Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Niet de Heere, maar de mens Jakobus 1: 14 en 15

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Niet de Heere, maar de mens Jakobus 1: 14 en 15

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Pas op voor de hond! Deze waarschuwing staat te lezen op het hek van een erf of voor het raam van een huis. Naast de woorden is veelal een afbeelding van de kop van de hond te zien. Die kop moet men niet voorbijzien. Wie nu op het erf of in het huis wil komen zal de gevolgen daarvan ondervinden. Denk aan de waakhond! Dit levensbeeld is bekend. Het is bedoeld voor elke inbreker.

Pas op voor uzelf
Nu komt Gods Woord met een waarschuwing voor iedereen. Wacht u voor uzelf! Het boek Spreuken is daar een voorbeeld van. De gevolgen van wetsovertreding worden op verschillende manieren beschreven. Jakobus gaat in zijn brief hieraan niet voorbij. Hij constateert de ernstige gevolgen van de verzoeking. Het heeft hem diep getroffen dat de verzoeking aan de Heere wordt toegeschreven. Dit druist in tegen de werkelijkheid. God de Heere kan niet verzocht worden. Hij is niet vatbaar voor verkeerde invloeden. Hij verzoekt niemand. De Heere is zuiver en oprecht in al Zijn handelingen. Elke beschuldiging aan het adres van de Heere is onterecht. Bij die beschuldiging van God blijft het niet. Het leidt tot zelfverontschuldiging. Het wijzen op een ander of de medebetrokkenheid van de ander. Dit alles is de mensenwereld niet vreemd, het gaat de kerkmuren niet voorbij. Want de zonde zit en werkt in ieders hart. De Heere wijst erop.

Begeerten
Nu geeft Gods Woord aan dat er goede en zondige begeerten zijn. De mens kan weten wat goed of verkeerd is. Zijn verlangens kan hij toetsen aan Gods Woord. De Heere laat niemand onkundig. De Heere laat in Zijn Naam naast Zijn wet Zijn profeten en apostelen spreken. Ja de grote Profeet en Leraar Jezus heeft gesproken naar de wil van Zijn Vader. Zijn opdracht luidt: gij dan bidt aldus. Tot het opgedragen gebed behoort: Leid ons niet in verzoeking, maar verlos ons van den boze. Dit mag nimmer nagelaten worden.De boze ligt steeds op de loer en hij weet wat er in ons hart leeft. Vandaar dat Jakobus schrijft: een iegelijk wordt verzocht als hij van zijn eigen begeerlijkheid afgetrokken en verlokt wordt. Daarna de begeerlijkheid ontvangen hebbende baart de zonde en de zonde voleindigd zijnde baart de dood (vs. 14 en 15). Deze concrete zaak gaat de gemeente niet voorbij. Jakobus constateert het. Het heeft hem diep getroffen. Eerst al de beschuldiging van de Heere en de zelfverontschuldiging. Hoe het is en hoe het gezien moet worden wordt door Jakobus duidelijk doorgegeven. Het is onze eigen begeerte die tot zonde verleidt. Dat ‘eigen’ kan verschillend zijn. Ons oog, ons oor, onze hand, onze voeten, ons contact, ons verstand, ons denken, zelfs ons spreken. Het is ontzettend maar waar. Er kan een verbinding ontstaan met het kwade wat de mens eigen is. Nu staat dit alles niet los van de satan en zijn werking. Maar het is opmerkelijk dat Jakobus in dit verband helemaal niet spreekt over de satan. Althans op dit moment. Hij heeft het over de mens. Jakobus wil algeheel de Heere vrijspreken van het kwade en het proces wat tot het kwade leidt. Daarin zien we de hartelijke liefde tot de Heere en ook tot de geadresseerden. Hij hoopt van harte dat zijn pastorale woorden goed overkomen. Niet leiden tot discussiëren, maar tot bezinning, tot bekering, indien nodig tot zelfbeschuldiging, tot schuldbelijdenis voor de Heere en een hartelijke vraag aan de Heere. De zegenrijke werking van oprechtheid en vroomheid. Wat is het pastorale onderwijs in en voor de gemeente toch veel omvattend. Wanneer goed catechese wordt gegeven zal de Bijbel een open boek zijn en de Catechismus geen gesloten boek. Bijzonder wanneer het gaat over de wet en het gebed.

Let op!
Het is wat als de zondige begeerte post vat en werkt in de mens. In een jongere of oudere. Geen leeftijd is uitgesloten. Met nadruk wijst Jakobus erop wanneer de zondige begeerte verlokkend en verleidend doorwerkt. Jakobus gebruikt twee termen uit de jagerswereld. De jager probeert door middel van een lokaas zijn prooi te bemachtigen. Hij wil zijn prooi vangen. Hij ziet er naar uit. Zo verlangt een begerig mens. Hij stelt alles in het werk om wat hij begeert en verlangt te bemachtigen. Het komt voor dat hij geen rust heeft voordat het zover is. De droeve geschiedenis van David wijst daarop. Het ontstane proces zet zich door. Er zijn twee fasen zegt Jakobus. Op de begeerte volgt de zonde en de zonde voleindigd zijnde baart de dood (vs. 15). Weer wordt door Jakobus ter verduidelijking een beeld gebruikt. Tussen twee haakjes, waar nodig is dient ook in de prediking gebruik gemaakt te worden van beelden ter verduidelijking. Daar heeft de jeugd recht op. Dit draagt bij aan een goed verstaan. Jakobus denkt aan een vrouw die in verwachting is. Op een bepaald moment is er de vervulling van de verwachting. Een levend kind wordt geboren. We gebruiken expres het woord ‘levend’. Opdat het zal aangrijpen waar Jakobus over spreekt als het gaat over de doorwerking van de begeerte(n). Onze verlangens.

Waar gaat het heen
De drie genoemde fasen mogen niet vergeten worden. Begeerte, zonde en de dood. De ontwikkelingsgang van een pasgeboren kind door Jakobus aangewezen moet als beeld voor het zondige onthouden worden. Het einde is onherroepelijk de dood. Groeit een kind het leven in, zo gaat de zondaar naar de dood. De eeuwige dood. Het eeuwig gescheiden zijn van de Heere. Bijzonder vandaag mag de waarschuwing niet ontbreken. Het lijkt soms of het begrip zondige begeerte een uitgehold woord is. Ach, wie zondigt niet. Jakobus zegt het met insluiting van zichzelf. Wij struikelen allen in vele. Dus zijn we allen zondaren. Maar Jezus is er. Het kruis is er. We worden opgeroepen te geloven. Jezus Christus heeft voldaan. De strakke eenzijdigheid die ook in prediking en pastoraat naar voren kan komen brengt tot misleiding: alles, alles is voldaan, zingt het koor. Onthouden moet worden welke opdracht de Heere Jezus aan Zijn discipelen gaf. In Zijn naam te prediken bekering en vergeving der zonden. Die opdracht kwam bij Paulus niet tijdgebonden over. Hij sprak in het afscheidsuur tot de ouderlingen van Efeze. Ik heb u geleerd in het openbaar en bij de huizen zowel joden als heidenen de bekering tot God en het geloof in onze Heere Jezus Christus. Staat de heiligmaking daar los van? In geen enkel opzicht. Lees Paulus’ brieven. Vandaar dat vandaag zowel in prediking als in pastoraat er trinitarisch gepredikt en gesproken dient te worden. Dan spreekt de Schrift! Dat te mogen doen is het hartelijke gebed van elke ambtsdrager die de Heere vreest en de gemeente, de medemens, liefheeft. Hij verstaat het ook zelf wat dat inhoudt en werkt.

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 4 november 2010

Bewaar het pand | 12 Pagina's

Niet de Heere, maar de mens Jakobus 1: 14 en 15

Bekijk de hele uitgave van donderdag 4 november 2010

Bewaar het pand | 12 Pagina's