Een onberouwelijke keuze..

Heilig zijn, o God Uw wegen;

Niemand spreek’ Uw hoogheid tegen! Geliefde lezer, de waarheid van deze woorden zien we zo heerlijk in deze geschiedenis werkelijkheid worden. De Heere gaat met een kromme stok een rechte slag toebrengen.

Want als er honger komt in Israel, ja zelfs in Bethlehem, dat toch betekent broodhuis, dan gaat er een man uit dat dorp weg om als vreemdeling te verkeren in Moab, het land waar de nakomelingen van Lot woonden.

Een heidens land, en wie gaat daar dan heen? Een man, met een heerlijke naam: Elimelech, Mijn God is Koning. In plaats dat die Naam hem kracht gaf om ook in het oordeel van de honger het van zijn Koning te verwachten, gaat hij weg. Hij ontloopt het oordeel. Hij is het met God niet eens. Hij wil geen moeite en zorg.

En nu gaat de Heere die kromme weg gebruiken om er één toe te brengen die van eeuwigheid door God verkoren was: De Moabitische Ruth.

Ze woonde midden in het heidendom. Ze was een vreemdeling van de verbonden der belofte, ze leefde in diepe duisternis. Maar door de wonderlijke leiding van de Heilige Geest komt ze in aanraking met het gezin van Elimelech, ja ze wordt zelfs in dat gezin opgenomen en ze krijgt de godzalige Naomi tot schoonmoeder.

En zo gaat de Heere in haar werken dat echte werk der bekering. En daar mag ze dan belijdenis van doen aan de grens van Moab. Daar komt de vrucht van het werk van Gods Geest in haar hart openbaar en mag ze getuigenis geven van die onberouwelijke keuze in haar hart, als ze de belijdenis uitspreekt: Uw volk is mijn volk, en Uw God mijn God.

En dan zeggen onze kanttekenaren zo treffend: “Hiermee toont zij haar bekering tot God en de gemeenschap met Zijn kerk. In Ruth zien wij het beeld van ieder natuurlijk mens. Verblind, in het heidendom. En heidendom dat is alles zonder God, ook al zijn we godsdienstig. En het zekerste bewijs van deze zaak is dat u en ik van nature in een dodelijke gerustheid voortleven alsof er geen God en geen eeuwigheid is. En dan komt daar Gods Geest, Die ons door het Woord aangrijpt, onze blinde ogen opent, ons heilig verontrust maakt. Dan leren we onszelf kennen en brengt de Heere ons in ons ongeluk. Dan zijn we God kwijt en kunnen we het in de wereld niet meer uithouden. Mag ik het u of jou eens heel eerlijk vragen, zijn de onderstaande woorden in uw of jouw leven werkelijkheid geworden?

Eens was ik een vreemd’ling voor God en mijn hart,

Ik kende geen schuld en gevoelde geen smart.

Ik vroeg niet: “Mijne ziele doorziet gij uw lot?

Hoe zult gij rechtvaardig verschijnen voor God”.

Maar toen mij Gods Geest aan mijzelf had ontdekt,

Toen werd in mijn ziele de vreze gewekt

Toen zag ik wat eisen Gods heiligheid deed,

Daar werd al mijn deugd een wegwerpen jk kleed!

Wat is het dan rijk, als we in zo’n toestand een Naomi mogen kennen die ons de weg naar Christus wijst, als de enige weg tot ons behoud. Als we iemand ontmoeten die een middel is in Gods hand om ons tot Christus te leiden.

Geliefde lezer, dan komen er twee vragen tot ons: “Kennen wij iets van het leven van Ruth en van haar belijdenis?”, want dat is onmisbaar op weg naar de eeuwigheid. Uitgeleid uit Moab der zonden en door genade aan God verbonden.

Want dat is toch in de eerste plaats waar het op aankomt en het kan geen uitstel lijden. Maar in de tweede plaats, mag u nu zelf ook een geestelijke Naomi zijn Is het uw verlangen om zoekende zielen te leiden tot Christus? Opdat ze uitgedreven worden en niet anders meer kunnen belijden, dan: “Uw volk is mijn volk, en Uw God mijn God.” Laat er onder ons allen een voortdurend gebed zijn dat er onder ons nog vele Ruths en Naomi’s gevonden mogen worden, Gode tot lof en onze kerken tot zaligheid!

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen