Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De grote opdracht (2)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De grote opdracht (2)

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

“Gaat heen, en staat, en spreekt in de tempel tot het volk al de woorden dezes levens”.

De apostelen opgesloten in de gevangenis te Jeruzalem. Gekerkerde dienaren des Woords. In zo’n situatie worden de gedachten vermenigvuldigd. Dat is menselijk en daarom begrijpelijk.

Dan opeens in de nacht die engel des Heeren, en de deuren van de gevangenis geopend! Naar buiten geleid en weer vrij!

Nu moet u er wel aan denken dat bij Johannes de Doper ook de deur van de gevangenis openging. Maar dat was om zijn hoofd te halen. Datzelfde kunnen we zeggen ten aanzien van de apostel Jakobus. Hij werd geleid naar de plaats van de terechtstelling.

Was toen de Koning der kerk onmachtig om te verlossen? Pas op — u denkt verkeerd. Hij is nooit onmachtig om te verlossen, uit welke nood of dood ook. Alleen die twee, Johannes de Doper en Jakobus, waren hier beneden uitgediend. Hij, de Koning haalde hen toen thuis, om te dienen, eeuwig, in het hemelhof, voor Zijn aangezicht en voor Zijn Vader.

Wat van dienaren des Woords geldt, kan ook van de kinderen Gods gezegd worden. Door de Heilige Geest, door Zijn wonderwerk, worden ze dienaren van de zonde en van de wereld af, worden ze tot dienstknechten gemaakt van de Koning der koningen. Waarachtige bekering houdt in: in alles vragen naar de wil van de Heere. Die wil te doen, wordt hun lust en vermaak. En hun Koning bepaalt wanneer ze uitgediend zijn hier beneden. Zijn grote doel is toch altijd de toebereiding voor het hemelhof.

De in de Jeruzalemse gevangenis opgesloten dienstknechten van Hem waren nog niet uitgediend. Daarom werden ze uit de kerker verlost.

Dat is wat geweest voor die hogepriester Kajafas en voor heel het sanhedrin. Kajafas had een spoedvergadering uitgeschreven. De zaak kon geen uitstel hebben. Het was zeer dringend. Nu daar kwamen ze aan de eerwaarde heren. En toen ze bijeen waren, gaven ze hun dienaren de opdracht om de apostelen uit de gevangenis te halen en voor te leiden. Maar wat een ontdekking. Er zat geen enkele arrestant meer in de gevangenis. Onverrichter zaken kwamen ze terug, en u hoort ze zeggen: de wachters stonden ervoor, alle deuren zaten op slot, maar erin troffen we niemand aan. Korte tijd na die boodschap kwam iemand het sanhedrin melden: ze staan weer op het tempelplein, ze zijn daar weer aan het preken!

Zo machtig is nu Koning Jezus!

Ja, de engel des Heeren had hen uitgeleid, en de engel des Heeren had hun de hernieuwde opdracht gegeven: spreekt in de tempel tot het volk al de woorden dezes levens.

Ik spreek van hernieuwde opdracht en ik dacht dat dit juist is. Immers voor Zijn hemelvaart heeft de Heere Jezus Zijn apostelen de opdracht gegeven: predik het Evangelie aan alle creaturen, beginnende te Jeruzalem.

Wat wordt het door die engel prachtig gezegd: al de woorden dezes levens. Let u erop: niet sommige woorden dezes levens, maar al die woorden. Er mag er niet een achtergehouden worden. Hier is de opdracht voor al de dienaren des Woords!

De woorden dezes levens, dat zijn de woorden waarvoor God gezorgd heeft in Zijn ontfermende zondaarsliefde. De woorden dezes levens die er gekomen zijn doordat het Woord is vleesgeworden. De woorden dezes levens die tot inhoud hebben Hem die de Opstanding en het Leven is, Die dood is geweest en Die leeft: Jezus Christus. Hij Die aan het vloekhout op Golgotha heeft gehangen, Die aan het kruis de eeuwige dood is gestorven, Die aan de dood de macht en het recht heeft ontnomen, Die getriomfeerd heeft over de dood, Die leeft tot in alle eeuwigheid. Het zijn de woorden van de Zaligmaker, de Borg, de Middelaar, de van God Gegevene, de Christus, de Profeet, de Priester, de Koning. Van Hem Die doet opstaan, Die doet leven, eeuwig leven, Die niet slechts geeft de mogelijkheid tot leven, maar Die metterdaad in het leven stelt. Heeft Hij niet gezegd: Ik leef, en gij zult leven?! De woorden dezes levens dat houdt in alles wat Christus heeft verworven, al Zij gaven en al Zijn schatten, opdat arme, verloren zondaars verzoend zouden worden met God, en vrijgesproken van al hun misdaden en een recht zouden krijgen op het eeuwige leven.

Wat houden de woorden dezes levens veel in. Wie kan de diepte en de hoogte ervan meten? Zeg het eens — krijgen die woorden betekenis voor u, grote, rijke betekenis? Door de levendmakende Geest Die de Levensvorst heeft verworven, worden blinde ogen geopend. Wat we dan gaan zien? Wel — de dood in ons, en dat die dood er rechtens is, en dat we rechtens de eeuwige dood moeten sterven. Verder nog. We leren op al onze werken de dood schrijven. Hoe zoet worden dan de woorden dezes levens!

U moet er wel op letten, dat de engel des Heeren de opdracht geeft om die woorden te spreken tot het volk. Maak daar nu niet van het uitverkoren volk. Dat wordt zeer beslist hier niet bedoeld. Daarmee wordt bedoeld: alle mensen zonder onderscheid.

We kunnen lang en breed discussiëren over het aanbod van genade en over tot wie de beloften van het Evangelie komen, maar leerden we verstaan in welke nood en dood wij van nature liggen en dat we elk moment kunnen opgeroepen worden om voor Gods rechterstoel te verschijnen om geoordeeld te worden? Komt al het gediscussieer niet voort uit onze blindheid, het niet beseffen van de grote nood waarin wij verkeren, uit onze vijandschap tegen genade, tegen de woorden dezes levens?

God krijgt overal de schuld van. Waarom moest eigenlijk Adam vallen, en wij in Adam? Waarom heeft God dat niet voorkomen? En waarom heeft God tot verwerping geprae-destineerd? Ik wil wel naar de hemel, maar als God niet wil dan kan ik er toch niets aan doen? Arme, arme mens, al uw uitvluchten en bedenkingen en beschuldigingen zullen u in de dag der dagen niet baten.

Al de woorden dezes levens worden nu in opdracht van de grote Koning tot u gesproken. Daarmee geeft Hij u bewijs dat Hij geen lust heeft in uw dood. Daarmee geeft Hij u bewijs dat er bij Hem goedertieren gedachten over u zijn, gedachten des vredes en niet des kwaads.

Dienaren des Woords hebben de opdracht van Hem gekregen al de woorden dezes levens tot u te spreken, en dat zelfs met bevel van geloof en bekering! Al de woorden dezes levens, neen daar komt niet bij eis en belofte, ze houden die beide ook in. Die opdracht kregen de apostelen van de engel des Heeren, dat is van de Heere Zelf. Die opdracht hebben al de dienaren des Woords. Verschrikkelijk als zij de Opdrachtgever niet gehoorzamen. Het bloed zal van hun hand geëist worden. Laat er een voortdurend gebed opgaan opdat zij getrouw bevonden worden.

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 9 juli 1987

Bewaar het pand | 6 Pagina's

De grote opdracht (2)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 9 juli 1987

Bewaar het pand | 6 Pagina's