Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Ook mij! En waartoe?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Ook mij! En waartoe?

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

“Dat Hij, namelijk de Heilige Geest, ook mij gegeven is, opdat Hij mij door een waar geloof Christus en al Zijn weldaden deelachtig make”

Het delen in het heil des Heeren is een wonder. Immers ieder mens, wie hij ook is, is van nature een kind van de toom. Met nadruk wordt het door Paulus gezegd in de brief aan de Efezeërs: “en wij waren van nature kinderen des tooms, gelijk ook de anderen.” Er is geen onderscheid. Nu wordt er door de Heere onderscheid gemaakt, waar geen onderscheid was. Dit mag en kan Hij doen, want het ganse menselijke geslacht is vrij- en moedwillig van Hem afgevallen. In Zondag 4 H.C. staat terecht: “God heeft de mens alzo geschapen, dat hij kon doen, wat de Heere in Zijn wet van hem eist, maar de mens heeft zichzelf en al zijn nakomelingen, door het ingeven des duivels en door moedwillige ongehoorzaamheid, van deze gaven beroofd.” In Christus en door Zijn Middelaarswerk kan de Heilige Geest op aarde werken in mensenharten. De Heilige Geest laat Zich geven. De Vader en de Zoon mogen Hem geven aan een zondaar. Welk een wonder voltrekt zich op aarde. De Drieënige God wil komen tot een zondaar, wil werken en wonen in een zondaar. En dit vindt plaats de eeuwen door. Nimmer neemt dit een einde. In het belijden van de kerk staat: “ook mij gegeven.” Aan anderen en ook aan mij. Die anderen behoren tot de kerk van alle tijden en eeuwen. Men is dus niet alleen. Men staat niet alleen. Misschien kent men een eenzaam leven, staat men in geestelijk opzicht alleen, toch is men niet alleen. Op aarde zijn er, die deze genade ook kennen. Immers, het werk van de Heere is universeel en niet tijdgebonden. Daarnaast staat men niet los van allen, die nu behoren tot de triumferende kerk. Voor de Heere is het één Kerk, met éénzelfde Hoofd, namelijk Christus. Hij leeft ook met allen. Met allen bij Zich boven, maar ook hier op aarde. Hij heeft het ook gezegd: “En ziet, Ik ben met u al de dagen tot de voleinding der wereld.”

De vraag kan gesteld worden en het is te hopen, dat het onze vraag is: “hoe kan men dit nu weten, namelijk het “ook mij gegeven”. Wie wedergeboren is, bezit de Heilige Geest. En dat wedergeboren leven wordt ons getekend in de Heilige Schrift. Een wedergeborene kent het nieuwe leven. Een leven, wat naar de Heere doet vragen. Er ontstaat de droefheid naar de Heere, die een onberouwelijke bekering werkt tot zaligheid. De lust ontstaat om de Heere te kennen, te dienen en te vrezen. Het leven met de Heere wordt het hoogste en het voornaamste in het leven. En die levensgezindheid straalt ook door in het leven van elke dag. Het leven wordt open voor de Heere. Men wil ook verstand ontvangen van God en Goddelijke zaken. Men krijgt last van de zonde en lust tot het goede. Het “Heere, wat wilt Gij, dat ik doen zal?” gaat leven in het hart. De zondag gaat trekken en de prediking wordt onmisbaar goed. De psalmen gaan leven en naar men zich gevoelt, worden ze beleden of gezongen. Er komt liefde in het hart tot de Heere en Zijn dienst. Men doet een beliste keuze: “uw volk is mijn volk, en uw God mijn God.” Men krijgt hoogachting en eerbied voor het werk des Heeren, en men staat ernaar. Vandaar de steeds terugkerende vraag: “Heere, bekeer mij, zoals U het aan geeft in Uw Woord.” Met Gods volk wil men leven en sterven. Dit nu behoort tot het werk van de Heilige Geest. Maar er is meer. Het belijden van de kerk zegt ons: “opdat Hij mij door waar geloof Christus en al Zijn weldaden deelachtig make.” Waar wedergeboorte is, daar is al geloof. De Heilige Geest werkt het geloof in onze harten door de verkondiging van het Heilige Evangelie. Dit is ook noodzakelijk, want alleen het geloof maakt ons Christus en al Zijn weldaden deelachtig. De Heilige Geest richt het geloof op Christus. Jezus heeft ook gezegd: “Die zal Mij verheerlijken.” Het is het werk en de lust van de Heilige Geest om de mens van zijn zonden te overtuigen en hem op Christus te wijzen, om hem Christus voor te stellen in Zijn beminnelijkheid, in Zijn schoonheid, in Zijn algenoegzaamheid. Hij maakt Christus begeerlijk voor een zondaar. Hij maakt Christus gepast voor een zondaar. Hij maakt Christus noodzakelijk voor een zondaar. Hij overtuigt een zondaar, dat hij bij Christus welkom is. De zondaar mag komen, zoals hij is. Beladen met zonde, zelfs misvormd door duizend zonden. Melaatsen worden door Christus niet verstoten. De Heilige Geest neemt zelfs een zondaar mee naar Christus en brengt hem aan Jezus’ voeten. Daartoe maakt de Heilige Geest gebruik van de verkondiging van het Evangelie. De prediking heeft een heilvol doel. Zalig hij/zij, die door de verkondiging komt tot Christus, gelijk een Ruth tot Boaz op de dorsvloer met het hartelijke verzoek: “breid dan uw vleugel uit over uw dienstmaagd, want gij zijt de losser.”

Het geloof richt het hart ook op al de weldaden van Christus. Weldaden voor dit en het toekomende leven. De schatten der genade, door Christus verdiend, worden ontvangen. Wat in de staten van Christus besloten ligt, wordt verkregen. Wat gaat dan de staat van de vernedering en die van de verhoging leven en spreken. Welk een roem ontstaat er in Christus. Men gaat instemmen met het belijden van de bruid uit het Hooglied: “Als een appelboom onder de bomen des wouds, zo is mijn Liefste onder de zonen; ik heb grote lust in Zijn schaduw en zit er onder, en Zijn vrucht is mijn gehemelte zoet.”

Hoe rijk is dit! Hoe rijk is dit “ook mij.” Laat het ons uitdrijven tot de Heere, Die het ook vandaag werkt, geeft, om Christus te gaan eren. En die eer blijkt in het nodig hebben van Hem en het komen tot Hem.

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 13 juli 1995

Bewaar het pand | 8 Pagina's

Ook mij! En waartoe?

Bekijk de hele uitgave van donderdag 13 juli 1995

Bewaar het pand | 8 Pagina's