Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De grootheid van Gods lankmoedigheid 2.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De grootheid van Gods lankmoedigheid 2.

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Wat kan er vandaag op kerkelijk terrein al niet op door. Als kerkmens de wereld gelijkvormig worden. Als kerkmens tegen het door God gesteld gezag schoppen. Hoeveel huwelijken van kerkmensen gaan er niet stuk. Wat een ruzie, wat een konflikten op kerkelijk terrein. Wat een liefdeloosheid, een verbijten en vereten van elkaar. Wat een verwerpen en veroordelen van elkaar, wat een onbewogenheid met mensen die ook op reis zijn naar de eeuwigheid, met mensen die ook een onsterfelijke ziel hebben. Afschrijven van de ander, het doen alsof de ander niet meer bestaat, het kletsen, het roddelen, het lasteren. O moeten we ons niet verbazen, moeten we niet stukgebroken worden vanwege Gods lankmoedigheid. Dat Hij de kandelaar nog niet heeft weggenomen, dat de kerk er nog mag zijn, dat die kerk nog niet is veranderd in een synagoge van satan, neen het is niet te danken aan strijders voor de waarheid, het is niet te danken aan onze prestatie, het is alleen Gods lankmoedigheid. Wat geeft de Heere er bewijzen van dat Hij lankmoedig is!

Maar nu ook heel persoonlijk. Is die lankmoedigheid van de Heere over u al een wonder geworden? De Heilige Geest leert mij niet verstaan de zonde van de wereld of de zonde van de kerk, maar allereerst de zonde van mijzelf. Hij leidt van de zondedaden naar het zondaar-zijn. Ik meen als we nog zoveel bezig zijn met de wereld en met mensen om ons heen we nog maar weinig inzicht hebben gekregen in onze verdorvenheid. Eens kwam ik bij een oude broeder. Ik vond hem in de keuken aan de tafel met zijn hoofd op de armen snikkend. Mijn vraag wat eraan scheelde hoorde hij niet, zo ging een kanarie in z’n kooi tekeer. Ik werd boos op het beestje. Op mijn herhaalde vraag dichtbij, hief hij het gelaat op, en met dat betraande gezicht antwoordde hij: o dominee, de kanarie zingt Gods lof en ik, ik als het pronkstuk der schepping om Gode het hoogste loflied te zingen, ik zwijg, ik heb een gesloten mond, ik ben er geheel en al onbekwaam toe en dat door eigen schuld, ik ellendig mens!

Kijk, zo ontdekt de Heilige Geest nu dat ik onbekwaam ben tot enig goed, verdorven, een vijand van God en van Christus, afkerig, hardnekkig, wederspannig. Dat wordt nu het grootste verdriet in het leven van Gods volk. Ze gaan van zichzelf walgen, ze gaan van zichzelf zeggen dat ze geheel verwerpelijk zijn, dat God hen rechtens voor eeuwig kan wegwerpen. Tranen schreien ze dat ze zich zo bevinden, dat ze nu zo zijn.

Zulken gaan zich kinderlijk verbazen dat God ze niet wegwerpt. Er komt een en al verwondering dat de Heere lankmoedig is. ’t Wordt een onbegrijpelijk wonder. Immers wat wij niet meer gebruiken kunnen, wat niet meer aan het doel beantwoordt dat werpen wij toch weg. Als het theekopje op de vloer valt en in zoveel stukken daar ligt, wat moet je ermee, je pakt stoffer en blik en veegt het op en werpt het in het vuilnisvat.

Waarom heeft de Heere nog niet weggeworpen? Waarom is Hij zo lankmoedig? Petrus heeft door de Heilige Geest geschreven: de Heere is lankmoedig over ons, niet willende, dat enigen verloren gaan, maar dat zij allen tot bekering komen, ’t Gaat onbekeerde om uw bekering. Daarom roept Petrus ertoe op om de lankmoedigheid des Heeren voor zaligheid te achten. De Heere geeft er bewijs van dat Hij geen lust heeft in uw dood. Op rouwkaarten staat soms: “in de gezegende leeftijd van”. We zouden beter kunnen schrijven: “vanwege de lankmoedigheid Gods”. Al die jaren, maanden en dagen dat we mogen leven staan in het teken van die lankmoedigheid. ’t Is de Heere te doen om uw zaligheid. Daarom draagt en spaart Hij. Daarom verdraagt Hij. Daarom betoont Hij Zijn lankmoedigheid.

Omdat de Heere zo lankmoedig is over u, zult u nooit moeten zeggen of denken: ik weet niet of de Heere mij zalig wil hebben. Doet u dat wel, dan betekent het dat u Gods lankmoedigheid over u niet verstaat. Zie toe dat u, om het met de woorden van Paulus te zeggen, de rijkdom van Gods lankmoedigheid niet veracht. Verschrikkelijk als we die als niets achten, zonder enige betekenis. Hoeveel te zwaarder zal dan de straf zijn. Nogmaals, ’t is de Heere te doen om uw zaligheid. Het Evangelie van de Zaligmaker wordt u verkondigd. Hij, Jezus Christus, de Zoon van God, over Wie Gods lankmoedigheid niet is geweest. Wiens leven in het midden der jaren werd afgesnden. Over Wie al Gods toorn en vloek en straf is uitgestort. Die gehangen is geworden aan het vloekhout op Golgotha. Om Hem is Gods lankmoedigheid over u. Die lankmoedigheid is een vrucht van Zijn lijden en sterven. Neen, die lankmoedigheid is niet gefundeerd in iets van u, vindt slechts z’n grond in het werk van Christus. In die vrucht moogt u delen. In die vrucht die daarom tenvolle genade-vrucht is.

Nu is er zaligheid, volkomen zaligheid voor mensen die wegwerpelijk zijn, onnut, waard om eeuwig te worden weggeworpen. Nu worden vijanden om niet met God verzoend. Nu worden goddelozen om niet gerechtvaardigd.

Eens kwam ik aan een sterfbed toen satan net op bezoek was. Hij kwam zijn prooi opeisen. Hij wees op al het bedreven kwaad, hij wees op de vuilheid van het kleed, hij wees op het verdorven hart. Hoe zou zo’n mens nu naar de hemel kunnen. Staat er boven de hemelpoort niet geschreven: hier zal niet inkomen al wat onrein is? Het zweet gutste van het gelaat van de stervende. Op eenmaal richtte hij zich op en riep: satan, je moet bij mijn Borg en Zaligmaker zijn. Op datzelfde moment viel hij terug in de kussens en straalde de vrede van zijn aangezicht. Christus was zijn enige hoop en verwachting. Toen moest satan vluchten. Door het geloof dat uit Christus leeft, werd hij overwonnen. Christus is het alleen. Door Zijn volbracht Middelaarswerk, door Zijn Borgwerk zaligheid. Hij is de volkomen Zaligmaker. Hoe meer inzicht in mijn verdorvenheid, in mijn wegwerpelijkheid en vloekwaardigheid, des te groter wordt Hij. ’t Wordt in het leven van Gods kind al meer door genade alleen, ’t Kan ook niet anders, want dat kind zal weer aan het scheppingsdoel beantwoorden, en niet alleen dat, het zal eeuwig zingen van al Gods deugden.

Nog twee dingen moet ik nu zeggen. Allereerst dit. We kunnen ons ergeren aan Gods lankmoedigheid. Nu denk ik aan de dienaar des Woords Jona. Ik zie hem zitten op een heuvel bij Ninevé. Hij zit te wachten op de voltrekking van het oordeel. Heel Ninevé moet naar Jona’s oordeel in de eeuwige verdoemenis geworpen worden. Het zijn maar heidenen, heidenen die dat verdiend hebben. Evenwel, de Heere is lankmoedig. Het oordeel komt niet, en daar is Jona boos over.

Dat is erg, nietwaar? Ik hoop dat wij ervoor bewaard worden om te zitten te wachten op het einde van Gods lankmoedigheid, op de komst van de oordelen Gods. Ik meen dat we dan weinig inzicht hebben gekregen in onze straf- en doemwaardigheid.

Het tweede is dit. Ik denk aan Jeremia, ook al weer een dienaar des Woords. Hij bad eens deze woorden: “neem mij niet weg in Uw lankmoedigheid over hen”. Vijanden stonden Jeremia naar het leven. Zou de Heere Zijn lankmoedigheid betonen aan die vijanden dan zou dat Jeremia z’n leven kosten, dan zouden ze hun gang kunnen gaan. Ik hoop dat we ook daarvoor bewaard worden. Ware christenen worden het beeld van Christus gelijk. Zelfs hun vijanden wensen ze niet toe de eeuwige verdoemenis. Maar ze vouwen hun handen en bidden: Vader vergeef het hun, want ze weten niet wat ze doen. Tenslotte, hoe groot is Gods lankmoedigheid over mij. Wordt dat harde hart stukgebroken? Gaat u u verwonderen over die lankmoedigheid? Och dat nu een gesloten mond opengaat en vanuit een verbroken hart oprijst het lied:


Barmhartig is de Heer’ en zeer genadig;
Schoon zwaar getergd, lankmoedig en weldadig;
De Heer’ is groot van goedertierenheid.

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 mei 1986

Bewaar het pand | 6 Pagina's

De grootheid van Gods lankmoedigheid 2.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 mei 1986

Bewaar het pand | 6 Pagina's