Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Boekbespreking

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Boekbespreking

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Personen uit de “Christinnereis’ van John Bunyan door ds. C. Harinck.

Uitgave van Den Hertog b.v. - Houten.

In het Woord vooraf zegt de schrijver o.a.: Na geschreven te hebben over de personen in de ’Christenreis’, heb ik mij nu gezet voor de beschrijving van de personen in de ’Christinnereis’.f.....)De ’Christinnereis’heeft nooit

de grote belangstelling gehad, die de ’Christenreis’ wel mocht genieten. Sommigen hebben zelfs gemeend, dat de ’Christinnereis’ niet door Bunyan is geschreven. Ik hoop die vraag beantwoord te hebben. John Bunyan laat ons in de ’Christenreis’ zien, dat op de smalle weg naar de Hemelstad een grote verscheidenheid van pelgrims te vinden is. Juist deze verscheidenheid maakt de ’Christinne-reis’ zo anders dan de ’Christenreis’. Moge de beschrijving van de onderscheiden gangen van Gods kinderen velen tot troost en zegen zijn. Daar de opbrengst van een gedeelte van de eerste oplaag bestemd is voor het bouwfonds van de Gereformeerde Gemeente te Oostkapelle, hoop ik op goede verkoopcijfers. Het is mede op verzoek van de bouwcommissie, dat ik mij weer gezet heb tot het schrijven van een boek. De Heere zegene het tot de uitbreiding van Zijn Koninkrijk.

We noemen nu de titels van de hoofdstukken:

1. Een vrouwelijke pelgrimsreis, 2. Christinne komt tot inkeer, 3. Christinne droomt, 4. Geheim, 5. Christinne’s kinderen, 6. De buren, 7. Barmhartigheid, 8. Barmhartigheid aan de poort, 9. Groothart, 10. Grimmig, 11. Bedrevenheid, 12. Moker, 13. Eerlijk, 14. Vrezende, 15. Eigenwillig, 16. Kleinmoedig, 17. Gereed-tot-Hinken, 18. Mnason, 19. Wankelmoedig, 20. Dapper-voor-de-Waarheid, 21. Standvastig, 22. Het land Beülah.

Uit hoofdstuk 14. Vrezende, willen we iets overnemen:

Enkele zaken vallen ons in de beschrijving van Vrezende op:

1. Vrezende was altijd maar bang, dat hij niet bezat wat de andere pelgrims bezaten. Hij vreesde, dat hem aan het eind van de pelgrimsweg de toegang tot de hemel geweigerd zou worden. Wanneer hij hoorde dat Demas halverwege in de zilvermijn was achtergebleven en Onkunde aan de hemelpoort was afgewezen, vreesde hij: ’Dat zal mij ook overkomen’.

Ik denk dat er ook nu pelgrims zijn, die zich in Vrezende herkennen. Wanneer zij Gods kinderen horen spreken, zeggen zij: ’Dat mis ik en ken ik niet’.

Horen zij van afvalligen, die naar de wereld zijn teruggekeerd of van mensen, die op hun sterfbed moesten bekennen zichzelf altijd met een ijdele hoop in het leven te hebben gehouden, dan zeggen zij aanstonds: ’Zo zal het met mij ook nog eens gaan!’ Zij vrezen geen waar geloof te bezitten en nog eens bedrogen uit te komen.

2. Vrezende leek nooit verder te komen op de weg naar Sion, dan tot aan de poel Mistrouwen. Hij bleef lang in de modder van de poel liggen kermen, zonder gebruik te maken van de stenen, die een veilige doortocht door de poel gaven. Hij zag anderen de poel overtrekken, maar hij bleef er maar liggen kermen en roepen tot God. Zelfs wanneer velen hem de hand toestaken, pakte hij de uitgestoken hand niet, maar bleef, door de modder vastgehouden, in de poel Mistrouwen liggen.

We weten, dat de poel Mistrouwen een onvermijdelijke hindernis was voor allen, die naar de Hemelstad reizen. De smalle weg liep er dwars doorheen. Dit was bedoeld om de geveinsden af te schrikken, zoals we dit zien in Gezeggelijk, die daar terugkeerde naar Stad Verderf. Het was ook bedoeld om de pelgrims te leren zich geheel te verlaten op God belofte van barmhartigheid en alle eigen kracht en werk te verloochenen.

De poel Mistrouwen is het beeld van het diepe gevoel van schuld en zonde, waarmee de pelgrims zijn bezet. Een gevolg van de overtuiging door de Heilige Geest is, dat de zondaar bevreesd en gebukt onder zijn zonden, zijn weg vervolgt.

Satan maakt echter misbruik van de gevoelens van zonde, schuld, oordeel en toorn Gods. Wanneer de zondaar overvallen wordt door de gedachte, dat er voor hem of haar geen hoop is, zal de duivel deze gedachte versterken en zeggen: ’Er is voor zulke mensen geen genade. God heeft Zich nooit voorgenomen om zulke boze, onreine zondaren te zaligen.” Hij zoekt de mens wijs te maken, dat het voor eeuwig verloren is, zodat hij beter in dit leven nog maar plezier kan maken, want voor nà dit leven is er toch geen hoop of verwachting.

De pelgrim moet in deze aanvechting en nood leren, om zich geheel te verlaten op vrije genade en onverdiende barmhartigheid. Er is in die strijd geen andere weg door de poel Mistrouwen, dan de voeten te zetten op de stenen, die in de poel liggen, namelijk: Gods beloften.

Maar Vrezende deed dit niet. Hij bleef in de modder liggen kermen. Het was te vrezen, dat hij nooit verder zou komen op de weg naar Sion. Vrezende kon zich niet aan de modder van de moedeloosheid ontrukken. Zo zijn er nog, die lang in de overtuiging blijven staan. Zij kermen wel: “Ik ben zo bang, ik zal hier nog omkomen; de genade is voor mij niet’, maar zij zetten hun voeten niet op de stenen, die de Heere in de poel gelegd heeft. Zij zien anderen erover gaan en horen hoe zij gekomen zijn tot een rusten op Gods beloften, maar zij kunnen het niet verder brengen dan kermen in de poel Mistrouwen. Velen willen hen helpen en de hand toesteken. Zij zoeken de vrezenden te bemoedigen en wijzen hen op de rijkdom en onverdiende grootheid van de genade; dat de zonden nooit te groot zijn; dat niemand ooit omkwam, die het waagde met God en dat Jezus Christus in de wereld is gekomen, om de zondaren zalig te maken. Maar het hielp bij Vrezende niet en het helpt bij zulke bestredenen niet. Zo bleef hij dus lange tijd in de poel Mistrouwen liggen.

Toch had Vrezende één ding boven Gezeggelijk. Hij wilde en kon niet teruggaan naar de Stad Verderf of de stad Domheid. De wortel van de zaak was namelijk in hem. De ware gelovige mag nog zo bestreden zijn en gevangen liggen in de poel Mistrouwen en Moedeloosheid, maar teruggaan naar Stad Verderf kan hij of zij niet. Zij kunnen niet meer terug. Dan willen ze liever blijven liggen en in hun kermen omkomen.

Ds. Harinck schrijft nog veel meer over Vrezende. Men kope het boek en leze het zelf. Men zal er geen spijt van hebben. Het is een boek van 154 blz. dat veel onderwijs geeft. Het boek kost gebonden ƒ 18,50.

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 14 september 1989

Bewaar het pand | 6 Pagina's

Boekbespreking

Bekijk de hele uitgave van donderdag 14 september 1989

Bewaar het pand | 6 Pagina's