Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Zijn trouw aan Israel nooit gekrenkt

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Zijn trouw aan Israel nooit gekrenkt

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

(aangekondigd in Bewaar het Pand van 14 mei j.l.)

Zo luidt de titel van een boekje, dat enkele maanden geleden werd uitgegeven door Den Hertog b.v. te Houten. In dit artikel vragen we daarvoor de aandacht van onze lezers. Het is geschreven door de predikanten ds. P. den Butter, drs. E.F. Vergunst en ds. R. Boogaard.

De uitgever zegt in een Ten geleide o.a. “Nu Israel in deze tijd meer en meer in het vizier komt, lijkt het tegelijk meer en meer een schibbolet te worden.

Daarbij doet een onbijbelse visie opgeld, waarin het belangrijker schijnt te geloven aan Israels toekomst, dan in de Christus Gods. In dit boek trachten de auteurs een antwoord te geven op de actuele vraag naar de betekenis van Israel in verleden, heden en toekomst. Het moge duidelijk zijn, dat zij daarbij alleen de Heilige Schrift aan het woord laten.”

Ds. P. den Butter schrijft over Gods hand in het verleden. Hij wijst er op dat Israel altijd weer in het nieuws is en schrijft daarna over Gods plan met Israel. “Zijn plan”, aldus ds. Den

Butter, “met Israel bestaat nog altijd. In dat plan staat niet alleen dat uit Israel de Messias geboren zou worden en dat Hij dus tot Zijn volk zou komen. In dat plan staat eveneens, dat Israel tot de Messias zal komen in waar geloof. Al is dat dan niet terstond gebeurd bij de komst van Christus tot deze wereld, het zal toch een keer gebeuren. Paulus heeft daar in Romeinen 11 duidelijke taal over gesproken, met name in de woorden “en alzo zal geheel Israel zalig worden” (Rom. 11:26).”

Vervolgens schrijft ds. Den Butter over De lange lijdensweg, Antisemitisme, Assimilatie, Mislukking van de assimilatie, over Zionisme - voorbereid, geboren, tegengewerkt, over Chaim Weiszman, een uit Oost-Europa afkomstige Jood, die de nieuwe leider van de Zionistische beweging werd, over De Balfour-declara-tie, de Politieke achtergrond, de Religieuze achtergrond, over Puritanisme en Nawerking van het Puritanisme, over Palestina - mandaatgebied en Engelands ommezwaai, over Na de oorlog,

Oorzaken voor Engelands omzwaai en Moreel verval.

De laatste paragraaf luidt: Toch een joodse staat. Daaruit nemen we het laatste gedeelte over:

“Engeland was door Hem gebruikt om de belofte van het Joods Nationaal Tehuis te geven.

Maar toen Engeland onwillig werd om Zijn zaak verder te dienen en alleen nog maar oog bleek te hebben voor eigen zaak en eigen belang, koos de Heere Zich andere instrumenten. Zijn doel zou Hij bereiken en dat doel heeft Hij bereikt. De joodse staat is er gekomen en is er gebleven. Maar als dan alles nog waar blijkt te zijn wat God eeuwen geleden al voorzegd heeft, dan is ook nu nog waar: “En Ik zal zegenen die u zegent en vervloeken die u vloekt.” Geldt dat laatste nog?

Is het daarom dat het grote machtige rijk van Groot-Brittanië het rijk “waarin de zon nooit onderging”, stukje bij beetje is afgebrokkeld? Ja, dat lot deelt Engeland met vele westerse landen. Maar moet niet gezegd worden, dat het Westen in vele opzichten het heilloze pad van Engeland mee is opgegaan? Olie is in de moderne wereld meer waard en staat hoger genoteerd dan trouw en gerechtigheid. Om van de waardering voor de Bijbel maar helemaal te zwijgen.

De kerk belijdt te geloven in de voorzienigheid Gods. Die voorzienigheid wordt niet altijd doorzichtig. Er zijn en er blijven soms raadselen. Niet elk probleem wordt opgelost. Maar soms laat de Heere er toch ook iets van zien.

Dan is het ineens duidelijk, dat God de geschiedenis schrijft. Zijn vinger wordt dan zichtbaar. Ook in de manier waarop Hij de wijsheid der wijzen doet vergaan en het verstand der ver-standigen doet ophouden. “Mijn raad zal bestaan en Ik zal al Mijn welbehagen doen”, zegt Hij.

In oude tijden moest Kores meewerken om Gods volk vrijheid te geven om terug te keren naar hun eigen land. In onze eeuw moest Groot-Brittanië meewerken om Israel te doen terugkeren uit de tweede ballingschap. Gewillig of onwillig, aan het resultaat deed dat tenslotte niets af. Het maakt echter wel verschil voor de betrokkene. Gewillig of onwillig - dat is het verschil tussen zegen of vloek....”

Hierna komt het artikel van drs. E.F.

Vergunst: Gods genade in het verleden.

Hij stelt dat Israel een uniek volk is. Dat is terug te voeren tot God.

Dan volgt de vraag: Tot zegen voor de volken? Israel heeft niet beantwoord aan zijn roeping.

Het gedacht Gods verbond niet, maar de Heere houdt aan Zijn verbond vast. “Evenwel! Ja, dan lezen wij ineens dit woordje! En dat verbaast ons wél, want in dit woord is Israels behoud gelegen.”

“Daarin”, zo schrijft drs. Vergunst verder, “was Israel onderscheiden van alle volken, dat het drager was van de openbaring Gods. Maar dat licht der openbaring bedoelde niet opgesloten te blijven binnen Israel zelf, maar moest uitstralen tot aan de einden der aarde. Alleen zo kon Israel, door Gods verkiezing en roeping gezegend, tot zegen zijn wereldwijd. Gezegend en tot zegen door het Woord der belofte, Dat vlees geworden is in Israels grote Zoon, Maria’s Kind, Dat in de volheid des tijds kwam om wet en profetie te vervullen. Zo komt de zegen van Abraham ook tot de heidenen in Christus Jezus, opdat ook zij de belofte van de Geest verkrijgen zouden door het geloof (Gal. 3:14).”

Drs. Vergunst schrijft verder over: De belofte van het land. In deze paragraaf zegt hij o.a.: “De Heere laat Zijn volk niet opgaan in de andere volken, maar geeft het een eigen plaats, een eigen land. Het moet als Abraham afgezonderd zijn van alle volken en de Heere toegewijd, om juist daar en zo tot zegen te kunnen zijn voor de wereld. Vandaar dat de belofte aan Abraham ook als inhoud heeft “het land dat Ik u wijzen zal.” Het is Kanaan, het beloofde land, het land, waar God te midden van Zijn volk wonen zal en waar de grote Zoon van Abraham eens Zijn voetstappen zou zetten en waar in Hem de belofte haar vervulling zou vinden.”

Hierna komen paragrafen over haat en vervolging, antisemitisme en over de uitspraak Zijn bloed over ons en onze kinderen. Verder over het feit, dat Hij kwam tot het Zijne en dat de Zijnen Hem niet aangenomen hebben. Dan komt de paragraaf over Het geheimenis. Dat raakt de toekomst. Israel zal aangenomen worden. Welk een zegen zal daarvan uitgaan. Zo schrijft drs. Vergunst.

“Die toekomst”, aldus de schrijver, “waarvan de tekenen al zichtbaar zijn, mogen wij verwachten. Dat kan alleen als wij - zoals Israel voor ons het teken is van Gods gestrengheid en goedertierenheid - voor Israel het teken zijn van het leven uit de gerechtigheid des geloofs, het leven dat inderdaad gedragen wordt door de vreugde der wet. Zo zullen wij Israel tot jaloersheid verwekken, door te leven uit de erfenis van Israel, uit Gods verbond en woorden, bevestigd in Abrahams grote Zoon. Dan zal het gebed, dat wij voor Israel doen, tot hun zaligheid zijn, want dit is hun verbond van God, dat Hij hun zonden zal wegnemen.

Dan verstaan wij de verborgenheid van Gods welbehagen, het geheimenis van Israel, zo overweldigend diep en rijk, dat het ook dringt tot de lofprijzing van de apostel: Uit Hem en door Hem en tot Hem zijn alle dingen. He,m zij de heerlijkheid in der eeuwigheid.”

De schrijver citeert tenslotte het psalmvers:


‘t Is trouw, al wat Hij ooit beval...


De bijdrage van ds. Boogaard is getiteld: Gods Woord voor de toekomst. In een korte Inleiding zegt hij o.a. dat de zaligheid wel uit de Joden is, echter niet door de Joden, maar door Christus alleen.

Daarna gaat ds. Boogaard in op de Huidige situatie. De Heere heeft aan Israel in bijzondere zin Zijn wonderen bewezen.

Hij doet er weer opnieuw wonderen aan. Het is al een wonder dat er nog Joden zijn. Er is een onafhankelijke Joodse staat gesticht. Daarin is Gods hand. Ds. Boogaard schrijft verder over Nationaal herstel, Geestelijk herstel, de Profetie van Ezechiël, nogmaals over het nationaal herstel en dan verder over: Israels aanneming, Een overblijfsel naar de verkiezing en Israels aanneming. Dat is tot bemoediging ook voor de kerk in ons land.

Hierna komen de volgende paragrafen: Is de kerk in de plaats van Israel gekomen? En alzo zal geheel Israel zalig worden, De aanduiding “Israel”, Verlossing. Daarbij laat ds. Boogaard de Heilige Schrift spreken.

Vervolgens laat hij de geschiedenis spreken: Reformatie, Wat zeggen de kanttekeningen”, Nadere Reformatie, Chiliasme?, Afscheiding en Doleantie en Twintigste eeuw.

Dan trekt ds. Boogaard Conclusies.

“Uit wat wij tot nu tot geconstateerd hebben, moge duidelijk zijn dat een positieve toekomstverwachting voor Israel niet maar een visie is van hobbyisten of Israelfans die aan hun wensdromen gestalte willen geven. Integendeel, het is een zaak die gegrond is in Gods Woord en beloften.”

Aldus ds. Boogaard. Hij licht dit nader toe. Dan schrijft hij over Wat wij moeten afwijzen en dan komt een Tenslotte, dat we hier laten volgen: “Opmerkelijk is wel dat in deze dagen Gods kinderen die een nabij leven met de Heere mogen hebben, zo bemoedigd worden door het zien dat God begonnen is Zijn beloften te vervullen, die er nog liggen, zowel voor de Kerk als voor Israel. Ook de Kerk staat nog een betere tijd te wachten dan wij nu beleven. En wie zou daar niet naar uitzien? Laat dat vooral voor onze jonge mensen tot lering en bemoediging zijn. Want zalig worden is voor ieder een strikt persoonlijke zaak.

Maar er is ook mogelijkheid om zalig te worden. Ook nu, ondanks de donkerheid van de tijd waarin wij leven. Het is zonder meer een leugen dat God geen mensen meer zou bekeren. Ook nu werkt de Heere nog en meest in jonge harten.

Maar als de Heere met Zijn Geest in Israel gaat werken, zal Hij ook in veel rijker mate onder ons gaan werken. Bij meerderen van onze vaderen vonden we de verwachting dat er voor de kerk onder ons nog een bloeitijd zal aanbreken die de Reformatie te boven zal gaan. Laten wij hopen en bidden dat dit werkelijkheid mag worden.

Nogmaals, jonge mensen (want voor jullie schreven wij dit boek eigenlijk het meest), er is uitzicht. Zoekt de Heere, terwijl Hij te vinden is, roept Hem aan terwijl Hij nabij is. Het is nodig dat een mens zijn doemwaardigheid leert kennen en belijden, opdat er plaats in het hart zal komen voor de Zaligmaker. Maar laat je niet vervoeren tot een doemdenken dat niet naar de Schrift is, alsof de Heere niet meer zou werken en bekering bijna onmogelijk is, want dat is niet naar Gods Woord.

Wij besluiten met de wens dat Israels verlossing uit Sion kome en dat dit boek mag dienen tot bemoediging van Gods kinderen, maar ook van elke lezer(es).”

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 3 september 1992

Bewaar het pand | 10 Pagina's

Zijn trouw aan Israel nooit gekrenkt

Bekijk de hele uitgave van donderdag 3 september 1992

Bewaar het pand | 10 Pagina's