Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Voor de jeugd

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voor de jeugd

Nehemia 14

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Beste jongelui!

Wij hebben de vorige keer geprobeerd een blik te slaan in het zieleleven van Nehemia. We hebben eigenlijk maar net om het hoekje gekeken. Daar is natuurlijk veel meer gebeurd, dan wij hebben geschreven. Want jullie weten nog wel, dat de koning op de burgt Susan niet aanwezig was. Vier maanden was hij al weg. Kontakt was niet mogelijk. En wat kan er in vier maanden allemaal niet gebeuren? De gedachten van een mens staan nooit stil. Dus ook bij Nehemia niet. Elke dag stond het verhaal van zijn broer Hanani en de anderen levensgroot voor zijn aangezicht. De ellende was groot. En de oorzaak was hem door de Heilige Geest ontdekt. Op de bodem van alle vragen die zijn ziel bestormden, lag de schuld van het volk. Ook de schuld van Nehemia. Hij ging daar onder gebukt. Het was zelfs af te lezen van zijn gezicht. Want dat was droevig gesteld.

Zo gaat dat, als je door de Heilige Geest met je schuld bekend gemaakt wordt. Dan huppel je daar zo maar niet overheen. Zo doet men dat tegenwoordig. En dan niet alleen in de zogenaamde lichte kringen, waar alles mag. Doch je komt dat ook in de zware kringen tegen, waar zo ongeveer alles verboden is. Men praat dan wel over schuld. Doch het is meestal de schuld van een ander, waar men het zo druk mee heeft. De mens is erg arglistig en de duivel niet minder. Je mag gerust van hem over schuld praten. En al wordt het dan niet met zo veel woorden gezegd, je blijft met je eigen schuld buiten schot. Je bent zelf toch altijd nog wel een beetje beter dan een ander, al zeg je met je mond dat je niet beter bent. Doch als dit beleving in het hart wordt, dan kun je er niet meer zo vlot over spreken. Dan drukt het je ter neer. Mij n ziel, gans neergebogen, Schrikt voor Uw heilig’ ogen, In deze jammerstaat. Hoe lang moet ik nog klagen, Hoe lang Uw gramschap dragen, O God, mijn Toeverlaat.

Van dag tot dag vermenigvuldigden zich de gedachten van Nehemia. Niet alles komt ineens naar boven. Maar in vier maanden komt er heel wat naar boven. Nehemia wist ook dat de koning dertien jaar geleden al bevel gegeven had om Jeruzalem te herbouwen. En als hij dan zou moeten horen dat het daar nog steeds een puinhoop was, hoe zou dat dan vallen? De koning kon dan wel kwaad worden. Hij kende zijn heer. Die heidense koningen namen het met het leven van hun onderdanen niet zo nauw. Er behoefde maar heel weinig te gebeuren of je was het kind van de rekening. Hij kon dan zijn ontslag wel krijgen. Wat kan een mens allemaal niet door zijn hoofd halen. Geestelijke zorgen, zielezorgen, gaan niet zelden gepaard met natuurlijke zorgen. Gelijk lichaam en ziel aan elkaar verbonden zijn, zo is het ook met het natuurlijke en geestelijke leven. Het een beïnvloedt het ander. Geestelijke zorgen hebben dan z’n uitwerking op het lichaam. En natuurlijke zorgen drukken de geest neer. Gelukkig als je met al je zorgen een toevlucht bij God mag kennen. Zo was het tenslotte bij Nehemia. Ook bij jullie? Al is dan het leven moeilijk, en al word je door niemand begrepen, je hart te kunnen luchten bij God, geeft dan wel eens verlichting van de last die men dragen moet.

Wat men echter vandaag kwijt is, dat komt morgen weer terug. Ik bedoel: Een mens is geestelijk lang niet altijd eender gesteld. Het geloofsleven is een leven van op en neer. Eb en vloed is het kenmerk van levend water. Stilstaand water is dood water. Die uitdrukking zal jullie ook wel bekend zijn. Je kunt uit het natuurlijke leven veel leren. Geef je ogen maar goed de kost.

Na vier maanden is de koning teruggekeerd op de burg. Alles komt daar weer in beweging. Zo gaat dat nu eenmaal in een paleis. Er wordt een feest gevierd. Ter gelegenheid waarvan, staat er niet bij. Men deed dat maar als het uit kwam. Het was niet alleen ter gelegenheid van een verjaardag, of iets dergelijks. Die heidense vorsten kwamen graag groot voor de dag. Men nodigde dan z’n soortgenoten. Alles wat “groot” was werd uitgenodigd. Want feest vieren in je eentje gaat natuurlijk ook moeilijk. Je moet het gezamenlijk doen. Hoe meer zielen, hoe meer vreugd. Dat is een oud spreekwoord, dat nu nog wel gebruikt wordt, en dat men vroeger ook kende.

Als men feest viert dan drinkt men geen kanariewijn. Misschien vraagt deze of gene, wat is dat voor een soort wijn? Nu dat is heel gewoon water. Men dronk dan echte wijn. Wijn die gegist was en waarvan men dronken kon worden. Men werd dat ook op de duur. Want de hofregels waren dat men niemand dwingen kon om veel of weinig te gebruiken, doch als men het zo maar ingeschonken kreeg, dan liet men het niet gauw passeren. In de feestzaal zat de koning in statiegewaad, op de eerste plaats. En de koningin zat er naast. Zo staat dat in vers zes. De koningen pronkten graag met hun vrouwen. Jullie kunnen dat weten uit de geschiedenis van Esther. Vrouwelijk schoon is altijd aantrekkelijk. Op zichzelf zit daar natuurlijk geen kwaad in. God heeft de vrouw vrouwelijk geschapen. Doch het kwaad zit in het hart van de mens. Wanneer vrouwen begeerlijk gepresenteerd worden in het publiek, dan trekt dat de aandacht. En dan blijven de gedachten niet altijd zuiver. Zouden zij ooit wel zuiver blijven? Ik vraag het maar! Een mens is ook ten deze maar een mens. Het zien van de verboden vrucht, bracht uiteindelijk Eva en Adam tot de val. Het zien van een schone vrouw bracht ook David tot de val. En hoevelen voor en na hem zijn niet in dezelfde kuil terecht gekomen? De duivel kent het hart van de mens. Hij weet de zwakke plekken heel goed. En dan is de begeerlijkheid een poort waardoor al velen zij n gegaan naar het eeuwige verderf. Gelukkig als daar de ogen voor open gaan. Dan is er voor de schuld die er op dit terrein ligt, ook vergeving. Bij God is veel vergeving, voor een ieder die zijn zonden belijdt en laat. En waarmede zal dan de jongeling zijn pad zuiver houden? Als hij dat houdt naar Uw woord. Zo staat het in psalm 119. Och, dat mijn wegen gericht werden, om Uwe inzettingen te bewaren. Dat is een bede uit die zelfde psalm, die wel dagelijks gebeden mag worden.

Terwijl in het koninklijke paleis alles in een feestelijke stemming verkeert, moet Nehemia zijn werk verrichten. Hij was des konings schenker. Hij moest de koning zelf bedienen. Hij moest iedere keer met “de fles” voor het aangezicht van de koning verschijnen. Ik schrijf met “de fles”. In werkelijkheid zal het wel een gouden kan geweest zijn. Want in koninklijke hoven gaat er alles natuurlijk koninklijk naar toe.

Wanneer ik dan toch over “de fles” spreek, doe ik dat niet zonder reden. Want die uitdrukking is tegenwoordig nog al gangbaar. Moet je nog wat uit “de fles”? Zit er nog wat onder “de kurk”? Heb je nog wat in “de fles”? zijn uitdrukkingen die in de gewone huizen heel goed begrepen worden, en ik geloof dat er wel eens te veel naar gegrepen wordt. Laten we daarom erg voorzichtig zijn met “de fles”. Want daar zijn al heel wat mensen in verdronken. Hoe kun je nu in een fles verdrinken? Ik dacht dat mijn lezers wel bijdehand genoeg zijn, om te begrijpen wat ik bedoel. We laten daarom voor ditmaal “de fles” maar staan. Als ik het zo schrijf, zal dat ook wel duidelijk zijn.

Als Nehemia in de feestzaal verscheen, waar alles er vrolijk naar toe ging, kon men daar niet met een treurig aangezicht verschijnen. Dat werd gewoon niet geduld. Het staat trouwens niet ook. Een feest is nu eenmaal geen begrafenis. Wie op een begrafenis de lachspieren in beweging zoekt te brengen, valt uit de toon. Wie op een feest een treurig gezicht zet, valt evenzeer uit de toon.

Nehemia kende ook ten deze de regels. “Nu was ik nooit treurig geweest voor zijn aangezicht”. Nehemia zag er dus altijd opgewekt uit, wanneer hij met het nodige voor de koning kwam. Zo hoorde het en zo wilde de koning het. Doch als je van binnen droevig gesteld bent, kun je dat naar buiten niet altijd verbergen. Je kunt wel doen alsof . . . ! En dat gebeurt ook niet weinig. Men probeert dan opgeruimd te doen, terwijl het toch niet gaat. Het is niet echt. Het is dan eigenlijk echt komedie. En dat wordt er in de wereld veel gespeeld. Men probeert vreugde te scheppen in het leven, terwijl men van binnen wel janken kan. En dat kun je op de duur toch niet verbergen. Vroeg of laat komt het voor de dag. Je kunt je dan niet meer groot houden voor de mensen. Zo was het ook met Nehemia. Zijn kleding was wel aangepast, maar zijn gelaat was de spiegel van zijn ziel. Dat stond helemaal niet vrolijk.

Wat is het een voorrecht vrienden, als je jezelf voor mensen groot moet houden, dat dit voor God niet hoeft. Hij is de Koning der koningen. Voor Hem mag je verschijnen zo als je bent. Het behaagt Hem zelfs als je droevig gesteld bent omdat je Zijn aangezicht niet in gunst tot je gewend ziet. Hij weet dan precies wat er van binnen aan de hand is, en wil dat je Hem dat ook verteld.

Daar gaan we de volgende keer nog wel even op door. Inmiddels verblijf ik weer als jullie aller vriend,

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 12 juni 1986

Bewaar het pand | 6 Pagina's

Voor de jeugd

Bekijk de hele uitgave van donderdag 12 juni 1986

Bewaar het pand | 6 Pagina's