Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

IMPRESSIES UIT NUNSPEET (2)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

IMPRESSIES UIT NUNSPEET (2)

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

“Als het op is, is het eten gedaan”. Deze opmerking werd gemaakt tijdens de eerste zittingsweek toen het rapport van deputaten Emeritikas op de synodetafel lag. Er werd door verscheidene afgevaardigden grote zorg geuit over de toekomstige draagkracht van deze kas. Kunnen straks de emeriti - predikanten en hun echtgenotes of hun weduwen nog wel een bijdrage ontvangen uit deze kas, of zal de bodem dan in zicht komen? In ieder geval zal de omslag voor deze kas verhoogd dienen te worden. Namens de deputaten werden wel wat geruststellende woorden gesproken, maar dat neemt niet weg dat het een ‘kas met zorgen’ blijft. En nu dat woord ‘zorgen’ gevallen is, komt tegelijkertijd een ander woord voor de aandacht, namelijk ‘verzorgen’. En daar gaat het om! Vanuit de verzor-gingsgedachte - de kerken dragen gezamenlijke verantwoordelijkheid om te zorgen voor de oudedagsvoorziening van haar dienaren - is voor een bepaald stelsel gekozen en werd niet de toevlucht genomen tot bijvoorbeeld individuele voorzieningen. Dat zou op zich genomen best kunnen. Iedere dienaar van het Woord zou ook een uitkering per maand kunnen krijgen waarmee hij zelf een oudedagsvoorziening opbouwt. Maar juist om die gezamenlijke verantwoordelijkheid voor onze ‘uitgedien-den’(want u weet dat het woord ‘emeritus’ deze betekenis heeft) onder de aandacht te brengen van ons kerkvolk zullen deputaten de komende tijd meer aan voorlichting gaan doen. Want, zo werd geconstateerd, er is in de kerken niet echt een duidelijke betrokkenheid bij een collecte Emeritikas. Misschien ook wel voortkomend uit een stuk onwetendheid. Welnu, het lijkt me een goede gedachte hier door voorlichting wat aan te doen. Nu meen ik te mogen zeggen dat onder de lezers van dit blad er velen zijn die vanuit liefde tot het Woord ook (emeriti)predikanten een warm hart toedragen en dat ook laten merken in het willen zorgen voor hen en die hen lief zijn. Laat dat zo mogen blijven en als er zijn die zich dat tot nu toe te weinig bewust waren dan kunnen ze wat dat betreft lering trekken uit de bespreking van dit rapport. Overigens, deputaten Emeritikas doen meer dan alleen geld overmaken. Ze leven ook mee in dagen van vreugde en zorg. Het zou ook wel armzalig zijn als betrokkenheid alleen in klinkende munt vertaald zou moeten worden.

Klachtencommissie

Er lag een rapport van deze commissie ter tafel waaruit helaas bleek dat ze veel werk hebben moeten verzetten! Waarom dat woord helaas? Omdat deze commissie de vorige synode ingesteld werd met het oog op ‘Misbruik van pastorale en andere kerkelijke gezagsrelaties binnen de Christelijke Gereformeerde Kerken’. Over de gang van zaken over het indienen van dergelijk klachten is in de achterliggende tijd een folder verschenen, die wel ergens in een lectuurbak van de gemeente waartoe u behoort te vinden is. Daarin staat heel kort de klachtenprocedure beschreven. Ook in dit opzicht is gebleken dat de ervaring de beste leermeester is. Er was een klachten procedure opgesteld, maar het is gebleken dat die op diverse punten verbeteringen en aanvullingen behoefde. Die voorstellen zijn door de synode aanvaard. Waar de commissie wel aandacht voor vroeg is o.a. de houding van verschillende kerkenraden. Zij volgden de adviezen van de klachtencommissie niet op of ze probeerden er zoveel mogelijk op af te dingen. Soms wellicht omdat er van een stuk onkunde sprake was. Soms moest aan onwil gedacht worden. Het ligt vaak ook heel gevoelig en de neiging is er om iemand in bescherming te nemen (waar we dat immers nooit van gedacht hadden...). Om die reden zal de klachtencommissie ook een protocol voor de kerkenraden opstellen om hen te helpen bij het op een goede manier met heel gevoelig liggende zaken om te gaan. Bovendien komt er ook een beroepscommissie, omdat er van juridische zijde op gewezen is dat zowel de klager als de beklaagde een beroepsinstantie dient te hebben ingeval ze het met het oordeel van de klachtencommissie niet eens zijn. Vanwege de vele werkzaamheden zal de commissie ook uitgebreid worden met enkele deskundigen op het gebied van het recht en op het gebied van seksueel misbruik.

De noodzaak van het bestaan van deze klachtencommissie doet ook weer beseffen hoezeer ons hart tot zonde geneigd is, vleselijk is en blijft in zichzelf, ook na ontvangen genade. Maar zonde dient wel zonde genoemd te worden en op geen enkele manier in bescherming genomen te worden. De dekmantel der liefde is een mooie mantel, maar niet om de ander de mogelijkheid van een oprechte schuldbelijdenis te ontnemen! Nog minder om schending van het leven van anderen te vergoelijken. Is het niet weliswaar pijnlijk maar heilzaam als het Woord ons aanwijst: “Gij zijtdie man...!”?

Nieuwe Bijbelvertaling (NBV)

Inmiddels is daar al veel over geschreven in de kerkelijke pers. Voor de meeste onder ons een vertaling die voor ons besef een heel eind van ons af staat. Alleen al de breedheid van het gezelschap van vertalers roept vragen op in het licht van het feit dat vertalen ook altijd interpreteren is. Dat kan als een vooroordeel klinken, maar iedereen nadert tot de Schrift met de eigen vooronderstellingen. Daarom is zogenaamd onbevooroordeeld vertalen ook een fabeltje. En dan maakt het nogal verschil of de Bijbel gezien wordt als het gezaghebbend Woord van God of als een religieus document! Maar voordat ik u meeneem naar de eerste bespreking van de instructies die op deze NBV betrekking hadden is het goed eerst nog eens even stil te staan bij wat in de jaren gebeurd is voorafgaand aan het vrijgeven van de (toenmalige) Nieuwe Vertaling (1951). Voor de ‘liefhebbers’verwijs ik naar de vindplaatsen in de Acta van de desbetreffende GS (generale synode).

Op de GS 1944 werd op verzoek van het NBG een commissie benoemd om “op- en aanmerkingen in verband met de nieuwe vertaling van het N. T. op last van het NBG in ontvangst te nemen, te schiften en door te zenden aan het hoofdbestuur van genoemd Bijbelgenootschap”. Op de GS 1947 blijkt dit deputaatschap vanuit de kerken tal van op- en aanmerkingen te hebben ontvangen en op de GS 1950 delen zij mee deze te hebben doorgezonden aan het NBG die met deze opmerkingen “ernstig rekening zal houden”. Hoewel deputaten toen voorstelden het deputaatschap op te heffen, besloot de vergadering om het deputaatschap te continueren onder de naam ‘Deputaten voor overleg inzake Bijbelvertaling’ (Acta 1950, art. 34, bijlage XIII). Op de GS 1953 rapporteerde het deputaatschap dat ze geen opmerkingen meer hadden ontvangen. Wel diende er toen een instructie vanuit de PS van het Noorden om deputaten opdracht te geven om de kerken voorlichting te geven over het al dan niet invoeren van de NBG-vertaling voor het gebruik in de kerkelijke samenkomsten. Om dat op verantwoorde wijze gestalte te kunnen geven zou een aantal broeders vrijgesteld moeten worden van alle ambtelijke arbeid om zo een studie-onderzoek van de Nieuwe Vertaling te doen. Besloten wordt daarvan af te zien (Acta 1953, art. 158). In 1956 blijken deputaten weer niets ontvangen te hebben vanuit de kerken. Er was een instructie van de particuliere synode van het Westen ter tafel die de generale synode verzocht een aantal zaken uit te spreken teneinde leiding te geven aan de kerken inzake de Nieuwe Vertaling van de Bijbel en het gebruik daarvan in de samenkomsten van de kerken. Deputaten ontvingen n.a.v. de gevoerde discussie de opdracht om de volgende synode van voorlichting te dienen over de betrouwbaarheid en de bruikbaarheid van de Nieuwe Vertaling.

De aanbeveling werd gehandhaafd om de Nieuwe Vertaling bij de bediening des Woords niet te gebruiken. (Acta 1956, art. 177)

Op de GS 1959 diende een uitvoerig rapport (Acta, bijlage LXI) van deputaten met daarbij een minderheidsno-ta van ds. M. Baan (bijlage LXII). Bovendien was er ook nog een instructie van de particuliere synode van het Zuiden inzake de Nieuwe Vertaling. Na een uitvoerige discussie werd o.a besloten het rapport van deputaten (incl. minderheidsnota) toe te zenden aan alle kerkenraden met het dringende verzoek de eventuele bezwaren van de kerken tegen de Nieuwe Vertaling aan deputaten kenbaar te maken en in dat stadium nog geen beslissing te nemen over het al of niet vrijlaten van de Nieuwe Vertaling voor de eredienst. Tijdens de GS 1962 rapporteerden deputaten over de ingekomen bezwaren. Bovendien blijken diverse schrijvens en instructies inzake de Nieuwe Vertaling te zijn ontvangen. Na ampele bespreking van deze stukken aan de hand van het rapport van de commissie (+ minder-heidsrapport) werd o.a. uitgesproken:

2. dat niet gebleken is dat de tekst van de Nieuwe Vertaling in strijd is met de Heilige Schrift als Woord van God zoals de kerken het in art 2-7 van de Nederlandse Geloofsbelijdenis belijden, en derhalve het gebruik van de Nieuwe Vertaling naast de Statenvertaling in de eredienst niet is af te keuren;

3. dat zij echter gezien de huidige situatie het gebruik van de Statenvertaling in de eredienst raadzaam acht;

4. dat de uitspraak sub 2 naar het oordeel van de synode uiteraard in geen enkel opzicht enige verandering inhoudt in de leer der kerken naar Schrift en belijdenis, noch in het beleven van Gods waarheid, daar die niet afhankelijk zijn van een vertaling maar gegrond zijn op het Woord van God zelf, en iedere dienaar des Woords de taak heeft te allen tijde elke vertaling te toetsen aan het Woord van God in de grondtalen.’

(Acta 1962, art. 123, als u meer wil lezen zie dan verder art. 99, 103, 106 en bijlagen XLI-XLIII).

De conclusies die uit het bovenstaande te trekken zijn, lijken op z’n minst de volgende te zijn.

a. door op verzoek van het NBG in 1944 een commissie te benoemen en in 1950 een deputaatschap voor overleg inzake Bijbelvertaling werd tot uitdrukking gebracht dat vertaling van de Bijbel een zaak van de kerken is;

b. gedurende de periode voorafgaand aan de synode waarop een uitspraak gedaan werd over de Nieuwe Bijbelvertaling steeds de aanbeveling gehandhaafd om niet reeds gebruik te maken van deze vertaling in de eredienst,

c. de besluitvorming over de Nieuwe Vertaling is een delicate kwestie geweest die veel emoties heeft opgeroepen en die zich uitgestrekt heeft over een lange periode.

Ouderen onder ons herinneren zich nog wel alle commotie die er toen was. Helaas heeft het vrijgeven van de toenmalige Nieuwe Vertaling de verdeeldheid binnen onze kerken bevorderd. Te vrezen is dat een vrijgeven van de NBV binnen onze kerken dat alleen maar zal versterken. Zover is het nog niet. Dat kan ook ten diepste niet, omdat er op dit moment nog helemaal niet een gefundeerde uitspraak gedaan kan worden over de bruikbaarheid en de betrouwbaarheid van deze nieuwe vertaling. Het voorstel is dan ook om in ieder geval eerst een studiedeputaatschap in te stellen die daar nader en nauwkeurig onderzoek naar doet. En ondertussen? Daar zijn de meningen over verdeeld. Naar mijn stellige overtuiging is het kerkrechtelijk en logisch gezien onjuist om nú al deze NBV te gebruiken in de eredienst voor de Schriftlezing. Dat heeft veel van experimenteren in het ‘hart van de eredienst’. Toch bleek deze vertaling al hier en daar gebruikt te worden. Dat is te betreuren, omdat er een kerkelijke weg openlag om als er blijkbaar behoefte was aan deze vertaling de generale synode te verzoeken te doen wat nü voorgesteld wordt. Aan de andere kant hebben wij misschien geslapen en gedacht dat deze vertaling onze kerken wel voorbij zou gaan?

Een volgende keer kom ik op deze kwestie terug. Voor nu ter afsluiting de vraag of wij Gods Woord al hartelijk lief kregen. Want alle discussies over een vertaling van Gods Woord kunnen niet meer dan een Jehu’s ijver zijn als het nooit waar werd: “Hoe zoet zijn mij Uw redenen geweest”! Maar het omgekeerde is ook waar. Als we Gods Woord lief kregen dan is ons niet iedere vertaling om het even!

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 oktober 2004

Bewaar het pand | 16 Pagina's

IMPRESSIES UIT NUNSPEET (2)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 oktober 2004

Bewaar het pand | 16 Pagina's