Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Voor de jeugd

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voor de jeugd

De Samaritaanse vrouw (15)

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

“De vrouw zeide tot Hem: “Heere, ik zie, dat Gij een profeet zijt”

Beste jongelui,

De Samaritaanse vrouw was door de Heere Jezus ontdekt. Daar was maar een enkel woord voor nodig. Wij denken soms dat daar een hele preek voor nodig is. Ja, soms meer dan een preek. Nu is het waar dat het ontdekkende werk een doorgaande zaak is. Dat wil zeggen: Een mens moet steeds weer en steeds meer ontdekt worden. Om zichzelf door en door te leren kennen, daar is een heel leven voor nodig. En dan is het nog de vraag of men zichzelf tot op de bodem van z’n bestaan heeft leren kennen. Ieder, die met het ware ontdekkende werk van Gods Geest te maken heeft gekregen, komt er achter dat hij een “ondoorgrondelijk” bestaan heeft. Er komen steeds weer nieuwe dingen voor de dag. Waar men eerder geen erg in had, komt zo van lieverlede boven water. Men gaat dan de zonde zien als “zonden zonder tal, en zonden overal”.

Doch om te beginnen is er maar een enkel woord voor nodig. Zo hier bij die Samaritaanse. De Heere had tot haar gezegd: Gij hebt met waarheid gesproken, dat de man, waar je nu mee samenleeft, je man niet is. Je bent er niet wettig mee getrouwd. Dat dit steeds meer voorkomende zaken zijn, daar hebben we de vorige keer al op gewezen. Het lijkt mij niet overbodig daar nog even aan te herinneren. Want het zijn geen zaken, die alleen buiten de kerken voorkomen. Want het komt ook in de kerken voor. Men gaat het dan eerst eens “proberen”, of men wel bij elkander past, om dan later met elkander nog te gaan trouwen, als b.v. de geboorte van een kind zich begint aan te dienen. Dat men dan buiten de weg van het huwelijk te ver gegaan is, daar behoeven, dacht ik, niet veel woorden aan te worden besteed. Ik vertelde eens op catechisatie aan een groep grotere meisjes het volgende: Als jullie zouden mogen kiezen tussen een nieuwe auto en een tweedehandse, welke zou je dan kiezen? Het antwoord luidde eenparig: Een nieuwe natuurlijk! Mijn antwoord was toen: Dan moeten jullie zorgen dat je geen tweedehandse wordt. Ze begonnen allemaal zodanig te reageren, dat men heel goed begreep wat ik bedoelde. En ik denk dat mijn lezers het ook wel zullen begrijpen.

Ik weet dat er in deze tijd heel veel vragen zijn. Een mens blijft een mens. Toch dienen we hier niet te vragen, naar wat mensen voorschrijven, doch wat wil de Heere. Hij zegt duidelijk: Het is niet goed dat de mens alleen zij. En ook: Het is beter te trouwen dan te branden. Namelijk van begeerlijkheid. Ik herinner mij ook nog, het is al jaren geleden, dat er voorlichtingsdagen gegeven werden aan recruten, dat zijn jongens die op moesten komen om hun militaire dienstplicht te vervullen. Je werd dan voorgelicht door een legerpredikant, die iets over zijn werk vertelde. Ook door een officier, die je probeerde duidelijk te maken wat er als militair van je werd verwacht. Tenslotte kwam er ook nog een arts aan het woord, die dan vooral waarschuwde tegen de publieke vrouwen, die voor jonge mensen zich zeer aantrekkelijk kunnen voordoen, ze in verleiding brengen, met alle ellendige gevolgen van dien. Aan het eind mochten er dan schriftelijke vragen worden gesteld op sexueel gebied. Er was toen een jongen, die vroeg: als je met je meisje staat te vrijen en je kunt je niet meer houden, wat moet je dan doen? Het antwoord dat hem gegeven werd, vergeet ik nooit, en daarom wil ik het maar doorgeven. Mogelijk dat deze of gene er mee gediend is. De arts, die begrip toonde, zeide: Als het zo is dat je je niet meer houden kunt, dan moet je zeggen: “Ik houd zoveel van je, dat ik gauw naar huis ga”. Liefde zoekt niet te beschadigen, maar te behouden. Dat is ook te bewaren voor allerlei ellende die een “verplicht huwelijk” met zich meebrengt. “Veilig vrijen”, is een reclame-woord geworden. Wat daar mee bedoeld wordt, behoeft echt niet te worden gevraagd. Want de nodige voorbehoedsmiddelen zijn al via de automaat te verkrijgen. Doch wie er gebruik van maakt, gaat wel geschonden door het leven. Een biddend leven is ten deze het beste leven. Te bidden namelijk om bewaard te blijven voor de genegenheid en gelegenheid. Dat zijn twee zaken, die, als ze samengaan, het een mens, die nog eerlijk zoekt te leven, het heel moeilijk kunnen maken. Ik kom ten deze misschien wel wat ouderwets over. Doch liever ouderwets, dan de deur open te zetten, waardoor zo velen een leven vol ellende tegemoet gaan. Verder genoeg hierover.

De vrouw was met een enkel woord ontdekt. Dat geeft zij duidelijk te kennen door het antwoord dat zij aan Jezus geeft: “Heere, ik zie, dat Gij een profeet zijt”. Er zijn mensen, schriftverklaarders, die denken dat de vrouw door dit antwoord, haar Gespreksgenoot, op een zijspoor wil brengen. Het lijkt er wel op. Want op de zaak zelf, die Jezus haar had aangewezen, gaat zij niet in. Althans, zo lijkt het. Doch de werkelijkheid is anders. Zij gaat niet weg. Zij wordt ook niet kwaad, zoals te verwachten zou kunnen zijn, zo in de zin van: Wat heb jij met mijn leven te maken, ik zal toch zelf wel uitmaken, hoe ik leven wil. Waar bemoei je je eigenlijk mee, ik wil je groeten. Op deze wijze had zij zich hooghartig van “Jezus”, Die zij als zodanig nog niet kende, af kunnen maken. Hoevelen zijn er niet, die het zo doen, als ze op hun zonden worden gewezen. Zonden zijn in het oog van de massa geen zonde meer. Zonde is bij velen een “vies” woord. Daar moet je niet over praten. Dat moet de wereld uit.

Ik geloof dat het bij die vrouw veeleer zo geweest is, namelijk dat het ontdekkende woord van de Heere Jezus, gepaard ging met een wonder. Zijn naam is Wonderlijk. Zijn doen is ook wonderlijk. Want zonder dat die vrouw het nog onder woorden kon brengen, was het toch bij haar gebeurd. Mogelijk vragen jullie: Wat is dat voor een wonder geweest? Heel eenvoudig. Haar ogen waren geopend. Zij “ziet” dat Hij een Profeet is. Dat had zij eerder niet gezien. Eerder zag zij in Hem niets anders dan een verachte Jood. Nu ziet zij in Hem een Profeet! Zij zag dit hier aan, dat Hij in beginsel Zijn profetisch werk aan haar verheerlijkte. Wat is eigenlijk het werk van de profeten? Zij moesten voor alle dingen, de zonden bekend maken. Zij mochten het volk niet sparen. Denk maar aan de oud-testamentisch profeten, die spraken door de Geest van Christus. Het was hun speciale opdracht, het volk hun zonden bekend te maken. En de ware profeten deden dat ook. Zij legden de wonden bloot. Het waren geen zachte medicijnmeesters. Die waren er wel. Valse profeten! Die spraken tot het volk zachte dingen. Het volk hoorde dat gaarne. Wij zeggen wel eens: De wereld wil bedrogen zijn. Een kerkmens wil dat ook. Vergis je niet. Men spreekt dan van “Vrede, vrede, en geen gevaar”. Alles is in orde. Als je maar een beetje godsdienstig bent, dan is het wel in orde. Als je niet al te grof leeft, behoef je je geen zorg te maken. Het komt wel goed. Je gelooft toch niet dat al die mensen verloren gaan. Enz. Zo werd er gesproken door velen in het Oude Testament, en ook in de dagen van Jezus. En dat geslacht van de valse profeten (leraars, dominees) is nog niet uitgestorven. Men is dan in de ogen van veel mensen “getapt”. Onze dominee, zo zegt men dan, neemt het niet zo nauw. En ik geloof ook niet dat je het zo nauw moet nemen. Duizenden laten zich bedriegen. De gewetens worden gesust. En men maakt rustig de reis naar de eeuwigheid, terwijl men zich aan het eind voor eeuwig bedrogen zal zien uitkomen. Van ellende wil men niet horen. Doch als men geen ellende kent, hoe zal men ooit begeren “verlost” te worden? Die gezond zijn hebben de medicijnmeester niet van node, maar die ziek zijn. Nu weet ik natuurlijk ook wel, dat er mensen zijn, die dit voor 100% onderschrijven. Zij vervallen in een ander uiterste. Zij zijn “dood”, en zij blijven daar rustig onder. Terwijl men van de beleving, dat men “dood” is, in het minst niets weet. Men leeft even rustig, als degenen die zogenaamd “vals” gerust zijn. Die door Gods Geest worden bearbeid, worden heilig onrustig gemaakt. Zij gaan het leven zoeken buiten zichzelf.

Doch ik moet weer gaan eindigen, in de hoop, ook dit artikel niet voor niets geschreven te hebben.

Tussen haakjes: Heb jij al een abonnee opgegeven voor Bewaar het Pand? Zo niet, doe het dan haastig. Een kado van een waardevol blad voor slechts ƒ 10,-, dat is toch niet te veel?

Jullie aller vriend

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 6 mei 1993

Bewaar het pand | 10 Pagina's

Voor de jeugd

Bekijk de hele uitgave van donderdag 6 mei 1993

Bewaar het pand | 10 Pagina's