Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Alles verdragen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Alles verdragen

Toespraak Panddag 1994, Sliedrecht

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

“Daarom verdraag ik alles om de uitverkorenen, opdat ook zij de zaligheid zouden verkrijgen, die in Christus Jezus is, met eeuwige heerlijkheid” (2 Timotheüs 2:10)

Alles verdragen...! ’t Lijkt wel in de lijn van onze tijd. We moeten ieder, wie die is en hoe die ook leeft, verdragen. Ook al leeft zo iemand in de zonde. Verdraagzaamheid is “in”. Er is immers, zo kunnen we horen, geen vaststaande waarheid. Er zijn geen zekere normen en waarden. We moeten elkaar ontzien in leer en leven. Tot op het brede erf van de kerk wordt die roep gehoord.

De man, die het vanmorgen heeft over het alles-verdragen zou tegen zo’n verdraagzaamheid een krachtig “nee” zeggen. Paulus, de geroepen apostel, is hier aan het woord. Als er ooit één gedeelte geweest is, waarin hij ingaat tegen de zonde, tegen de dwaalleer, tegen de gevaren van de laatste dagen, dan is het in de brieven aan Timotheüs. De toon is vaak vermanend en waarschuwend. Hij wekt Timotheüs op tot strijd tegen alles wat afwijkt van het rechte Evangelie.

’t Gaat hier om een heel andere verdraagzaamheid, die spreekt temidden van de moeilijke omstandigheden voor hem en voor de Kerk des Heeren in die tijd. Ik meen te mogen zeggen,dat er vermaning en onderwijs, ook bemoediging, in ligt voor de Kerk van vandaag. Paulus heeft niet alleen voor zichzelf over deze zaak gesproken. Hoe apart zijn omstandigheden ook zijn, het Woord van deze morgen raakt óns. Juist vandaag is het nodig, dat verstaan en beleefd wordt, waarom het hier gaat: het verdragen bij de tegenheden van de Kerk des Heeren terwille van de wezenlijke bouw van die Kerk.

Wat het betekent

Wat dit verdragen inhoudt, kunnen we zien als we letten op de situatie van de grote kruisgezant. Hij bevindt zich bij het schrijven van deze brief in de gevangenis te Rome. Dat valt vast niet mee. De vrijheid kwijt te zijn, in de banden te moeten verkeren! Daarbij is het duidelijk voor de apostel dat het einde van zijn leven dichtbij is. Zóver is het proces tegen hem gevorderd. De schaduwen van de dood vallen over zijn leven. Daar blijft zelfs het liefste kind van God niet onbewogen onder. Toch, hij mag door genade het leed daarin verdragen. Hij weet dat het is naar de raad van God. Nog meer hij mag door een waar geloof óver het sterven heenzien naar de zalige heerlijkheid.

Denk het nu niet, dat daarin de betekenis van dit woord verdragen uitge-put is. Dat woord wil in zijn omstandigheden zeggen: hij mag het er onder uit houden, volharden. Het gaat in zijn gevangenschap maar niet om een algemeen lijden. Hij lijdt daarin verdrukking ter wille van het Evangelie. Hij wordt als een kwaaddoener aangemerkt. Hij ondervindt daarin een diepe smaad als een getuige van zijn Koning, hoezeer het anderzijds ook een eer is. En nu brengt hem dat lijden, die smaad niet tot moedeloosheid, nee hij verdraagt die dingen. Hij mag door genade volharden, het hopend van de Heere verwachten.

Dat komt niet uit hemzelf. In zichzelf is Paulus niet anders dan wie dan ook. Dan zou hij het opgeven of zonder verwachting temeer zitten. Maar hij kent de levensgemeenschap met de Christus. In zijn verdrukking worden de overblijfselen van de verdrukking van Christus uitgewerkt, zoals deze apostel schrijft in de Colossen-zenbrief. Er is een eenheid op grond van de gerechtigheid van Christus tussen Christus en de Zijnen, gewerkt door de Heilige Geest. De slagen op de stam van de wijnstok gaan door tot in de ranken. Zo lijdt de apostel verdrukkingen. Maar nu houdt hij het uit, volhardt door de gemeenschap des levens uit Christus. Uit Hem verkrijgt hij kracht om het uit te houden en uit te zien naar de Heere.

Waarom hij verdraagt

De apostel gewaagt van een bijzonder doel, waarom hij alles verdraagt. Hij is daarbij niet gericht op zijn eigen naam, zijn eigen eer. Het gaat hem er niet om dat ze van hem zeggen: wat een apostel is Paulus toch! Hij acht, zegt Calvijn, de opbouwing van de Kerk zoveel meer dan zichzelf. Hij begeert door al de omstandigheden de zaligheid van die Kerk te bevorderen. Hij verdraagt alles om de uitverkorenen, opdat ook zij de zaligheid zouden verkrijgen, die in Christus Jezus is, met eeuwige heerlijkheid.

De zaligheid van de uitverkorenen is voor hem zo’n groot goed. Zelf deelt hij daarin, zal hij die binnen niet al te lange tijd in volkomenheid verkrijgen. In levende hoop verwacht hij die. Maar dan kan hij niet bij zichzelf blijven, hij gaat uit naar ál de uitverkorenen, dat zij de zaligheid mogen verkrijgen.

Hoe rijk wordt het hier omschreven. Allereerst: de uitverkorenen verkrijgen de zaligheid. Dat heeft hier een positieve inhoud. Hij weet dat hem barmhartigheid geschied is die tevoren een godslasteraar was en een vervolger en een verdrukker. Het kwam voort uit Gods verkiezende genade. Die barmhartigheid heeft hij verkondigd en mag hij nog verkondigen. Er zijn er meer dan hij, die de zaligheid verkrijgen. In Gods verkiezend welbehagen ligt de ruime mogelijkheid. En dan spreekt hij hier van de zaligheid, die in Christus Jezus is. Christus is de Verwerver van de zaligheid. Hij bezit die zaligheid rechtens om die te schenken aan arme zondaren door de Heilige Geest. Zij verkrijgen het uit Hem. In Hem ligt de zaligheid gewaarborgd.

Tenslotte eindigt de apostel niet voor niets met deze woorden: met eeuwige heerlijkheid. Dat is de zaligheid! Gode te leven. God te verheerlijken. Daar zal de genieting zijn van het hemelse leven. Dan delen Gods kinderen ten volle in het heil, dat Christus verworven heeft. Dan zijn ze verlost van alle ellenden in dit leven. Dan zullen ze nooit meer zondigen. Dan zal bovenal het wonder van Gods werk eeuwig geprezen worden. God grootgemaakt in Zijn welbehagen in Christus.

O, daarom verdraagt hij in de moeiten, in de verdrukkingen, in de tegenheden, in alles wat hem doet sterven naar het vlees. Hij wenst gebruikt te worden voor de toebrenging, voor de volle zaligheid van de uitverkorenen. Ja, hij weet dat de Heere hem als apostel daarvoor wil en zal gebruiken. En dan gaat het hem niet alleen om hen, die al toegebracht zijn en nog midden in de strijd zijn, maar ook om hen die nog toegebracht zullen worden. Hij weet niet hoeveel of dat er zijn en wie het zijn. Dat ligt in Gods Raad. Maar hij wordt gedreven door het diepe besef daartoe van Gods wege geroepen te zijn: te dienen tot hun zaligheid.

Denkt de apostel dat hij het kan doen? Of dat hij het met zijn lijden verdienen zal? Nee, God brengt alleen maar toe door Zijn eigen werk. Er is er maar Eén, Die de zaligheid van de Zijnen heeft verdiend. Maar het lijden dat hem om Christus wil overkomt, zal niet onvruchtbaar blijven. Daar ziet hij op om dienstbaar te zijn voor Gods Kerk.

Gods zaak gaat door!

We vragen ons misschien af: dat doel is goed en rijk, dat de apostel daardoor gedreven wordt, maar toch., zegt de apostel niet te veel? Ziet hij niet hoe alles er op uit is, dat er van Gods zaak niets terecht komt? Hij in de gevangenis en de Kerk des Heeren bedreigd door de verdrukking!

Vergeet het niet dat Paulus eigenlijk al begint met een reden te noemen, waarom hij volharden mag en de hoop mag hebben dat God hem gebruikt terwille van de uitverkorenen. Het begin van dit Woord verklaart het. Daarom verdraag ik alles.. “Daarom”, dat wijst terug naar wat hij getuigd heeft in het voorgaande vers namelijk dat het Woord Gods ongebonden is.

Hij zit opgesloten. Zijn handen zijn gebonden. Maar het Woord Gods hebben de vijanden niet kunnen binden. De prediking van dat Woord gaat door. Het Evangelie houdt zijn loop. Het Woord Gods gaat door zelfs tot in de gevangenis. Het Woord Gods gaat door in de brieven die geïnspireerd zijn door Gods Geest. Ja, ’t gaat uiteindelijk niet om de mogelijkheden die de apostel heeft als middel. Het gaat er om, dat God Zélf achter Zijn Woord staat. Dat Woord gebruikt God naar Zijn eeuwige Raad om te roepen uit de duisternis tot Zijn wonderbaar licht. Om dat licht te doen opgaan in Christus. Dat Woord spreekt van die Christus, waarvan hij zo bijzonder getuigd heeft dat hij de opgewekte Christus is, Die als Overwinnaar uit het graf en de dood te voorschijn is gekomen. Ziet om dat ongebonden Woord is er verwachting en mag Paulus de moeite verdragen, alle ding. De Heere Zelf gaat door met Zijn zaak en weet daartoe het lijden van de apostel te gebruiken. Geen duivel kan dat tegenhouden. Geen ding wist dat uit. Zelfs zullen de moeiten er nog meer toe dienen.

Beschamend en bemoedigend

Is het niet diep beschamend? Hoe weinig komt dat “verdragen” uit in de kerk van onze tijd! We klagen er wel over dat de kerk aan de rand van de samenleving terecht gekomen is, ja dat we meer en meer in de hoek terecht komen van de verachting. Die klachten zijn niet ten onrechte. Het is ook de roeping van de Kerk om het Woord Gods te verkondigen en te roepen om erkenning van de Heere en Zijn dienst. Maar de vraag moet gesteld: lijden we er werkelijk onder? Wordt het verstaan dat het niet om onze eer en onze naam gaat maar om de wezenlijke opbouw van de Kerk des Heeren? We hebben er zo vaak genoeg aan als we mogen in stand blijven en het uiterlijk nog goed gaat. Het zijn in deze tijd geen onbelangrij-ke dingen. Echter, als het dat alléén is en we rusten er in, moet het ons verontrusten, dat we zo weinig de geestelijke gerichtheid kennen van de apostel Paulus.

Kennen wij persoonlijk de kracht van het Woord Gods in ons leven? Is het voor ons geen vreemde taal, als de apostel hier spreekt van het verkrijgen der zaligheid, die is in Christus Jezus? Dan hebben we onszelf leren kennen in het licht van Gods heiligheid. Dan zijn er uitgangen geboren naar God en Zijn gemeenschap. Dan wordt de levende hoop gekend op het heil in Christus. Die hoop wordt geoefend vaak door allerlei druk en strijd heen. Die hoop is verbonden met de verdraagzaamheid, waarvan hier gesproken wordt. Door een stervend leven heen verwacht die hoop het van de Heere. Voor eigen leven maar ook voor de Kerk des Heeren.

Dan is er bemoediging onder de druk, in alle benauwde omstandigheden. Paulus heeft niet tevergeefs verdragen! Om Hem, Die het kruis heeft verdragen en de schande veracht, wordt het vervuld waar hij naar uitgaat, dat de Kerk de volle zaligheid krijgt. “Dit is een getrouw woord: want indien we met Hem gestorven zijn, zo zullen we ook met Hem leven. Indien wij verdragen, we zullen ook met Hem heersen.” Dat is ten volle deelhebben aan het leven in volmaaktheid. Ook delen in de heerlijkheid van Hem, Die de zaligheid verworven heeft.

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 april 1994

Bewaar het pand | 10 Pagina's

Alles verdragen

Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 april 1994

Bewaar het pand | 10 Pagina's