Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

VOOR DE JEUGD

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VOOR DE JEUGD

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Dordt voor jou (12 )

Lezen: D.L. H. II, paragraaf 5-9

Een slappe prediking, zonder een krachtig appel. Een hypocriet, schijnheilig gedrag, als je de verkiezing leert en toch zegt dat het Evangelie aan alle mensen verkondigd moet worden. Dat zijn beschuldigingen die de remonstranten naar het hoofd van onze Dordtse vaderen slingerden. Dat is nogal wat! Die geluiden hoor je vandaag ook nog. Onze Dordtse Leerregels geven een krachtig bijbels verweer.

Verkondiging der genade

Artikel 5 geeft een duidelijk antwoord op de vraag hoe het Evangelie verkondigd moet worden. Preken is net als zaaien. Je doet het met verwachting dat God Zelf zorgt draagt voor de vrucht. Ezechiel krijgt de opdracht om te profeteren tegen een dal vol dorre doodsbeenderen. Dat gebeurt nog steeds. Er wordt gepreekt tot mensen die geestelijk dood zijn. Echter vanuit de belofte: “Doden zullen horen de stem van de Zoon van God en die ze horen zullen leven.” De prediking dient krachtig te zijn.

De kerkgeschiedenis heeft zulke predikers gekend, denk aan Ambrosius, Augustinus, Calvijn, Luther, White-field. Het welmenend aanbod van Gods genade heeft altijd geklonken. Het moet vandaag ook nog beklemtoond, dat God niet wil dat enigen verloren gaan, maar dat ze allen tot bekering komen. Christus moet gepredikt worden aan alle creaturen, als de enige Naam waardoor wij zalig moeten worden. Niet dat alle mensen door Jezus Christus zalig worden of met God verzoend zijn. Ook niet door te zeggen: “Christus is in uw plaats gestorven.” Maar de belofte van het Evangelie moet aan een ieder verkondigd en voorgesteld worden, met bevel van bekering en geloof.

Artikel 6 geeft duidelijk aan dat de schuld van ons verloren gaan ligt in onze onbekeerlijkheid en door te volharden in ongeloof. De schuld ligt niet in de beperktheid van het offer. Er is een oneindige zee ven bloed! We gaan door eigen schuld verloren. We hebben geen waarde gezien in het bloed. We hebben de schatten van het genadeverbond niet nagespeurd als zilver en goud. Aardse beslommeringen en wereldse begeerten hebben de overhand. We gaan met onze inbeeldingen naar de hel. Lees in 1 Kor.10 hoe het ongeloof de belofte tenietdoet.

Verkiezing der genade

Maar zovelen als waarachtiglijk geloven, en door de dood van Christus van de zonden en het verderf verlost en behouden worden, die genieten deze weldaden alleen uit Gods genade, hun van eeuwigheid in Christus gegeven, welke genade Hij niemand schuldig is. (Artikel 7)

Hier wordt de genade van God getypeerd waardoor een arme verloren zondaar zalig wordt. Het is verkiezende genade, het zijn de gegevenen des Vaders (Joh. 17). Het is onverdiende genade, welke God niemand schuldig is. Het is levendmakende/zaligma-

kende genade, namelijk door de kracht van de dood en opstanding van Christus, die zich uitstrekt tot alle uitverkorenen. Het is vergevende/ rechtvaardigmakende genade, het zal de gelovigen reinigen van al hun zonden, zowel de aangeboren, als de werkelijke zonden, zowel na als voor het geloof, door Zijn bloed. ( Zie eind artikel 8) Gods kinderen leren steeds meer te belijden: “Ik weet het niet, ik kan het niet, ik verdien het niet en ik wil het niet.” Ze leren om te roemen in Gods genade, opdat God alle eer zou krijgen.

Overwinning der genade

Artikel 9 van H II geeft een prachtig slotakkoord op Gods genade. Gods genade triumfeert tegen een welverdiend oordeel; het zal Satan overwinnen, want de poorten der hel zullen Gods Gemeente niet overweldigen; Gods genade triomfeert over de hardnekkige verdorvenheid van het vijandige menselijke hart; Gods raad wordt krachtig vervuld.

Gods genade triomfeert over alle pogingen om de ware kerk en leer ten onder te laten gaan. Gods genade overwint in en door de Bloedbruidegom, de Uitvoerder van Gods verkiezend welbehagen. Hij heeft Zijn Kerk lief tot het einde toe. Hem zullen ze standvastig beminnen, gedurig dienen en eeuwig prijzen. Ontvang de hartelijke groeten van jullie vriend,

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 30 november 2000

Bewaar het pand | 8 Pagina's

VOOR DE JEUGD

Bekijk de hele uitgave van donderdag 30 november 2000

Bewaar het pand | 8 Pagina's