Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

’s Heeren gave en het heilsdoel

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

’s Heeren gave en het heilsdoel

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

De Pinkster-Geest gekomen op de aarde, wordt door de Heere niet weggenomen. De kerk blijft de werkplaats van de Heilige Geest. In haar midden geschieden machtige wonderen. De Heilige Geest neemt intrek in het zondaars hart.

Mensen worden herschapen tot tempelen van de Heilige Geest. En dit alles naar Gods wil en welbehagen. Wie nu dit bemerkt, ondervindt en ziet, verstaat en belijdt wat in de Catechismus staat. In zondag 20 lezen we: na het belijden, “dat de Heilige Geest tezamen met de Vader en de Zoon waarachtig en eeuwig God is: “dat Hij ook mij gegeven is, opdat Hij mij door een waar geloof Christus en al Zijn weldaden deelachtig make”. De Heilige Geest is Gods rijke gave. De Heere geeft. Om niet! Nu is het geven op zich al een groot wonder. Een onuitsprekelijk wonder, want niemand bezit van nature de Geest. Men is slechts ’vlees’. Dit wordt door niets veranderd. Elk mens blijft vlees. Vleselijk verkocht onder de zonde. Staatsverandering, is uitgesloten.

Zonder het herscheppende werk van de Heilige Geest blijft de mens voor God de Heere wie hij is. Aanvaarden we deze waarheid al, of ergeren we er ons aan? Voor menigeen mag in de prediking de doodstaat van de mens niet meer doorklinken. Men wil de harde werkelijkheid niet meer horen. Men wil iets in handen hebben. Er mag niets uit handen genomen worden. Men wil opgetrokken, maar niet neergezet worden. Men wil ’erbij’ behoren en niet ’er buiten’ geplaatst worden.

Wie nu deze geestelijke gesteldheid zoekt en kent komt niet terecht bij het wonder van vrije genade. In ons leerboek echter beluisteren we dit wel. Daar staat en dat is uit hart van Gods kind gegrepen: “ook mij gegeven”. Het geven op zich is al een wonder en dan nog’aan mij’ gegeven. Dit vergroot het wonder. ’Ook mij’. De Heere had mij voorbij kunnen gaan. Hij had mij kunnen laten in mijn doodstaat.

Dood voor God, zonder enige relatie tot Hem of uitgang naar Hem. Maar nu gegeven de Heilige Geest. Welk een geschenk. Over de Heilige Geest en Zijn rijkdom wordt in de Heilige Schrift gesproken. Bijzonder heeft de Verdiener dit gedaan nl. de Heere Jezus Christus. Door Zijn Zelf offerande en voorbede is de Heilige Geest uitgestort en komt de Geest in het zondaarshart. Nu wordt het doel van de Heilige Geest ook aangegeven in ons leerboek. “Opdat Hij mij door een waar geloof Christus en al Zijn weldaden deelachtig make”. De Heilige Geest is op Christus gericht. Iemand schreef terecht: “De Heilige Geest heeft maar één hartstocht; dat Christus groot gemaakt worde”. De Heilige Geest wordt daarom ook genoemd: “Bruidswer-ver”. Als treffend beeld kan gedacht worden aan Eliëzer, de knecht van Abraham, die voor Izak een vrouw zocht. Hij wist het hart van Rebecca te winnen voor Izak. Door zijn woorden en geschenken kon Rebecca niet meer thuis blijven. Zij moest naar Izak. Zij wilde de vrouw worden van Izak. Welk een vreugde had Eliëzer in het meegaan van Rebacca. De huwelijksdag gaf hem grote blijdschap. Het huwelijk was de kroon op zijn werk. Nu zo werkt de Heilige Geest aan op de vereniging met Christus Jezus. Het is Zijn lievelingswerk dit te doen. Een zwarte zondaar wordt door Hem opgezocht. In dit opzoeken maakt Hij gebruik van het Woord, van de prediking van het Woord. De Heilige Geest ontdekt aan en overtuigt van de grote armoede. De levensleegte. Zonder God en zonder Christus. Levend in een gescheiden staat. Schuldig en nameloos arm. Diep ongelukkig. Die kennis verkregen door de Heilige Geest verdiept zich. Die verdieping gaat door tot het laatste uur van het leven. Door het onderwijs van de Heilige Geest wordt men wie men is voor Gods: een goddeloze. Men een schuldrekening die niet voldaan kan worden. Maar de Heilige Geest die overtuigt, getuigt ook.

Getuigt van Christus. Hij spreekt goed van Christus. Welk een zegen is het als dat ’s zondags in de dienst gehoord wordt. Christus’ liefde, Zijn hartelijkheid, Zijn verlangen, Zijn uitzien naar een zwarte zondaar gaat het hart treffen. Men mag komen tot Hem zoals men is. Dit verzekert de Heilige Geest uit en door het Woord. En gelijk de herders na de kerstboodschap ’met haast’ gingen naar de kribbe, zo gaat een zondaar uit op het spreken, het verkondigend getuigenis van de Heilige Geest. Men wil naar Christus. Naar de hoogste profeet en leraar. Naar de enige priester en de eeuwige Koning. Naar de geopende fontein. Naar de enige Borg en Middelaar. Men wil bij Hem zijn. Door Hem geholpen worden. Met Hem gaan leven. Door Hem aan leven. Wat het doel van de Heilige Geest is, wordt de begeerte, de lust, het leven van de zondaar. Welk een overeenstemming komt er. De zonde bracht en brengt gescheidenheid, maar Gods genade in Christus, gewerkt door de Heilige Geest brengt vereniging tot stand.

Die vereniging wordt versterkt en almeer geloofd door de arbeid van de Heilige Geest. Van de Heilige Geest blijft men in alles afhankelijk. De Verkondiger, de Leidsman van het leven blijft getrouw. De kennis van eigen hart en leven verdiept zich, maar ook de kennis van Jezus Christus. De kenbron: het Woord gaat almeer open en leven voor de gelovige. De Heilige Geest laat Christus schitteren in het gewaad van de Heilige Schrift. Uitblinken in Zijn namen, naturen en staten. De Heilige Geest houdt de weldaden van Christus niet verborgen. Weldaden voor dit en het toekomende leven. Weldaden die onmisbaar zijn. Weldaden, die het leven verrijken. Weldaden, die niet vergaan. Weldaden, die wel doen in leven en sterven. In de dood en na de dood. Weldaden, die niet de mens groot maken, maar waardoor de Heere wordt groot gemaakt. Weldaden, die niet afvoeren van de Heere, maar nader en nauwer verbinden aan deHeere. Gelijk de oosterling water uit de put haalt, zo neemt de Heilige Geest alles wat in Christus is. Zijn wijsheid, Zijn rechtvaardiging, Zijn heiliging. Zijn volkomen verlossing.

Hij verenigt daarmee en doet daarin geloven. Van harte geloven. Keer op keer. Met welk doel? “Opdat het zij, gelijk geschreven is: Die roemt, roeme in de Heere”. I. Kor. 1.31. Ik hoop van harte dat U grote gedachten hebt van de Heilige Geest en behoefte hebt aan Zijn Persoon en Zijn heilsdoel.

De Heilige Geest wil in de prediking present zijn en Zijn werk doen. In ons leerboek staat de vraag: “aangezien dan alleen het geloof ons Christus en al Zijn weldaden deelachtig maakt, vanwaar komt zulk geloof? Een voluit schriftuurlijk antwoord wordt hier opgegeven, nl. “van de Heilige Geest, Die het geloof in onze harten werkt door de verkondiging van het Heilig Evangelie en het sterkt door het gebruik van de sacramenten”.

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 3 augustus 1989

Bewaar het pand | 6 Pagina's

’s Heeren gave en het heilsdoel

Bekijk de hele uitgave van donderdag 3 augustus 1989

Bewaar het pand | 6 Pagina's