Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Welk kleed draagt u??

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Welk kleed draagt u??

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

“En de HEERE God maakte voor Adam en zijn vrouw rokken van vellen, en toog ze hun aan”

Kleren winkels, modezaken zijn er in elke plaats. Ze hebben niet te klagen over belangstelling. Druk wordt van de paskamers met de spiegels gebruik gemaakt. Zelfs de kinderen zijn verblijd als ze weer wat nieuws hebben. Maar wie is er die huiswaarts kerend in zijn hart zegt: dank u Heere, ik kreeg het van u? Misschien kunnen we dat ook niet zeggen, omdat wat in de tas zit slechts onze ijdelheid en pronkzucht moet dienen of zelfs de hartstocht bij anderen moet opwekken. Inderdaad - dan zou ons danken als een vloek zijn, ongepast en ongerijmd.

Toch werd het eens heel duidelijk van wie we ons kleed kregen. Dat was in een verloren paradijs. O ik weet dat er hier vragen genoeg zijn. Heeft de Heere Zelf dieren geslacht? Of heeft Hij Adam daartoe de opdracht gegeven? Was hier sprake van de eerste bloedstorting, het eerste offer? Moest de gevallen en door de ongehoorzaamheid het leven verbeurd hebbende Adam gekleed gaan in de huid van een dier dat zijn leven, zijn bloed had gegeven?

Deze vraag is er ook nog: wie heeft de huiden van de dieren tot een kleed voor de mens gemaakt? Heeft de Heere dat Zelf gedaan of lag alleen het initiatief bij Hem? Nog een vraag is er. Adam en Eva hadden zich schorten gemaakt van vijgeboombladeren. Werd dat zelfgemaakte kleed door de Heere als ondeugdelijk bevonden en daarom afgekeurd? Moest de gevallen mens bekleed worden met de huid van een geslacht dier?

Al die vragen laten we liggen, ’t Voornaamste is hier dat de Heere zelf het kleed geeft. Het ontroert ons als we lezen: “en toog ze hun aan”. De hoge en majesteitelijke God geeft een kleed en trekt Zelf Adam en Eva dat kleed aan. God kan terecht als Rechter komen en het bloed van beide opeisen, maar o wonder - Hij komt als Vader, Hij omringt met Vaderlijke zorg, Hij geeft een kleed en Hij bekleedt daarmee.

Het waartoe is duidelijk. Het moest dienen ter bescherming tegen koude en hitte. Echter - er is meer. Als rechtstreeks gevolg van de ongehoorzaamheid was gekomen het schaamtegevoel. Adam en Eva schaamden zich voor elkaar. Het schaamrood steeg ze naar de wangen. God in Zijn grote goedheid gaf het kleed. Om de doorwerking van de zonde tegen te gaan. Om de wellusten te temperen. Om de mens ervoor te bewaren dat hij worden dierlijk.

Hoe dat kon? Wel - aan de tekst gaat vooraf de moederbelofte. De kerstklokken zijn gaan luiden. Jezus Christus zou komen. De rechtsgrond ook voor algemene genade zou Hij leggen. Christus zonder kleed aan het kruis. Soldaten dobbelend om Zijn kleed aan de voet van het kruis. O wat een schande voor Hem, de Zoon des mensen. In welke diepte is Hij gekomen!

Hier moeten we zeggen: wat is ons kleed duur gekocht! Tast nu eens naar uw kleed en zeg het: Heere Jezus, daarvoor hebt u zonder kleed aan het kruis moeten hangen. Het kleed dat ik heb is genadekleed, en alles wat ik in de kleerkast heb hangen, ’t is door u verworven. Mijn kleren komen mij niet rechtens toe, maar God heeft het mij om Christus’ wil in Zijn genade toegeworpen. Zo is het Schriftuurlijk, naar Gods Woord. En dit is bepalend voor onze keus. ’t Kan en ’t mag niet anders. En ’t zou nu kunnen zijn dat we opruiming in de klerenkast moeten houden. Want wat de zonde dient daarvan kunnen we nooit zeggen: ’k Heb het van de Heere gekregen. Zo is het toch?

Er is meer. Al hebben wij kleding van de Heere ontvangen, we blijven voor God naakte zondaars. Mensen kunnen van onze kleren zeggen: het staat je goed. Maar voor God blijft er de schande van onze naaktheid. God kijkt door alle kleding heen en ziet onze verdorvenheid. Gaan wij dat ook zien? Kunnen we dat voor God niet meer bedekken? Is er in ons leven het ontdekkende werk van de Heilige Geest? Weet u - dan komt er plaats voor bijzondere genade, voor de klederen des heils, de mantel der gerechtigheid door Christus verworven. Ja -het Lam moest geslacht worden, het kon niet anders. Dat leert een ieder die in de spiegel der wet leert blikken, en al zijn misvormdheid leert zien. Dan scheuren de zelfgemaakte kleren. Dan kan ik niet meer voor God bestaan. Maar hoor: er is een gewaad des lofs voor een benauwde geest. Jezus Christus zegt: Ik raad u dat gij van Mij koopt witte klederen. In de winkel zeggen ze: het past u goed en het staat u goed. Bekleed met de witte klederen dan zegt God: Ik zie geen zonde meer in u, u bent weer goed zoals in het paradijs, weer Mijn beeld. Hier is het grootste wonder. Hier is Goddelijke ontferming en genade. En hoe zwarter u uzelf leert kennen des te meer begerenswaard wordt de mantel der gerechtigheid en de klederen des heils van Jezus Christus, waarmee de Heere bekleedt.

Straks geleid in klederen rijkgestikt tot mijne Koning, in het Koninklijke hof. Wat een uitzicht voor een ieder die hier bekleed is geworden met het genadekleed verworven door de ontklede Christus aan het kruis op Golgotha, aan het vloekhout.

Welk kleed draagt u? Het zondekleed of het genadekleed?

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 8 juli 1993

Bewaar het pand | 8 Pagina's

Welk kleed draagt u??

Bekijk de hele uitgave van donderdag 8 juli 1993

Bewaar het pand | 8 Pagina's