Ambtelijke praktijk

TITUS. PAULUS’ MEDEWERKER

Paulus en Titus

Was Timotheüs van joodse afkomst, Titus was van huis uit een Griek. Evenals Timotheüs heeft de Heere de prediking van Paulus en het kontakt met Paulus willen zegenen in het leven van Titus. Van heiden werd hij tot christen. Misschien hadden we meer willen weten. Wat van Paulus’ prediking in Titus’ leven is gaan werken en wat het uitgewerkt heeft. Dit kan gezegd worden: het ging met hem als het zaad dat in de aarde gaat werken en resultaat laat zien. Zo moeten we letten op Titus. De Heere Jezus zegt verder: de boom wordt aan de vruchten gekend Wedergeboorte blijkt in bekering en geloof. Geloof en bekering. Het is een wisselwerking. Maar met een blijvend resultaat. Er kan veel tegenop komen en er wordt geprobeerd om het te vernietigen, maar de Heere staat voor Zijn werk in en zal het volbrengen tot op de dag van Jezus Christus. Zo is het ook gegaan met Titus. De vrucht van Gods genade heeft Paulus bij Titus ontdekt. In zijn brief heeft hij het beschreven. Paulus heeft Titus vóór Timotheüs leren kennen.

Het eerste wat we van hem horen is dat Titus met Paulus meeging naar het apostelconvent te Jeruzalem (Hand. 15). In Galaten 1 wordt Titus’ naam genoemd. Waarom Titus met Paulus en Barnabas meeging wordt niet zo duidelijk gezegd. Toch kunnen we er achter komen. Titus was een omstreden figuur. Het conflict in Antiochië was mede door zijn aanwezigheid ontstaan.

Antiochië was de eerste gemeente waar vele heidenen tot het christelijk geloof kwamen. Niemand van hen werd verplicht zich te laten besnijden. Door vestiging van een aantal christenjoden vond hun gedachtegang invloed. Bij overkomst moest een heiden besneden worden. Zelfs werd het gezien als een absolute voorwaarde voor het één zijn met Gods volk, voor het eeuwige behoud. Zonder besnijdenis kon niemand behouden worden. Daar Titus betrokken was bij de evangelieverkondiging en niet besneden was kon Titus niet meer gezien worden als een echte evangeliedienaar. Mede door de uitspraak van het convent te Jeruzalem kon Titus met zijn werk verder gaan. Onwillekeurig komt de vraag naar boven: maar waarom is dan Timotheüs wel besneden? Het was algemeen bekend dat Timotheüs een Griekse vader had en onbesneden was en hij had een Joodse moeder. Dat feit zou hem beletten om als evangeliedienaar voor te gaan in de synagoge Dus om de voortgang van het zendingswerk niet in de weg te staan vond de besnijdenis plaats. Bij Titus lag dit anders. Men wilde Titus niet zien en aanvaarden als prediker. Daar nu gesteld werd: besnijdenis is noodzakelijk tot eeuwig leven, heeft Paulus zich verzet tegen de eis dat Titus besneden moest worden. Werd Titus besneden dan was het evangelie geen evangelie meer. Het evangelie in Jezus Christus.

Medewerker

Als medewerker is Titus een helper en tot steun van Paulus geweest. In het werk bleek hij een persoonlijkheid te zijn. Een man van gezag en invloed. Wat heeft hij in de gemeente van Corinthe kunnen doen. Er was een conflict tussen de gemeente van Corinthe en Paulus. Paulus en Timotheüs hebben alles in het werk gesteld om te komen tot een christelijke verstandhouding. Het gelukte hun niet. Paulus werd veracht en Timotheüs geminacht.

De tussenkomst van Titus heeft de Heere willen zegenen, zodat de oude relatie weer hersteld werd. Met blijdschap schrijft Paulus aan de Corinthiërs dat Titus weer komt.

Nu niet om orde op zaken te stellen maar om de inzameling van de collecte voor de Jeruzalemse gemeente op zich te nemen. Paulus erkent in de daad van de Corinthiërs en van Titus de goede hand van de Heere. Waarvoor hij Hem dankt (2 Cor. 8:16).

Brief

Paulus werd gedrongen om Titus een brief te schrijven. Een brief gevuld met theologisch, pastoraal onderwijs. Richtlijnen voor het gemeentelijk leven worden gegeven. De situatie op het eiland Kreta, waar Titus moet werken gaat hem ter harte. In Paulus’ brief worden onderwerpen aangegeven die van belang zijn voor het stichten van gemeenten. Daarvoor moeten ouderlingen aangesteld worden. In alle steden. Er dient een geordend gemeentelijk leven te zijn. Dit leven was er niet. Men regelde de dingen zelf. Ouderlingen die leiding gaven en betrokken waren bij opzicht en tucht waren er niet. Leiding geven in betrekking tot het geestelijk leven ontbrak. Eigen gedachten of mening gingen hoogtij vieren. Door afkomst uit heidendom of jodendom kwamen sommigen tot vermenging. Toegespitst op leer en leven. Ontbreken ging de gehoorzaamheid aan het Woord en de wet van de Heere. De doorwerking van het werk van de Heilige Geest werd gemist. De rechte zuivere koers voor jongeren ontbrak. Paulus, levend bij de trieste werkelijkheid en wat gemist werd op het eiland Kreta, zag hij in Titus de juiste arbeider. Hij achtte hem geschikt om te werken. De Schriften beheersten hem en het leven naar de Schriften was er. Bezield met de ware liefde wilde Titus werken voor het Koninkrijk Gods en in de gemeenten. Hij had ook de gave om te luisteren en om op het juiste moment te spreken. Met beslistheid trad hij op. Resoluut was hij. Hij was niet halfslachtig. Paulus had de overtuiging dat Titus onder de zegen van de Heere tot zegen zou zijn op het eiland. Wij hebben met de brief te maken. Voor ons staat de brief niet slechts in de Bijbel. Maar de brief is ook van betekenis voor het persoonlijk en ambtelijk leven. Kernachtig zegt Luther: de brief is een toonbeeld van christelijke leer. Nodig om te weten en te leven.

Calvijn

Calvijn heeft een commentaar geschreven, zodat we een uitleg van Paulus’ brief hebben. In zijn commentaar zegt hij dat Titus toegerust moet zijn met de gezonde leer waardoor hij de tegenstanders weerstand kan bieden. Kennend de ware oefeningen van godsvrucht en zo het christelijke leven. We kunnen zien, zegt Calvijn, dat Paulus niets anders op het oog heeft dan om de zaak van Titus te steunen en hem tot het volvoeren van het werk des Heeren de helpende hand toe te steken. Voor Titus is het een echte pastorale brief. Het voorwoord van Calvijn is gericht aan Farel en Viret. Twee uitnemende dienaren van Christus en mede- ingewijde en zeer geliefde broeders. Aldus Calvijn. Als een klein geschenk wordt het commentaar hen aangeboden. Dezelfde band die er was tussen Paulus en Titus is er tussen Calvijn, Farel en Viret. Calvijn zegt: ik houd het er voor dat nooit een paar vrienden zo oprecht met elkaar verbonden zijn geweest, als wij in onze bediening geweest zijn. Vaartwei beste en zeer rechtschapen broeders. De Heere moge voortgaan uw godvruchtige arbeid te zegenen. Waarvan acte! Vandaag.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen