Dit eerste voorhangsel vòòr het „Heilige”, bewerkt met de kleuren: ’t hemelsblauw, purper en scharlaken op ’t witte linnen.

Het zijn dezelfde kleuren, die we terugvinden op de „voorhang” vòòr het voorhof als de toegang tot de voorhof.

Ook bevatte het vierde gordijn als een dekkleed over het Heilige en het Heilige der Heiligen, dus het dak vormend, diezelfde kleuren.

Over de heilrijke betekenis van deze kleuren willen we D.V. nader terugkomen.

Maar: nog eens! Is u door genade ook zulk een „plank”, in de zin van een „levend lidmaat” van Gods Kerk geworden?” Of, zoals de apostel schrijft in Petrus 2 : 5:

„Zo wordt gij ook zelven als levende stenen gebouwd tot een geestelijk huis, tot een heilig priesterdom, om geestelijke offeranden op te offeren, die Gode aangenaam zijn door Jezus Christus.”

Dr.

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 oktober 1982

Bewaar het pand | 4 Pagina's

De Tabernakel

Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 oktober 1982

Bewaar het pand | 4 Pagina's