Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Voor de jeugd

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voor de jeugd

Nehemia 35

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Beste jongelui!

We hebben geluisterd naar het gebed van Nehemia. Het was geen persoonlijk wraak-gebed, doch het ging hem om de zaak en de eer des Heeren. Dit moeten wij altijd goed in de gaten houden. Persoonlijke wraakgevoelens mogen nooit een drijfveer zijn in het gebed. Want dan bedoelen we onszelf en niet de eer Gods. Die moet altijd op de voorgrond staan. Altijd! Hetzij dat ge eet, of hetzij dat ge drinkt, of hetzij dat ge iets anders doet, doet het alles tot eer van God. Daar is dan echt wel de Geest van God toe nodig. Want ieder die weet wat bidden is, zal moeten zeggen uit en van zichzelf niet te weten hoe hij bidden moet, namelijk op een Gode welbehagehjke wijze.

Door het gebed werd het volk gesterkt en Nehemia zelf ook. Het moet ons steeds weer treffen, als hij over het volk spreekt dat hij er zichzelf bij insluit. Hij is één met zijn volk. Hij was in het midden van hen als één die diende. Hij openbaarde daarin de Geest van Christus te hebben. En een ieder die tot leiding geven geroepen is, moet zich altijd gedragen in de Geest van Christus. Niet hoe rsen, maar dienen. Dat kost zelfverloochening. Een hele opgaaf. Niettemin is het toch een eis.

Doch wij bouwden de muur......

We zien hier twee dingen samen gaan, die we niet mogen scheiden. Dat is bidden en werken. En zijn mensen die denken dat het alleen met bidden te klaren is. Werken is er bij hen niet bij. Dat zijn geestelijke luiaards. Die krijgen nergens in het woord van God een goedkeuring. Wel een afkeuring. Ik denk b.v. aan Jacobus. Hij zegt: Toon uw geloof uit uw werken...... Want een geloof zonder de werken, is een dood geloof.

Daar zijn ook mensen die het alleen van het werken verwachten. Bidden acht men een overbodige zaak. Men vindt het zelfs een belachelijke zaak. Wie bidt er tegenwoordig nog? Doch het is in Gods woord een geboden zaak. Onthoudt het altijd, vrienden, dat de Heere gezegd heeft: Zonder Mij kunt gij niets doen. En: Laat al uw begeerten, door bidden en smeken, met dankzegging bekend worden bij God. Hij wil van de huize Jacobs gebeden zijn. Op het gebed wil Hij krachten geven, om de arbeid te verrichten. Hun geeft Hij moed en krachten, die hopend op Hem wachten. Dat geloofde Nehemia en dat geloofden ook de bouwers. En daarom konden zij, ondanks alle haat van de zijde der vijanden, toch doorgaan de muren te bouwen. Laten we deze les ter harte blijven nemen. Het is in deze artikelen serie al meer gezegd. We komen deze dingen iedere keer weer tegen. Dat is geen nodeloze herhaling. Het geeft te kennen hoe het leven dagelijks dient te zijn......Het is altijd weer: Bidt en Werkt. Werkt en Bidt!

Zo ging het werk gestadig door, zodat de ganse muur te samengevoegd werd, tot zijn helft toe. Dat wil zeggen, men was met het bouwen al op halve hoogte gekomen. Want het hart des volks was om te bouwen. Zij bouwden niet alleen met hun handen, doch zij deden het ook met hun hart. Daar moeten we ook maar niet over heen lezen. Want er zijn heel wat mensen die werken alleen maar met hun handen. Zij doen het niet van harte. Zij doen het omdat zij het moeten doen. Ieder weet dat dit de beste werkers niet zijn. Laten onze jonge mensen hier ook een voorbeeld aan nemen. Want ze leven in de wereld, waarin zo veel gewerkt wordt, zonder dat men het van harte doet. De verleiding is groot om met de massa mee te gaan. Als het niet naar de zin gaat, legt men het werk neer. Dat is natuurlijk een zaak die uit de boze genoemd moet worden. Een werk dat men van harte doet, doet men ook met liefde. Niet met tegenzin, maar met lust. Dan heb je in het werk ook plezier. En dat mag als een zegen worden gezien.

Dat men het werk van harte deed en dat de muur steeds hoger werd, werd ook door de vijanden gezien. Vijanden van God en van Zijn volk. Dat gaat altijd samen. Wie een vijand van God is, is het ook van Zijn volk. En omgekeerd geldt dit evenzeer. Wie een vijand is van het volk van God, moet weten dat hij het ook is van de God van dat volk. En dat is natuurlijk een zeer kwalijke zaak.

Zij steken de koppen bij elkaar. Sanballat, Tobia, de Arabieren onder leiding van Ge-sem, de Ammonieten en de Asdodieten. Deze Asdodieten zijn we in de geschiedenis van Nehemia nog niet tegengekomen. Zij zijn er bij gekomen. Zij worden zo genoemd naar de plaats van herkomst en dat is Asdod. En zoals jullie het weten kunnen is Asdod één van de Filistijnse steden. Zodat met de Asdodieten niets anders bedoeld worden dan de Filistijnen. En die behoorden van ouds tot de vijanden van het volk Israël. Nu is het echt wel de moeite waard om even te bekijken hoe de situatie was. Want Sanballat kwam vanuit het Noorden. De Ammonieten woonden vanuit Jeruzalem gezien in het oosten. De Arabieren moet je in het zuiden zoeken, en de Filistijnen in het westen. Zodat Jeruzalem door de vijanden omringd werd. Zij kwamen van alle kanten opzetten. Zij smeedden een samenzwering tegen Jeruzalem. Zij werden het er met elkander over eens, dat men met schelden en alleen maar kwaad worden, ook niet verder kwam. Er moest iets gedaan worden. Zij moesten nu maar eens tot de daad over gaan, want anders zou Nehemia met al die muurbouwers doorgaan. En dat mocht tot geen prijs. Zij nemen in hun voornemen list te baat. Want zij hadden gezegd, zo staat het in vers 11, zij zullen het niet weten noch zien, totdat wij in het midden van hep komen en slaan hen dood; alzo zullen wij het werk doen ophouden. Hun snode plan werd dus goed in elkaar gezet. Ze wilden de bouwers overvallen, heel stilletjes, in de nacht, als men er niet op rekenen zou. En dan zou dat een grote verwarring onder de bouwers te weeg brengen. Men zou hen dan doodslaan, en dan zou het werk van zelf komen stil te liggen.

Doch schoon de heidenen samen, list op list beramen; God verbreekt hun raad. Schoon hun mogendheden, snode ontwerpen smeden, Hij belacht haar haat. Want het plan was uitgelekt. Dat blijkt uit het 9e vers, waar staat: Maar wij baden tot onze God en zetten wachten tegen hen in, dag en nacht, hun-nenhalve.

Nehemia zag zich omringd door de vijanden van alle kant. Alle uitwegen waren als ’t ware afgesloten. Men kon geen kant meer uit. De vijand kwam van alle kanten opzetten. Doch één weg konden zij niet afsluiten. En dat is de weg naar Boven, de weg naar God. Langs die weg, wat de weg van het gebed is, kon Nehemia om hulp vragen en langs diezelfde weg kon Nehemia ook hulp krijgen. Nehemia verstond wat in de psalmen staat: Roep Mij aan, in de dag der benauwdheid; Ik zal er u uithelpen, en gij zult Mij eren. Wanneer dit in der waarheid gebeurt, is het Israëls God, Die krachten geeft en van Wie al het volk zijn sterkte heeft.....

We zien hier weer dat bidden en werken samen gaan. Want Nehemia zet ook wachten uit, dag en nacht, hunnenthalve, dat is uit oorzaak van de bedreiging. Daardoor werd, middelij kerwijs, een onverhoedse aanval verijdeld.

Opmerkelijk zijn in het 7e vers de woorden: En het geschiedde.....Dit zijn woorden die in de Bijbel menigmaal voorkomen. Het wijst op geschiedenis. Iets wat gebeurt, iets wat zich steeds weer herhaalt.

We zien daarom in de tijd waarin wij leven een herhaling van hetgeen hier staat beschreven. Want we hebben er al meer op gelet, dat Jeruzalem het beeld van de kerk vertoont. Nu, die wordt altijd omringd door de vijanden. Het is ook nu nog “de wereld rondom de kerk”. Misschien zegt iemand: Het is nog veel erger: De wereld in de kerk. Ik kan zulk een opmerking begrijpen. De kerk kan ten deze van de wereld nog wat leren. Want als het gaat tégen de kerk, is de wereld één, hoe verschillend zij overigens ook is. We lezen dat ook in het Nieuwe Testament. Pilatus en Herodes mochten elkaar niet. Doch toen het tegen Jezus ging, werden zij beiden vrienden. En nu is de kracht van de kerk gebroken, omdat de eenheid zo zoek is. Daar is in de kerk een grenzeloze verdeeldheid. En dat is altijd in het voordeel van de vijand. Dat is natuurlijk een bedroevende zaak. Eenheid maakt macht en verdeeldheid ontkracht. Dat is in elke omstandigheid van het leven zo. Werd dit meer verstaan, er zou meer een waarlijk zoeken van elkander zijn, en er zou van de kerk ook meer kracht uitgaan.

De diepste oorzaak van alle kerkelijke ellende is, dat er zo weinig gewaakt en gebeden wordt. O zeker, vormelijk worden deze dingen nog wel gezegd en ook beoefend. Doch er gaat zo weinig of geen kracht van uit, omdat het wezenlijke ontbreekt. En daardoor hebben de vijanden vrij spel in de kerk. De gezindheid der wereld kun je er in vinden. Men gaat met de wereld mee. Men doet met de wereld mee. Men leeft met de geest van de tijd mee, doch de leiding van de Heilige Geest wordt gemist.

We leven in de buurt van pinksteren. Dat zijn de dagen waarop de uitstorting van de Heilige Geest wordt herdacht. Hoe is het nodig in deze geesteloze tijd, niet dat er holle kreten worden geslaakt, maar dat de hulp van de Heilige Geest wordt ingeroepen, opdat Die ons leiden zou. Dan worden er zondaren ontdekt. Dan komt er plaats voor de werking van de Heilige Geest, namelijk om Christus te verheerlijken. Want waar geen arme zondaren in de beleving zijn, daar is, menselijk gesproken, voor de Heilige Geest geen werk. Nu weet ik wel, dat de Heilige Geest alles werken moet. We moeten deze wetenschap echter niet gebruiken om ons in de hoek van de lijdelijkheid te verschansen. Want dan kunnen we met een dode orthodoxie rustig verloren gaan.

Dat daarom de bede in ons aller hart zal mogen leven:


Och, schonkt Gij mij de hulp van Uwen
Geest
Mocht Die mij op mijn paan ten Leidsman
strekken.
’k Hield dan Uw wet, dan leefd’ ik onbevreesd
Dan zou geen schaamt’ mijn aangezicht
bedekken.
Wanneer ik steeds opmerkend waar’ geweest,
Hoe Uw geboön mij tot Uw liefde wekken.


Uw aller vriend,

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 mei 1987

Bewaar het pand | 6 Pagina's

Voor de jeugd

Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 mei 1987

Bewaar het pand | 6 Pagina's