Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Een boek ter nagedachtenis aan ds. J. Tamminga

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een boek ter nagedachtenis aan ds. J. Tamminga

12 minuten leestijd Arcering uitzetten

Eind vorig jaar verscheen in Canada een boek met meditaties, artikelen en preken ter nagedachtenis aan ds. J. Tamminga, die alweer meer dan vijf jaar geleden is overleden. Hoewel ds. Tamminga niet minder dan twintig jaar onze kerken gediend heeft, is hij toch vooral bekend geworden als predikant van onze zusterkerk, de Free Reformed Church of North America. In feite was hij een van de voortrekkers die in de moeilijke beginjaren leiding gegeven heeft aan de emigrantengemeenten in Canada en de Verenigde Staten. Vooral toen hij nog in actieve dienst was heeft hij bijzonder veel voor deze jonge kerken mogen betekenen. Zijn werk heeft daar ook duidelijk sporen nagelaten. Daarom was het een goede gedachte dat namens de Free Reformed Church een gedachtenisbundel is uitgegeven onder de titel: “Selected Writings and Sermons of Rev. J. Tamminga” (Keuze uit de geschriften en preken van ds. J. Tamminga). Zoals gezegd bevat het boek een serie meditaties, een klein aantal artikelen en dertien preken van de hand van onze overleden ambtsbroeder.

Uiteraard is ook een korte levensbeschrijving opgenomen die samengesteld is door ds.C. Pronk en de schoonzoon van ds. Tamminga - ds. C.A. Schouls - schreef een voorwoord. In dit artikel willen we aandacht vragen voor deze bundel. We doen dat omdat ds. Tamminga - al woonde hij de laatste jaren van zijn leven in Noord Amerika - onder ons geen onbekende was. Hij onderhield tot het laatst toe talrijke contacten met het oude vaderland. Met name tussen 1973 en 1983 heeft hij vele malen in verschillende van onze kerken het Woord bediend.

De jaren in Nederland

Het is misschien niet overbodig om allereerst een aantal feiten uit de levensschets in herinnering te roepen. Jacob Tamminga werd op 10 juni 1907 geboren in de frie sestad Franeker. Op jonge leeftijd voelde hij zich al geroepen tot het ambt van dienaar des Woords. Na een diepe worsteling en veel zelfonderzoek meldde hij zich aan voor het admissie-examen in Apeldoorn. Tot zijn verrassing - en in zekere zin zelfs tot zijn teleurstelling! - werd hij aangenomen. Toen andere candidaten die waren afgewezen hem feliciteerden, zei hij: “Eigenlijk moet ik jullie feliciteren!” Het gewicht van het ambt en zijn eigen onbekwaamheid drukten toen al als een last op hem. Dat zou zo blijven gedurende de meer dan vijftig jaren dat hij het Woord zou mogen bedienen.

Op vierentwintigjarige leeftijd werd ds. Tamminga bevestigd tot Christelijk Gereformeerd predikant van Harderwijk. De tekst waarmee hij zich aan zijn eerste gemeente verbond was Efeze 6 : 19, waar de apostel vraagt om de voorbede van de gemeente “voor mij, opdat mij het V£oord gegeven wordt in de opening mijns monds met vrijmoedigheid, om de verborgenheid van het evangelie bekend te maken”. De acht jaren in Harderwijk zijn voor hem onvergetelijk geworden. Later sprak hij er vaak over hoeveel hij in deze tijd geleerd heeft van de eenvoudige, godvrezende vissers onder wie hij mocht werken. Na Harderwijk volgde de (toen nog ongedeelde) gemeente van Enschede, waar de familie Tamminga de moeilijke oorlogsjaren door bracht. Ook in het oosten van ons land bracht deze periode veel ellende. Tijdens bombardementen kwamen in Enschede veel mensen om het leven. Er waren weken dat ds. Tamminga vrijwel iedere dag één of meer begrafenissen moest leiden. Onder zulke omstandigheden leven de mensen dicht bij dood en eeuwigheid. Daardoor was er dikwijls ook een ongewone ontvankelijkheid voor het Woord van de levende God. Kort na de bevrijding werd ds. Tamminga predikant van Rotterdam-Centrum. Al heeft hij deze gemeente slechts drie jaren gediend, toch heeft hij hier heel veel werk mogen verzetten. Dat hing niet alleen samen met de wederopbouw van de oude Maasstad, die zo ontzettend onder het oorlogsgeweld had geleden, maar ook met de vele vacatures in de omgeving. De predikant van Rotterdam-Centrum preekte in die tijd regelmatig drie tot vier keer per zondag en catechiseerde vele avonden in de week. Al in 1948 vertrok ds. Tamminga uit Rotterdam en verbond zich opnieuw aan de gemeente van Enschede. Deze tweede enschedese periode zou echter niet lang duren.

De periode in Noord-Amerika

In deze tijd kwamen namelijk de eerste contacten tussen ds. Tamminga en Noord-Amerika tot stand. Zoals bekend, was tijdens de jaren na de wereldoorlog een nieuwe golf emigranten uit Nederland vertrokken om in de Verenigde Staten en vooral in Canada een nieuw bestaan op te bouwen. Onder hen waren uiteraard ook mensen die afkomstig waren uit onze kerken. In 1950 bezocht ds. Tamminga - tezamen met ouderling J. ten Hove uit Enschede - verschillende groepen emigranten die zich in het zuiden van Onta-rio en in Alberta gevestigd hadden. Hij kwam onder de indruk van het feit dat velen van hen de prediking misten die zij in het oude vaderland gewend waren. Tijdens en na dit bezoek begon in verschillende van deze groepen de wens te leven om een eigen kerkverband te stichten, waar men de schriftuurlijk-bevindelijke prediking kon horen. In deze tijd was juist de gemeente van Dundas, Ontario, gesticht onder leiding van de latere ds. J. Hamstra, die toen nog lerend ouderling was. Deze kerk had officiële banden met de zelfstandige gemeente van Grand Rapids, die destijds gediend werd door ds. G.A. Zij -derveld. Naast deze beide kerken ontstonden nu verscheidene andere gemeenten en één van hen, de kerk van Chatham, Ontario, bracht in 1951 een beroep uit op de predikant van Enschede. Ds. Tamminga was ervan overtuigd, dat de Heere hem naar deze kleine gemeente riep en dat hij daarom deze roeping moest opvolgen. Op 23 augustus 1951 werd hij bevestigd. De intreetekst was 1 Petrus 4 : 10: “Een ieder, gelijk hij gave ontvangen heeft, alzo bediene hij dezelve aan de anderen, als goede uitdelers der menigerlei genade Gods”. Onder leiding van ds. Tamminga begon de kleine gemeente spoedig te groeien. Bovendien werd al spoedig vanuit Chatham de kerk van St. Thomas gesticht. In deze periode hebben ds. en mevrouw Tamminga ontzaglijk veel werk verzet. Beiden waren druk met de opvang van nieuwe emigranten, die ze met raad en daad bijstonden. Bovendien vroeg het opbouwen van het kerkelijk leven geweldig veel. Terecht is gezegd, dat ds. Tamminga in deze beginjaren van de Free Reformed Church de juiste man op de juiste plaats is geweest. Hij was een geboren organisator en wist uitstekend leiding te geven waar dat nodig was. Maar boven dat alles was hij prediker van het Woord en het was zijn diepe overtuiging, dat uiteindelijk niets anders de kerk zal bouwen dan de verkondiging van het Woord van de levende God. Daarom bleef - ook in deze drukke beginjaren - de prediking voor hem het allervoornaamste. Na Chatham stond ds. Tamminga een kleine drie jaar in Toronto, Ontario, namelijk van 1957 tot 1960. Ook deze gemeente - destijds een belangrijke “opvang-gemeente” voor pas aangekomen immigranten - groeide in die periode sterk. Toen echter in 1960 vanuit Grand Rapids een beroep op ds. Tamminga werd uitgebracht, wist hij dat hij daarvoor niet mocht bedanken. Die beslissing heeft hem veel strijd gekost. Er waren namelijk in deze oudere immigrantengemeente op dat moment heel wat spanningen. Bovendien zouden alle diensten in Grand Rapids in het engels geleid moeten worden, en dat terwijl ds. Tamminga in die tijd de taal nog niet vloeiend sprak. Maar de Heere bond dit beroep zó op zijn hart, dat hij wist geen andere weg te mogen gaan. En de Koning van de Kerk zegende zijn verblijf in deze Amerikaanse gemeente. Er kwam weer onderlinge eenheid en het Woord deed zijn kracht. In 1972 vroeg ds. Tamminga emeritaat aan en de synode verleende hem dat op de meest eervolle wijze. Nu hij afscheid van Grand Rapids genomen had, bleef hij de vacante gemeenten in Noord-Amerika dienen en maakte hij vele reizen naar Nederland, waar hij nog zo graag in zijn moedertaal het Woord bediende. Van 1977 tot 1979 diende hij tijdeljik als hulpprediker de vacante kerk van London, Ontario. Aan het einde van die periode nam hij voorgoed afscheid van de “actieve dienst” met een preek over 1 Petrus 4 : 10, dezelfde tekst waarmee hij zijn werk in Noord-Amerika begonnen was. Het stemt tot dankbaarheid, dat deze preek in de gedachtenisbundel een plaats heeft gekregen.

Terwijl ds. Tamminga in London stond, openbaarden zich de eerste symptomen van de ongeneeslijke ziekte, die hem uiteindelijk ten grave zou dragen. Verscheidene jaren mocht hij nog preken en enig ander werk doen in de kerken. Vooral in 1983 en 1984 ging zijn gezondheid echter sterk achteruit. Op 9 oktober 1984 kwam het einde. Juist in die periode heeft hij heel diep ingeleefd, dat een dominee niet zalig wordt vanwege zijn ambt, of zijn vele werk, maar door genade alleen! Enkele dagen na zijn overlijden vond de begrafenis plaats. De tekst voor de rouwdienst was 1 Thess. 4 : 13 en 14.

Het boek

De gedachtenisbundel die vijf jaar na het overlijden van ds. Tamminga van de pers kwam, bevat een aantal meditaties die hij destijds geschreven heeft voor het officiële kerkblad van de Free Reformed Churches, “The Messenger”. Daarnaast zijn drie artikelen van zijn hand gekomen, waarvan vooral dat over de prediking karakteristiek is. En tenslotte bevat het boek meer dan een dozijn preken, die alle van bandopnamen afkomstig zijn. Dat betekent dat voor deze uitgave de stijl hier en daar gladgestreken moest worden om de zinnen wat meer vloeiend te maken. Dit is echter zo gebeurd, dat de eigen manier waarop ds. Tamminga preekte nog overal merkbaar is. De meeste preken zijn gehouden naar aanleiding van een “vrije stof”. Een bijzonderheid die hierbij vermeld mag worden, is dat de eerste preek in deze bundel - over de bekering van koning Manasse - een (engelse) vertaling is van een preek die in 1981 in Harderwijk gehouden is. Gelukkig zijn er ook nog enkele catechismuspreken in deze bloemlezing opgenomen. Ds. Tamminga had een grote liefde voor het oude leerboek van de kerk en in zijn preken daarover wist hij op een krachtige, direkte wijze de grondstukken van de leer der Schriften aan de gemeente uit te leggen.

Accenten

In het voorwoord wordt gezegd, dat zich door de jaren heen een bepaalde ontwikkeling aftekende in de prediking van ds. Tamminga. In de beginjaren zou zijn prediking als “ver-bondsmatig” getypeerd kunnen worden. Daarmee wordt dan vooral bedoeld, dat in deze tijd de beloften van God, zoals die verzegeld zijn in de heilige doop, grote nadruk ontvingen. In de laatste periode van zijn ambtelijke dienst zag hij steeds duidelijker het dodelijk gevaar van oppervlakkigheid en zelfbedrog. Vndaar dat het waarschuwend element in de preken uit deze tijd sterk naar voren komt en de noodzaak van zelfonderzoek veel nadruk ontvangt. Ik geloof, dat deze karakterisering in grote lijnen juist is. Wel zou ik erbij willen aantekenen, dat het verbond en de beloften van God tot het laatst toe een grote plaats in de prediking van ds. Tamminga zijn blijven innemen. Toch viel me bij het lezen van de preken uit deze bundel - die alle tijdens de laatste 25 jaar van zijn leven gehouden zijn - ook op, dat daarnaast twee dingen telkens weer met grote ernst naar voren gebracht worden. Het eerste is de noozaak van het ontdekkende werk van de Heilige Geest en het tweede de oproep tot zelfonderzoek. Om een indruk te geven wat ds. Tamminga bij dat laatste voor ogen stond, volgt hier een klein gedeelte uit zijn artikel over de prediking:

Ik voel me gedrongen om hier op een groot gevaar te wijzen, waarvoor we in onze kringen ontvankelijk zijn. Dat is het gevaar van oppervlakkigheid, dat zich in meer en meer kerken uitbreidt. Laten we onze ogen daarvoor open hebben! Het is het gevaar niet zozeer van een veronderstelde wedergeboorte, maar van een verondersteld geloof. Ik overdrijf niet, wanneer ik stel dat veel jongere en oudere mensen het idee hebben, dat zij genade bezitten en dat zij tot Gods koninkrijk behoren, terwijl zij nooit de diepte van de kennis van zonde ervaren hebben en ook nooit tot God geroepen hebben, omdat zij ontdekten dat zij Hem niet kenden. Zij zijn nooit verloren zondaren geworden en hadden nooit enige twijfel. Dr. A. Martin (een bekend baptistenpredikant in Amerika - A.B.) schrijft in een van zijn boeken: Veel mensen beschouwen twijfel als het meest verschrikkelijke dat bestaat. Maar we realiseren ons niet, dat de twijfels die het gevolg zijn van eerlijk zelfonderzoek in het licht van Gods Woord, het allerbeste zouden zijn wat sommige mensen kan overkomen. Ik heb vaak gezegd dat mensen niet verloren gaan vanwege hun twijfels, maar dat zij zeker verloren zullen gaan tengevolge van zondig zelfbedrog. Zolang de Schrift telkens weer opnieuw zegt: “Laat niemand u verleiden...., laat niemand zichzelf bedriegen...., misleidt uzelf niet”, durven en mogen we anderen niet zomaar laten veronderstellen, dat alles goed met hen is!

Deze woorden spreken voor zichzelf. Ze geven duidelijk aan welke zorg met name de laatste jaren in het hart van ds. Tamminga leefden. En zouden juist deze dingen - de noodzaak van het ontdekkende werk van Gods Geest en de oproep tot zelfbeproeving -ook vandaag niet in de prediking benadrukt moeten worden? Zou het niet zo zijn, dat waar deze dingen niet (meer) aan de orde komen, de prediking tekort doet aan het getuigenis van de Schrift? Het is duidelijk in welke zin ds. Tamminga deze vregen beantwoord zou hebben. Ik denk, dat we zeker ook in dit opzicht er goed aan doen om naar hem te luisteren... in Nederland en in Noord-Amerika.

P.S. Voor degenen die het boek van ds. Tamminga zouden willen bestellen volgen hier nog enkele gegevens. Het telt 186 bladzijden en is in een fraaie band gebonden. Uiteraard is het geheel in het engels geschreven, maar het taalgebruik is zo eenvoudig, dat het gemakkelijk te volgen is voor iemand die deze taal enigszins machtig is. Hier in Nederland is het boek te bestellen bij ds. A. Baars, Frans Halslaan 19, 4241 AB Middelharnis; Tel. (01870) - 2290. De kosten zijn ƒ 35.-. Voor dit bedrag krijgt u het boek franco thuisgestuurd.

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 31 mei 1990

Bewaar het pand | 6 Pagina's

Een boek ter nagedachtenis aan ds. J. Tamminga

Bekijk de hele uitgave van donderdag 31 mei 1990

Bewaar het pand | 6 Pagina's