Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

ARTHUR PINK (5)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

ARTHUR PINK (5)

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

De laatst beschreven jaren zijn voor Pink moeilijk geweest. Hoe daarover te oordelen? Allereerst moet gezegd worden dat veel moeilijkheden ontstonden vanwege Pink’s temperament. Hij was te kritisch, te snel in zijn oordeel en te hoekig. In plaats van naast en met anderen te werken aan het welzijn van een kerk of gemeente, waar hij arbeidde, verliet hij die gemeenschap na constatering van onjuistheden weer snel. Zo werkte hij zichzelf in een isolement, wat steeds groter vormen aannam.

Twee dingen moeten we hier echter tegenover stellen. Als we zijn maandblad van deze 8 jaren volgen, zien we duidelijk dat hij in geestelijk inzicht toeneemt. De tegenslagen hebben een positief effect op hem. Ten tweede kunnen we hem op grond van zijn artikelen in die 8 moeilijke jaren absoluut niet beschuldigen van extremisme. Hij schreef weloverwogen en gebalanceerd.

Toen hij onder de reguliere baptisten werkte, was dat wat zijn mening over de doop betreft geen probleem. Maar zijn calvinistische inslag zorgde voor een probleem. Maar wie maakte dat probleem? Was het Pink of was het de baptist? Het laatste is het geval!

Toen hij met de strict baptists in conflict kwam, was dat omdat hij leerde dat we ons achter onze geestelijke onmacht niet mogen verschuilen. Opnieuw stellen we de vraag: wie was de schuld van de problemen die toen ontstonden? Was het de schuld van Pink of van de strict baptist? Opnieuw het laatste!

Waar Pink vooral tegen streed was het fundamentalisme, zeg maar de simpele redenering dat Christus voor ons allemaal is gestorven en dat het aannemen van deze overtuiging ons een echt christen maakt. Deze vorm van Arminianisme keurde hij absoluut af. Dat je een kind van God wordt door simpelweg naar voren te komen en je hand op te steken en halleluja te roepen, is niet waar. Deze gedachtegang, zo stelde Pink, is verantwoordelijk voor de grote getallen onwedergeboren kerkleden. Hun godsdienst bestaat in niets meer dan een overtuiging dat hun zonden zijn vergeven en dat ze naar de hemel gaan. Ze vinden het een grote zonde om te twijfelen aan hun heil. Maar men vindt geen liefde tot Gods wil, van een gebroken hart hebben ze nog nooit gehoord. Deze gedachtegang wordt natuurlijk in hun kerkdiensten weerspiegeld. Om ons zielsbehoud hoeven we niet meer te tobben. De voorganger wordt geroepen ons met het een of ander te onderhouden. Bijna overal in California, schreef hij in 1930, gaat aan de kerkdienst een half uur zingen vooraf. Men deed beter te wachten op God! De godsdienst was van verticaal naar horizontaal veranderd! Deze kerken binnen te gaan, laat staan er lid van te worden, dat durf ik niet, aldus Pink.

Pink verfoeide het als in de prediking het doel van de bekering, namelijk een leven in dienst van de Heere, geen aandacht kreeg. Heeft God de Zijnen niet uitverkoren opdat zij zouden verkondigen de deugden Desgenen, Die hen uit de duisternis roept tot Zijn wonderbaar licht? Het zijt heilig, want Ik ben heilig, moet ook gepredikt worden.

Pink waarschuwde hiertegen nadat hij had gelezen dat een predikant van het Moody instituut een moordenaar in de gevangenis had bezocht. De man was ter dood veroordeeld, maar de predikant vertelde hem dat Christus voor hem gestorven was en dat hij dat moest geloven. Tot verbazing van de predikant beleed de moordenaar dat hij jaren geleden Jezus had aangenomen, maar dat het daarna weer was afgezakt, totdat hij geheel aan lager wal was geraakt!

Waar echter het begin echt, dat is uit God is, daar is het echter onmogelijk dat de vruchten uitblijven. Aldus Pink en dat is een bijbels gegeven.

Pink maakte een ontwikkeling in zijn denken door. Uit alle opgedane ervaringen in verschillende kerken in verschillende landen leerde hij dat het Gods Woord gaat om de principiële, fundamentele waarheden. Er zijn ook secondaire dingen. In de twintiger jaren geloofde Pink nog van harte in de opname der gelovigen, 7 jaren voor de aanvang van het 1000-jarig rijk. In die tijd had hij ook een sterke mening over de doop, hij was voor de grootdoop. Maar later rangschikte hij beide zaken onder de secondaire dingen en schreef hij er in zijn maandblad niet meer over. De waarheid van een rijke Christus voor een arm zondaar, van verzoening door voldoening, en dergelijke predikte Pink altijd; maar met veel meer nadruk in zijn latere jaren! Hij lag op dezelfde lijn als de Puriteinen. Hij geloofde zelfs dat sinds de dagen van de apostelen niemand meer door God waren gebruikt tot de zaligheid van zondaren dan de Puriteinen! Pink’s uiteindelijke keuze om te prediken met zijn pen, heeft God rijk willen zegenen; we kunnen zeggen: tot de dag van vandaag!

Het zich concentreren op deze vorm van prediking, namelijk door middel van papier en inkt, was wel een geloofszaak! Want er bestond onder drukkers weinig animo om dergelijke lectuur te drukken en te verspreiden. Men zag er geen markt voor. Pink’s boeken vonden ook nauwelijks afzet. Pink ondervond hetzelfde als de puriteinen in hun dagen: een afkeer van de leer van vrije genade.

Dat was niet het enige echter. Er waren ook praktische bezwaren. De tijden waren economisch moeilijk. Er kwam voor het maandblad van Pink nauwelijks geld binnen. Vaak moest het blad uit eigen zak bekostigd worden, terwijl die zak nu niet bepaald gevuld was! Want Pink was zonder arbeidsveld geregeld zonder inkomen! Als hij preekte verdiende hij wat, maar hij en zijn vrouw moesten ook nog leven. De vele verhuizingen en de daarmee gepaard gaande zeereizen of reizen over land liepen ook in de papieren. Toch horen we van grote uitreddingen en zijn Arthur en Vera nooit omgekomen, al kwam het water soms tot aan de lippen. En door Gods trouw is het maandblad nog elke maand uitgeko men! De artikelen in het maandblad waren vervolgartikelen; de schrijver bood zijn lezers een gevarieerd menu. Na een kort meditatief stukje van de uitgever, Pink, kwam een artikel over de bijbel, de uitleg van een bijbelboek of bijbelgedeelten of personen uit de bijbel. Ook schreef hij over onderwerpen als: onze verdorvenheid, volharding der heiligen, rechtvaardiging en heiliging.

Het geestelijk peil van de artikelen nam toe; dat was mede door de ervaringen op zijn levensweg. Uit de artikelen, geschreven in donkere tijden, blijkt niets van die omstandigheden. Hij schreef niet over zichzelf; slechts bij hoge uitzondering; hij leefde naar het principe van zijn vader: praat niet over jezelf, dat is een slechte eigenschap.

Pink preekte met de pen. Maar niet alleen in zijn maandblad. Ook voerde hij uitgebreid correspondentie met vrienden en bekenden en beantwoordde hij vragen of ging hij in op commentaar op artikelen. In die brieven was hij de herder en toonde hij grote wijsheid. Het gaat te ver om hier verder op in te gaan.

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 september 2006

Bewaar het pand | 12 Pagina's

ARTHUR PINK (5)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 september 2006

Bewaar het pand | 12 Pagina's