Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

VERBONDSSCHAT 2

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VERBONDSSCHAT 2

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Vijgenboombladeren

Een ontwaakt geweten zonder meer is nog geen blijk van waarachtige bekering. Bij de waarachtige bekering gebeurt er nog meer. Bij zaligmakende bearbeiding drijft het ontwaakte geweten uit naar God. Ten eerste wordt dan de zware zondeschuld beleden. Ten tweede wordt het vonnis aanvaard en goedgekeurd en gevraagd of er nog een weg ter verlossing is en of God die weg wil bekendmaken en daarvan deelgenoot wil maken. De ziel krijgt uitgangen naar een Borg, zij kan zichzelf niet verlossen. Adam spreekt over zijn uiterlijke naaktheid en zwijgt over zijn innerlijke rampzaligheid. Maar de Heere maakt hem bekend met zijn eigenlijke zonde: “Hebt gij van dien boom gegeten?” De Heere moet op de plaats brengen waar wij moeten komen. Eerder komt een mens niet recht in de schuld. Adam wilde met vijgenboombladeren de gevolgen van de zonde bedekken. Maar met die bladeren bleef de zaak zelf nog onbedekt. Dit tekent de duisternis in het verstand van de gevallen mens. Wat Adam deed is ons bestaan van nature. Het ontwaakte geweten en uiterlijke overtuigingen kennen nog geen gang naar Christus. Een mens meent genoeg te hebben aan zelfgemaakte bedekking. Het is nodig te leren dat de zonde God onteert en Zijn heilige belangen schaadt. Wat zijn de vijgenboombladeren die een mens zich wil aandoen? Men tracht de zonde goed te maken, men zoekt het in kerkelijke of maatschappelijke deugden. Men bouwt op tranen of op uiterlijk berouw. Soms zelfs op zelfkastijding. Voor God kan dit alles niet bestaan. Er is wel bedekking nodig, maar de zonde dient in haar vloekwaardigheid bedekt te worden. Het is nodig in het werkverbond goed te ‘sterven’ voor God. Wisse schrijft: “Alleen wie ‘goed’ verloren gaat ten deze, kan zalig behouden worden.”(blz. 36). God ontdekt aan het verfoeilijke van de zonde en aan de waardeloosheid van zelfgemaakte schorten. Voordat dit alles gepasseerd was deed God Adam de vellen der dieren niet aan. Wisse schrijft op de blz. 36 en 37 “Het is de eerste preek geweest van Gods eigen lippen. Een voorbeeld voor alle eeuwen, voor alle knechten Gods, die getrouw de lastbrief Gods wensen voor te lezen. Letten we er wel op. Nee, niet alleen dat wij niet mogen beginnen met te prediken: God is Liefde, enzovoort; ook niet alleen, dat wij niet aan onze taak zijn toegekomen met voor te stellen dat er twee wegen zijn; ook niet, met een waarschuwing tevreden te zijn, als: Gij, onbekeerden, gij gaat verloren, en gij, kind van God, wat zijt ge toch bevoorrecht. Dit zijn allemaal wel goede en noodzakelijke dingen, maar, zonder meer, zou ook van deze wijze van doen kunnen gelden: uw werken zijn niet vol bevonden voor God. Nee, nog iets anders is onze taak, namelijk: om eer we Christus in al Zijn volle, heerlijke algenoegzaam-heid uitbrengen, om eer we opwekken zelfs tot geloof en bekering, eerst de zelfs al bevende en schaamrode mens zijn eigenlijke verdorvenheid, die van binnen woont, dus de kwaal van zijn hart, zijn inwendige naaktheid, bekend te maken. Alsook hem het gans ongenoegzame, dwaze, ja, onheilige van zijn vijgenboombladeren aan te zeggen, en hem die in de Naam van de heilige God van de leden te rukken. Opdat wij eens gans naakte en in zichzelf buiten hoop gebrachte Adamskinderen, die niet meer wisten hoe zich te bedekken, voor God op de borst mochten zien slaan, en horen uitroepen: ‘k Bekend o Heer’ aan U oprecht mijn zonden.’ Dan zal God een boodschap voor u hebben. Een Kerstboodschap van de hemel.”

Ontdekking uit de liefde Gods

De gevallen mens viel God niet toe, maar vluchtte bij Hem vandaan. Vijgenboombladeren werden als bedekkingsmiddelen aangegrepen. De Heere maakte de mens bekend met zijn innerlijke verdorvenheid. Wisse haalt op blz. 38 een theoloog aan die schrijft dat de Heere geen zondaren vindt, maar dat hij zondaren maakt. De mens is van nature blind voor zijn diepe val en wil het ook niet erkennen. Maar de Heere opent de ogen om het te zien. Zo’n zondaar wordt niet wanhopig. Dat komt omdat het ontdekkende werk vrucht is van de Heere Jezus. Het richtend werk van de Rechter bedoelt niet de dood van de zondaar, maar de verheerlijking van de verlossing door de Heere bereid. De Heere ontdekt wel diep, maar niet verdelgend. Adam stort niet dood neer, zinkt ook niet neer in de hel. Er is zelfs zoetigheid in de ontmoeting met God. Al wordt het soms uitgeroepen dat het buiten hoop is, toch is er een de Heere achteraankleven. Ze zouden liever sterven in de ontdekking dan teruggaan naar het vorige leven. Het is een ontdekking uit de liefde Gods. Maar de Heere treedt de mens nog niet tegen met het woord van ‘vergeving’ op de lippen. De Heere maakt plaats voor genade. De mens wordt bevrijd van zelfverlossingspogingen. Eerst dan openbaart de Heere een weg van verlossing. We lezen op blz. 40 “Wat zou een niet ontdekte, een niet waargemaakte, een niet ontgronde zondaar met Jezus doen?”

Gij... Ik

Door de zonde is de weg ten leven door het werkverbond afgesloten. Maar bij de Heere is nog een andere weg: het genadeverbond. Ondanks zonde en schuld ontvangt de zondaar toch nog het eeuwige leven. Er is geen tegenstelling met het werkverbond. In beide verbonden is de weg ten leven volstrekte gehoorzaamheid. De gevallen mens kan die gehoorzaamheid niet meer opbrengen. Maar nu brengt Christus die gehoorzaamheid in de plaats van Zijn Kerk. Niet alleen de dadelijke gehoorzaamheid, maar ook de lijdelijke gehoorzaamheid, om de gemaakte schuld weg te dragen. Sion wordt door recht verlost. Het is genade dat er verwisseling van volbrengende personen kan plaatsvinden. Wat de gevallen mens niet meer kan, gaat Christus doen. Wat Adam bedierf gaat God weer goedmaken. Adam had een verbond met de satan gesloten. Maar God maakt dat verbond te niet: Ik zal vijandschap zetten tussen de mens en tussen de slang. De Heere zal de band met de satan losmaken. De schone inhoud van het genadeverbond is: Wij moeten weer Gods eigendom worden en Hij het onze.

Onderwerpelijk

Wisse benadrukt op blz. 45 dat de goederen van het genadeverbond ook onderwerpelijk bezeten moeten worden. Daartoe wordt de gevallen mens door God opgezocht om hem tot een gepast voorwerp voor genade te maken. Het kan niet meer door de mens, maar het moet nu door een belovend en schenkend God gebeuren. Van onze beloften komt niets meer terecht. Maar ’s Heeren beloften falen niet. Er is hulp besteld bij een sterke Middelaar. Het leven tot in eeuwigheid is Gods volk bereid. Al zullen bergen en heuvelen wijken, God zal eeuwig de God van Zijn volk zijn. De Heere gaat de zaken onderwerpelijk uitwerken in de ziel van Zijn volk. De Heere laat hen zien dat zij van nature in een verbroken werkverbond liggen. Uit hen geen vrucht meer tot in der eeuwigheid. Zij kunnen het nooit meer goedmaken. Zij moeten of wegzinken in de eeuwige dood of de Heere moet hen verlossen. Comrie verhaalt van een professor in de godgeleerdheid die toen God hem bekeerde het uitriep: “O, Heere, er is een weg van verlossing; zelf heb ik dien anderen geleerd; ach, maak dien weg mij nu bekend.”De Heere maakt dat Gods kinderen een walg aan zichzelf zullen hebben. Dat is geen dreiging, maar een belofte. Zo komt er plaats voor de Middelaar.

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 2 mei 2002

Bewaar het pand | 12 Pagina's

VERBONDSSCHAT 2

Bekijk de hele uitgave van donderdag 2 mei 2002

Bewaar het pand | 12 Pagina's