Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Scheveningen 2.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Scheveningen 2.

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

zaterdagavond 29 augustus 1987.

Christelijke Gereformeerde Thaborkerk.

Wat krijgt de dienst des Heeren dan waarde. Ook vanavond mag die liefdedienst aan jongens en meisjes worden aangeprezen. Een dienst die nog nooit verdroten heeft. Maar ziende op zichzelf: dan is een belijdenis van zonde, gebrek en tekort op zijn plaats. Een wonder dat de Heere vanavond geen ontslag geeft uit Zijn dienst. Dat Hij toch nog weer een ander arbeidsveld wijst. Het ontvangen van de attesten had hem diep getroffen: Een goed getuigenis. Ik heb het er niet naar gemaakt.

De Geest nam Filippus weg. Calvijn legt er de nadruk op dat de evangelist de eer niet mocht krijgen. Voordat de kamerling hem kon bedanken of een geschenk kon geven, was hij weggenomen. Een dienaar van het Woord mag geen loondienaar zijn. De kamerling moest Filippus kwijt. Hij moest het niet van hem verwachten. Hij zou de Heere alleen moeten overhouden. Filippus was slechts instrument. Dat is met elke dienaar zo. Geen enkele dominee kan de gemeente wat geven. Hij is “een mannetje uit het stof verrezen” (Calvijn). Het gaat om de Heere. Om Zijn genade in Jezus Christus. Alzo lief heeft God enz.

En de kamerling zag hem niet meer.

Hij was verblijd in God. Hij had zoveel in het Lam gezien. Hij miste Filippus niet. Had aan de Heere alleen genoeg.

En hij reisde zijn weg met blijdschap. Er staat niet dat Hij die blijdschap altijd heeft behouden. In het verre Morenland zal ook weleens de verzuchting geweest zijn: Och werd ik derwaarts weergeleid. Het was de begeerte van ds. Bouw dat de gemeente in deze gezindheid verder mocht reizen.

In de afgelopen twintig jaar heeft het aan moeilijkheden niet ontbroken. Er was soms een zuchten in de pastorie. Maar toch zijn er ook mooie tijden doorleefd. Dat gold vooral voor de zondagen, met de gemeente rondom het Woord vergaderd. Meer dan eens was de hemel geopend en de Geest in de raderen. De kerk een Bethel, een huis Gods en een poort des hemels.

Maar anderzijds: wat heeft het Woord uitgewerkt? Wat hebt u met het Woord gedaan? Als u de Heere mag overhouden, kunt u ons laten gaan. Dan krijgt Hij alleen ook maar de eer.

De predikant mocht geloven dat de prediking een middel geweest is voor meerderen die nu reeds juichen voor Gods troon. Op de afscheidsdag zelf mocht daarvan in de pastorie nog gehoord worden. De eeuwigheid zal het openbaren voor hoevelen de prediking tot zegen was.

De persoonlijke vraag vanavond is: wat denkt ú van Christus? Ik heb altijd geprobeerd om Christus uit te stallen. Buiten Hem is er geen leven, maar een eeuwig zielsverderf. Ik neem heden tot getuige hemel en aarde. Leven en dood, zegen en vloek heb ik u verkondigd. Kies dan het leven opdat gij leeft. Nu kan het nog. Eenmaal hebben wij voor de laatste keer een preek gehoord. Dan zullen we rekenschap moeten afleggen van het Woord dat we gehoord hebben. Heden zo gij Zijn stem hoort, verhardt u niet.

U die de Heere vreest: Wij gaan weg. De Heere blijft. De Geest nam Filippus weg, Hij ging met de Moorman mee. Hij werd dieper ingeleid. Het kan soms goed zijn zowel voor de gemeente als de dienaars dat er veranderingen optreden. Maar de dichter riep uit: Neem uw Heilige Geest niet van mij. Het is de Geest waarvan de kerk belijdt: dat Hij mij troost en eeuwig bij mij blijft. Ja de Heere is zo getrouw als sterk, Hij zal Zijn werk voor mij volenden.

Ik heb u 20 jaar geleden van de grote Opperherder gekregen. Ik geef u nu aan diezelfde Opperherder terug, onder de regenboog van Zijn trouw. Er is een volk dat mag belijden: Wie zal ons scheiden van de liefde van Christus? Eenmaal zullen zij zonder afscheid te nemen voor eeuwig bij de Heere zijn. Want God zal aan Zijn Sion hulp bewijzen enz.

Ds. Slagboom nam afscheid namens de classis ’s-Gravenhage. Hij bedankte ds. Bouw zeer hartelijk voor zijn vele werkzaamheden in de afgelopen twintig jaar ten dienste van de classis verricht. Hij memoreerde het preken en het catechiseren in de vacante gemeenten. Dat gold met name de gemeente van Rijnsaterwoude, “uw tweede gemeente”. U gaat naar Urk. Dat is een heel andere plaats dan Scheveningen. Hier verdwijnen kerken, daar verschijnen ze. Helaas.

Toch bestaat er in Urk nog een eenvoudige Christelijk Gereformeerde Gemeente. Van het soort dat de boodschap van zonde en genade graag beluistert. Hij was er verblijd mee dat Urk zo spoedig weer een predikant heeft, na het vertrek van ds. v.d. Weerd. Hij benadrukte de woorden uit het Spreukenboek: een trouw gezant is medicijn. Urk maakt een benauwde tijd door vanwege de gestelde quota voorde visserij. In zijn arbeid behoeft ds. Bouw zich over het quotum geen zorgen te maken. Dat is van eeuwigheid bepaald in het welbehagen Gods. Laat het net van het Evangelie maar breed en diep overboord hangen. De Heere brengt het quotum van de uitverkorenen binnen. Het is Zijn welbehagen dat gelukkiglijk zal voortgaan.

Ds. Bouw werd mét zijn vrouw en kinderen een gezegende tijd in Urk toegewenst. Zich richtende tot de gemeente van Scheveningen sprak de predikant de wens uit dat ze hem als consulent niet veel nodig zouden hebben. “Want werk heb ik genoeg”. Hij wenste de gemeente toe spoedig weer een eigen herder en leraar te ontvangen.

Ouderling Bargeman sprak namens kerkeraad en gemeente. Hij memoreerde de intredetekst van 20 jaar geleden: Van u zal mijn lof zijn in een grote gemeente.

Toch heeft ook de vermaning niet ontbroken. De ds. had zich vrijgemaakt, met name gedurende de laatste zondagen. Er mocht veel vrucht op de prediking en huisbezoeken worden ervaren. De eeuwigheid zal de omvang daarvan openbaren wanneer de gezaligden de langste psalmen zullen aanheffen: ’k Zal eeuwig zingen enz. Bargeman bedankte voor de vele arbeid aan bejaarden en zieken besteed. De ds. ging Scheveningen verlaten. Daarmee wordt de band echter niet verbroken.

Slechts korte tijd kon de ds. niet voorgaan. Overigens is hij vele malen ondersteund in moeilijke tijden. Met dankbaarheid mocht ook vermeld worden dat de gemeente van Scheveningen in haar 36-jarig bestaan slechts één jaar vacant is geweest, n.1. na de 15-jarige dienst van ds. v. Ravenswaay.

Mevr. Bouw werd zeer hartelijk toegesproken. “U was één met ons. De Heere roept. U moet volgen met de kinderen. Dat u samen deze weg biddend zult mogen gaan”.

De predikant en zijn gezin werden toegezongen de woorden uit Ps. 21 : 2, 6.

Wat hij U smeekt’ uit ’s harten grond, hebt Gij hen doen ontvangen. En: Gewis Gij zult all’eeuwen door, Hem met Uw gunst verzeilen enz.

In zijn dankwoord meende ds. Bouw uit de lovende woorden te kunnen opmaken “dat ik toch nog een aardig domineetje ben geweest”. Maar het moest hem toch van het hart dat er in de afgelopen periode steeds één iemand in de kerk was geweest, die altijd kritiek had. “Ik zal hem nu ook openlijk aanwijzen, dat ben ikzelf”.

Genodigden en aanwezige instanties werden hartelijk dankgezegd.

Met nadruk werd het als een besturing beleden dat op de afscheidsavond van de gemeente zoon Piet, die op de Hooge Burch woont in Zwammerdam, aanwezig kon zijn. Voor hem zal in de buurt van Urk huisvesting gezocht worden.

Tenslotte werd de gemeente om vergeving gevraagd voor al het verkeerde in de ambtelijke dienst. Veel werk was stukwerk. Zelf een onnutte dienstknecht die slechts gedaan heeft wat hij schuldig was. Maar anderzijds: Hij is de Rotssteen wiens werk volkomen is. ’Tk heb een Woord Gods aan u: zeg de kinderen Israëls dat zij voorttrekken. Want Jezus Christus is gisteren en heden Dezelfde en tot in alle eeuwigheid.

Voor de laatste maal legde ds. Bouw als eigen herder en leraar de zegen op de gemeente. Staande zongen we Ps. 72 : 11. Zijn Naam moet eeuwig eer ontvangen enz.

Een luisteraar uit Alphen aan den Rijn.

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 oktober 1987

Bewaar het pand | 8 Pagina's

Scheveningen 2.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 oktober 1987

Bewaar het pand | 8 Pagina's