THOMAS SHEPPARD. DE WARE BEKERING 4

De gevolgen van de zonde

De gevolgen in het heden

Sheppard beschrijft zeven gevolgen van de zonde in het heden. Ten eerste is God de vreselijke vijand van de zondige mens. Een mens moet zich niet blindstaren op zijn uitwendige voorspoed. Dat is geen teken van Gods gunst. We lezen op blz. 67 “Er is geen groter teken van Gods toorn dan dat de Heere u de vrije teugel laat, zoals een vader nooit meer aandacht besteedt aan een hopeloze zoon, maar hem laat lopen waar hij maar wil.” Ten tweede heeft God hem verlaten en de zondaren zijn God kwijt. De zondaar heeft het aanschijn, de gunst, de bijzondere bewaring en de regering van God verloren. God, Die het grootste Goed is, is verloren. De mens is God kwijt, maar hij weet en beleeft het van nature niet. Ten derde zijn natuurlijke mensen veroordeelde mensen. God is de Rechter, het geweten klaagt aan, de wereld is de gevangenis en de lusten zijn de ketenen waarmee de zondaar gebonden is. In de Bijbel staat het vonnis opgetekend. In Zijn oneindig geduld verleent de Heere nog enig uitstel van de doodstraf. Ten vierde is de zondaar een slaaf van de satan. De satan verleidt en verlokt tot het kwade. De satan is een geheime, bedrieglijke, wrede en een sterke vijand. We lezen op blz. 70 “De satan is zo’n sterke vijand dat hij zelfs de mens ervan weerhoudt om te zuchten en te kreunen onder de last en slavernij van de zonde.” Ten vijfde verkeert de zondaar in duisternis. De zondaar heeft geen oog voor God en Christus en ook niet voor de hemel en de hel. Ten zesde is een mens aan handen en voeten gebonden en kan zich niet verlossen. Het geldt van de zondaar dat hij zijn hoofd wel kan krommen als een bies, maar hij kan geen berouw hebben over de zonde. Tenslotte staan zondaren op het punt elk moment in de hel te vallen. Tussen de ziel en de eeuwige vlammen bevindt zich slechts de papieren wand van uw lichaam (blz. 71).

Toekomstige ellenden Iedere zondaar moet sterven.

Lichaam en ziel zullen gescheiden worden. Na de dood zal de zondaar door de Heere geoordeeld worden. Wie het heden der genade misbruikt, blijft onder het oordeel van God als het sterven wordt. Dan is geen bekering meer mogelijk. Dat het overdenken van deze waarheid iedere zorgeloze zondaar zou doen ontwaken.

De wijze van het oordeel

De ziel zal door de duivel uit het lichaam gesleurd worden. Het moment van het oordeel betekent dat de ziel voor God gesteld wordt. Met schuldige ogen zult u vol schrik een blik op de Rechter werpen. Alle zonden die ooit zijn gedaan zullen in het geheugen terugkomen. God zal voor eeuwig van de zondaar wijken, Christus zal niet meer aangeboden worden en de Geest zal niet meer tegen u strijden. Het zal klinken: ‘Ga weg van Mij, gij vervloekte.’ God zal de ziel overgeven in de handen van de duivelen.

Het bewijs dat er zo’n dag zal zijn

Gods rechtvaardigheid eist dat de dag van het oordeel er zal zijn. De Heere is in het heden der genade verdraagzaam en mild, maar er moet een dag komen waarop Zijn rechtvaardigheid zal uitblinken. In dit leven ondervinden Gods kinderen veel kwaad, maar eenmaal zal de zaligheid hun deel zijn De goddelozen hebben vaak voorspoed, maar zij zullen geoordeeld worden.

De wijze waarop het gericht zal plaatsvinden

Christus zal wederkomen om te oordelen de levenden en de doden. Hij zal alle doden opwekken. De bazuin zal klinken en de doden zullen opstaan. De Rechter zal zitten op Zijn troon om allen te oordelen.

Vermaning om over deze dag na te denken

Christus zal uw Rechter zijn. Hij zal komen met een vlammend vuur. De boeken zullen geopend worden. We lezen op blz. 80 “Beef daarom, u die zich voegt naar de tijd. Beef, huichelaar. Beef, u die onder het alziend oog van deze Rechter in een verborgen zonde leeft.” Het vonnis zal uitgesproken worden over alle goddelozen en er zal geen genade meer zijn. Vervloekten zullen in het eeuwige vuur zijn.

Waaruit de toorn Gods bestaat

Het voor eeuwig verbannen zijn van de lieflijke tegenwoordigheid van God en Christus. U zult het aangezicht van God nooit meer zien. God zal een oneindig verterend vuur tegen u zijn. Dit is geen wreedheid, maar recht. We lezen op blz. 82 dat de Heere in het leven veel arbeid aan zondaren heeft besteed: “God bewerkt u met een beitel door preken, ziekte, verliezen en kruisen, plotselinge sterfgevallen, barmhartigheden en ellenden. Toch maakt niets u beter. Wat moet God dan anders doen dan u wegwerpen?” Sheppard schrijft dat we de pijn van een keu-kenvuurtje op de top van onze vinger nog geen half uur kunnen verdragen. Hoe zal het dan zijn in het eeuwige vuur? De nooit stervende worm van een schuldig geweten zal u kwellen zonder ophouden. Het zal in het geweten spreken wat we lezen op blz. 83 “O, als ik de helft van de tijd die ik heb verspild, had besteed aan bidden, treuren en mediteren, dan zou ik ginds in de hemel zijn. Die worm zal u ook de middelen laten zien die u eens had om deze ellende te vermijden. Hij zal mij laten zien dat ik eens zo’n goede predikant heb gehad, die mij mijn bijzondere zonden vertelde, alsof ze die aan hem hadden meegedeeld, dat ik zo’n beste vriend heb gehad die mij overhaalde om met een schone lei te beginnen. Ik zal me herinneren hoeveel malen God op dit ijzeren hart van mij geklopt heeft. Ik zal me de vele weldaden herinneren die de Heere mij geschonken heeft. O, geen middel kon mij overhalen. Ten slotte zal die worm u laten zie hoe gemakkelijk u al die ellende had kunnen vermijden. O, eens werd ik bijna bewogen om een christen te worden, maar ik stond mijn hart toe ongevoelig te worden en ik kwam in een lichtzinnig gezelschap terecht, en zo verloor ik alles. De Heere Jezus kwam tot aan mijn deur en klopte en als ik voor Christus gedaan had wat ik vele malen voor de duivel gedaan had en ik had op zijn kloppen opengedaan, dan was ik zalig gemaakt. Deze worm zal wel duizend beten geven aan uw hart, wat u zal doen uitroepen: ‘O, tijd, tijd! O, preken, preken! O, mijn hoop en mijn hulp die ik eens had om mijn verloren ziel te redden, die ben ik nu kwijt.” U zult voor eeuwig bij de duivelen verkeren. Zij zullen uw gezelschap zijn. De uiterste wanhoop zal u vervullen. U zult voor eeuwig onder Gods vloek liggen. Er zal geen God, Christus en Geest zijn om u te troosten.

Zondaar, hoe lang blijft u nog gevoelloos en hardvochtig? Verneder u voor de Heere. Laat de gedachten aan de eeuwige rampzaligheid uw hart verbreken. We lezen op blz. 86 “Tracht u daarom te vernederen, en de Heere zal u de koperen slang laten zien wanneer u naar uw eigen gewaarwording en gevoel doodgebeten wordt door de vurige slangen.”

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen