Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Gezonde Gelovige (9)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Gezonde Gelovige (9)

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

De verootmoediging in het zaligen van zondaren noodzakelijk

Shepard wijst op het volgende: Als de Heere het hart heeft verwond, is het de wettische neiging van het hart deze wond te helen door zich te verbeteren en de zonden te laten, of berouw daarover te hebben. Zij heeft hoop dat hierdoor de wond zal genezen, en de Heere met haar verzoend zal worden. Toen Adam zijn schaamte en naaktheid zag verborg hij zich voor God en bedekte zijn naaktheid met vijgebla-deren.

Zo tracht de ziel, die onmogelijk haar eigen zonde en onreinheid kan aanschouwen, buiten de bedekkende gerechtigheid van Christus, haar eigen goddeloosheid en zondigheid die zij gevoelt te bedekken met vijgebladeren. Micha 6:6 en 7.

Als de Heere de ziel heeft geraakt is het eerste geluid dat zij geeft: Wat zal ik doen? Doen zegt het geweten. Verlaat uw zonden, doe zoveel mogelijk goed, stel al uw krachten in het werk, hoor en spreek met anderen, God neemt de goede begeerte aan en eist van niemand meer, dan te doen wat hij kan, en zo werkt de ziel tegen haar zonde in en worstelt met haar zonden in de hoop dat het eens beter zal worden en hierin rust zij.

Zo is de ziel ongeschikt voor Christus, want wie om zichzelf te behouden op andere dingen vertrouwt en rust in wettische plichten zonder Christus, kan nooit door Hem behouden worden. In Rom. 9:32, 33 staat dat de Joden Christus gerechtigheid verloren omdat zij die niet zochten door het geloof maar hun eigengerechtigheid oprichten.

Wie met de wet is gehuwd, kan niet met Christus worden verenigd. Daarom is het nodig met Paulus te leren: Ik ben door de Wet der Wet gestorven, opdat ik Gode leven zal. Gal. 2:19.

De Heere moet de ziel afbrengen van het rusten op en vertrouwen in de plichten. Menigeen blijft langer onder de verschrikkingen van het geweten liggen, hetzij omdat zij rust in de plichten, en zijn vertrouwen daarop niet verwerpt, en zich in ootmoed voor God nederlegt, om met hem te doen wat Hij wil.

Door welke middelen werkt God deze noodzakelijke verootmoediging?

Shepard benadrukt, dat dit door de Geest van Christus geschiedt. De Geest van Christus snijdt het zondige gedrag in al de uitverkorenen af om door werken zalig te worden. Hij houwt die hoogmoed des geestes uit. Door de Wet sterf ik aan de Wet.

De ziel wordt ontdekt aan de verborgen verdorvenheid in iedere plicht. De ziel weet dat zij om de minste zonde verloren moet gaan, en nu ziet zij, dat in al hetgeen zij doet voor God, zij niet anders doen kan dan zonde.

Zo ziet de ziel dat al haar gerechtigheid is als een wegwerpelijk kleed en besmet met zonden. Ziende de onein-dige heiligheid Gods door de bijzondere geestelijkheid der wet begint zij uit te roepen: hoe kan ik voor Hem bestaan of verschijnen met zulke voortdurende besmettingen?

De Heere roert de mesthoop om en om van ons verdorven hart. Als het gebod gekomen is zegt Paulus is de zonde levend geworden. Rom. 7:9, 10, 11. Zo stierf hij aan alle zelfvertrouwen. Als de wet en de wil van de mens elkaar ontmoeten, de een heilig rechtigheid en goed, de ander verdorven, veroorzaakt dit een harte tegenstand, als de ziel onder de levende bewerking van de wet is. Zo laat God de uitverkorenen gevoelen welke goddeloze harten zij hebben. God laat alle bloemen verwelken zegt Shepard die ons buiten Christus hebben verkwikt. Zo komt de ziel tot een heilige wanhoop aan zichzelf. Zij ervaart hoe belast en vermoeid zij is door al haar wettisch werken en vertrouwen op haar eigengerechtigheid. Want zondig is en blijft zij, zijn hart, zijn natuur ondanks al haar doen en laten. En zo leert zij over al haar beste werken, die met zonde bevlekt zijn uitroepen: Nu zie ik, welk een gruwelijk en rampzalig monster ik ben, ik kan niets voor God noch voor mijzelf doen. Te zondigen en mijn eigen verderf te bevorderen, daartoe ben ik bekwaam. Al wat ik ben deugt niet en al wat ik doe deugt niet, nu zie ik, dat ik waarlijk ellendig, arm, blind, jammerlijk en naakt ben. Hier blijft geen hoop meer over om de breuk tussen God en de ziel te helen, zo bezwijkt zij waarlijk en dit acht ik de ware betekenis te zijn zegt Shepard van Matth. 11:28 Gij die vermoeid zijt, dat is, gij die uzelf in uw eigen weg afslooft en rust voor uw’ ziel zoekt door uw eigen werken en zure arbeid, gelijk de woorden betekenen en u daarin vermoeit en nochtans beladen blijft met zonden, terwijl gij daaronder gebukt gaat, geen rust vindende in al wat u doet: Komt herwaarts tot Mij zegt Christus, en dan zult gij rust vinden voor uw ziel.

Als echter de Geest van Christus de gerechtigheid van God in de wet opheldert voor de ziel, bestaat het gevaar dat zij zich van Christus verwijdert en vreesachtig wordt, dat er geen genade voor haar zal wezen, want zo er gedachten des vredes over haar waren zou zij toch reeds vrede hebben gevonden daar zij zo ernstig en dikwijls de Heere heeft gezocht.

Nu ontdekt de Geest hoe rechtvaardig de Heere zou wezen als Hij nooit meer naar haar omzag, omdat zij gezondigd heeft en nog zo nodig is, zo valt zij voor God in het stof, niets anders waardig zijnde dan schande en verderf, zo kust zij de roede. Als de Heere nochtans genadig zal zijn, dan zal dit voor haar het grootste wonder zijn.

Nu is de ziel waarlijk verootmoedigd, omdat zij zich eraan onderwerpt door God behandeld te worden naardat het Hem behaagt. Klaagl. 3:29 en 39. Paulus schrijft aan de gemeente van Corinthe: Broeders indien wij onszelf veroordelen, zo zullen wij door de Heere niet veroordeeld worden. 1 Cor. 11:32.

Shepard wijst ook op Micha 7:9: Ik zal des Heeren gramschap dragen, want ik heb tegen Hem gezondigd.

God is rechtvaardig, Hij doe met mij wat goed is in Zijn ogen. En dus doodt de Heere Jezus Christus door Zijn Geest de ziel door de Wet aan de Wet, totdat zij gemaakt is tot leem in de hand van de grote Pottenbakker, om haar een vat te maken, tot zodanig gebruik als Hem behaagt. En zo scheidt de ziel van haar eerste man de wet, opdat zij met Christus door het geloof getrouwd wordt.

Welke mate van vernedering is dus nodig?

Shepard zegt dat zoveel overtuiging van zonde, schuld en ellende nodig is, dat het verbrijzeling werkt, en zoveel verbrijzeling is nodig, dat het verootmoediging werkt. En deze verootmoediging leidt tot het komen tot Christus, want zoveel verootmoediging is nodig dat de ziel doet komen tot Christus en rust zoekt in Christus, en niet meer.

De nederigen geeft Hij genade, Jac. 4:6, en zie ook Lev. 26:41, 43. Wanneer het onbesneden hart gebogen wordt, dat het aan de straf zijner ongerechtigheid een welgevallen heeft, dan wil de Heere gedenken aan Zijn Verbond.

Shepard wijst er in dit verband op, dat wij een ziel in zijn bangheid niet allereerst moeten vertroosten met Gods genade en de rijkdom van Zijn liefde. U doet haar temeer smart aan, omdat de ziel dit voor haar te groot vindt en meent er geen deel aan te hebben en naar haar oordeel nooit deel aan zal hebben.

Zeg haar liever, als zij vol klachten is omtrent haar snoodheid en zondigheid, dat zij het zich waardig heeft gemaakt nooit door God aangenomen te worden en dat zij zich moet verwonderen dat zij nog niet in de hel is en wendt zo al haar klachten tot verootmoediging aan, en gij zult waarlijk zien, zo de Heere het goede met hen voorheeft, dat Hij hun hierdoor het goede zal toebrengen.

Wilt gij ongemakkelijk, stuurs, moedeloos en wrevelig zijn als de Heere niet afdaalt tot uw begeerten? Neen, neen, gij moet en zult voor Zijn drempel liggen; ja Hij zal u den nek op het blok doen leggen, als één die niet anders verdient, dan dat hij afgeslagen wordt.

(wordt vervolgd)

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 22 april 1993

Bewaar het pand | 14 Pagina's

De Gezonde Gelovige (9)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 22 april 1993

Bewaar het pand | 14 Pagina's