Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Bevestiging en intrede Ds. P. Roos te Damwoude

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Bevestiging en intrede Ds. P. Roos te Damwoude

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Aan het verzoek om voor ons blad een impressie te geven van de overkomst van Ds. R Roos naar de kerk van Damwoude wil ik graag voldoen.

Het is ’s middags 3 uur op donderdag 13 april 1995, als zich een grote schare in het kerkgebouw heeft neergezet om getuige te zijn van de bevestiging van de nieuwe predikant van Damwoude. Onder de aanwezigen velen die van verre kwamen, met name vanuit Utrecht en diverse andere plaatsen waar Ds. Roos als consulent aan verbonden is geweest.

Ds. R. van Beek zal de nieuwe herder en leraar in zijn dienstwerk alhier inleiden. Hij heeft daartoe gekozen de geschiedenis van Filippus en de kamerling, die we opgetekend vinden in Handelingen 8.

Deze kamerling was niet de eerste de beste, maar een persoon van groot aanzien, wel te vergelijken met een minister. Met zijn wagen, vanzelfsprekend een soort limousine, reist hij vanuit donker Afrika naar Israel. Dat gegeven trekt reeds de aandacht. Te meer als we vernemen dat hij niet de stad Jeruzalem gaat bezoeken om er vakantie te houden, maar om er te aanbidden. Er is een werk van God in zijn leven. Een heiden die God, Israels God, de levende God, zoekt. Een Godzoeker. Die mensen zijn er niet zo heel veel. Die hun vervulling niet meer kunnen vinden in hetgeen de wereld biedt. Zitten die er hier ook in ons midden?

En nu lezen we dat hij de vervulling van zijn verlangen in de stad Jeruzalem komt zoeken. Dit wijst er op dat het door middel van de omgang met Joodse mensen tot een omzetting is gekomen in zijn leven. Overal waren de synagogen door de wereld verspreid, waar de waarheids Gods werd verkondigd vanuit Wet en profeten. Zo ligt het voor de hand dat hij op de gedachte komt de Heere te zoeken in Jeruzalem. Denk er wel aan dat hier kort tevoren Christus is gekruisigd! Zou daar dan God de Heere wonen en Zich laten vinden? Dat schijnt wel niet mogelijk. En toch! Hij heeft er een boek gekocht en reist weer naar huis. Het is de rol van Jesaja. Die vol is van de Christus.

Hardop lezende gaat het op huis aan. Niet langs de grote verkeersweg, maar langs een stil pad. Niet te hard rijden.

Daar staat een lifter. Ga daarheen, naar die weg, zo was tot Filippus gezegd. En als de wagen dichterbij komt, hoort hij duidelijk de stem van de Geest: Ga, voeg u bij deze wagen. Zo heeft de dienaar de stem te volgen en te gaan waarheen zijn Zender hem wijst. Daar heeft een predikant die beroepen wordt naar te vragen, welke de weg des Heeren is.

In die voorname koets zit iemand die hardop leest. Filippus kan het nu duidelijk horen en hij staat verwonderd die zwarte Afrikaan te horen lezen uit de bijbel. “Hij is gelijk een schaap dat ter slachting wordt geleid. Enz.” En Filippus neemt de vrijmoedigheid: “Mijnheer, verstaat u het wel wat u daar leest?” Hij krijgt ten antwoord dat hij in de wagen plaats mag nemen. Hij heeft iemand nodig die hem uitlegt wat er staat. De kamerling leest maar niet gedachteloos, hij overpeinst het, hij worstelt om het te mogen verstaan. “Zegt de profeet dit van zichzelf, of van iemand anders?” En dan opent de evangelist zijn mond en verkondigt hem Jezus. Zo staat het er. Daar hebt u de inhoud van de prediking en tevens de taak van de verkondiger. Jezus als de Christus der Schriften verkondigen. De heilstijding voor een verloren mens. Want dan kom je bij de verlorenheid van de mens terecht.

Die prediking mag vrucht dragen, zie daar water! Ik behoor te worden gedoopt? Is dat geoorloofd?

En tenslotte lezen we, hij reisde zijn weg met blijdschap. Filippus was weg, maar de kamerling merkt het niet. Dienstknechten zijn niet onmisbaar, het gaat om het Woord dat moet worden gepredikt.

Hierna volgt het bevestigingsformulier, waarna Ds. P. Roos met een “Ja ik, van ganser harte” de vragen beantwoordt.

Voor de genodigden is er gelegenheid tot het nuttigen van brood en koffie in de benedenzaal, waarvan ruim gebruik wordt gemaakt. Een “hulde aan de koster” is zeker wel op z’n plaats! Er is nu tevens gelegenheid tot onderlinge ontmoeting, waarna de klok alweer heel spoedig roept om de kerkzaal weer op te zoeken.

Om 7.00 uur volgt de intrede van Ds. P. Roos in zijn nieuwe gemeente. Hij bepaalt zijn gehoor bij de verkondiging van Johannes de Doper: “Zie, het Lam Gods, dat de zonde der wereld wegneemt” (Joh. 1:29).

Wat is het doel van Zijn komen? De zonde weg te nemen. Ds. Roos zet uiteen dat hier de nood van wereld en mensheid, ja van de kerk, ligt. In de zonde. En dat nu daartoe het Lam is gekomen, het Paaslam van Ex. 12. Hij schetst de betekenis van het Lam aan de hand van de nacht waarin Egypte werd geslagen door de verderfengel. En die gaat nog altijd rond en ook nu komt het aan op het reddend Bloed!

Vervolgens wijst hij er op dat dit Lam een vrije gift is die allen wordt aangeboden. Calvijn aanhalend, zegt hij: “De aanbieding is Gods zaak, de aanneming is onze zaak.” Als hij dit uitwerken gaat, krijgt het werk Gods het volle pond.

Gisteren had Johannes de wet gepredikt en streng ook. Brengt vruchten voort, der bekering waardig. De bijl ligt aan de wortel der bomen. Enz. Maar dat is nu anders. “Des anderen daags”, staat er. Er kwam een andere dag, een nieuwe dag - Zo zullen wij, wil het wel met ons zijn, allen in ons leven een nieuwe dag moeten leren kennen - aldus Ds. Roos.

En hoe dit dan werkelijkheid wordt, dat laat hij vervolgens zien. Hij zag Jezus tot hem komende. In die weg komt het tot de aanneming tot zaligheid. Een wonder, als je het je indenkt, dat als daar een dienaar is die het Woord verkondigt, dat dan juist aan die plek Jezus voorbijgaat. En dat is nu de zaak. Jezus moet Zelf bij ons en tot ons komen, in ons werk, naar onze kansel toe, en alleen als dit plaats vindt, kan Johannes het zeggen: “Zie, het Lam Gods dat de zonde der wereld wegneemt.” Zo is het altijd. Wij zijn van gisteren en weten niet, zei eenmaal die grote Bildad. En als dat niet aanwezig is, dan weten we niets.

Ja, dan hebben we ook nog nodig dat het ons gegeven wordt te zien. Zoals er zo kenmerkend staat: Hij zag Jezus tot hem komen. Je kunt er dicht op staan en toch er blind voor zijn.

En dan luidt de verkondiging: Zie het Lam Gods dat de zonde der wereld wegneemt. Als dat werkelijkheid wordt in al zijn heilvolle betekenis, dan is het een nieuwe dag in ons leven.

Door het zien. Dus niet door dit te doen, dat te proberen, je tot dit of dat op te werken. Door het zien, een bloot zien. Hier haalt hij de oude Ds. Riekel aan, die het zo uitdrukte: Zalig worden, dat gaat zittend in deze stoel en ziende op Hem. Het is de aandachtig luisterende schare duidelijk, dat dit de strekking is van de prediking van Ds. Roos: Het is niets uit ons, maar alles uit Hem. En altijd en steeds opnieuw gaat het in de prediking om deze twee zaken: zonde en genade.

En de gemeente dan? Hoe is die te zien? Antwoord: “Hij staat midden onder u, Dien gij niet kent.” Maar daar zullen toch wel mensen zijn die de Heere kennen? Toch, van nature niet. En juist dat bevoorrechte volk kent Hem vaak nog zo weinig voor eigen besef en is daarom vragende: “Och dat ik Hem kenne en de kracht Zijner opstanding?”

Twee houden het voor gezien. Lopen weg bij Johannes. De ambtelijke praktijk laat het wel zien. Het is erg als mensen weggaan. Maar als ze net als die twee bij Johannes weggaan om tot Jezus te komen en Hem te volgen, dan is het goed. Dan ben je er blij mee. Hij moet wassen, ik moet minder worden.

Er volgen nog toespraken. Als consulent en namens de classis spreekt ondergetekende. Namens de familie Ds. W. Roos. Namens Utrecht-Noord ouderling J. van der Scheur. Namens de gemeente Damwoude voert ouderling P. Loonstra tenslotte het woord.

Er is dankbaarheid dat met de komst van Ds. P. Roos het schriftuurlijk bevindelijke geluid in het noorden versterkt wordt. Er woont ook hier een volk dat dit geluid begeert en waardeert. Zo mag er verder worden gearbeid in de lijn van de predikanten die de gemeente Damwoude voorheen dienden.

En we vertolken wat in veler hart vanavond leeft: Soli deo gloria!

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 april 1995

Bewaar het pand | 10 Pagina's

Bevestiging en intrede Ds. P. Roos te Damwoude

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 april 1995

Bewaar het pand | 10 Pagina's