Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

DE LEVENSHOUDING

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

DE LEVENSHOUDING

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Titus 2: 1–3

Heeft Paulus heel scherp gezegd wat er moest geschieden met de dwaalleraars, het mag niet blijven bij vermaning en optreden. Bijzonder heeft Titus een taak. Hij is in dienst van de Heere gesteld en zo een medewerker van Paulus. Van zijn roeping en taak moet hij zich bewust zijn. Leeft dat vandaag? Komt het naar boven: wat vraagt de Heere van mij? Wat ben ik verplicht ten opzichte van de gemeente? Die werkelijkheid was Paulus niet vreemd. Zodat niemand van Paulus’ helpers kon zeggen: de spiegel die hij ons voorhoudt, mag hij weleens voor zichzelf plaatsen. Vandaar dat Titus het aansporende woord van Paulus niet over zich heen liet gaan. Het was immers niet alleen een woord voor Titus zelf maar ook voor de gemeenten. Paulus zegt: doch gij, spreek hetgeen der gezonde leer betaamt (vs. 1). Wanneer het over de leer gaat zijn wij geneigd alleen te denken aan de Bijbelse waarheden. Aan de leerstellingen zoals die saamgevat in de belijdenisgeschriften worden gegeven. Nu is dat op zich niet verkeerd. Werd er vandaag maar meer aan gedacht en bij geleefd. Er zou minder verwarring zijn en het afgeleid worden van de waarheid van Gods Woord en zo van de leer die naar de Godzaligheid is. Maar nu mag niet vergeten worden dat het woord ‘leer’ van meer spreekt en zo op meer betrekking heeft. Het wijst op het leven naar de geboden des Heeren. Het leven in de vreze des Heeren. Daar nu doelt Paulus in zijn spreken tot Titus bijzonder op. Namelijk levensheiliging. Los van de rechtvaardiging? Dit wordt nimmer door Paulus gedaan. Vandaar dat we ook niet mogen splitsen of scheiden. Of van het automatisme uitgaan: wij zijn gerechtvaardigd in Christus. Dat moeten we geloven en daarom de levensheiliging. Rechtvaardiging en heiliging zijn twee zaken van het werk Gods in Christus door de Heilige Geest voor en in de zondaar. Dit straalt uit in bijna elke brief van Paulus. In dat verband nu spreekt hij opnieuw over de gezonde leer. Timotheüs heeft Paulus ook op die gezonde leer gewezen. Hij doet het ook Titus. In die leer ligt immers zijn zaligheid vast. Het ganse werk van de zaligheid. Uit-en inwendig.

Aansporing

Vandaar de aansporing van Paulus tot Titus om te spreken van de gezonde leer. Het is de leer die gezond maakt. Het door de zonde verdorven dode hart wordt gezond. Door verkondiging van de prediking en de toepassing daarvan gebeurt het. Er komt geloof in de Drieenige God en Zijn werk en het leidt tot de waarachtige bekering tot God in handel en wandel. Leer en leven vallen samen. Daar nu over te spreken en in te onderwijzen is de roeping van Titus. Calvijn merkt op: Paulus spreekt niet over het gesprek van één dag maar zolang als Titus de dienst van een herder verricht wil Paulus dat hij in deze leer bezig is. Vertaald naar nu: dan moet de tweede dienst blijven, want de leerdiensten zijn hoogst belangrijk. De noodzaak, het nut en de zegen ervan behoren in prediking en pastoraat benadrukt te worden. Dit is vandaag dringend nodig. Er is niet alleen allerlei wind van leer, maar ook heel sterk eigenzinnigheid. De hartelijke verbondenheid aan de Heere en Zijn dienst werk vrucht in het leven. Soms wordt de opmerking gehoord: de morgendienst heeft zoveel gegeven dat we de middag- of avonddienst kunnen missen. Wanneer dat zo is zal men de reine dieren gelijk zijn. Die herkauwen. Met welk een resultaat weten we. Nu op huisbezoek dient dit nagegaan te worden. Huisbezoek is toch bijzonder geestelijk bezoek? Vraag en leiding. Opdracht. In de verzen 2–10 gaat het over verschillende groepen van gemeenteleden. Oude mannen en vrouwen. Jonge vrouwen en mannen. Slaven. Allen die in dienstbetrekking staan. Op zich een bekende zaak. Niemand van de gemeente wordt door Paulus overgeslagen. Hij heeft steeds oog voor heel de gemeente. In al zijn brieven lezen we het. Wat nu Paulus schrijft mogen we niet zien noch opvatten als regeltjes. Het naar de wet leven mag niet gelijk gesteld worden met een wettisch leven. Zeker, zo kan het leven ontaarden of gezien worden. Maar waar de Heere op wijst in Zijn Woord en waar Paulus van spreekt is een christelijk leven. In de samenleving en tegenover elkaar. Paulus nu heeft het in zijn brief allereerst over de oude mannen. Mannen zo vanaf vijftig jaar. Die leeftijdsgrens was er toen. Het gedrag, de houding, behoort nuchter, stemmig, voorzichtig, gezond in het geloof, in liefde, in lijdzaamheid te zijn (vs. 2). Van die houding, van dat levensbeeld, straalt veel uit. Het is spiegelbeeld van Godsvrucht. Dit beeld zou elke oudere man moeten kennen, maar bijzonder de ambtsdrager. Wie zelf ouder wordt, denkt nog wel eens terug. Er waren mannen in consistorie en in de gemeente die iets kenden van de Godsvreze in woord en daad. Het heeft menig jongere geleid tot het gebed om het te kennen. Zo ook wat oudere predikanten betreft. Wat ging er van hun prediking uit. Ze waren er zelf bij! De prediking gaf huiswerk. Mag het nog zo zijn? Van Petrus en Johannes staat geschreven: ziende hun vrijmoedigheid en vernemende dat zij ongeletterde en slechte (eenvoudige) mensen waren verwonderden zij zich en kenden hen dat zij met Jezus geweest waren, Hand. 4:13. Wat kan de gemeente bemerken bij en zeggen van ambtsdragers? Een belangrijk vraag.

Oude vrouwen

In vers 3 heeft Paulus het over de oudere vrouwen. De oude vrouwen insgelijks dat zij in haar dracht zijn gelijk de heiligen betaamt, dat zij geen lasteressen zijn, zich niet tot veel wijns begevende maar leraressen zijn van het goede. De oudere vrouwen worden niet uitgeschakeld. Zij hebben een waardige plaats in de gemeente. Het lijkt vandaag dat de vrouw in de gemeente tekort is gedaan. Er moet ruimte voor haar komen, zelfs in de kerkenraadsbank. De Bijbel moet echter goed gelezen worden en niet aangepast worden aan de tijdgeest. Niet wat vraagt de tijd, maar waar wijst de Schrift op. Wat de oudere vrouwen betreft, zij hebben een plaats en een taak in de gemeenten en zo in de gezinnen. Want allen zijn priesteressen. Ze staan in de heilige dienst des Heeren. Dat is een gunst van de Heere. Paulus denkt aan het ambt aller gelovigen. En in dat ambt staat men naar de wil van de Heere. Maar belijden en beleven dienen samen te gaan. Want gelijk er tweeërlei ranken zijn, zo kan er ook een tweeërlei dienen zijn. Het ware, oprechte dienen met hart, hoofd en hand moet het streven en bijzonder het gebed zijn. Wordt er ook nu naar gestaan, dan wordt geleefd bij Psalm 119:17 (berijmd) Dan wil men ook geen lasteres zijn. Geen volgeling van de duivel. Paulus waarschuwt daarvoor. Immers, roddelen is duivels. Het is schandelijk en schadelijk. Het kan zelfs verwoestend werken.

Calvijn

Calvijn had er in zijn tijd kennis mee gemaakt. Want wat schreef hij. Zeker hij was geen vrouwenhater. Maar wat hij constateerde kon en mocht hij niet voor zichzelf houden. Mede gelet het feit wat Jakobus in zijn brief heeft geschreven over de tong. Wat Calvijn schreef moet dienen. Want voorkomen is beter dan genezen. En de Naam des Heeren zal niet gelasterd worden en de christenheid gediend. Calvijn nu schreef: babbelachtigheid is een vrouwelijk kwaad. De ouderdom pleegt die te doen toenemen. Herhaaldelijk komt het voor dat oude vrouwen door haar lasterlijke praatzucht als door een brandende fakkel vele huizen in vlammen zetten.

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 8 oktober 2009

Bewaar het pand | 12 Pagina's

DE LEVENSHOUDING

Bekijk de hele uitgave van donderdag 8 oktober 2009

Bewaar het pand | 12 Pagina's